Eetbaar
Het verschijnen van een nieuwe editie van wat ik ‘de Kamsteeg’ ben gaan noemen, is altijd iets om even bij stil te staan. In principe is de Kamsteeg een van de vele boeken die een overzicht geeft van wat er aan additieven (zeg maar E-nummers) op de markt is, en aangezien die wereld niet stilstaat, dient zo’n overzicht steeds te worden herzien. Bij Kamsteeg gebeurde dit nu voor de 6de keer (dit is editie 7 dus) en de titel, E=Eetbaar? (met vraagteken!) is mij tot nu toe, met niet alleen de E-nummers, maar ook een aantal niet in dat systeem opgenomen kunstmatige zoetstoffen en andere geur- en smaakstoffen, het meest uitgebreid en betrouwbaar gebleken. Met zijn verklarende woordenlijst en de lijsten met hulpstoffen en synoniemen en zelfs een lijst met kwalen en mogelijke boosdoeners, is het ook heel toegankelijk.
De biochemicus Dr. J. Kamsteeg is oprichter (1989) van het Klinisch Ecologisch Allergiecentrum, dat meldt: De klinische ecologie, een stroming binnen de geneeskunde, bestudeert de invloed van de omgeving op de mens. Zij houdt zich vooral bezig met chemische verbindingen die voorkomen in ons milieu (lucht, water, voeding, medicijnen).
Ieder additief wordt vermeld met de namen (vaak vele), herkomst, functie en eigenschappen, bijwerkingen, ADI (toegestane dagelijkse hoeveelheid) en de producten waar je het in kunt vinden.
Zoals gezegd staan er ook stoffen in die strikt gesproken geen E-nummer hebben, maar bv. wel een nummer, zoals 955, Sucralose. Daar wordt dan de Amerikaanse merknaam bij genoemd (Splenda), er kennelijk aan voorbijgaand dat er al enige tijd een Nederlandse merknaam voor is, Nevella.
Ik heb alle zoetstoffen geproefd en heb geconcludeerd dat sucralose nog het meest op suiker (sucrose) lijkt, maar het is wel 500 à 600 keer zoeter dan suiker. In feite is het van suiker gemaakt via een slim proces, in ‘89 uitgevonden in een suikerfabriek. Je kunt er mee bakken en koken, want het is zeer stabiel. De industrie past het al vrij lang toe (sinds ‘91) en het wordt al in duizenden producten gebruikt. De bijwerkingen zijn minimaal en de smaak lijkt nog het meest op suiker. Andere zoetstoffen hebben vaak een bittere nasmaak, zelfs het natuurlijke Stevia.
Om zich te onderscheiden van andere zoetstoffen heeft de fabrikant er nu probiotica (bacterieculturen) aan toegevoegd, met name de Bacillus coagulans, door de producent een voedselsupplement, geen medicijn genoemd.
Helaas geeft Kamsteeg daarover geen uitsluitsel. Nog niet zo lang geleden was er een klein stormpje over probiotica, maar dat is allang weer overgewaaid. Probiotica mogen, al is de werking niet echt bewezen.
In feite is het aantal hulpstoffen en supplementen nog veel groter dan ooit in Kamsteegs toch al niet zo dunne uitgave zou passen. Maar dit boek brengt je een behoorlijk eind op weg.
(ISBN 9789023013136, € 16,95)
Column door: Johannes van Dam †
Geef een reactie