Weet u nog? Tot tien jaar geleden zaten we in het ziekenfonds en de beter bemiddelden onder ons waren particulier verzekerd. Deze laatste groep kende een eigen risico, de ziekenfondsers niet. Die kregen de rekening van huisarts of specialist niet eens onder ogen: alles ging rechtstreeks naar het fonds, en dat betaalde keurig de rekening.
Tien jaar geleden was het afgelopen met die pret. Toen kregen we te maken met een nieuw stelsel waarin iedereen een basisverzekering kreeg, met de mogelijkheid om bij te verzekeren. En vervolgens kwam er een eigen risico bovenop. Inmiddels bedraagt dat eigen risico maar liefst 385 euro.
Iedereen moet die 385 euro ophoesten, arm of rijk. De rijken zullen dat nauwelijks in hun portemonnee merken. De mensen met een redelijk platte beurs des te meer, hoewel de allerarmsten wel een tegemoetkoming krijgen.
Relatief gezien kost de gezondheidszorg de mensen met een laag inkomen veel meer dan de mensen die een goed inkomen hebben. Dat is een logisch gevolg van de marktwerking. Bovendien kunnen relatief arme mensen zich niet echt goed bijverzekeren bovenop hun basis. Dat kunnen de rijken dan weer wel.
‘Het voordeel van de eigen bijdrage is dat mensen minder vaak naar de dokter gaan. Dat wil zeggen, ze gaan alleen als het echt nodig is, mensen worden voorzichtiger, het gaat hen namelijk geld kosten’, aldus gezondheidseconoom Wynand van de Ven in de Volkskrant.
In geen ander land is het eigen risico zo laag als in Nederland, blijkt uit een onderzoek door de Volkskrant eind december vorig jaar. In 2006 bedroeg het eigen risico 4 procent van de zorguitgaven, nu is dat 8 procent. In Zweden en Duitsland is dat 13 procent, in de VS 12 procent, en – houd u vast – in buurland België 20 procent!
De zorgtoeslag maakt dat in ons land de echte armen minder betalen, de rijken des te meer, want zij moeten de toeslag voor de armen ophoesten. Dat gebeurt via de belastingen.
Nergens anders dan in Nederland worden mensen zo snel geholpen. De intergouvernementele Organisatie voor Economische Samenwerking OESO rekende uit dat de toegang tot de zorg nergens beter is dan in Nederland. Ook constateert deze organisatie dat de zorg hier heel toegankelijk is en van hoge kwaliteit.
Ook de verzekeraars zelf zijn overigens de dupe geworden van het nieuwe zorgstelsel. Tot 2012 kregen zij alle kostenoverschrijdingen vergoed door het Rijk en dat kostte de belastingbetaler sloten geld. De almaar oplopende kostenstijgingen werden als gevolg daarvan niet gedragen door de zorgverzekeraars, maar door ons allemaal. In 2012 maakte het kabinet daar een eind aan. De verzekeraars moeten zelf hun broek ophouden en hun begroting rond krijgen. Tekorten worden niet meer bijgepast door vadertje staat. Toen gingen de eerste twee ziekenhuizen failliet!
Zorgverzekeraars liggen sindsdien in de clinch met machtige belangengroepen: ziekenhuizen en artsen. Minder machtige zorgverleners worden volgens de Volkskrant echter uitgeknepen, zoals fysiotherapeuten, logopedisten en diëtisten, want die kunnen geen gezamenlijke vuist maken. Voor hen is het slikken of stikken.
Ook de apothekers is het sinds het nieuwe zorgstelsel een stuk minder goed gegaan. Apotheek en rijkaard waren vroeger synoniemen. Dat is nu wel anders. Nergens anders is de omzet zo snel gedaald. In enkele jaren raakten de apothekers een kwart van hun omzet kwijt. Dat komt omdat de bonussen die apothekers kregen van de farmaceutische industrie door de verzekeraars werden afgeroomd. Bovendien moesten apothekers voortaan goedkopere medicijnen verstrekken in plaats van vaak veel te dure merkmedicijnen. En het automatisme waarmee de apotheker vergoedingen ontving via het ziekenfonds viel ook weg.
Artsen en specialisten gingen minder verdienen. In 2005, een jaar voor de invoering van het nieuwe zorgstelsel, verdiende een beetje specialist 8,4 keer zoveel op als het gemiddelde loon van de Nederlander. Een huisarts verdiende 4,8 keer zoveel. Het OESO publiceerde onlangs dat de specialist nog ‘slechts’ 4,6 keer zoveel als modaal verdiend, de huisarts ‘moet het stellen’ met 2,8 keer het gemiddelde. Daardoor zijn de inkomensverschillen tussen arts en patiënt meer gelijk getrokken.
Tegelijkertijd moet geconstateerd worden dat de afgelopen tien jaar, ondanks de veelgeprezen marktwerking, geen enkele nieuwkomer op de markt is verschenen. En die het probeerde, werd snel weggevaagd. In de verzekeringsmarkt is de concurrentie maar matig, concludeert de Volkskrant. Het marktaandeel van de vier grote spelers steeg de afgelopen tien jaar van 71 naar maar liefst 90 procent.
Dat de verzekeraars klanten bij anderen proberen weg te lokken met speeltjes (zoals iPads) en aanbiedingen, valt niet bij iedereen goed. In een paginagrote advertentie in NRC waarschuwde directeur Chris Oomen van DSW zorgverzekeraar dat het oneerlijk is om te sjoemelen met lagere premies voor budgetpolissen. Iemand met zo’n polis gaat echt niet meer of minder naar de dokter, en datzelfde geldt voor degene die met een iPad verleidt wordt om over te stappen. Dit gesjoemel ondermijnt volgens Oomen het zorgsysteem en leidt tot ongelijkheid. ‘De solidariteit in het systeem houden we alleen overeind als iedereen voor dezelfde plichten en rechten dezelfde premie betaalt’, vindt Oomen.
Wat vindt u van ons huidige zorgstelsel? Wilt u liever terug naar het ziekenfonds? Of bent u tevreden? Laat het ons weten!
Dit kan door een brief te sturen naar Postbus 1002, 6040 KA of mail naar roermond@hartpatienten.nl