Jan Paparazzi: Houd je niet klein, maar maak wat van het leven
Jan Paparazzi (pseudoniem voor Jan Zwart, 56), presentator op NPO Sterren NL Radio, is onder het grote publiek vooral bekend uit zijn tv-tijd als sidekick van Robert Jensen. Zomer 2018 kreeg hij uit het niets een zwaar hartinfarct. Na een paar dagen coma kwam hij goed bij: ‘Ik heb zo’n enorm geluk gehad.’
17 augustus vorig jaar was het plots mis. Wat gebeurde er precies?
Het was half 9 ’s ochtends, ik was thuis en ging boven mijn spullen pakken om naar de studio te gaan. Drieënhalve dag later werd ik wakker in het ziekenhuis. Ik had geen idee wat er was gebeurd. Een auto-ongeluk, dacht ik. Maar ik was gevallen, mijn vrouw Sandy had een klap gehoord, ze had ‘Jan!’ geroepen en was bij me komen kijken. Ik zag ontzettend wit, maakte rare geluiden. Ze belde 112 en reanimeerde me op instructie via de speaker van 112. Ze had zoiets nooit eerder gedaan. Ze heeft echt mijn leven gered. Voordat de ambulance kwam, raakte ik ook nog in coma. Met elektrische schokken ging het hart later wel weer kloppen, maar flauwtjes, niet constant. De artsen hielden me gekoeld kunstmatig in coma. Ze hadden mijn vrouw al een tas met kleding en mijn trouwring gegeven. De kans dat het goed zou aflopen, was verwaarloosbaar. Toen ik uiteindelijk bijkwam, bleek alles nog te werken. De reflexen, de spraak, de motoriek. Echt ongelofelijk. Er was inmiddels wel één stent geplaatst, er was iets fout geweest met de ader, dat had een hartstilstand en toen een hartinfarct veroorzaakt. Ik kreeg medicatie en na zo’n acht, negen dagen kon ik het ziekenhuis verlaten.
Waren er geen voortekenen?
Helemaal niets. Er zit ook geen hartfalen in de familie. Ik wist niet eens wie mijn huisarts was. Ik ging nooit bij hem langs.
Hoe is het nu? Ben je nog onder behandeling?
Er was nog wel een complicatie. Ik had wat botten gebroken vanwege de reanimatie. En ik heb een aneurysma, een scheurtje in een adertje bij het hart. Je kunt het vergelijken met een panty met een ladder. Met een verkeerde beweging kan het foute boel zijn. Dat was en is het gevaarlijkste nu. Ik mag me niet fysiek inspannen, niet fietsen of iets zwaars tillen. Aan revalidatie mocht ik daarom niet doen. Toevallig ben ik net vanochtend bij de cardioloog geweest. Alles was pico bello in orde. Ik slik nog wel dertien pillen, maar daarvan zijn de meesten vanwege dat aneurysma.
Hoe gaan je familie, vrienden en collega’s met je hartfalen om?
In het begin maakte mijn vrouw me twee tot drie keer per nacht wakker, omdat ze vond dat ik een raar geluid maakte. Toen ik weer aan het werk ging, stuurde ze me de eerste weken elk uur een appje. Mijn collega’s zeggen me regelmatig op tijd naar huis te gaan. Sinds 1 januari werk ik halve dagen. In het begin was ik dan ’s middags best moe, maar dat is nu ook over. Ik voel me niet topfit, maar toch. Ik voel me niet beperkt. Zoals ik me had voorgenomen, heb ik bij de terugkeer in de studio ‘Blij dat ik leef; van René Schuurmans gedraaid. Daarna ‘Hartslag’ van Ruth Jacott, ken je dat?
Doe je nu iets anders op het gebied van levensstijl?
Ik was nooit een sporter. Ik deed wel eens wat, maar nu doe ik helemaal niets. Ik mis het niet. Ik ben verder niks anders gaan doen. Qua voeding is er niets veranderd. Ik heb ook geen verlangen naar een wereldreis, een motor of een andere vrouw. Al die bucketlistflauwekul. Ik had en heb al een leuk leven.
Dé clichévraag: kijk je nu op een andere manier tegen het leven aan?
Ik geniet wel meer van kleine dingen. Ik realiseer me dat ik dood was. Het is nu weer regelmatig lekker weer en het voelt als een soort bonus dat ik dat toch opnieuw meemaak. In die zin ben ik dus wel veranderd. Met materiële dingen had ik al nooit veel, maar menselijke contacten vind ik nu nog belangrijker dan voorheen.
Wat zou je tegen andere hartpatiënten willen zeggen? Heb je tips?
Dat is lastig. Ieder geval is weer anders. Ik ben niet bang dat ik weer hartfalen krijg. En als het zo is, is het zo. Het scheelt waarschijnlijk dat ik totaal niets van het gebeuren merkte. Er zijn er genoeg bij wie het anders ging en die zelfs doodsangst hebben gehad. Maar goed, leef vooral alsof het je laatste dag is. Houd je niet klein, maak er wat van!
Tekst: Mariëtte van Beek
Fotograaf: Ruud Baan
Voor meer artikelen klik hier
Geef een reactie