Risico: farmaindustrie vult subsidietekort aan…
ROERMOND – Geheel in de lijn van het rigoureuze snoeibeleid door het kabinet Rutte in zo’n beetje alle geledingen van de samenleving, heeft minister Edith Schippers (Volksgezondheid) nu ook de bijl gezet aan de financiële wortels van veel patiëntenorganisaties.
Bijna de helft van de 43 miljoen euro subsidie die jaarlijks wordt uitgegeven aan enkele honderden patiëntenverenigingen blijft voortaan in ’s Rijks kas. De bewindsvrouw heeft daartoe enkele steekhoudende argumenten: zij vindt dat er méér moet worden samengewerkt door allerhande verenigingen en organisaties die zich allemaal op hetzelfde patiënten/ziekte-terrein begeven.
Uiteindelijk willen de minister en haar staatssecretaris Marlies Veldhuijzen van Zanten structureel 220 miljoen euro interen op subsidies aan patiënten- en gehandicaptenorganisaties en ouderenverenigingen.
En je kon er op wachten: onmiddellijk klonk geweeklaag en zelfs spierballentaal, zoals: ‘Wij gaan ons natuurlijk niet zonder slag of stoot hierbij neerleggen. We zullen onze tanden aanslijpen, want wij lusten dit kabinet rauw… ook de komende jaren’, klonk het uit de mond van een woordvoerder van de CG-Raad.
Hoewel het door sommigen ongetwijfeld zal worden beschouwd als vloeken in de kerk, is Hartpatiënten Nederland verheugd dat nu eindelijk een eind wordt gemaakt aan de jarenlange wildgroei van subsidies. Geld dat, ons inziens, vaak beter en doelmatiger had kunnen worden besteed.
De ferme maatregel van de minister raakt ons in het geheel niet! Nooit heeft onze nu ruim 40 jaar bestaande belangenorganisatie voor hartpatiënten aanspraak gemaakt op welke vorm van (rijks)subsidie dan ook. Bovendien hebben wij geld dat ons rijkelijk werd aangeboden door talloze farmaceutische bedrijven steeds principieel geweigerd. Wij bedruipen onszelf, met hulp van onze leden/donateurs. Zij het, dat moet gezegd, soms met moeite.
Tegenover de microfoon van de NOS zei minister Schippers: ‘Het regeerakkoord had al aangegeven dat patiëntenorganisaties met minder toe moesten. Wij hebben gekeken: hoe kunnen zij nu met minder geld tóch een belangrijke stem blijven voor de patiënt. Wij hebben besloten de ‘dubbelingen’ eruit halen. Dus waar je twee, drie, vier patiëntenverenigingen had voor dezelfde ziekte, hebben wij gezegd: dan doe je het met één… dat scheelt vier secretaresses, vier gebouwen. Je bundelt je krachten, dan heb je met minder geld hetzelfde beleid.’
Ik wil evenwel één kanttekening maken bij de daadkracht van de minister: hét grote risico dat nu dreigt is dat de geneesmiddelenindustrie zich met verhevigde inzet zal opdringen aan patiëntenorganisaties om financieel bij te springen. Dat kan de onafhankelijkheid van hun adviezen aan patiënten nóg verder in gevaar brengen…!
Column door: Jan van Overveld
Geef een reactie