‘Gelukkig heb ik een bodyguard’
Wilma Noordhoek (39) kreeg twee jaar geleden een hartstilstand. Ze was op dat moment alleen thuis met haar jongste zoon. Inmiddels heeft ze een ‘bodyguard’ die haar beschermt tegen een volgend noodlot.
Wilma Noordhoek met Brent en Jack
‘Mijn moeder overleed toen ik 21 was. Heel plotseling: ze stapte uit de auto en viel neer. De oorzaak van haar hartstilstand is nooit gevonden en ook onderzoek bij mijn broer, zus en mij bracht niks vreemds aan het licht. Toen ik dus twee jaar terug een paar dagen achter elkaar last had van vermoeidheid, hoofdpijn en zere schouders, dacht ik geen moment aan mijn hart. Ik was pas gescheiden en zorgde vrijwel in mijn eentje voor mijn zoons Brent en Jack, toen 7 en 3. Daarnaast had ik een drukke baan als kapster. Niet zo vreemd dat ik een beetje moe was.
Die bewuste middag was ik alleen thuis met de jongste. Ik herinner me er zelf niets meer van, maar blijkbaar heb ik in paniek mijn broer gebeld. Ik kreeg geen lucht en haalde raspend adem. Hij vond me in de gang, mijn gezicht knalblauw en mijn lippen paars. Op aanwijzingen van de meldkamer zijn mijn broer en de buurman begonnen met reanimeren.
Een van de eerste herinneringen die ik heb is dat ik in een stoel zat terwijl iedereen lachte, huilde en foto’s maakte. Ik snapte er niets van, ik zat toch alleen maar in een stoel? Pas later begreep ik dat iedereen er sterk rekening mee had gehouden dat ik nooit meer wakker zou worden,
of voortaan als kasplantje door het leven zou gaan. Ik kon gewoon niet bevatten dat ik opeens hartpatiënt was. Dat gebeurt mensen van 80, geen kerngezonde vrouw van 37!
Herstel
De artsen stonden ervan versteld hoe snel ik herstelde. Ik had ook weinig keuze. Een vriendin had Brent en Jack vijf weken in huis genomen, maar ik wilde heel graag weer zelf voor ze zorgen. Jack had gelukkig weinig meegekregen van de reanimatie, hij dacht dat ik was flauwgevallen. Maar Brent had dondersgoed door dat ik heel erg ziek was. Hij wilde de rol van man in huis op zich nemen: ontbijt maken of helpen met stofzuigen. Daar heb ik een stokje voor gestoken, kinderen moeten gewoon kind kunnen zijn.
Inmiddels weet ik dat ik drager ben van een zeldzaam gen dat deze hartaandoening veroorzaakt. Mijn broer en zus hebben het niet, Brent en Jack hoeven pas na hun 18e te worden getest. Ik moet er niet aan denken dat zij het ook hebben, mijn gezondheid heeft zo al genoeg invloed op hun leven.
Ik heb nu een S-ICD, ik noem hem mijn bodyguard. Dat kastje brengt mijn hart weer op gang als het er opnieuw mee stopt. De artsen zeiden dat het nog wel tot mijn zestigste kon duren voor het weer zou gebeuren, misschien zelfs nooit meer. Toch ging het eind mei alweer mis – bijna op de kop af een jaar later.
Gelukkig was dit keer niet Jack, maar mijn nieuwe vriend bij me. Ik had hoofdpijn, voelde me duizelig. Hij zag hoe ik wegzakte op de bank, hoe de S-ICD mijn lichaam liet schokken en hoe ik even later weer bijkwam. Het is een geruststelling dat ik nu weet dat mijn bodyguard me inderdaad kan redden, maar het maakt me ook bang. Ik weet zeker dat het weer gaat gebeuren, maar wanneer?
Positief
Door het zuurstofgebrek tijdens mijn eerste hartstilstand heb ik helaas blijvende schade opgelopen. Ik ben snel vermoeid, gevoelig voor prikkels en kan niet meer goed multitasken, daardoor moet ik helaas het kappersvak vaarwel zeggen. Lastig, want ik doe dit al 20 jaar! Maar thuis zitten is ook niks voor mij, ik wil graag mijn eigen boontjes doppen. Met een re-integratiecoach ben ik op zoek naar een passende baan en tot die tijd werk ik halve dagen. Dan ben ik aan het eind van de middag net voldoende uitgerust om de jongens van school te halen. Hoewel het soms zwaar is om alleen te zorgen voor twee kinderen – één met ADHD, de ander slechtziend – blijf ik positief. Ik realiseer me hoeveel geluk ik heb gehad, het had ook heel anders kunnen aflopen. Ik geniet enorm van mijn kinderen en ben supergelukkig met mijn nieuwe liefde, die me als geen ander begrijpt, steunt en waardeert. Zonder hem was ik denk ik nooit zo ver gekomen.’
Geef een reactie