De invloed van stress op het vrouwenhart

 

‘Je kunt letterlijk sterven aan een gebroken hart’

 

Stress staat officieel niet in het rijtje met de grootste risicofactoren voor het ontstaan van hart- en vaatziekten, zoals overgewicht, roken en te hoog cholesterol. Onterecht, vindt cardioloog dr. Janneke
Wittekoek. Het vrouwenhart is namelijk juist uitermate gevoelig voor stress.

 

Wat is de invloed van stress op het vrouwenhart?

‘Bij zowel mannen als vrouwen kan stress een belangrijke rol spelen in het ontstaan van hart- en vaatziekten. Het vrouwenhart is echter veel gevoeliger hiervoor dan het mannenhart. Bij mannen met stress zie je vaak een geleidelijke opbouw van symptomen. De klassieke risicofactoren, zoals een verhoogd cholesterol en hoge bloeddruk, die uiteindelijk leiden tot een vernauwing van de kransslagaders. Bij vrouwen hebben stresshormonen daarentegen een direct effect op de vaatwanden. Zeker na de overgang, omdat het vatenstelsel dan zwakker wordt. De stress kan een verkramping (spasme) in de kransslagaderen veroorzaken die in het ergste geval zelfs kan leiden tot een hartinfarct.’

 

Hoe weten we of stress inderdaad de oorzaak is?

‘In mijn praktijk zie ik veel vrouwen met klachten als pijn op de borst of hartkloppingen. Ze vertellen bijvoorbeeld dat de klachten op komen zetten als ze na een drukke werkdag met een kopje thee op de bank zitten. Dat duidt wel op een verband met stress. Zeker als ze vertellen dat ze nergens last van hadden toen ze op vakantie waren.’

 

Zijn vrouwen grotere stresskippen dan mannen?

‘Het is moeilijk om daar in zijn algemeenheid iets over te zeggen, aangezien er mannen zijn met een “typisch vrouwenhart” en andersom. Wat in ieder geval meespeelt is een verstoorde balans tussen werk en privé. Vrouwen proberen vaak heel veel ballen tegelijk in de lucht te houden, dat levert stress op. Het is aangetoond dat moeders die meer dan drie kinderen hebben en daarnaast ook nog werken een grotere kans hebben op het ontwikkelen van hart- en vaatziekten. Bij mannen heeft de grootte van het gezin niet zo’n grote invloed. Ook komen in de maand december – voor de meeste mensen een stressvolle periode met kerstdiners en familiebezoek – meer hartinfarcten voor.’

 

Kan het vrouwenhart worden beïnvloed door emoties?
‘Jazeker. We noemen dat het stresshartinfarct of het broken heart syndrome: een verschijnsel waarbij het hart (tijdelijk) wordt verlamd omdat het een grote hoeveelheid stresshormonen niet kan verwerken. Vaak is een emotionele gebeurtenis, zoals een overlijden of liefdesverdriet, de oorzaak. Het gaat dan niet om een ziek hart, maar om een hart dat te heftig reageert. Iemand kan dus letterlijk sterven aan een gebroken hart. Dat komt gelukkig heel weinig voor, maar wel vaker bij vrouwen dan bij mannen. Vooral na de overgang.’

 

Zijn we tegenwoordig meer gestrest dan pakweg 50 jaar geleden?

‘Absoluut. Al tijdens mijn opleiding was ik gefascineerd door het vrouwenhart, ik hield toen al bij welke vrouwen afwijkingen in de aderen hadden als gevolg van stress. Mijn lijstje telde destijds een stuk of vijftien namen, nu zie je het veel vaker. Logisch, aangezien we in een wereld leven die alleen maar sneller gaat draaien. Je ziet het ook aan de groeiende behoefte aan ontspanningsmethoden als yoga en mindfulness. Dat daar aandacht voor is vind ik een goede ontwikkeling, maar het is natuurlijk ook goed om je af te vragen of we de lat niet te hoog leggen voor onszelf.’

 

Wat is het advies aan vrouwen met stressklachten?
‘Om weer in balans te komen, bijvoorbeeld met behulp van de eerdergenoemde yoga of mindfulness. Voldoende bewegen, gezond eten en goed slapen. Ga bijvoorbeeld een uur eerder naar bed, verban alle schermen uit de slaapkamer en zorg dat de ruimte niet te warm is. Een uitgerust mens kan veel meer aan. Ook positiviteit is belangrijk: het glas halfvol proberen te zien in plaats van halfleeg. Er overlijden immers meer pessimisten dan optimisten aan hart- en vaatziekten. Soms zijn deze tips niet voldoende en stuur ik iemand door naar een psycholoog, omdat er veel meer emoties meespelen. Al probeer ik daar zelf al veel in te betekenen: ik zie psychocardiologie als een belangrijk deel van mijn werk.’

 

Vrouwenhart

Het is de missie van Janneke Wittekoek om te zorgen dat er minder vrouwen zullen sterven aan hart- en vaatziekten. Om vrouwen meer inzicht te geven in hun eigen hartgezondheid schreef ze het onlangs verschenen boek ‘Het Vrouwenhart’. Een deel van de opbrengst gaat naar Stichting Hart voor Vrouwen ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek.

Hartbrug-Magazine mag vijf exemplaren verloten van het boek ‘Het Vrouwenhart’. Wilt u dit boek winnen? Ga dan snel naar www.hartpatienten.nl/vrouwenhart

 

 

Cardioloog dr. Janneke Wittekoek

Binnenhuisactiviteiten voor de regenachtige lentedagen

 

Het is lente en het liefst brengt u al uw vrije tijd buiten door. En als het even kan in de lentezon. Maar wat te doen op frisse en regenachtige lentedagen? HartbrugReizen presenteert een (was)lijst met binnenhuis-activiteiten voor wanneer het weer het niet toelaat om buiten te vertoeven.

 

Om met de (was)lijst te beginnen; u kunt natuurlijk de was gaan doen. Maar verstaat u onder recreatieve activiteiten alles behalve de was? Geen nood! Er zijn tal van andere bezigheden om uit te kiezen. Wij maakten een selectie op basis van vergeten, maar creatieve én ‘In een nieuw jasje gestoken’ activiteiten. En dat in combinatie met een ‘Are you kidding me?’ gehalte. Als gemeenschappelijke factor hebben de activiteiten een ontspannende werking. En dat is mooi meegenomen!

 

Shine & Shimmer

De naam verraadt het al… wij gaan poetsen! Dus stroop uw mouwen op en zet een sopje klaar. Een vuilniszak is tevens geen overbodige luxe. Het ‘Are you kidding?’ gehalte hebben wij hiermee gehad. Maar waarom? Omdat opruimen en schoonmaken, oftewel huishoudelijk werk, therapeutisch werkt. Maar hoe? Het op orde brengen van uw huis staat gelijk aan het op orde brengen van uw gedachten. Wanneer u met het huishouden bezig bent (lees: handen), bent u uit uw hoofd en daarmee uw gedachtegangen. Uw aandacht focust u op hetgeen voor u, in plaats van in u. En dat creëert ruimte voor lichaam en geest, waardoor zelfs nieuwe inzichten ontstaan. Bijkomend voordeel? Eenmaal klaar heeft u naast een opgeruimd huis en een opgeruimd hoofd, tevens een voldaan gevoel. Ideaal onder het mom van een voorjaarsschoonmaak.

 

  1. Heeft u als man geen zin? De zolder, kelder en schuur of tuinhuis en garage zijn vast en zeker toe aan een opruimbeurt.

 

Binnen de lijntjes

Binnen de lijntjes? Ja! Want wij gaan kleuren in heuse kleurboeken voor volwassenen; de nieuwste rage. En dat is niet zomaar een werkje. De kleurboeken zijn opgedeeld in collecties en omvatten tips, waaronder kleuradviezen. Hierdoor leert u tevens iets nieuws. Daarnaast komt u door te kleuren tot rust en heeft u even een moment voor uzelf.

 

Buiten de lijntjes

Waar het bij kleurboeken draait om kleuren binnen de lijntjes, kunt u de lijnen bij aquarellen de vrije loop laten gaan. Sterker nog, het aquarellen wordt gekenmerkt door overvloeiende vormen en kleuren. Begin simpel en ontpop uzelf tot een ware, verfijnde kunstenaar. Tip: een ingelijste aquarel doet het goed als cadeau. Is aquarellen te verfijnd voor u? Pak dan de verfkwast erbij en laat u gaan op een verfdoek. Geen zorgen over het goed of fout gehalte, want in de wereld van kunst zijn dat vage begrippen.

 

Ontbrekende puzzelstukje

Misschien is puzzelen wel het ontbrekende puzzelstukje in uw vrijetijdsbesteding (over beeldspraak gesproken…). Puzzelen is uitermate geschikt om te ontspannen en tegelijkertijd uw geheugen te trainen én allang niet meer een bezigheid voor achter de geraniums. Sterker nog, tegenwoordig is het een serieuze bedoeling. Bij puzzelen denkt men niet meer aan de klassieke legpuzzel, want wat dacht u van een 3D puzzel waarbij u tastbare objecten opbouwt, maar zonder voorbeeld? Maar tot puzzels behoren onder andere ook woordpuzzels en de welbekende ‘Rubiks kubus’. Én tegenwoordig hoort online puzzelen er ook bij.

 

Met z’n allen…

Een huis vol? Ga aan de bord- en kaartspellen! Bordspellen zijn er in alle soorten en maten en tegenwoordig hebben de klassiekers een update gehad. U zult versteld staan. Voor de jongste onder ons is het een uitdaging op zich. Wist u dat er een Nederlands kampioenschap bordspellen is? Wie weet ontpopt deze binnenhuisactiviteit zich tot een hobby en uiteindelijk een ware ‘sport’. Waar bordspellen vaak om meerdere spelers vragen kunt u met kaartspellen ook alleen uit de voeten. Denk bijvoorbeeld aan ‘Patience’.

 

Bakken & Co.

In de trant van ‘met z’n allen’ of met de kleinkinderen, maar alleen is eveneens prima: bakken! Denkt u ‘suf’? Welnee! Wederom is bakken, net zoals het puzzelen, tegenwoordig van een heel ander kaliber. Een simpel volkorenkoekje is inmiddels ingeruild voor versierde lekkernijen. Ideaal om samen te doen. Bent u een einzelgänger in de keuken? Waagt u zich dan eens aan de hippe taarten van tegenwoordig met meerdere lagen en de kleurrijkste kleuren. De appeltaart kunt u vergeten! Wat dacht u van een worteltaart of een ‘Red Velvet cake’ met een frisse topping?

 

En al het overige…

Te veel van het goede? U kunt natuurlijk simpelweg lezen, maar zoek daarbij de uitdaging op. Ga voor een leesmarathon waarbij u één schrijver kiest of één onderwerp. Bent u meer van beeld? Organiseer een filmmarathon; alleen of samen. Tot slot is een regenachtige lentedag het ideale moment om het langwachtende klusje in huis op te pakken en af te ronden. Of klussen. Dus verstevig de keukenla en hang het langwachtende schilderij op. Maar misschien hunkert u naar een dagje ‘niets’ en van alles wat? En raad eens… dat mag!  Kortom: u hoeft zich niet te vervelen, want er zijn genoeg binnenhuisactiviteiten!

Aan de wandel

 

De lente is in aantocht en de buitenlucht lonkt. Het is heerlijk om buiten te gaan wandelen en ook nog enorm gezond. Regelmatig wandelen verlaagt de bloeddruk, verbetert  de conditie van hart en bloedvaten, is goed voor de lijn en voor het humeur. Bovendien is het heilzaam voor de botten, gewrichten en spieren.

 

Steeds meer onderzoeken tonen aan dat lang zitten erg ongezond is. Zitten wordt zelfs het nieuwe roken genoemd. Al na vier dagen zitten neemt de concentratie vetten in het bloed toe en de gevoeligheid voor insuline juist af. Dat zijn risicofactoren voor respectievelijk hoge bloeddruk en diabetes. Het is beter voor je gezondheid om kort maar intensief te sporten. Maar nog beter is het om veel en lang te wandelen.

 

Nu zijn er veel vormen van bewegen goed voor het lichaam. Het voordeel van wandelen is dat het voor vrijwel iedereen haalbaar is, goedkoop is en de kans op blessures klein is. Maar het grootste voordeel van wandelen is misschien wel dat het heel veel gezondheidseffecten tegelijk sorteert. Vandaar het devies van de Amerikaanse arts Mike Evans: probeer maximaal 23,5 uur per dag te zitten of te liggen en besteed dus minstens een half uur per dag aan: wandelen. Een half uur wandelen per dag heeft al een zeer heilzaam effect op allerlei lichaamsfuncties. Er zijn veel uitgezette wandelingen in Nederland, wat dat betreft zijn we echt een wandelland. Op zondag zijn er overal wandelaars. In de polder, de bossen, de kuststreken. Woont u niet dichtbij zo’n natuurrijk gebied? De hond uitlaten, een ommetje door de wijk of het nabijgelegen park doorkruisen volstaan ook.

Na een lange winterslaap van vaker de auto en het openbaar vervoer gebruiken wegens de kou is het soms lastig om echt in beweging te komen. Voor wie niet zo’n beste conditie heeft, is het daarom een goed idee om geleidelijk te beginnen. Op www.nwb-wandelen.nl (de site van de Nederlandse Wandelsport Bond) en www.wandeltraining.nl (klik onder ‘schema’s’ op ‘wandelen beginners’) zijn schema’s en tips te vinden.

 

 

Wat versterkt u met wandelen?

 

Spieren en botten

Wandelen versterkt de spieren en botten en vermindert daardoor de kans op osteoporose (botontkalking). Door botten regelmatig te belasten worden ze niet alleen sterker; wie veel loopt, bouwt zelfs nieuwe botmassa op. Bovendien wordt de kans op osteoperose een stuk kleiner. Wandelen is ook goed voor het kraakbeen, het elastische weefsel tussen de botten.

 

Hart en bloedvaten

Dagelijks minstens een half uur wandelen verlaagt de bloeddruk en het cholesterolgehalte in het bloed. Ook verbetert het de conditie van hart en bloedvaten. Dat zit zo: bij mensen die weinig bewegen, wordt de hartwand dunner en het hart kleiner. Het hoeft minder te doen, dus verliest zijn vermogen. Zodra het hart weer meer in actie moet komen, wordt het sterker. En dat heeft effect. Het  risico op hartproblemen daalt al met 50 procent als mensen één uur per week actief zijn. Tel uit de winst voor degene die elke dag actief is.

 

Longen

De longfunctie verbetert: wie veel wandelt, vergroot de capaciteit van de longen om zuurstof op te nemen.

 

Diabetes

Dagelijks wandelen verlaagt het risico op diabetes type 2. Met wel 58%.

 

De hersenen en het zenuwstelsel

Mensen die hun hele leven lichamelijk en geestelijk actief blijven, hebben een sterk verminderde kans op Alzheimer. Wandelaars zijn bovendien opgewekter en hun geheugen functioneert beter. Wandelen helpt ook tegen gevoelens van somberheid en tegen angsten.

 

Gewicht

Als u wilt afvallen, is wandelen ook een goed idee. Met elk half uur flink doorstappen verbrandt u ongeveer 230 calorieën. Als u dagelijks een half uurtje wandelt ( en niet meer gaat eten dan wat u normaal eet) dan raakt u elke maand een halve kilo kwijt.

 

Slapen

Droomt u van een heerlijke nachtrust? Het inslapen verbetert van wandelen, net zoals het doorslapen. Bovendien wordt uw slaap dieper. Wandelen is ook goed voor de darmfunctie en helpt tegen verschillende soorten kanker.

 

Hoe houdt u er plezier in?

Als u elke dag gaat wandelen en u concentreert zich op het licht en de bloemen en planten, zult u de  lente langzaam zijn intocht zien doen en overgaan in de zomer. Een mooi proces om te volgen. U kunt ook samen gaan wandelen. Met vrienden bijvoorbeeld, of met anderen. Er zijn verschillende wandelclubs in het land. Als u op internet zoekt op ‘wandelclubs’ ziet u er meteen een heleboel verspreid over Nederland. U kunt ook naar uw favoriete muziek luisteren, met de hond wandelen of steeds een andere route lopen.

 

Nuttige sites:

www.nwb-wandelen.nl

www.wandeltraining.nl

www.nswandelingen.nl

www.wandelnet.nl

 

‘Gelukkig heb ik een bodyguard’

 

Wilma Noordhoek (39) kreeg twee jaar geleden een hartstilstand. Ze was op dat moment alleen thuis met haar jongste zoon. Inmiddels heeft ze een ‘bodyguard’ die haar beschermt tegen een volgend noodlot.

 

Wilma Noordhoek met Brent en Jack

 

‘Mijn moeder overleed toen ik 21 was. Heel plotseling: ze stapte uit de auto en viel neer. De oorzaak van haar hartstilstand is nooit gevonden en ook onderzoek bij mijn broer, zus en mij bracht niks vreemds aan het licht. Toen ik dus twee jaar terug een paar dagen achter elkaar last had van vermoeidheid, hoofdpijn en zere schouders, dacht ik geen moment aan mijn hart. Ik was pas gescheiden en zorgde vrijwel in mijn eentje voor mijn zoons Brent en Jack, toen 7 en 3. Daarnaast had ik een drukke baan als kapster. Niet zo vreemd dat ik een beetje moe was.

 

Die bewuste middag was ik alleen thuis met de jongste. Ik herinner me er zelf niets meer van, maar blijkbaar heb ik in paniek mijn broer gebeld. Ik kreeg geen lucht en haalde raspend adem. Hij vond me in de gang, mijn gezicht knalblauw en mijn lippen paars. Op aanwijzingen van de meldkamer zijn mijn broer en de buurman begonnen met reanimeren.

 

Een van de eerste herinneringen die ik heb is dat ik in een stoel zat terwijl iedereen lachte, huilde en foto’s maakte. Ik snapte er niets van, ik zat toch alleen maar in een stoel? Pas later begreep ik dat iedereen er sterk rekening mee had gehouden dat ik nooit meer wakker zou worden,

of voortaan als kasplantje door het leven zou gaan. Ik kon gewoon niet bevatten dat ik opeens hartpatiënt was. Dat gebeurt mensen van 80, geen kerngezonde vrouw van 37!

 

Herstel

De artsen stonden ervan versteld hoe snel ik herstelde. Ik had ook weinig keuze. Een vriendin had Brent en Jack vijf weken in huis genomen, maar ik wilde heel graag weer zelf voor ze zorgen. Jack had gelukkig weinig meegekregen van de reanimatie, hij dacht dat ik was flauwgevallen. Maar Brent had dondersgoed door dat ik heel erg ziek was. Hij wilde de rol van man in huis op zich nemen: ontbijt maken of helpen met stofzuigen. Daar heb ik een stokje voor gestoken, kinderen moeten gewoon kind kunnen zijn.

 

Inmiddels weet ik dat ik drager ben van een zeldzaam gen dat deze hartaandoening veroorzaakt. Mijn broer en zus hebben het niet, Brent en Jack hoeven pas na hun 18e te worden getest. Ik moet er niet aan denken dat zij het ook hebben, mijn gezondheid heeft zo al genoeg invloed op hun leven.

 

Ik heb nu een S-ICD, ik noem hem mijn bodyguard. Dat kastje brengt mijn hart weer op gang als het er opnieuw mee stopt. De artsen zeiden dat het nog wel tot mijn zestigste kon duren voor het weer zou gebeuren, misschien zelfs nooit meer. Toch ging het eind mei alweer mis – bijna op de kop af een jaar later.

 

Gelukkig was dit keer niet Jack, maar mijn nieuwe vriend bij me. Ik had hoofdpijn, voelde me duizelig. Hij zag hoe ik wegzakte op de bank, hoe de S-ICD mijn lichaam liet schokken en hoe ik even later weer bijkwam. Het is een geruststelling dat ik nu weet dat mijn bodyguard me inderdaad kan redden, maar het maakt me ook bang. Ik weet zeker dat het weer gaat gebeuren, maar wanneer?

 

Positief

Door het zuurstofgebrek tijdens mijn eerste hartstilstand heb ik helaas blijvende schade opgelopen. Ik ben snel vermoeid, gevoelig voor prikkels en kan niet meer goed multitasken, daardoor moet ik helaas het kappersvak vaarwel zeggen. Lastig, want ik doe dit al 20 jaar! Maar thuis zitten is ook niks voor mij, ik wil graag mijn eigen boontjes doppen. Met een re-integratiecoach ben ik op zoek naar een passende baan en tot die tijd werk ik halve dagen. Dan ben ik aan het eind van de middag net voldoende uitgerust om de jongens van school te halen. Hoewel het soms zwaar is om alleen te zorgen voor twee kinderen – één met ADHD, de ander slechtziend – blijf ik positief. Ik realiseer me hoeveel geluk ik heb gehad, het had ook heel anders kunnen aflopen. Ik geniet enorm van mijn kinderen en ben supergelukkig met mijn nieuwe liefde, die me als geen ander begrijpt, steunt en waardeert. Zonder hem was ik denk ik nooit zo ver gekomen.’

 

Zweven, drijven, zweten, kruipen

 

Dit zijn dé sporttrends van 2017

 

Vergeet hardlopen, fietsen en voetballen en sla de zumba-les in de sportschool voor het gemak ook maar over. Wie fit wil worden gaat dit jaar zweven in hangmatten, skaten met nordic walkingstokken of kruipen over de vloer!

 

Boksen

Boksen is natuurlijk een eeuwenoude sport, maar nu populairder dan ooit! En lang niet alleen onder krachtpatsers: boksen is anno 2017 een sport voor iedereen. Met name vrouwen stappen steeds vaker de ring in, en dat komt onder andere door de imagoverandering van de sport. Het draait niet meer zozeer om vechten, maar om zelfbeheersing, zelfvertrouwen, coördinatie en stressvermindering. Daarnaast traint u met boksen het hele lichaam, Doutzen Kroes zweert erbij. Als dat geen bewijs is dat het werkt…

 

Functionele fitness

Functionele training is fitnessen zonder de standaard sportschoolapparaten. Bij de oefeningen worden hele andere hulpstukken gebruikt, zoals gewichten, touw, een TRX-band of een ViPR (kunststof buis). De naam zegt het al: deze training is functioneel en dus bedoeld om het dagelijks leven te vergemakkelijken. Een huisschilder gebruikt immers hele andere spieren dan een vrachtwagenchauffeur of iemand die op kantoor zit. Idealiter stelt de sportschoolmedewerker dus een programma voor u samen dat ingespeeld is op uw dagelijkse bewegingen.

 

Kruipen

Kruipen is al lang niet meer alleen voorbehouden aan baby’s. In Amerika en Engeland is deze sporttrend al losgebarsten en grote kans dat Nederland snel volgt. U bouwt er spiermassa mee op, verbetert de rompstabiliteit en vergroot het uithoudingsvermogen. Bijkomend voordeel: het kost niks en het kan gewoon in uw eigen woonkamer. Zo simpel als het klinkt is het natuurlijk niet, er zijn verschillende kruiptechnieken. Kruip bijvoorbeeld eerst op handen en voeten, vervolgens met de knieën wat hoger van de vloer, dan achteruit. Nog geen beeld? Zoek dan op YouTube naar ‘crawling fitness’ om een idee te krijgen.

 

Float Fit

De laatste jaren worden High Intensity Interval Trainingen (HIIT) steeds populairder. Het idee is dat u in korte sessies intensief sport, waardoor u net zoveel calorieën verbrandt als tijdens een lange training. Een van de nieuwste rages op dit gebied is Float Fit: oefeningen op een drijvende mat in het zwembad. Lessen duren maximaal een half uur en zijn meestal behoorlijk pittig, al worden er ook rustigere yoga-varianten gegeven.

 

Sporten met een klokje

De technologie blijft zich in rap tempo ontwikkelen en dus komen er constant nieuwe ‘wearables’ op de markt. Deze gadgets, zoals sporthorloges, GPS-trackers en stappentellers, zijn populair onder hardlopers en wielrenners. Al heeft tegenwoordig vrijwel iedere sport zijn eigen wearable, van zwemmen tot golfen. Met de handige functies houden de sensoren alles bij, van de afgelegde afstand en het aantal verbrande calorieën tot uw hartslag. Sommige modellen hebben ingebouwde trainingsprogramma’s en spelen meteen een motiverend muziekje af.

 

Skiken

Deze nieuwe sport is overgewaaid uit Oostenrijk, waar langlaufers het in de zomer als trainingsmethode gebruiken. Eenvoudig uitgelegd is het een combinatie van skeeleren en Nordic Walking. De skikes – verkrijgbaar in steeds meer sportzaken – hebben luchtbandjes waarmee u zowel op verharde als onverharde wegen kunt rijden en de stokken dienen om u af te zetten. Leuk voor iedereen, van jong tot oud!

 

Doe-het-zelf

Dat dure sportschoolabonnement kunt u rustig opzeggen, in 2017 gaan namelijk steeds meer mensen terug naar de basis: trainen met het eigen lichaamsgewicht. Want welke groepsles u ook volgt, de bekende push-ups, squads, lunches en burpees komen altijd terug. En dat kunt u natuurlijk prima zelf thuis op een matje doen. Wissel de grondoefeningen af met traplopen, rennen, bukken en tillen, of doe alsof.

 

Hot Pilates

Na bikram yoga (yoga onder hoge temperaturen) is er nu ook hot pilates. Bij deze sport wordt de ruimte verwarmd tot ongeveer 35 á 40 graden. Pilates is gericht op flexibiliteit, balans en houding, maar de hete variant heeft nog veel meer voordelen, zoals spierversterking en pijnbestrijding. Door de hoge temperaturen verbrandt u ook nog eens razendsnel calorieën, tot wel 700 per les!

 

Aerial Yoga

Yoga is er in tientallen varianten, maar de nieuwste trend op dit gebied is… yoga in de lucht! Bij aerial yoga, ook wel swing yoga of hangmatyoga genoemd, hangt u in een speciale zijden hangmat in de lucht. Dat klinkt relaxed, en dat is het ook. De oefeningen in de lucht worden namelijk afgewisseld met korte dutjes. Door de bijzondere houdingen versterkt u dus al slapende het lichaam, met name de rug en buik komen goed aan bod.

 

Sportapps

Wist u dat 7 minuten sporten per dag al voldoende is om in vorm te komen? Speciaal voor mensen met weinig tijd (of zelfdiscipline) is er de 7 min workout app, die u makkelijk in de reclame tussen twee televisieprogramma’s kunt volgen. En zo is er voor iedereen wel een app die perfect aansluit bij zijn of haar sportdoel. Een buikje wegwerken? Download dan Dagelijkse Buiktraining. Liever strakke billen? Daarvoor is de Runtastic Butt Trainer.  En sterke armen krijgt u met 365days push up. De smartphone is uw gratis personal trainer.

 

Youp van ’t Hek over gedoe met zijn rikketik

 

De show denderde maar door. Youp van ’t Hek leek onvermoeibaar tot hij najaar 2015 neerplofte op het podium. Na eindeloos puzzeldokteren en een openhartoperatie oogt zijn jaarlijkse bundel NRC-columns anders. Het heet Hart en in een extra hoofdstuk verhaalt de cabaretier over de periode vóór en na zes bypasses. Vol humor en zelfspot, helemaal op zijn Youps. Hartbrug-Magazine geeft een voorproefje.

 

Nederland, Amsterdam, 2011
Youp van ’t Hek, cabaretier, auteur
Foto Bob Bronshoff

 

Als toeschouwer weet je zelden wat zich in het hart en het hoofd van de acteurs op het theaterpodium afspeelt. Dat hoeft ook niet, het is privé. Het wordt anders als zo’n theatermens plots in volle actie in elkaar zakt én er daarna openlijk over vertelt. Zoals Youp van ’t Hek (1954) in zijn nieuwste columnbundel Hart. Al lange tijd had hij zich belabberd en bekaf gevoeld. Alleen wist niemand wat er aan de hand was. ‘Liters bloed zijn er in de loop van anderhalf jaar bij me afgetapt. Allemaal in kleine buisjes. En altijd vonden ze wel iets.

 

Kaliumtekort, bloedarmoede, iets met te veel of te weinig magnesium of weet ik veel wat. Pilletje zus, poedertje zo en ik moest voor het kalium veel bananen eten. Ook moest ik mijn bloeddruk in de gaten houden en regelmatig de suiker controleren. Niet de suiker in de koffie. Ik werd een fulltime bejaarde.’

 

Kreuncabaret

Ondertussen ging Youps theaterwerk door, maar vraag niet hoe. ‘Licht heette de voorstelling en dat moest-ie vooral ook zijn. Er moest gelachen worden. Hard gelachen. Daarvoor heeft God mij namelijk op de wereld gezet. In de kleedkamer zat een droeve, vermoeide clown, die zich telkens het podium op moest hijsen.’

 

Tijdens een try-out op 16 oktober in Houten ging het uiteindelijk mis. Na een ‘idiote pijn in de rug’ besloot Youp niet weg te lopen, maar door de benen te zakken. Uiteindelijk lag hij badend in het zweet nog zijn mopjes te tappen. Na een halfuur trok de pijn weg en krabbelde hij weer op. Wat dacht het publiek toen? Dat vroeg Youp zich later af. ‘Dat ik een nieuwe theatervorm uitprobeerde? Kreuncabaret?’

 

In het ziekenhuis werd niets gevonden. Mogelijk was het een niersteenaanvalletje geweest? ‘Zweefvriendinnen begonnen te oreren dat het waarschijnlijk psychosomatisch was. Tussen de oren. Ik had gewoon een burn-out. Te hard gewerkt! Maar ik werk niet en heb nog nooit gewerkt. Ik speel.’ Dus speelde Youp door. ‘Niet zonder succes. Na afloop kreeg ik complimenten dat de show zo vrolijk was. Je kon wel zien dat ik lekker in mijn vel zat.’

 

Aardige puzzeldokter

Youps lijf was het er niet mee eens. Weer nare incidenten in de theaters van Papendrecht en Middelburg. Bang was Youp niet. Toch besloot hij zijn tournee te stoppen. Zijn voorstelling Licht werd te zwaar. Het was de hel. De artsen vonden geen oorzaak, maar hij wilde eerst weten wat er aan de hand was. Opvallend genoeg zijn die dokters toch bijna de enigen die de kritische Youp in zijn boek spaart: ‘Elke keer als ik in het ziekenhuis kwam, waren de klachten verdwenen. En dan is het moeilijk zoeken.’ Niettemin vroeg hij een second opinion aan. De aardige puzzeldokter lichtte zijn familie vol hartpatiënten door: ‘Ja, het is een mooi zootje, die Van ’t Hekjes.’ Ook die arts vond niets. Omdat hij zich ondertussen nog slechter voelde dan voorheen, stuurde ze hem wel naar het ziekenhuis. Hij werd gekatheteriseerd. Het was volledig mis. Net voor kerst 2015 was hij zes bypasses rijker.

 

Olympia in Parijs

Oudejaarsdag mocht Youp weer naar huis: ‘Ik keek naar mijn harde kern, mijn familie, de enige club waar ik echt voor leef. Er werd gelachen. Veel en hard. Alles kwam goed.’

 

Langzaam krabbelde Youp op. Hij ging naar Manchester United-Arsenal met zijn zoon. Wat later stond hij even bij Guus Meeuwis op het podium van L’Olympia in Parijs. Hij schreef opnieuw columns. April 2016 pakte hij zijn eigen theaterwerk weer op. Leven zoals hij voor de operatie deed, kan echter niet meer. ‘Het lijf protesteert wat eerder.’ Daarom is ook de openingsregel van zijn voorstelling Licht veranderd. Youp vraagt nu elke avond voor de zekerheid: ‘Is er een dokter in de zaal?’

 

Varkenshartkleppen

Heeft deze medische malaise Youp een andere kijk op het leven gegeven? Nee, is simpelweg Youps antwoord. ‘Mij heeft het niet veranderd, maar dat ligt aan mij. Ik was een jaar of acht toen mijn oma overleed en sinds die dag ben ik al bezig met de dood. De dood is de enige reden waarom ik het leven zo feestelijk benader.’

Wie Youps NRC-columns van vóór en na de openhartoperatie nu naleest, beziet ze door zijn ontboezeming wél met andere ogen dan voorheen. Die snapt beter waarom hij zijn medische dossiers door de papierversnipperaar wilde halen. Of zich met zijn dochter afvraagt of de ziekenhuizen varkenshartkleppen voor transplantaties bij Unox in Oss inslaan. Youp bleef verder Youp. Hij gaat onverminderd voor licht.

 

Citaten uit: Youp van ’t Hek, Hart, Amsterdam: De Bezige Bij. ISBN 978-94-004-0642-1.

 

Wie pinda’s voert, trekt aapjes aan

 

De zorg is doodziek. Dat is niet alleen een constatering van vaatchirurg Cees Wittens, maar ook de titel van zijn onlangs verschenen boek. Computersystemen van ziekenhuizen zijn niet op elkaar afgestemd, zodat dokters niet snel genoeg weten wat een patiënt mankeert. Medici worden aangespoord om vooral zoveel mogelijk productie te leveren om de afgesproken zorgplafonds voor ziekenhuizen te halen, ook al is dat niet altijd nodig. En dat zijn zomaar twee voorbeelden die het topje van de ijsberg weergeven.

 

In de jaren ’70 van de vorige eeuw werd een arts in het ziekenhuis ondersteund door personeel in drie voltijdbanen. Nu wordt een arts ondersteund door medewerkers in maar liefst 33 voltijdbanen. ‘Minstens de helft van hen heeft geen idee wat de dokter doet’, weet Wittens. ‘Men speelt elkaar werk toe, maakt regeltjes, en vervolgens worden regeltjes gemaakt om regeltjes te controleren. Een soort zelfrijzend bakmeel, kortom!’

 

En intussen moet de patiënt steeds dieper in de vaak smalle beurs tasten om al die kosten via zijn verzekering te kunnen ophoesten. Het huidige systeem zit vol controlemechanismen die de zorg op de werkvloer eerder hinderen dan bevorderen. Niet in het voordeel van ons, patiënten, kortom. Om maar een voorbeeld te noemen: is de specialist die ons behandelt, wel goed? ‘Van de huidige 24.000 medisch specialisten zijn er in 2016 nog geen 20 uit hun vak gezet omdat ze het te slecht deden’, vertelt Wittens. ‘terwijl er statistisch gezien minimaal 5% ver onder de maat presteert, zijnde 1200 specialisten’. In plaats daarvan laten we ze gewoon doorwerken!’

‘Als je niet functioneert als specialist, moet je een ander vak kiezen. Daar hoor je geen patiënten aan op te offeren. De huidige tuchtraad is te slap, die geeft een slecht functionerende arts hooguit een standje. Foei, niet meer doen, hoor!’

 

Voor Wittens zou de hele sector grondig op de schop moeten. In zijn boek werkt hij de plannen daartoe uit. Er zouden minder ziekenhuizen moeten komen. Bovendien zouden we af moeten van de huidige mentaliteit in ziekenhuizen, werken van 8 tot 4. Daarbuiten worden alleen spoedgevallen behandeld.  Dat is niet van deze tijd, ook buiten die tijden zijn patiënten ziek en moeten dringend geholpen worden. Kortom: ploegendiensten in de ziekenhuizen waar complexe patiënten behandeld worden, 24 uur per dag en zeven dagen per week, vindt Wittens.

 

‘We hebben nu kostbare gebouwen met kostbare apparatuur die maar 6-8 uur per dag gebruikt wordt, en op vrijdagmiddag om 15 uur op slot gaan’, weet Wittens. ‘Te gek voor woorden, heel inefficiënt!’

 

Er moeten nieuwe ziekenhuizen gebouwd worden, vindt hij. Dat wil zeggen twintig 24-uurs-centra, per miljoen inwoners één ziekenhuis. Die nieuwe hospitalen moeten identiek zijn aan elkaar, dat scheelt enorm in de architect-, bouw- en onderhoudskosten. In alle ziekenhuizen wordt volgens de jaarlijks geactualiseerde richtlijnen gewerkt. De nieuwe specialistische 24-uurs-centra moeten op plaatsen gebouwd worden die goed bereikbaar zijn, en niet ergens midden in de stad, zoals bijvoorbeeld in Rotterdam. ‘Onbereikbaar’, zegt Wittens. Rond ieder 24 uurs-centrum kunnen vervolgens bijvoorbeeld 3 dagbehandelcentra, voor de minder complexe zorg, worden ingericht en zo nodig enkele zorghotels voor de nodige nazorg.

 

Ook moeten de computersystemen aan elkaar gewaagd zijn, en niet zoals nu syntax error roepen, zodra ze met elkaar in aanraking komen. Met als gevolg dat een behandelaar niet beschikt over de complete ziektegeschiedenis en vaak onderzoeken herhaalt die elders al gedaan zijn. Ook moet de kwaliteit van de geleverde zorg continue realtime gemeten worden om daarmee de specialist, afdeling of ziekenhuis te kunnen vergelijken met het landelijk gemiddelde.

 

Daarnaast moet de zorg af van het systeem waarin specialisten per behandeling betaald worden. Hoe meer behandelingen, hoe vetter de bankrekening van de specialist en het ziekenhuis. ‘Wie pinda’s voert, trekt aapjes aan’, vindt Wittens. ‘Het gaat niet om de kwantiteit, het moet gaan om de kwaliteit’, zegt hij. Nu draait immers veel om geld, in plaats daarvan moet het om de patiënt gaan. Veel behandelingen zijn immers niet altijd nodig, weet Wittens. Vaak kan een andere oplossing volstaan, bijvoorbeeld niets doen! Om deze productie prikkel weg te nemen, pleit Wittens ervoor de specialisten in loondienst te nemen. Door continue de kwaliteit van de geleverde zorg te monitoren kunnen specialisten, afdelingen of ziekenhuizen die onder de maat presteren ook worden geïdentificeerd en aangesproken op het falen. Als dan bijvoorbeeld na een jaar de kwaliteit onder de maat blijft dan mag men die zorg niet meer leveren. Zo vallen de zwakke broeders geleidelijk buiten boord, is de redenering van Wittens. Wie goede kwaliteit levert, zou in dit systeem een bonus kunnen krijgen. Dat meten gebeurt nu helemaal niet. Je weet als patiënt dus niet of de specialist, die tegenover je in de spreekkamer zit of je opereert, wel goed is. Een slechte zaak, vindt ook Hartpatiënten Nederland!

 

Daarom moet er veel veranderen in de optiek van Wittens. Ook een meer getrapte  opleiding kan de vele functies voor artsen beter faciliteren en daarmee de artsen beter motiveren.

 

Of Wittens niet op vele tenen springt? Nee, denkt hij zelf. Velen zien de noodzaak voor verandering, maar zijn bang om te veranderen omdat de gevolgen vaak niet te overzien zijn. ‘Ik heb daarom 2050 als richtjaar voorgesteld. Dan zijn de huidige betrokkenen al weg, hebben er dus geen belang bij zich in te graven in schuttersputjes om veranderingen te voorkomen.’

 

Een zeer lezenswaardig boek, kortom, een aanrader! (te bestellen via:  www.dezorgisdoodziek.nl)

 

Wie goede kwaliteit levert, krijgt een bonus

 

 

Wat te doen bij…

 

In en rondom het huis is er altijd wel wat te doen. Vooral als het op schoonmaken en opruimen aankomt. Immers, een ongeluk zit in het welbekende kleine hoekje (denk aan een zoekgeraakt sieraad). Besteedt u het liefst zo min mogelijk tijd aan het huishouden en alles daaromheen? Vooral omdat u door uw hartaandoening lichamelijke activiteiten als extra belastend ervaart? HartbrugReizen helpt u op weg door middel van handige tips en trucs.

 

Shiny bakplaat

Is uw bakplaat toe aan een grote schoonmaakbeurt? Plaats deze in een met water en natuurazijn gevulde plastic bak (ter grootte van de bakplaat) en laat een nacht weken. De volgende ochtend wacht u een aangename verrassing. Geen bak? Een waterdichte vuilnisemmer voldoet ook.

 

Kalk

Wist u dat kalk als sneeuw voor de zon verdwijnt wanneer u het te behandelen oppervlak met glansspoelmiddel insmeert? Laat het glanspoelmiddel een kwartier inwerken en afspoelen maar.

 

Plakkerige stickers

Stickers. Tegenwoordig is elk product voorzien van tenminste één exemplaar. Op z’n minst om het land van herkomst aan te duiden. Vindt u het ook een priegelwerkje om een sticker van een glas, pot of what so ever af te halen zonder plakkerige restanten? Niet meer! Föhn de sticker warm et voilà; de sticker glijdt er als het ware vanaf. Een glad ondervlak gegarandeerd.

 

(Spaghetti)aansteker

Brandt u regelmatig uw handen tijdens het aansteken van kaarsen? Vanaf nu niet meer! Steek een sliert ongekookte spaghetti aan en hiermee vervolgens uw kaarsen.

 

Kaarsvet

Kaarsen zorgen voor licht, warmte en gezelligheid. Helaas heeft het kaarsvet nogal een eigen wil en kleeft het binnen de kortste keren aan bijvoorbeeld uw tafelkleed. Maar geen nood, want keukenpapier doet wonderen. Plaats een vel keukenpapier op het gesmolten kaarsvet en föhn hierover. Door de warmte hecht het kaarsvet zich aan het papier. Herhaal dit totdat uw tafelkleed en/of kledingstuk weer kaarsvetvrij is.

 

Over kleden gesproken…

Is uw vloerkleed vies en kan dit wel een schoonmaakbeurt gebruiken, maar zit u hierop niet te wachten? Wacht dan op sneeuw en leg uw kleed ondersteboven vijftien minuten in de sneeuw. Het resultaat? Zwarte sneeuw, maar een schoon vloerkleed! PS Laat het kleed vanzelfsprekend opdrogen.

 

Rode (fruit)vlekken

Rode (fruit)vlekken? Geen probleem! Besmeer uw kledingstuk met karnemelk en laat vervolgens nog enkele uren (minimaal drie) weken in karnemelk. Vervolgens afspoelen met koud kraanwater en laat de wasmachine de rest doen. Het resultaat? Vaarwel vlek en welkom vlekkeloos kledingstuk.

 

Frisse geuren & co.

Houdt u ook van het begrip ‘Twee vliegen in één klap’? Laat uw huis heerlijk ruiken, terwijl u stofzuigt. Hoe? Simpel! Strooi een beetje wasmiddel in poedervorm op de grond en zuig dit op alvorens u gaat stofzuigen. Een heerlijk, geurende bloementuin is na afloop gegarandeerd (althans, afhankelijk van uw wasmiddelgeur).

 

Inspector gadget

Over stofzuigers gesproken… u bent iets kleins kwijt? Span een panty over uw stofzuigerbuis en stofzuigen maar. Het voorwerp (bijvoorbeeld een sieraad) blijft door de zuigkracht aan de panty kleven.

 

Houten meubelwaren

Is uw gewaardeerde houten meubelstuk beschadigd met krassen? Moeder natuur biedt een oplossing! Wrijf een walnoot over de beschadigde plek en zie hoe de krassen onzichtbaar worden.

 

Aardappels op hun best (langst)

U houdt wel van een aardappeltje en u heeft groots ingeslagen? Stop een appel tussen de aardappelen en geniet langer van verse ‘piepers’.

 

Pannenkoekenbeslag

Knoeit u met pannenkoekenbeslag? Vanaf nu niet meer. Schenk het beslag in een lege knijpfles (bijvoorbeeld een ketchupknijpfles) en knijpen maar. Sterker nog; het afbakenen van de juiste hoeveelheid beslag in uw koekenpan is zo tevens stukken makkelijker.

 

Fruitvliegjes?

Plaats een schaaltje gevuld met water en azijn in de kamer en binnen de kortste keren zijn de fruitvliegjes weg.

 

Rokers

Hoe wordt en blijft een asbak schoon? Was uw asbakken en droog ze zeer goed af. Spuit de asbakken vervolgens in met meubelspray (deodorant voldoet ook). Het resultaat? De as glijdt er uit.

 

Armbandje omdoen…

U staat op het punt om te vertrekken en om uw outfit af te maken wilt u nog even snel een armband omdoen, maar niemand die u daarbij kan helpen? Geen probleem! Plaats een paperclip aan het uiteinde van uw armband en houdt deze vervolgens vast met uw duim. De paperclip geldt als verlengstuk en stelt u in staat om het uiteinde met het slotje te verbinden.

 

Plakband, tape etc.

Iedereen kent het tafereel van het zoeken naar het begin van een rol plakband, tape en al het andere wat plakt. Vergemakkelijk uw leven door een paperclip aan het uiteinde, dan wel begin van een rol te plaatsen en probleem opgelost. Alweer die paperclip…

 

Mobiel nat?

Leg uw mobiel in een bak met rijst en laat het geheel een nacht rusten. De rijst zorgt ervoor dat de vloeibare substantie wordt opgezogen.

Vier Carnaval, maar met mate!

 

Met name ten zuiden van de grote rivieren barst eind februari het traditionele carnavalsfeest weer los. Bonte stoeten trekken door de straten, de kroegen lopen vol, pleinen worden gevuld met muziek en entertainment, kortom: het is feest!

 

Veel liefhebbers bereiden zich maanden voor op het carnavalsgebeuren. Raden van elf houden bijeenkomsten, alles moet tot in de puntjes georganiseerd zijn om het feest van de zonnewende tot een mooie beleving te laten worden.

 

Voor noordelingen is het even wennen dat, in veler ogen, rare gedoe van de zuiderling. Die weet echter wel beter en stort zich vol overgave in de kolkende mensenmassa van feestgangers. Even los van de dagelijkse sleur, even weg van alles, even van alles doen wat eigenlijk niet echt gezond is. En daar vatten we de spreekwoordelijke koe gelijk bij de horens. Want als diabeet of hartpatiënt verdient het enige voorkeur op je tellen te passen. Bier jaagt je suikerspiegel omhoog, en maakt hongerig.

 

En honger stil je tijdens de carnaval maar al te gemakkelijk met de vette hap. Frites (of wat daarvoor door moet gaan), mayonaise, frikandellen, kroketten, hamburgers,  shoarma, pizza’s, de half bezwijkende weegschaal kijkt je met de dag bezorgder en norser in het gelaat. Daar begint het gegooi in de glazen.

 

Bij twijfel is het altijd beter even met je dokter of specialist te overleggen in hoeverre je los kunt gaan met carnaval. Wees ook bedacht op snelle temperatuurwisselingen. Buiten op straat hossen vereist warme kleding, maar eenmaal binnen in de kroeg zit je vaak opeen geperst als haringen in een ton, en dan is die dikke winterjas net iets te veel van het goede. Ga in elk geval niet zomaar weer de straat op, een verkoudheid heb je zo te pakken.

 

Wie een voorliefde heeft voor een zekere hygiëne, kan carnaval beter aan zich voorbij laten gaan. Glazen worden vaak slecht schoon gemaakt, virussen en bacteriën vieren ook uitbundig carnaval deze dagen. En wanneer je je door de menigte naar het toilet hebt weten te wringen, verwacht dan geen geheel zuiver toilet.

 

Wie desondanks carnaval wil meemaken en niet terugschrikt voor de ‘bijwerkingen’ van drukte, gebrekkige hygiëne en verhoogd risico op ziek worden na de feestdagen, kan in Limburg en Brabant zijn lol op. Toch verschillen beide provincies wat betreft het vieren van het volksfeest veel van elkaar. In Limburg is het de bedoeling dat iedereen zich zo origineel mogelijk verkleedt en opmaakt. In Brabant overheerst juist de uniformiteit (de spreekwoordelijke boerenkiel). Een ander verschil is, dat Limburgers dan uit volle borst meezingen met zelfgemaakte liedjes in de eigen taal en uit de eigen regio, waar Brabanders het toch overwegend doen met Nederlandstalige muziek. Een kloof dus tussen de Brabantse Neerlandstalige skihuthoempapa en de Limburgse dialectchansons, hoewel in kroegen in Eindhoven, Den Bosch, Bergen op Zoom en Tilburg ook geregeld Brabantse liedjes ten gehore gebracht worden, zoals het ‘Groen Oranje Sjaal’, waarmee Guus Meeuwis de kleuren van Tilburg bezingt. In Den Bosch is er een kwekfestijn voor de Oeteldonkse muzikanten met vaak in onbruik geraakte Bossche woorden. Blaaskapellen vind je overigens in beide provincies. Limburg kent bovendien zijn ‘zaatte hermeniekes’, Brabant zijn dweilorkesten.

 

Waar in Limburg de ‘Einzelgänger’ hoog aanzien geniet, word je in Brabant verondersteld volledig in de anonieme massa op te gaan. In Limburg tel je als uniek uitgedoste feestganger, in Brabant moet je juist niet opvallen.

 

Een andere traditie in Limburg is het ‘autoriteite toeke’, het kritiek leveren op de autoriteiten. Dat mag namelijk met carnaval, ook in je uitdossing, in wat je met je meedraagt. Dit belachelijk maken van gezagsdragers, een oeroude Limburgse carnavalstraditie, vormt ook de aftrap van het Maastrichtse carnaval, waar zelfs ministers bij aanwezig zijn, die zich het nodige moeten laten gevallen. Maastricht is ook de plaats van de mooie optochten, evenals onder meer Roermond, en andere Limburgse steden. Maastricht is de plek waar carnaval vooral op straat gevierd wordt. Hoe noordelijker je komt, des te meer verplaatst het carnaval zich naar binnen, in kroegen en zalen, waar de bar en de muziek centraal staan.

 

In enkele steden zijn er tradities rond het afsluiten van het carnavalsfeest. In Roermond wordt dinsdagmiddag de god van de drank, Bacchus, de Roer in gegooid. In Sittard is er het Maske Begrave, in Venlo de Muts Afzette. Goed te merken is, om af te ronden, dat de ‘Hollandse’ invloed in Brabant sterker is dan in Limburg, dat toch iets verder weg ligt van de randstad. In Brabant staat de gelijkheid centraal (ieder mens is gelijk), in Limburg juist de uniekheid van ieder mens. Wat beide provincies gemeen hebben: de gezelligheid staat centraal. En daar doen we het toch voor!

 

Waarheen met carnaval? Plan je eigen uitstapje, kies een stad of dorp, en informeer bij de regionale VVV wanneer daar iets te doen is! Het is namelijk te veel om in dit kader op te sommen. Wanneer je als ‘buitenlander’ kiest voor Brabant of Limburg, dan zou je kunnen beginnen bij een van de grote steden. Daar is immers altijd wel iets ‘los’. Fijne dagen!

 

Partner of mantelzorger?

 

Als partner van een hartpatiënt neem je automatisch meer (zorg)taken op je. Natuurlijk doe je dat uit liefde, maar overbelasting ligt op de loer.

 

Nederland telt 4 miljoen mantelzorgers, waarvan maar liefst 10 procent zich overbelast voelt. Dit geldt met name voor mensen die intensieve zorg verlenen aan een hulpbehoevende naaste. Hartpatiënten leiden doorgaans een redelijk normaal leven en hebben daardoor geen, of slechts voor een korte periode, intensieve zorg nodig. Toch zullen hun partners wél een zorgende rol aannemen: ze gaan bijvoorbeeld mee naar ziekenhuisafspraken of nemen (huishoudelijke) klussen uit handen. Voor veel partners zal dit voelen als vanzelfsprekend, en niet direct als mantelzorg.

 

Dat geldt ook voor Cilla Hooijmans-Schot (36) van de site www.hartstukjes.nl. Haar man Lennart kreeg in 2014 een hartaanval en heeft inmiddels een S-ICD. ‘Bij het woord mantelzorg denk ik aan iemand die voortdurend hulp nodig heeft. Dat is bij ons niet zo, Lennart heeft gelukkig weinig klachten en doet bijna alles zelf. Maar als ik erover nadenk, ben ik best veel aan het zorgen. Hij is niet bang dat zijn hart weer iets geks doet, maar ik ben er onbewust wel mee bezig. Op slechte dagen is hij snel vermoeid en wil ik hem beschermen. We kunnen dan zelfs bekvechten over wie de boodschappentassen draagt. Ons leven is veranderd en dat is wennen, zeker omdat we nog zo jong zijn. Als ik geïrriteerd raak omdat hij een dutje moet doen terwijl we iets leuks gepland hadden, voel ik me schuldig. Voor hem is het toch veel erger dan voor mij? Maar het is een feit dat ons leven nu meer om hem draait. Dat onze toekomst in één klap veranderd is. Hoe ik het volhoud? Veel praten, eerlijk zijn tegen elkaar en grapjes blijven maken. ‘Je kunt best stofzuigen hoor, beweging is goed voor je’, zeg ik dan om hem een beetje te plagen.’

 

Cilla Hooijmans-Schot

 

Mantelzorglijn

Ginette Klein spreekt als coördinator van de Mezzo Mantelzorglijn dagelijks mensen die zorgen voor een zieke partner. ‘Meestal voelen zij zich inderdaad geen mantelzorger. Als je van elkaar houdt, zorg je voor elkaar, vinden ze. In goede én slechte tijden. Soms helpt het om het woord toch te benoemen. Als je jezelf beschouwt als mantelzorger, is de stap om hulp te vragen vaak makkelijker. Veel partners doen dat niet, ze voelen zich schuldig dat ze het soms zwaar vinden.’

 

Ze raadt mantelzorgers aan om gebruik te maken van de vormen van hulp die er zijn. ‘In de huidige participatie-samenleving wordt ervan uitgegaan dat je als partner veel zelf doet, maar de gemeente kan je wel informeren over de opties die er wél zijn. Misschien kom je wel in aanmerking voor thuiszorg, of kun je je aanmelden voor een boodschappenservice. Iedere gemeente heeft ook een Steunpunt Mantelzorgers, waar ze kunnen helpen met bijvoorbeeld het invullen van formulieren.’

 

In de gesprekken die Ginette Klein heeft met mantelzorgers, merkt ze dat de meeste partners liever zo weinig mogelijk uit handen geven. ‘Dat is begrijpelijk, maar we adviseren wel om af en toe tijd voor jezelf te nemen. Respijtzorg biedt mantelzorgers de mogelijkheid om taken tijdelijk even over te dragen, zodat ze zelf bijvoorbeeld een middagje weg kunnen. Op die manier laad je op en dat voorkomt uitval. Ook kun je via www.mezzo.nl meedoen aan het online programma Do Something Different. Je ontvangt dan via sms of email kleine opdrachtjes die je in 30 dagen leren om beter voor jezelf te zorgen. Veerkracht is het toverwoord om het vol te houden.’

 

Tot slot benadrukt Ginette Klein hoe belangrijk het is om te kijken naar de positieve kanten. ‘Vergeet niet wat je altijd voor elkaar was. Misschien kan je partner bepaalde dingen in huis niet meer doen, maar kun je wel nog steeds fijn samen wandelen of urenlange gesprekken voeren. Kijk naar wat je wel hebt in plaats van wat niet, dat houdt je relatie gelijkwaardig.’

 

Positieve houding

Daar kan Maike Andeweg (63) over meepraten. Haar man Frans (64) werd in 2001 hartpatiënt. Er bleek een gat te zitten tussen zijn hartkamers, werken ging niet meer. ‘Van huis uit ben ik verpleegkundige, ik werkte destijds parttime in de thuiszorg’, vertelt Maike. Overdag hielp ik ouderen en thuis verzorgde ik mijn man. Fysiek, maar ook psychisch had hij veel ondersteuning nodig. Frans had het namelijk moeilijk met het verliezen van zijn geliefde baan als onderwijzer. Eerlijk gezegd zag ik best op tegen onze toekomst. Mijn man was iemand die flink kon mopperen als iets niet lukte, ik was bang dat hij in een hoekje zou gaan zitten kniezen. Maar hij herpakte zich juist wonderbaarlijk snel en bloeide helemaal op. Hij is veranderd in een hele lieve man die geniet van het leven. We doen alleen nog maar leuke dingen! Natuurlijk ben ik nog steeds mantelzorger, ik doe veel meer dan vroeger. Maar nee, ik vind dat absoluut niet zwaar. En dat komt vooral door de positieve houding van mijn man.’