default-header
HomeNieuwsOperaties oefenen op een virtuele patiënt

Operaties oefenen op een virtuele patiënt

woensdag 24 maart 2010, door Hartpatiënten Nederland

Acht partners ontwikkelen samen innovatief trainingsinstrument Een ingreep oefenen op een virtuele 3D-patiënt, waarbij de arts de patiënt niet alleen ‘ziet’, maar ook ‘voelt’ door de weerstand die hij via zijn instrumenten ervaart.
Het kan binnenkort met ARTUS (Augmented Reality to Train User Skills), een project waarin met beeldvormende technieken zoals MRI, CT en echografie een driedimensionaal beeld van een patiënt wordt geschapen.

De gebruiker kan in de virtuele omgeving zijn eigen handen en instrumenten zien, waardoor het gevoel van realisme zeer groot is en bijvoorbeeld belangrijke aspecten als de oog-hand-coördinatie worden getraind. Verder kan de gebruiker verschillende weefseltypes voelen alsof hij er daadwerkelijk doorheen snijdt of prikt. Er wordt dus een systeem ontwikkeld waarmee je een ingreep kunt oefenen met het gevoel alsof er een ‘echte’ patiënt op de operatietafel ligt. Bij de al bestaande virtual reality-systemen was het tot nog toe niet mogelijk complete ingrepen op zo’n hoog realiteitsniveau te simuleren.

ARTUS is nog volop in ontwikkeling. Het eindproduct zal een trainingsfaciliteit voor artsen zijn, bestaande uit één of meerdere simulatoren. Met die trainingsfaciliteit zullen artsen en artsen in opleiding van buitenaf ‘door’ het lichaam kunnen kijken en handelingen kunnen uitvoeren zoals het inbrengen van een naald, snijden, knippen en injecteren. Door realistische nabootsing van het gevoel bij het uitvoeren van deze handelingen heeft de gebruiker het idee dat hij deze ingrepen op de virtuele patiënt daadwerkelijk uitvoert. Met de simulator kan een clinicus of een arts in opleiding een ingreep herhalen en daarmee zijn vaardigheid vergroten. Bovendien worden de uitgevoerde trainingshandelingen vastgelegd, zodat terugkoppeling naar de betreffende arts mogelijk is.

Het project is mede vernieuwend omdat informatie van een echte patiënt voor de training kan worden gebruikt. De behandelend arts kan een ingreep die hij daadwerkelijk moet uitvoeren, derhalve onder realistische omstandigheden oefenen, alvorens ‘echt’ te opereren. Ingrepen zullen daardoor soepeler verlopen, de kans op fouten (en daardoor complicaties) wordt verkleind en de patiëntveiligheid vergroot.

Bijkomend voordeel is dat gebruikmaking van het nieuwe trainingsinstrument inhoudt dat er minder op proefdieren geoefend hoeft te worden. Hoe groot die ‘proefdierbesparing’ in de toekomst zal zijn, valt moeilijk te voorspellen.

ARTUS is het resultaat van een publiek-private samenwerking van acht partners: Medical Field Lab BV Maastricht, Virtual Proteins BV Eindhoven, de afdelingen Chirurgie, Anatomie & Embryologie en het Onderwijsinstituut van het Maastricht UMC+, het Catharina Ziekenhuis Eindhoven, HemoLab BV Eindhoven, GBO Design-Engineering BV Helmond, D&L Graphics Kerkrade en de afdeling Biomedische Technologie van de TU Delft.

Naar verwachting zal ARTUS in mei 2011 operationeel zijn. Met het project is een investering van ruim 2 miljoen euro gemoeid. Die investering komt zowel van private als van publieke partners. In het kader van het innovatieprogramma ‘Pieken in de Delta’ van het ministerie van Economische Zaken wordt het project financieel ondersteund door het ministerie van EZ zelf, de Provincie Limburg, de Provincie Brabant en het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven.

Bron: Summum

 


Geef een reactie