Omarm je frustraties
Deze keer wil ik een lastig onderwerp aansnijden. Meestal willen we onze “negatieve” emoties zo ver mogelijk wegstoppen. Nu nodig ik ons uit om ze niet alleen te accepteren, maar om ze zelfs als vrienden of leermeesters te accepteren. Onze emoties zeggen veel over ons zelf. Let wel, niet over ons Ware Zelf, maar over wie we denken te zijn, het eindige bewustzijn oftewel het ego.
Het ware, oneindige Zelf, wat we in werkelijkheid zijn, kent geen oordelen, dus ook geen emoties. Voor het ware Zelf is alles oké. Het denkt niet, oordeelt niet, maakt geen onderscheid. Het is gewoon, het is “ Sat Chit Ananda”, sanskriet voor “Zijn, Bewustzijn en Gelukzaligheid”, oftewel eeuwigdurende Vrede. En dat zijn wij! Zodra wij dus een emotie ervaren, zouden we kunnen weten dat die niet hoort bij wie we werkelijk zijn.
Oké, dit wetende, zou het erg gemakkelijk zijn om de emoties af te doen als niet bestaand.
Deze horen toch niet bij degene die we werkelijk zijn, dus ze bestaan niet. Dit is echter een vorm van struisvogelpolitiek. Als ik het niet zie, bestaat het niet. We ontkennen dan een gevoel dat we daadwerkelijk ervaren. Dat verdwijnt niet door ontkennen.
Maar ja, hoe helpt dat omarmen dan, mijn grootste vijanden ga ik toch niet omarmen?
Nou is het natuurlijk zo dat als wij allen één zijn, we geen vijanden kunnen hebben en eigenlijk ook geen vrienden. Dualiteit is een gevolg van ons denken, van het eindige bewustzijn. Dit maakt voortdurend onderscheid. Wat ik nu voel, is dat fijn of is dat vervelend. Als het niet fijn voelt, dan wijs ik dat af, voelt het wel fijn, dan koester ik dat.
Het zijn echter de nare gevoelens die ons kunnen helpen, om weer te zien wie we werkelijk zijn. Als we deze gevoelens zouden wegstoppen, lijkt het leven geweldig, maar we zeulen dan een steeds zwaardere last met ons mee. Dit zorgt ervoor dat we nooit volledig vrij kunnen zijn. Aangezien wij toch al alles willen analyseren met ons brein, hebben we ook de mogelijkheid om de vervelende emoties eens goed onder de microscoop te leggen. We zouden kunnen beginnen met ons af te vragen waar bijvoorbeeld onze ergernis vandaan komt.
Nou, dat is toch duidelijk, dat komt door hetgeen die ander ons aangedaan heeft. Vraag je vervolgens af of dat wel zo is? Oké, die ander heeft misschien iets onaardigs gezegd of gedaan, maar hoe komt dat gevoel dan bij mij? Heeft die ander dat gevoel bij mij ingebracht? Nee, het is mijn gevoel, ik voel me boos of gefrustreerd. Dan kan de volgende vraag zijn: wie is die ik die boos of gefrustreerd is? Kan mijn ware ik boos en gefrustreerd zijn? Kan mijn ware ik last hebben van hetgeen een ander zegt?
Het antwoord op de eerste vraag zou dan “nee” moeten zijn, omdat het ware Zelf, oneindig bewustzijn, alleen maar vrede kent. Het oordeelt niet, dus keurt ook niets af. Het antwoord op de laatste vraag zou dan kunnen zijn: “welke andere?”. Het ware zelf kent alleen zichzelf en weet niet beter dan dat het één is met alles. Er is niets anders. Hieruit blijkt dat de ik, die deze emoties ervaart, niet de ware ik is, maar een uiting van mijn vermeende afgescheidenheid.
Als dit duidelijk wordt, hebben we de keuze om terug te gaan naar wie we werkelijk zijn, of ons te verliezen in de emoties. Als we dan naar ons hart luisteren, is er eigenlijk geen keus, want het hart zal ons leiden naar eeuwig geluk, naar Sat Chit Ananda.
We gaan mee met deze drijvende kracht, ons diepe verlangen, of we verzetten ons ertegen.
Dit verzet is vaak onbewust, maar we kunnen het ons bewust wórden, door naar onze frustraties te kijken en dan te beseffen dat we uitgenodigd worden om de sluiers der onwetendheid af te leggen.
HARTegroet,
Jan Chin
Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.
Geef een reactie