default-header
HomeNieuwsIk ben het leven meer gaan waarderen

Ik ben het leven meer gaan waarderen

Mentale vitaliteit

donderdag 5 september 2024, door Hartpatiënten Nederland

Achtendertig jaar lang ging Yvette Froger (41) door het leven zonder te weten dat ze een aangeboren hartafwijking had. Toen de artsen dat vervolgens ontdekten en het ook nog eens ernstig bleek te zijn, moest ze op stel en sprong worden geopereerd. “Zonder operatie had ik nog maximaal een jaar te leven.”

Yvette: “Toen in de coronatijd alles dichtging, besloot ik te gaan hardlopen. Ik hou daar niet van, maar wilde het toch proberen. De eerste tijd was ik na een paar kilometer compleet buiten adem. Ook kreeg ik tijdens het lopen pijn in mijn borststreek. Dan moest ik helemaal naar voren buigen om de pijn en steken op te vangen. Dat gebeurde me telkens na een kilometer of drie. Ik weet dat aan mijn slechte conditie, want ik had namelijk nooit last van mijn hart gehad.”

Slecht nieuws

“Ik bleef hardlopen, maar toen er na een paar maanden nog steeds geen vooruitgang was, vroeg ik me af hoe dat kon. Ik trok aan de bel bij mijn huisarts en werd doorverwezen naar het ziekenhuis. Op de echo zagen ze vervolgens dat er iets niet goed was, waarna ik ook een CT- en MRI-scan kreeg. Nog altijd besefte ik niet dat er iets aan de hand was, omdat ik me gewoon goed voelde. Buiten het hardlopen had ik nergens last van. Vervolgens kreeg ik een hartkatheterisatie en schrok de arts van wat hij zag. Op dat moment besefte ik voor het eerst dat het echt niet goed was, al had ik nog steeds niet door dat het ernstig was. Toch werd ik binnen een paar dagen door de cardioloog gebeld: ik kwam op de lijst te staan voor een openhartoperatie.”

Een fistel

“Nooit eerder was ik in het ziekenhuis geweest en plotseling had ik een aangeboren hartafwijking. Ik bleek een fistel te hebben. Door mijn hartafwijking ging er veertig procent minder zuurstofrijk bloed mijn lichaam in, omdat het bloed voor een groot gedeelte rechtstreeks naar de andere kant van mijn hart werd gepompt. Als die ader zou knappen, zou ik komen te overlijden. Het was al zo ernstig, dat dat waarschijnlijk binnen een jaar zou gebeuren. Ik moest het volgens de arts zien als een ballon die je heel lang kunt opblazen, totdat hij knapt. Mijn wereld stond compleet op z’n kop. Ik kreeg het advies om geen inspanningen meer te leveren en geen stress te hebben, om te voorkomen dat mijn bloed onnodig snel door mijn hart zou worden gepompt. De gedachte dat ik aan het laatste hoofdstuk van mijn leven was begonnen, maakte me panisch. In feite kan iedere dag de laatste zijn, maar in die periode stond ik ook echt elke dag met die gedachte op.”

De operatie

“De grootste vraag was voor mij of ik wel wakker zou worden, maar de artsen vertelden me dat de kans op overlijden minder dan één procent was. Ik had door dat ik in juiste handen was, maar er was ook angst. Tweeënhalf jaar terug werd ik uiteindelijk geopereerd. De operatie, die ongeveer een halve dag duurde, is gelukkig geslaagd. Daarna was ik heel beroerd van de narcose. Ook was mijn borstkas natuurlijk opengemaakt. Zodra de pijnstillers uitwerkten, had ik verschrikkelijk veel pijn. Die pijn vergeet ik echt nooit. De wond voelde naar, en zag er ook net zo naar uit. Ik was uitgeput en besefte niet goed wat er was gebeurd. In de dagen erna brak ik. Ik lag daar als een dood vogeltje in bed, mocht mijn armen door de operatie niet eens bewegen. Ook werkten mijn spieren niet. Overal had ik hulp bij nodig: naar de wc gaan, kleren aantrekken… Verschrikkelijk vond ik het.”

Slappe spieren

“Uiteindelijk heb ik een week in het ziekenhuis gelegen. Alles thuis vervolgens zelf doen, vond ik eng. In het ziekenhuis werd ik constant in de gaten gehouden, thuis niet. Na zes weken thuis herstellen, mocht ik revalideren. Mijn borstbeen en andere spieren moest ik weer gaan trainen, want die spieren waren helemaal weg. Ik kon niet eens meer een kopje vasthouden. Ik wilde wel, maar kon mijn arm gewoon niet bewegen. Toen ik voor de eerste keer ging zwemmen en met mijn armen een slagbeweging wilde maken, krijste ik het uit van de pijn. Dat zijn hele rare momenten, waar niemand je voor gewaarschuwd heeft.”

De mentale klap

“Fysiek ging het vanaf dat moment steeds beter, maar mentaal kwam de klap pas na het revalideren. Toen pas had ik de ruimte om te beseffen wat er was gebeurd. Lange tijd was ik enorm verdrietig. Om alles moest ik huilen, zelfs als ik de vaatwasser aan het leegruimen was. Het leven was veel te veel. Ik was ook een doemdenker geworden, werd angstiger op straat. Als ik nu maar niet word overreden, dacht ik dan. Ik had zo hard gevochten om weer terug te komen, dat ik bang was dat mijn leven me op een andere manier zou worden afgepakt. Ook had ik er geen oren naar als iemand ergens over klaagde. Dan dacht ik: jij maakt je druk over een vergadering die niet lekker loopt, terwijl ík een hartoperatie heb gehad. Je kunt die dingen natuurlijk helemaal niet met elkaar vergelijken, maar zo was het op dat moment wel.”

Een boek

“Uiteindelijk ben ik er bijna een jaar uit geweest. Wat mij enorm heeft geholpen bij de verwerking, is EMDR-therapie. Dat heeft echt wonderen verricht. Hierdoor kan ik nu anders naar alles kijken en er ook veel makkelijker over praten. Als ik het nu vertel, voelt het alsof het niet meer echt over mij gaat. Ook ben ik een boek gaan schrijven. Iedere arts geeft namelijk informatie over zijn vakgebied en wat er aan de hand is, maar niet over wat je meeneemt naar het ziekenhuis, of het er warm of koud is, wat je kunt verwachten, wat revalideren precies inhoudt en hoe je erbij zit na de operatie. Ik had de eerste tijd bijvoorbeeld helemaal geen behoefte aan visite. Het was heel zwaar om mensen om me heen te hebben. Ook kreeg ik van veel mensen een boek cadeau, omdat ze dachten dat ik me wel zou vervelen. Maar ik was nog misselijk van de narcose en alle letters dansten voor mijn ogen. Daarnaast onthield ik wekenlang niets. Naast het feit dat je bent geopereerd, verandert er heel veel. Dat had ik graag eerder willen weten. Ik hoop anderen dat daarom mee te kunnen geven via mijn boek.”

Stuk gelukkiger

“Momenteel voel ik me heel goed. In het begin had ik moeite met het enorme litteken, maar dit trekt steeds meer weg. Dat komt mede doordat ik het maandelijks laat masseren bij een huidtherapeut. Ook heb ik geleerd er trots op te zijn. Volgens de arts ben ik gezond en kan ik alles weer, zoals ieder ander. Ik voel me daarnaast een stuk gelukkiger. Ik ben het leven meer gaan waarderen. Het is alsof er een vrolijker filter over me heen ligt. Ik heb diep gezeten en hoe verschrikkelijk dat ook was, ik heb het doorstaan. Ik beschouw het jaar van mijn operatie als het meest waardevolle jaar dat ik ooit heb gehad.”

Over haar diagnose, openhartoperatie en ervaringen schreef Yvette het boek Verpleegsters zijn engelen, dat online te bestellen is.             

Tekst: Laura van Horik
Beeld: Yvette Froger

Dit artikel verscheen eerder in het Hartbrug Magazine


Geef een reactie