Reizen met een hartaandoening: do’s & dont’s

 

U bent hartpatiënt en wilt graag op vakantie. Maar kan dat? Natuurlijk! Weliswaar enigszins aangepast, maar verre van onmogelijk. Loopt uw hoofd over alleen al bij de gedachten van al de ontelbare dingen waaraan u moet denken? Geen zorgen. HartbrugReizen helpt u een handje en zet alle handige tips op een rijtje. Wij vertellen u de do’s & dont’s omtrent het reizen met een hartaandoening.

 

Telefoonnummers

Voordat u op reis gaat, controleer de voor u belangrijkste telefoonnummers. Denk hierbij aan het telefoonnummer van de huisarts en cardioloog in Nederland, maar ook van de Eerste Harthulp-afdeling van uw ziekenhuis. In geval van vragen en/of twijfel, kunt u hen direct bellen. Vergeet tevens niet de telefoonnummers van het dichtstbijzijnde ziekenhuis in de plaats van uw bestemming op te zoeken. Een vooruit gestippelde routeplanner is een pre. Print al deze gegevens vervolgens uit of noteer het in een notitieboek en bewaar het op een simpele vindbare plek.

 

Medicijnen

Bent u een van de vele hartpatiënten waarbij medicijnen slikken tot het dagelijks doen en laten behoort? Vraag naar aanleiding van de duur van uw vakantie indien nodig een dubbele dosis voorraad aan. Vergeet niet uw medicijnen in te pakken in een makkelijk uitpakbare tas, zodat u deze te allen tijde bij de hand heeft. Reist u met het vliegtuig? Zorg ervoor dat in uw handbagage voldoende voorraad zit voor minstens een week. Dit in verband met het mogelijk zoekraken van ingecheckte bagage die met vertraging op het vakantieadres wordt afgeleverd.

 

Is er sprake van meerdere medicijnen? Denk dan aan bijvoorbeeld Het Europees Medisch Paspoort (EMP). Het EMP is in 2001 geïntroduceerd en ontwikkeld op verzoek van artsen, GGD en diverse patiëntenorganisaties. Hierin staan naast gegevens over de ziekte(n) en het medicijnengebruik, ook overige medische informatie. Let wel, dit is geen officieel verplicht document. Ook kunt u via ons een Internationale Hartpas aanvragen.

 

Slikt u op doktersvoorschrift langdurig medicijnen die in bepaalde landen als verdovende middelen beschouwd worden? Zorg dan voor een officieel begeleidend schrijven van de desbetreffende arts waarin de medische noodzaak wordt benoemd. In geval van vragen overhandigt u dit document aan de douane.

 

Pacemaker, ICD & Co.

Heeft u een tikkende, metalen metgezel in uw lichaam? Prima! Laat een pacemaker of ICD u vooral niet tegenhouden. Maar vergeet niet om het welbekende pacemaker- of ICD-identificatiepasje mee te nemen en dichtbij u te dragen. Op dit pasje staan alle persoonlijke gegevens omtrent uw pacemaker/ICD. Op deze manier kunt u aantonen dat u een pacemaker, dan wel ICD-drager bent. En dat is nodig ter controle en/of in geval van nood voor de dienstdoende eerstehulpverlener. Bijvoorbeeld op het vliegveld of bij de entree van een monument is het vanwege uw pacemaker/ICD niet toegestaan om de metalen controlepoorten te passeren. Uw identificatiepasje bewijst dit waarna u de toegang op een andere manier dient te worden verleend.

 

Alarmpenning

Mocht u alleen reizen en wilt u het zekere voor het onzekere nemen? Kies dan voor een alarmpenning. Alarmpenningen zijn tegenwoordig bij verschillende organisaties te verkrijgen en in verschillende uitvoeringen. Denk bijvoorbeeld aan een ketting of armband. Op deze alarmpenning staat een logo met een korte beschrijving van uw aandoening en een persoonlijk nummer dat doorgegeven kan worden wanneer de hulpverleners in kwestie bellen met de alarmcentrale van de alarmpenning. Zij worden naar aanleiding van dit nummer direct op de hoogte gesteld van uw medische situatie. Of u kunt natuurlijk ook kiezen voor de oude, vertrouwde SOS talisman. In deze mooie medaille treft de hulpverlener uw eigen handgeschreven gegevens aan. Deze SOS medaille kunt u bij ons bestellen via 0475 – 31 72 72.

 

In Case of Emergency (ICE)

Gaat een alarmpenning u net iets te ver, maar heeft u wel graag iets achter de hand voor het geval dat? Denk dan aan de last but not least gouden tip: ICE-telefoonnummer. In 2005 is een vrijwillig initiatief gestart om mobiele telefoongebruikers ertoe te zetten om onder de afkorting ‘ICE’ minstens één telefoonnummer op te slaan. Wanneer het noodlot toeslaat en eerste hulp aan het slachtoffer wordt verleend, maar de eigenaar van de mobiele telefoon niet aanspreekbaar is en/of in staat om zijn naasten te contacteren, bellen hulpverleners dit nummer.

 

In geval van chronisch zieken, zoals hartpatiënten is de tijd die hiermee bespaard wordt en niet opgaat aan het identificeren van het slachtoffer van levensbelang. Op deze manier krijgen de hulpverleners, direct de juiste contactpersoon aan de lijn die hen belangrijke informatie over ziekte(n), medicijngebruik en overige essentiële kennis van de patiënt kan geven.

 

Mocht u meer contactpersonen willen opgeven, dan doet u dat door steeds een nummer achter de letters toe te voegen. Bijvoorbeeld: ICE1, ICE2 en ICE3. Als aanvulling daarop is in 2008 door de ITU¹ een wereldwijde standaard aangenomen omdat niet iedereen op de wereld Romeinse letters kan lezen. Zij bevelen in plaats van de gebruikelijke ICE, cijfers gevolgd door letters aan. Bijvoorbeeld: 01Moeder, 02Vader, 03Broer. Dus wilt u zo goed mogelijk voorbereid op reis gaan en bijna niets aan het toeval overlaten? Noteer dan beiden.

 

Voor alle tips geldt dat indien u met een reisgenoot reist, u deze op de hoogte dient te stellen van uw medische situatie en uit dient te leggen wat te doen in geval van nood, maar ook waar wellicht levensreddende informatie en/of medicijnen te vinden zijn. Bovenstaande tips zijn daar een uitstekende richtlijn voor.

 

 

 

¹ ITU: De Internationale Telecommunicatie-unie (ITU, in het Nederlands wel vertaald als Internationale Vereniging voor Verre berichtgeving) is een internationale organisatie die in 1865 werd opgericht om op het gebied van telegraafverbindingen internationale standaarden vast te stellen.

Maastricht UMC+ plaatst als eerste mini-pacemaker in Limburg

 

Recentelijk is in Maastricht UMC+ als eerste ziekenhuis in de Nederlandse provincie Limburg een zogeheten mini-pacemaker bij een patiënt ingebracht door cardioloog Kevin Vernooy. De allereerste implantatie vond in 2014 plaats in het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein.

Medtronic is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de mini-pacemaker. De officiële naam is Micra™ transcatheter pacemaker. Het minuscule apparaatje is ruim negentig procent kleiner dan de klassieke pacemaker en is te vergelijken met een grote vitaminepil. De mini-pacemaker heeft een gewicht van 2 gram, een lengte van 25,9 millimeter en bedraagt 6,67 millimeter in diameter.  De Micra™ transcatheter pacemaker wordt op dit moment slechts door enkele cardiologen in een select aantal ziekenhuizen in Nederland geplaatst, waaronder door Vernooy in Maastricht UMC+.

 

Volgens Vernooy brengt de mini-pacemaker een groot aantal voordelen met zich mee. Het snellere herstel vanwege een verandering in de plaatsingsmethode van de pacemaker is er één van: ‘De mini-pacemaker heeft nu eenmaal een aantal grote voordelen ten opzichte van de traditionele methode, ook op de lange termijn. Zo zal de patiënt niet alleen sneller herstellen na de ingreep, de mini-pacemaker is daarnaast niet van buitenaf zichtbaar en ook de levensduur van de batterij is met gemiddeld zo’n tien jaar behoorlijk lang.’

 

Hartkamer stimulatie

Momenteel is de nieuwe innovatie nog niet van toepassing op alle hartpatiënten. De mini-pacemaker kan namelijk alleen geplaatst worden bij patiënten die enkel stimulatie in de hartkamer nodig hebben. Hieronder vallen hartpatiënten met een trage hartslag of boezemfibrilleren. Bij dergelijke aandoeningen wordt een pacemaker bij de patiënt ingebracht die het onregelmatige ritme herstelt door middel van elektrische impulsen en omzet in een regelmatig hartritme.

 

Waar vroeger de conventionele pacemaker door middel van een chirurgische ingreep werd ingebracht in veelal de borstkas, gebeurt dat nu via de lies. De mini-pacemaker wordt in zijn geheel in het hart geplaatst met behulp van een katheter via een ader in de lies. Daarnaast is de mini-pacemaker in, tegenstelling tot de traditionele pacemaker, draadloos. Hierdoor is er geen sprake meer van pacemakerdraden die normaal gesproken vanaf de pacemaker naar het hart lopen en daar, in het hart, worden bevestigd. Tevens is hiermee de kans op draadbreuk (een voorkomende complicatie bij de pacemaker van huidige grootte) verdwenen. De verwachting is dat ook andere complicaties door deze minder ingrijpende behandeling op de lange termijn zullen verminderen.

 

Toekomstperspectief

Volgens medici is de mini-pacemaker al een hele grote, eerste stap in de verdere ontwikkeling van de pacemakertechnologie. De hoop bestaat dat in de toekomst de mini-pacemaker doorontwikkeld wordt voor alle, of op z’n minst meer hartpatiënten, met andere ritmeproblematiek.

Jos Kuipers (69): Vanuit het niets ‘hartpatiënt’

 

De 69-jarige Jos Kuipers geniet samen met zijn ‘meissie’, zoals hij haar liefkozend noemt, intens van het leven. Zijn hele leven lang is hij een fanatieke sporter. Wanneer hij vanwege een blessure noodgedwongen afscheid moet nemen van het sporten, blijkt dat een onverwacht geschenk uit de hemel. Op de operatietafel wordt namelijk bij toeval een hartaandoening ontdekt. Jos vertelt zijn verhaal.

 

In 1946 komt Jos in Utrecht ter wereld. Hier runt hij jarenlang samen met zijn ‘meissie’ een glas- en verffamiliebedrijf. Inmiddels is Jos met pensioen en heeft hij samen met zijn partner de Domstad verlaten: ‘Ik werk alsnog twee ochtenden in de week bij een glasbedrijf in Lelystad. Verder genieten mijn ‘meissie’ en ik onder andere enorm veel van reizen. Wij proberen iedere maand op vakantie te gaan.’

 

Jos Kuipers

 

Onverwachte ontdekkingen

Jarenlang doet Jos aan wielrennen. Wanneer zijn veertigste verjaardag nadert, maakt hij de omslag naar hardlopen: ‘Eerst één kilometer, later vijf kilometer en weer wat later tien kilometer. Uiteindelijk heb ik vele tientallen halve marathons gelopen, alsook nog zes marathons.’ In mei 2011 is het afgelopen met het hardlopen. Op de laatste dag van de maand loopt Jos zijn laatste halve marathon. De volgende dag kan hij niet meer lopen vanwege een totaal kapotte knie.

 

Een operatie voor een knieprothese volgt. Maar het echte ziekbed begint dan pas: ‘Op de dag van de operatie ontdekte de arts dat ik een ‘flutter’  had. Deze hartaandoening was dermate ernstig dat de operatie werd uitgesteld. Een tweetal weken later werd de operatie alsnog uitgevoerd, maar in plaats van een algehele narcose, is er gekozen voor een ruggenprik. Van de ‘flutter’ heb ik nooit lichamelijk wat gemerkt, maar ik bleek het toch echt te hebben.’

 

Jos wordt vanwege de ontdekking onder controle gehouden ook al ervaart hij zelf geen klachten. In 2015, na het maken van het zoveelste hartfilmpje, besluit zijn cardioloog tot een Holteronderzoek. Wanneer hij de volgende dag het Holterkastje inlevert, wordt hij de daaropvolgende dag al gebeld: ‘Of ik zo spoedig mogelijk naar het ziekenhuis wilde komen. Ik was totaal verrast, want nog steeds had ik niets, maar dan ook helemaal niets gemerkt van een eventuele hartafwijking.’

 

Mini-pacemaker

Eenmaal in het ziekenhuis blijkt Jos hartslagpauzes van meer dan acht seconden te hebben. Ook hiervan heeft hij wederom geen idee: ‘Het enige wat ik af en toe merkte, was dat ik na een stukje wandelen soms moe was. Maar dat schreef ik destijds toe aan mijn knieprothese.’ Maar niets blijkt minder waar. Na een opname in het ziekenhuis krijgt de positieveling andermaal een Holterkast: ‘Ook nu weer bleek dat mijn hart ‘pauzes’ inlaste en dat mijn hartslag soms terugliep naar dertig slagen per minuut. Vele malen is mij gevraagd of ik iets merkte en hoe ik mij voelde. Steeds was mijn antwoord dat ik niets merkte en dat ik mij uitstekend voelde.’

 

Uiteindelijk wordt de knoop doorgehakt en krijgt Jos te horen dat hij een pacemaker krijgt. Aangezien hij te maken heeft met een wisselende lage hartslag en lange hartslagpauzes, komt hij in aanmerking voor de mini-pacemaker: ‘Op mijn verjaardag op 21 oktober 2015 heb ik via mijn lies een mini-pacemaker geïmplanteerd gekregen. De ingreep is bij mijn volle bewustzijn gedaan en uitstekend verlopen. Het enige waar ik last van had, was het drukverband op mijn lies, maar dat mocht er na twintig uur vanaf.’

 

De volgende dag mag Jos alweer naar huis. Ook al is hij nu een mini-pacemaker ‘rijker’, in wezen voelt hij zich niet anders dan voorheen: ‘Lichamelijk voelde, en voel ik nog steeds geen verschil met de tijd voor de ingreep. De uitdraaien van mijn hartfilmpje hebben mij moeten overtuigen dat er iets niet goed is met mijn hart.’

 

Als voorheen

Eenmaal helemaal opgeknapt en bijgekomen van alle gebeurtenissen, voelt Jos lichamelijk totaal geen beperkingen doordat hij nu door het leven gaat met een mini-pacemaker: ‘Ik kan alles doen wat binnen mijn kunnen ligt! Al snel merkte ik wel dat ik nu totaal geen last meer heb van vermoeidheid als ik een stuk had gewandeld. Kon ik voor de ingreep ruim zeshonderd meter aan een stuk wandelen, nu kan ik bijna onbeperkt blijven wandelen zonder moe te worden of in ademnood te komen.’

 

Hij vervolgt: ‘Volgens mijn ‘meissie’ ben ik als mens niet veranderd. Zelf ervaar ik dat ook. Ik vind het nog steeds moeilijk te beseffen dat ik, na een zeer sportief leven, deze aandoening heb gekregen. Het niet meer kunnen hardlopen is mij zwaar gevallen en het doet mij nog steeds ‘pijn’ als ik mijn vrienden zie die wel heerlijk in de bossen kunnen hardlopen.’

 

Maar ondanks de ingreep en het hebben van een mini-pacemaker kan Jos voor de volle 100% concluderen, dat zijn leven alleen op het gebied van wandelen en het soms hebben van ademtekort iets is veranderd: ‘Voor de rest voel ik mij nog net als voor de ingreep. Met een ‘gerust’ hart kan ik zeggen dat ik mij geen hartpatiënt voel. Ik zie de toekomst met veel vertrouwen tegemoet en probeer, samen met mijn ‘meissie’, te genieten van het leven dat nog voor ons ligt.’

Arbeidsongeschikt, en nu?

 

Vorige keer sprak Young & Yearning met de 29-jarige Dyenne. Zij leverde een naar eigen zeggen helse strijd om te bewijzen in hoeverre zij arbeidsongeschikt is. Maar wat als je, meer dan je lief is, wordt afgekeurd? Niels Alberink praat hierover.

 

De 34-jarige Niels gaat sinds 2012 door het leven als hartpatiënt en is sindsdien een mechanische aortaklep1, pacemaker en ritmestoornis ‘rijker’. Hieraan ging een bacteriële endocarditis2 bij de bicuspide aortaklep3, een lekkende hartklep en een totaal AV-blok4 vooraf. Maar ook zes hartstilstanden. Tot slot heeft hij een ritmestoornis bij zijn sinusknoop.

 

Niels

 

Arbeidsongeschikt

Na een lang ziekbed, waarvan de sporen nog steeds zichtbaar zijn, wordt Niels in 2014 arbeidsongeschikt verklaard. In eerste instantie voor 53%, na herkeuring 72,2%: ‘Hiervoor werkte ik ruim 36 uur per week. Nadat ik de twee jaar durende ziektewetperiode heb doorlopen, ben ik met twee uur per week weer langzaamaan begonnen.’

 

Het opbouwen gaat Niels redelijk af. Doordat zijn werk intensief is, moet hij na een werkdag bijkomen: ‘Ik werk als woonbegeleider beschermende woonvorm bij het Leger des Heils. Mijn werkgever liet mij vrij in het maken van uren waardoor ik mijn grenzen goed kon bewaken. Mijn doel was om weer (bijna) volledig aan het werk te gaan. Inmiddels twijfel ik of het realistisch is, want regelmatig ben ik na een werkdag erg moe en thuis niet te genieten.’

 

(Her)keuring

Volgens Niels is een keuring bij het UWV stressvol: ‘Een verzekeringsarts en een arbeidsdeskundige bepalen of je ‘ziek’ genoeg bent om in aanmerking te komen voor een uitkering. Naar aanleiding van fictieve beroepen en getallen die uit de computer rollen, verschijnt een afkeuringspercentage en een uitkeringsbedrag. That’s it.’

 

Maar ook de communicatie met een overheidsinstantie loopt volgens hem niet altijd vlekkeloos waardoor regelmatig onbegrijpelijke fouten worden gemaakt waar zelfs juristen aan te pas komen: ‘Ik ben zonder reden ruim 100% afgekeurd terwijl er niet eens een keuring had plaatsgevonden. Foutje op papier, met als gevolg: gekort op mijn uitkering, bezwaarschriften en een herkeuring. Dit werkt niet mee aan je gemoedstoestand en re-integratie.’

 

 

Inmiddels is zijn 32-uren contract omgezet naar een 16-uren contract: ‘Je bent teleurgesteld, verdrietig, en boos. Maar ook gefrustreerd. Alles wat je hebt opgebouwd, valt weg. Je toekomstplannen veranderen en financieel ga je er behoorlijk op achteruit. Hiermee had ik geen rekening gehouden. Logisch. Als je jong bent sta je in de bloei van je leven en denk je niet aan ziek zijn.’

 

Relativeren

Niels is zich ervan bewust dat hij het erg getroffen heeft met zijn werkgever, maar ook met zijn collega’s: ‘Ik ben mijn werkgever dankbaar dat ik de ruimte heb gekregen om mijn uren te spreiden over de week. Eenmaal thuis moet ik samen met mijn vrouw zorg dragen voor onze drie kinderen. Een goede balans is noodzakelijk.’

 

En dat gaat gepaard met ups en downs: ‘Wat voor een ander ‘gewoon’ is, is voor mij een opgave. ‘Nee’ leren zeggen hoort daarbij. In het begin voelde ik mij altijd een ‘last’ in het gezin. Inmiddels kan ik beter mijn energie verdelen en het gezin groeit daarin mee. Het feit dat ik hartpatiënt ben en beperkingen heb, is een feit, maar dat hoeft niet centraal te staan. Ik leer om los te laten.’

 

Hij vervolgt: ‘Het leven is kostbaar en het kan zomaar voorbij zijn. Genieten van de kleine dingen is belangrijk. Voor mij staan gezondheid, gezin en genieten centraal. In tijden van ziek zijn, leer je mensen kennen. Tijdens moeilijke momenten heb ik weleens behoefte gehad aan een luisterend oor. Ik heb veel vrienden verloren. Het heeft mij geraakt, maar ik heb het geaccepteerd.’

 

Hier en nu

Niels ziekteproces heeft een litteken achtergelaten, maar heeft hem ook alerter gemaakt: ‘Zolang ik mijn 16-urige werkweek volhoud en voldoende energie voor mijn gezin heb, ben ik een tevreden mens. Ik maak nu bijvoorbeeld veel bewuster de opvoeding van mijn kinderen mee. Ik hecht daar meer waarde aan, in plaats van maandelijks een paar honderd euro extra. Ik besef maar al te goed dat ik er ook niet meer had kunnen zijn en daarom leef ik in het hier en nu.’

 

 

1Mechanische aortaklep: een kunstklep vervangt een hartklep bijvoorbeeld als de klep lekt of vernauwd is. Bron: Hartwijzer.nl

2Bacteriële endocarditis: een ontsteking van de binnenbekleding van het hart en de hartkleppen.

3Bicuspide aortaklep: een klep die niet drie (zoals normaal) maar slechts twee klepbladen heeft.

4AV-blok: een blokkade van de AtrioVentriculaire knoop, de plaats waar de elektrische prikkel overspringt van de boezems (atria) naar de kamers (ventrikels). Bron: Hartwijzer.nl

 

10 leuke voorjaarsuitjes

 

Januari is de periode van uitbuiken en uitrusten, na alle drukke decemberfestiviteiten. Maar zo tegen het einde van die maand begint het weer te kriebelen en heeft u vast weer zin om iets te ondernemen. Daarvoor hoeft u niet tot de zomer te wachten: ook in februari en maart staat er van alles op het programma.

 

Tuinidee – Den Bosch

De historische stad Den Bosch is op zichzelf al een bezoekje waard, met haar prachtige Sint Janskathedraal en gezellige winkels en restaurantjes. Maar van 26 tot 28 februari 2016 kunt u hier ook in de Brabanthallen terecht om meer dan voldoende inspiratie voor uw mogelijke droomtuin op te doen. Prachtige showtuinen van diverse hoveniers zijn er te bewonderen. Tuinidee is het grootste tuinevent in Nederland. Er valt niet alleen veel te zien maar ook te proeven van lekkernijen uit ‘eigen’ tuin. Zo komt u vanzelf langzaamaan weer in de lentesfeer. Meer informatie kunt u vinden op www.tuinidee.nl

 

Landgoed Clingendael – Den Haag

Het prachtig aangelegde Landgoed Clingendael is gelegen tussen Den Haag en Wassenaar. U kunt er heerlijk wandelen en genieten van een bijzondere combinatie van cultuur en natuur. U vindt er prachtige gebouwen en tuinen vol met mooie bomen en waterpartijen. Pronkstuk van landgoed Clingendael is de Japanse Tuin. Het is de enige Japanse tuin in Nederland en u vindt er veel zeldzame bomen en planten. De tuin is aangelegd door een barones, die Japanse lantaarns, beeldjes en een paviljoen meenam van haar reizen door Japan. De Japanse tuin is heel kwetsbaar en daarom slechts zes weken per jaar open voor publiek: in de lente en in de herfst. Kijk voor de exacte openingstijden op www.denhaag.nl. Toegang tot Landgoed Clingendael en de Japanse Tuin is gratis.

 

Huishoudbeurs – Amsterdam

In de Amsterdam RAI vindt elk jaar de Huishoudbeurs plaats. In 2016 staat het gepland van 20 tot en met 28 februari. U kunt onder andere veel lekkers proeven, diverse live optredens bijwonen en heerlijk shoppen. U komt uren tekort op één dag. De huishoudbeurs kan ook zeer informatief zijn. U kunt er bijvoorbeeld terecht voor allerlei nieuwtjes en tips op gebied van gezondheid. Bekijk het volledige programma op www.huishoudbeurs.nl. Hier ziet u onder andere ook de mogelijkheid om een VIP-arrangement te bestellen. Daarmee wordt het helemaal een lekkere verwendag.

 

KunstKijkRoute – Amersfoort

Een ‘cultureel rondje’ door Amersfoort, dat biedt de Kunst-Kijkroute. Hij bestaat al 20 jaar en is daarmee een van de oudste open atelierroutes van Nederland. Vanaf 20 maart stellen 50 beeldend kunstenaars en 10 galeries elke derde zondagmiddag in maart, april, mei & september, oktober en november hun deuren open. Zij tonen kunstwerken van verschillende disciplines, variërend van schilderijen, keramiek, illustraties tot sieraden. Toegang is gratis, openingstijden van 13.00 uur tot 17.00 uur. De route is ook goed te combineren met een bezoek aan een van de musea van Amersfoort. Meer informatie: www.uitzinnig.nl

 

Europa Culinair – Amsterdam

Echt een uitje voor fijnproevers: van 17 tot 21 maart 2016 kunt u een bezoek brengen aan Europa Culinair, in de Kromhouthal in Amsterdam. 28 koks met verschillende nationaliteiten bereiden traditionele gerechten voor u. Dit gebeurt in open keukens, zodat u op uw gemak hun kookkunsten kunt afkijken. Naast het proeven van al het heerlijks kunt u zich laten verbazen door de chefs die de show stelen in het kooktheater. Niet alleen mooie gerechten, maar ook wijnen en koffie en thee komen aan bod. Bestel uw tickets op www.europaculinair.eu

 

Bloemencorso Bollenstreek – Noordwijk, Haarlem

Houdt u van bloemen? Dan is een bezoekje aan het grote Bloemencorso in de Bollenstreek vast iets voor u, van 20 tot en met 23 april 2016. In de loop van vrijdagmiddag staan de praalwagens opgesteld in het centrum van Noordwijkerhout. Rond 21.15 uur trekt het verlichte Bloemencorso door Noordwijkerhout. Op zaterdag 23 april vertrekt het Bloemencorso om 9.30 uur vanaf de Wilhelminaboulevard in Noordwijk naar Haarlem. Het corso rijdt ook langs Keukenhof. Het corso komt ‘s avonds rond 21.30 uur verlicht het centrum van Haarlem binnen. Zondag 24 april staan de praalwagens op de Gedempte Oude Gracht/Nassaulaan opgesteld. Het is het enige corso dat wordt opgebouwd met bolbloemen zoals hyacinten, tulpen en narcissen. Het Bloemencorso van de Bollenstreek wordt daarom ook wel het gezicht van de lente genoemd. Kijk op www.bloemencorso-bollenstreek.nl

 

Snuffelmarkt – Goes

Bent u een echte snuffelaar? Op zoek naar dat ene bijzondere item om een bepaalde collectie of verzameling aan te vullen? Er zijn in Nederland diverse grote snuffelmarkten te bezoeken. Een bekende is de snuffelmarkt in de Zeelandhallen in Goes, op 12 en 13 maart 2016. U kunt er snuffelen tussen een grote hoeveelheid spullen, uitgestald over honderden kramen. Trek daar maar even wat tijd voor uit! Zit uw schat ertussen?

 

Wandelevenement – Uden

Op 27 maart 2016 vindt het Walking Event De Maashorst plaats. Dit is een wandeling door het grootste natuurgebied van de provincie Noord-Brabant. De afstanden variëren van 5 tot 30 km. U moet wel vroeg uit de veren voor deze gezonde activiteit. Voor meer informatie over inschrijven of andere wandeltochten in Nederland kunt u kijken op www.wandel-og.nl. Kijkt u ook eens op de diverse fiets- en wandelroutes van Natuurmonumenten.

 

Cirque du Soleil – Amsterdam

Cirque du Soleil viert haar 20 jarige bestaan met de spectaculaire show Amaluna. Laat u meenemen naar een mysterieus eiland geregeerd door godinnen en geleid door de cyclus van de maan. Deze voorstelling speelt nog tot en met 1 mei 2016. De show is een echte beleving. Kijk op www.cirquedusoleil.com

 

Hortus Botanicus – Leiden

Nog tot en met 23 februari 2016 kunt u gaan kijken naar deze groene parel Hortus Botanicus: een botani-sche tuin in het historische hart van Leiden. Hier waant u zich op reis in een groen paradijs. Een prachtige omgeving om op uw gemak in rond te struinen. Alle zintuigen komen aan bod: u kunt er ruiken, proeven, voelen en ervaren. Informatie over een bezoek aan de mooie tuin en over eventuele workshops vindt u op www.hortus.leidenuniv.nl

Sneller toelaten nieuwe medicijnen gevaarlijk

Van minister Edith Schippers (VVD, Volksgezondheid) mogen nieuwe pillen sneller op de markt. Ze komt daarmee tegemoet aan een vurige wens van de farmaceutische industrie en lobby. Maar haar besluit om gas te geven bij de toelating van nieuwe medicijnen is gevaarlijk. De aldus toegelaten medicijnen zijn namelijk niet bewezen veilig en niet bewezen effectief, zegt huisarts Hans van der Linde uit Capelle aan den IJssel.

 

Erger nog: nieuwe pillen erdoor jagen kan levensgevaarlijk zijn. Dat bewijzen massale ongelukken met medicijnen die voor vreselijke bijwerkingen zorgden.  Wereldwijd jaarlijks tienduizenden doden omdat  nieuwe medicijnen onvoldoende getest worden  en vreselijke  bijwerkingen blijken  te hebben. Van der Linde verwijst in dit verband onder meer naar de cholesterolverlager Lipobay, het antidiabeticum Avandia (47.000 doden) en het antihypertensivum Eraldin, dat als bijwerking een akelige dood heeft omdat mensen  niet meer kunnen ademen. ‘Alleen al Lipobay, Vioxx en Avandia waren gedurende deze nog jonge eeuw debet aan meer dan 50.000 doden’, stelt Van der Linde. ‘Niet voor niets introduceerde de Europese unie vorig jaar de omgekeerde rode driehoek op nieuwe geneesmiddelen om aan te geven dat die nooit bewezen veilig en nooit bewezen effectief zijn.’

 

’Geneesmiddelen moeten pas toegelaten worden als ze voldoende zijn getest, dat wil zeggen als de fase-4-onderzoeken zijn voltooid. Dat houdt in dat na toelating op de markt langdurig worden getest op harde eindpunten. Eerder zijn ze bijvoorbeeld getest op surrogaateindpunten, bijvoorbeeld daling van het suikergehalte. Dan volgt het fase-4-onderzoek: daarbij gaat het er niet om of je suiker omlaag gaat, maar of je door dat medicijn beter en langer leeft.’

 

Als al deze onderzoeken zijn afgerond kunnen de resultaten vergeleken worden met de beloftes van de producent aan het begin. Onjuiste claims vallen dan pas door de mand. ’Met die onjuiste claims van farmaceuten komen onvoldoende geteste geneesmiddelen met behulp van miljardenbudgetten in de voorschrijfpen van de arts terecht’, aldus van der Linde. ’De DPP-4-remmers die na 4 jaar snorkende reclame nu een sterk verhoogde kans op hartfalen blijken te geven, zijn daarvan het sprekende voorbeeld.’

 

Medicijnen die niet langer gepatenteerd zijn, blijken  niet meer interessant te zijn voor de farmaceutische industrie. Medicijnen zijn er voor deze industrietak niet om mensen te dienen, maar ’slechts’ een middel om zoveel mogelijk winst te maken. Dat kan, zolang een middel gepatenteerd is en de farmaceutische producent erin slaagt zoveel mogelijk specialisten – en in hún kielzog huisartsen – ertoe te verleiden  alleen hún middel voor te schrijven. Dat is een goudmijn. Op den duur loopt het patent echter af, en dan zakt de prijs drastisch. Geen droog brood meer aan te verdienen, zo lijken de bedrijven te denken. En dus worden er op tijd nieuwe medicijnen op de markt gezet, en specialisten en huisartsen wederom ertoe bewogen om alleen deze nieuwe medicijnen voor te schrijven. Het ellendige is alleen, dat de patiënt en de belastingbetaler aan het kortste eind trekken. Want het nieuwe medicijn is niet bewezen veilig en niet bewezen effectief – maar wel peperduur. Daarvoor mogen uiteindelijk de gewone mensen de beurs trekken via hun ziektekostenverzekering en de belastingen. Je moet als patiënt mondig genoeg zijn om naar het oude, vertrouwde middel te vragen, en daarbij de weerstand van dokter en apotheek breken. Geen eenvoudige opgave!

 

Hans van der Linde waarschuwt al jaren tegen deze praktijken. Als huisarts begrijpt hij patiënten die vragen naar het allernieuwste middel als laatste strohalm. Dat geldt vooral voor de medicijnen tegen kanker die onbetaalbaar zijn en voor het overgrote deel niet beter zijn dan de bestaande middelen. Geen enkele reden voor versnelde toelating tot de markt. Volgens van der Linde maken de farmaceutische bedrijven schromelijk misbruik van juist deze patiënten op zoek naar een laatste strohalm om  nieuwe medicijnen erdoor te jagen, terwijl de bijwerkingen ervan onvoldoende bekend zijn. Soms zelfs levensgevaarlijk, zoals ook blijkt uit een vorige maand verschenen boek van professor Peter Gøtzsche: Dodelijke medicijnen en georganiseerde misdaad. Inderdaad, volgens Gøtzsche gedragen farmaceutische bedrijven zich als een soort maffia, met talloze onnodige doden tot gevolg. In zijn boek onderbouwt de schrijver dit met duidelijke voorbeelden. De British Medical Association prijst het boek onomwonden aan als ’verplichte literatuur voor studenten geneeskunde en aankomende artsen’. Volgens deze Britse artsenkoepel hoort ’de veiligheid van de patiënten belangrijker te zijn dan winst’. Ook daar wordt weer de spijker op de kop geslagen. Het is de farmaceutische industrie louter om de winst te doen. Het medicijn is slechts koopwaar om zoveel mogelijk geld in het laatje te brengen. Over onze ruggen. Desnoods ten koste van ons leven.

 

’Een goed geneesmiddel heeft geen reclame nodig’, weet huisarts van der Linde. ’Artsen prijzen zo’n middel uit zichzelf wel aan.’ Maar waarom wordt in medische bladen dan zoveel reclame gemaakt voor bijvoorbeeld antidiabetica en inhalatoren? ’De reclame kan aanvankelijk niet worden   tegengesproken omdat er nog geen vervolgonderzoek naar de (bij)werking van een geneesmiddel is gedaan’, legt van der Linde uit. ’Je weet niet of je er langer door leeft of juist korter. Het is Russische roulette. Maar omdat al die reclame nog niet weersproken kan worden, hebben de bedrijven ruim baan.’

 

Dat wordt alleen maar erger, nu Schippers besliste dat medicijnen nóg sneller toegelaten mogen worden. Een ontwikkeling die van der Linde, maar ook wij als belangenorganisatie van hartpatiënten, met lede ogen aanzien.

Van gezonde tiener naar arbeidsongeschikte jongvolwassene  

In 1986 wordt Dyenne geboren als gezonde baby. Wanneer zij zeventien jaar later een auto-ongeluk krijgt, worden röntgenfoto’s gemaakt van haar borstkas. Hieruit blijkt dat zij is geboren met de aangeboren hartafwijking ‘Dexocardie’¹ en het zeldzame ‘Scimitar-syndroom’². Een enorme klap, evenals de nasleep van de daarbij horende gevolgen waar zij vandaag de dag mee moet leren leven.

Dyenne

29 jaar oud

Aagezien van haar belabberde conditie, ondervindt Dyenne in eerste instantie weinig last van de in 2004 gestelde diagnose, totdat zij in 2010 tijdens haar zwangerschap achteruit gaat. Talloze onderzoeken volgen waarna in 2012 onder andere vanwege het Scimitar-syndroom wordt besloten om Dyennes rechterlong te verwijderen. Maar zij blijft klachten houden.

De inmiddels 29-jarige moeder was zich in het begin niet bewust van hetgeen wat haar overkwam: ‘Eerst deed het mij niet veel, want het drong niet tot mij door. Mede omdat mijn kinderarts mijn aandoeningen als een zeldzaam zusje van de ziekte van Pfeiffer heeft afgedaan. Nu besef ik dat het auto-ongeluk en de latere opkomende klachten ervoor hebben gezorgd dat ik dit verhaal kan navertellen. Mocht het toentertijd niet zijn ontdekt, dan had ik de 26 niet gehaald.’

Arbeidsongeschikt

In 2014 wordt Dyenne voor de volle honderd procent arbeidsongeschikt verklaard. Ook al heeft zij daarmee moeite; het zorgt anderzijds voor rust: ‘Na twee jaar heeft het UWV volgens de gebruikelijke procedure mijn Ziektewet stopgezet. Vrijwel direct daarna hebben zij mij ingeschreven bij een re-integratiebureau.’ Maar Dyenne is het met deze vervolgstap alles behalve eens: ‘Na alle recente operaties en het dagelijks ophoesten van grote hoeveelheden bloed, waren zij van mening dat ik wel degelijk aan het werk kon, omdat ik er niet ziek uitzag en de dagelijkse zorg voor mijn dochter draag.’

Zij vervolgt: ‘Wat moest ik anders? Ik kan haar, mijn dochter, toch niet aan haar lot overlaten? Het is erg pijnlijk dat men niet verder kijkt dan het uiterlijk, vooral omdat wij niet in andermans lichaam kunnen kijken en niet weten hoe de ander zich voelt. Een strijd voeren met een instantie om te bewijzen dat je daadwerkelijk ziek bent, terwijl je al vecht tegen een ziekte, is erg zwaar. Uiteindelijk ben ik na heel wat bezwaarschriften afgekeurd. Ik heb het UWV letterlijk gesmeekt om de ernst van mijn situatie in te zien.’

Stempel

Wanneer Dyenne zich eindelijk op haar herstel kan concentreren, komt het echte besef pas echt: ‘In één klap valt je toekomst weg. Ik was genoodzaakt om op mijn 26ste met mijn carrière te stoppen, terwijl anderen bezig waren met doorstuderen of promotie te maken.  Arbeidsongeschikt zijn is zoveel meer dan simpelweg niet werken. Je sociale leven verandert intens.’

Al snel blijkt dat het focussen op haar herstel en het leren leven met haar ziekte ook voor een isolement zorgt. En dat is moeilijk: ‘Je sociale contacten verminderen. Een werkborrel zit er niet meer in en teamuitjes evenmin. Alles is weg. Noodgedwongen ben je aangewezen op een klein clubje mensen die jij als vrienden beschouwt en soms zelfs meer dan dat. Maar ook daar is er niet altijd plaats voor begrip.’

Volgens Dyenne heeft het onbegrip vaak te maken met onwetendheid: ‘Als je ziek bent, ben je minder vaak in staat om af te spreken en regelmatig zeg je ‘Nee’. Soms is dit omdat je herstellende bent, terwijl je een andere keer oververmoeid bent. Uiteindelijk word je niet meer opgebeld of meegevraagd, want anderen vullen het antwoord zelf al in. Dat is niet altijd even makkelijk.’

Doorgaan

Dyennes hartaandoeningen en alle bijhorende ingrepen zijn lichamelijk zwaar, maar op emotioneel vlak was de strijd met het UWV dat eveneens: ‘Terwijl ik vocht met mijn hartaandoening waar ik eigenlijk niet aan wilde toegeven, maar wel moest (omdat mijn lichaam ziek is), voelde ik mij onbegrepen vanuit het UWV.’

Ondanks alles, gaat Dyenne de toekomst met goede moed tegemoet: ‘Elke dag dat ik wakker word, is mooi, want niemand heeft je morgen beloofd. Ik heb goede dagen, maar ook hele slechte ertussen. Zoals een bokser in de ring knokt, zo blijf ik doorgaan in het dagelijks leven. Voor mijn gezin (ik probeer het leven voor hen zo fijn mogelijk te maken) en voor mijzelf. Als ik eenmaal voor mijn doen hersteld ben, hoop ik als zelfstandige weer aan de slag te gaan. Op deze manier draai ik mee, maar wel op mijn eigen tempo waarbij ik rekening kan houden met mijn ziekte.’

¹ Dexocardie: Een aangeboren hartafwijking waarbij het hart is gespiegeld.

² Scimitar-syndroom: Het scimitar-syndroom is een afwijking waarbij de bloedvaten die bloed vanuit de longen afvoeren niet – zoals gebruikelijk – uitmonden in het hart maar in de onderste holle ader. Andere afwijkingen die voor kunnen komen zijn een onderontwikkelde rechter long en bronchiën. Vaak geeft het scimitar-syndroom geen klachten. Het wordt dan per toeval ontdekt op een röntgenfoto die om een andere reden wordt gemaakt. Bij ernstiger gevallen kan het scimitar-syndroom ertoe leiden dat zo weinig bloed in het hart komt dat het hart heel hard moet werken om voldoende bloed door het lichaam te pompen. Dat kan leiden tot hartfalen met de daarbij horende klachten zoals bijvoorbeeld kortademigheid, dikke enkels en verminderde inspanningstolerantie. Ook kan het leiden tot een verhoogde druk in de longvaten waardoor kortademigheid ontstaat. Bron: Simpto.nl

Ongerepte natuur in IJsland  

Ongerepte natuur in IJsland

 

Waarom een IJsland-trip? Dit bijzondere eiland heeft zo veel te bieden, dat je je eigenlijk beter kunt afvragen: waarom niet? IJsland is uniek! IJsland leeft! IJsland is ongerept! Kortom: dit land is met geen ander land te vergelijken.

 

IJsland is op twee manieren te bereiken. U kunt vanuit Ne-derland vanaf bijvoorbeeld Schiphol het vliegtuig nemen. Na ongeveer 3 vlieguren landt u op het nabij Reykjavik gelegen vliegveld Keflavik. Dan begint uw reis aan de westelijke kant van IJsland.

Of u kunt er met de boot naartoe gaan. Dan vaart u vanuit Hirtshals, in het noorden van Denemarken, met rederij de Smyril Line naar Seydisfjordur. De overtocht vanaf Hirtshals duurt ruim twee dagen, met twee overnachtingen op een luxe cruiseschip. Als u voor deze manier van reizen kiest begint uw reis in het Oosten van IJsland. Een combinatie is ook heel goed te doen.

 

Enorm veelzijdig

IJsland is ruim 2,5 keer zo groot als Nederland en op dit relatief kleine oppervlak vindt u een gigantische verscheidenheid aan indrukwekkende landschappen en natuurverschijnselen. Van immense gletsjers, watervallen in alle soorten en maten, kokende modderpoelen en sluimerende vulkanen tot fraaie basaltformaties, felgekleurde rhyolietbergen en uitgestrekte zwarte zandvlaktes. Het is dan ook bijna onmogelijk om tij-dens één reis de enorme veelzijdigheid van IJsland te erva-ren. Maar hoe vaak u ook naar IJsland gaat: u ontdekt toch elke keer weer nieuwe, mooie plekjes.

 

IJsland is het hele jaar door een aantrekkelijke bestemming. Waar u in de zomer kunt genieten van het grote aantal daglichturen en de mogelijkheid hebt om eventueel zelf met een terreinwagen het binnenland in te trekken, kunt u in de winter misschien wel een aantal bevroren watervallen bewonderen en maakt u als bonus kans om het noorderlicht te ervaren.

 

IJsland in de zomer

Wanneer u geen specifieke plannen hebt en wilt kennismaken met IJsland, is de zomer waarschijnlijk de beste tijd om te gaan. Het land staat in bloei, de dagen zijn lang en de temperatuur is over het algemeen aangenaam.

 

Midzomernachtzon

Van juni tot en met augustus gaat de zon nauwelijks onder en kunt u optimaal genieten van de lange dagen: tot in de late uren kunt u wandelen, fotograferen of er met de auto op uit gaan. Rond 21 juni, midzomernacht, gaat de zon helemaal niet onder.

 

Flora & fauna

IJsland bestaat voor het grootste deel uit zand- en grindwoestijnen, lavavelden en gletsjers. De grootste gletsjer, Vatnajökull, bedekt ongeveer 8% van het landoppervlak. Op IJsland zijn sommige dieren, zoals schapen, vogels en natuurlijk de IJslandse paarden zeer prominent aanwezig. ’s  Zomers lopen veel schapen los rond in de bergen. U ziet ze dan ook vaak op de moeilijkst bereikbare rotsen grazen, maar ook midden op de weg komt u ze vaak tegen.

Voor vogelliefhebbers is IJsland een waar paradijs: er zijn in totaal zo’n 370 verschillende soorten vogels te vinden, waarvan de papegaaiduiker waarschijnlijk de bekendste is.

 

Autorijden

De ringweg van IJsland is bijna helemaal geasfalteerd en is in het zomerseizoen prima te berijden voor auto’s zonder vierwielaandrijving (4WD). Veel van de hoogtepunten van IJsland liggen aan of vlakbij de ringweg. Wilt u echter door het ruige binnenland van IJsland rijden, dan is een 4WD verplicht. In de winter zijn veel wegen minder goed begaanbaar of zelfs afgesloten. De wegen in het binnenland zijn in de winter alleen toegankelijk voor omgebouwde Super Jeeps. Het is aan te raden om te kiezen voor een 4WD. Als u het niet prettig vindt om in deze omstandigheden te moeten rijden, kunt u natuurlijk kiezen voor een groepsreis.

 

IJsland in de winter

In de winter is IJsland heel betoverend. De winterperiode is uitermate geschikt voor een korte reis naar IJsland. De uitgestrekte winterse sneeuwlandschappen en (gedeeltelijk) bevroren watervallen zijn adembenemend mooi. Met een gemiddelde temperatuur van rond het vriespunt is het ook lang niet zo koud als de naam doet vermoeden. December en januari hebben de kortste dagen met gemiddeld vijf uur daglicht.

 

Noorderlicht

Van oktober tot en met maart ziet u regelmatig het noorderlicht op IJsland, een sprookjesachtig lichtverschijnsel. Heldere, donkere winternachten bieden de beste kansen op dit spectaculaire feno-meen. Qua locatie kunt u het beste buiten de stad zijn, zonder afleidende verlichting.

Aardwarmte

Het hele jaar door kunt u op IJsland genieten van de aardwarmte waar het land bekend om staat, bijvoorbeeld in de geothermisch verwarmde zwembaden en warme natuurbaden. In de winter is het contrast tussen de koude buitenlucht en de warme baden extra sterk. De kokende modderpoelen en stomende heetwaterbronnen in het koude winterlandschap leveren bovendien prachtige plaatjes op.

 

IJsland met Hartpatiënten Nederland

Het is onmogelijk om in één keer de enorme veelzijdigheid van IJsland te ervaren. U zult keuzes moeten maken en de kans bestaat dat u na uw eerste bezoek meteen een tweede bezoek wilt plannen, omdat u besmet bent geraakt met het ‘IJslandvirus’.

 

Hartpatiënten Nederland biedt volgend jaar de mogelijkheid aan om met een relatief kleine groep een gedeelte van IJsland te leren kennen. Dat doen we samen met een bijzonder betrouwbare partner: de IJslandspecialist in Capelle aan de IJssel. Op hun site (www.ijslandspecialist.nl) is veel te lezen over het imponerende land.

 

Er valt zoveel te vertellen over dit prachtige land en zijn bewoners dat de pen ook dit keer weer te kort schiet; u zult er zelf naartoe moeten om te ervaren wat IJsland zo bijzonder maakt.

Mannenhart veroudert anders dan vrouwenhart

Zoek de verschillen

ROERMOND – Vrouwen en mannen blijken op onderdeel écht andere wezens. Op het risico af dat sommige lezers van dit Hartbrug-Magazine nu in de lach schieten en plagerig ’Zie je wel…!’ roepen tegen hun levenspartner; graag aandacht voor het volgende serieuze wetenschappelijke nieuws:

 

’Het hart van de man veroudert op een andere manier dan het hart van de vrouw’.

 

Dat blijkt uit radiologisch onderzoek door de Amerikaan dr. John Eng van het ziekenhuis van de vermaarde Johns Hopkins Universiteit. Zijn langdurige observaties maken duidelijk dat er anatomische verschillen ontstaan bij mannen- en vrouwenharten.

 

Dat die er zijn is zéker van belang om vast te stellen. Immers, pas sinds enige jaren ontstaat het besef dat er voor veel artsen eigenlijk maar één soort hart bestond:  het mannelijk hart, ook wanneer een vrouw de patiënt was. Daardoor zijn dikwijls klachten bij vrouwen niet als specifieke hartklachten gezien. Er zijn daardoor onnodig slachtoffers gevallen.

 

Ook de Nijmeegse hoogleraar ‘cardiologie voor vrouwen’, prof. dr. Angela Maas, werkend voor het Radboud Universitair Medisch Centrum, zei jaren geleden al dat de medische wetenschap altijd erg gericht is geweest op het mannenhart als ‘de standaard’. En ook cardioloog Janneke Wittenkoek stelde al eerder vast: ‘Met name bij jonge vrouwen is het hartinfarct nogal eens gemist. Dit komt onder meer doordat de symptomen vaak anders en minder duidelijk zijn dan bij mannen. Soms worden ten onrechte mogelijke signalen voor hart- en vaatziekten afgedaan als overgangsklachten of (pre)menstruele klachten.’

 

Kortom, de ontdekking van dr. John Eng uit Baltimore draagt bij aan de onderkenning dat er wel degelijk hartverschillen bestaan tussen man en vrouw.

 

Hij zag het volgende: de linkerhartkamer van de man wordt gaandeweg zwaarder, terwijl deze hartkamer bij de vrouw in massa afneemt. De wetenschapper bestudeerde jarenlang duizenden hartkamers van mannen en vrouwen aan de hand van scans, gemaakt via de zogenoemde MRI-scanner, een techniek die beelden vormt via magnetische trillingen. De circa drieduizend gezonde mannen en vrouwen die Eng ongeveer 15 jaar geleden voor het eerst vroeg mee te doen aan zijn onderzoek, deden dat tien jaar later nogmaals. Dokter Eng herhaalde daarbij de MRI-scantechniek. ‘Hierdoor konden we goed zien wat er na een decennium met hun harten was gebeurd.’

 

Zowel bij mannen als vrouwen bleek de linkerhartkamer kleiner geworden. Bovendien werd daarin een geringere bloedtoevoer bloed gemeten. Maar ook een belangrijk onderling verschil: bij mannen bleek de hartspier rond de hartkamer groter en dikker geworden, terwijl deze kernspier bij vrouwen dezelfde grootte hield of zelfs iets kleiner was geworden.

 

Nu moet die gewichtstoename van het mannelijk hart ook weer niet worden overdreven: het ging slechts om 8 gram in tien jaar. Bij vrouwen nam het gewicht van de hartkamer in die tijd hooguit 1,6 gram af. Maar tóch…

 

Dit zóu kunnen betekenen dat mannen en vrouwen vanuit een ándere oorzaak  hart- en vaatziekten ontwikkelen. Dat stelt dr. John Eng in de online-versie van het internationale vaktijdschrift van zijn beroepsgenoten, Radiology. Hij voegt daaraan onmiddellijk toe dat er beslist nog heel wat nader onderzoek moet worden uitgevoerd naar de sekse-gerelateerde hartverschillen. Maar de Amerikaanse radioloog durft ‘heel voorzichtig’ te stellen dat hart- en vaatziekten bij mannen en vrouwen wellicht op een andere manier behandeld moeten worden.

 

’Een dikkere hartspier en een kleiner volume van de hartkamer zijn allebei voorboden van een verhoogd risico op een hartfalen dat samenhangt met een stijgende leeftijd, in het bijzonder de ouderdom. Maar de verschillen die we tussen de geslachten zien, wijzen erop dat mannen en vrouwen de ziekte vanuit verschillende oorzaken ontwikkelen’, verklaart dr. John Eng.

 

’We spreken al langer over het belang van ‘personalized medicine’, ofwel gepersonaliseerde geneeskunde. Dít is daar een goed voorbeeld van’, zegt de onderzoeker. ‘Cardiologen schrijven bijvoorbeeld bij hartfalen vaak medicatie voor om de dikte van de hartspier te verlagen. Maar aan de hand van onze bevindingen zou je kunnen concluderen dat vrouwen hier minder van profiteren dan mannen.’

 

Cardioloog Janneke Wittekoek beschrijft op haar website de hartverschillen aldus: ’Maar is het vrouwenhart nu zo anders? In hele grote lijnen niet. We hebben allemaal (met uitzondering van mensen met een aangeboren hartafwijking), twee boezems, twee kamers en vier hartkleppen. Wel is het zo dat de kransslagaders van vrouwen over het algemeen wat fijner en kleiner zijn gebouwd. Ook is de binnenbekleding van de kransslagaders gevoeliger voor hormonen en stress. Bovendien is er een verschil in risicofactoren tussen mannen en vrouwen.’

 

En professor Angela Maas zei in de media: ’Tot hun zestigste krijgen vier keer zo veel mannen als vrouwen een hartinfarct, maar na hun 75ste is dat net andersom. Ook het aantal onopgemerkte (’stille’) infarcten is bij vrouwen groter dan bij mannen. Zo hebben vrouwen vaak diffusere afwijkingen in de bloedvaten dan mannen. De vernauwingen zijn doorgaans minder ernstig, de verkalking zit verspreid over de wanden. Daarom hebben ze ook vaker last van kramp in de kleine vaatjes dan verstoppingen in de grote kransvaten.’

 

‘Hart- en vaatziekten mogelijk op andere wijze behandelen’

 

De sluipmoordenaar

 

Een te hoge bloeddruk verhoogt de kans op hart- en vaatziekten. Het verraderlijke is: je merkt er meestal helemaal niets van. Maar wat is nu precies een hoge bloeddruk en belangrijker nog: wat doe je er tegen?

 

Allereerst goed om te weten: hoge bloeddruk is geen ziekte. In de meeste gevallen merkt u er ook helemaal niets van. Maar dat is tegelijkertijd ook het verraderlijke, want een te hoge bloeddruk verhoogt wel het risico op hart- en vaatziekten, zoals een beroerte of hartinfarct. De schade van een te hoge bloeddruk bouwt zich meestal langzaam op; het wordt niet voor niets een sluipmoordenaar genoemd.

 

Daarom is het zaak om uw bloeddruk zo goed mogelijk onder controle te houden. Wie dit verwaarloost, loopt de kans dat de aderen gaan verkalken. Dat is na verloop van tijd levensgevaarlijk, omdat het kan leiden tot verstopte bloedvaten, met bijvoorbeeld een hart- of herseninfarct als gevolg. Een hoge bloeddruk kan ook leiden tot nierschade.

 

Risicofactoren

Het is vaak lastig om de oorzaak te vinden. In sommige families komt een hoge bloeddruk vaker voor, dus het zal voor een deel genetisch bepaald zijn. Belangrijke oorzaken zijn ook overgewicht, een te hoge zoutconsumptie, te veel alcoholgebruik en roken. Ook kunnen bepaalde medicijnen de bloeddruk verhogen, zoals sommige pijnstillers, prednison en de anticonceptiepil.

 

Zeker als u vermoedt dat een of meer van deze risicofactoren bij u aanwezig zijn, is het zaak regelmatig uw bloeddruk te laten meten. Uw bloeddruk geeft de druk in uw bloedvaten weer. Het hart pompt bloed in de bloedvaten, door zich beurtelings samen te trekken en vervolgens weer te ontspannen. We spreken van bovendruk als het hart samentrekt en van onderdruk als het hart ontspant.

Bij volwassenen is een bovendruk van rond de 120 mmHg (millimeters kwik) en onderdruk van rond de 80 mmHg normaal. Bij een verhoogde bloeddruk is de bovendruk hoger dan 140 en de onderdruk hoger dan 90. Bij ouderen ligt dat wat hoger: bij tachtigplussers is een bovendruk van 160 vaak nog prima.

 

Wittejasseneffect

Uw bloeddruk verandert continu, afhankelijk van uw activiteiten, gevoelde spanningen en zelfs uw lichaamshouding. Even één keertje uw bloeddruk meten zegt daarom meestal niet voldoende: voor een goed beeld zult u meerdere metingen moeten doen. Als mensen spanningen ervaren in de spreekkamer (het zogeheten ‘wittejasseneffect’) kan de bloeddruk al hoger zijn dan thuis, waar u zich wel op uw gemak voelt.

 

Is uw bloeddruk in de huisartsenpraktijk erg wisselend, dan kan de huisarts u adviseren om zelf thuis te gaan meten. Zorg er dan voor dat u voorafgaand aan het meten een halfuurtje rustig aan doet, geen alcohol of koffie drinkt en niet rookt. U kunt zelf een bloeddrukmeter aanschaffen, maar soms lenen artsen of ziekenhuizen ze ook tijdelijk uit. Vraag uw arts om advies.

 

Medicijnen

Is eenmaal een te hoge bloeddruk geconstateerd, dan is het uiteraard zaak deze zo snel mogelijk onder controle te krijgen. Dat kan met medicijnen, maar dat is niet altijd nodig. Uw huisarts kan u hierover adviseren. U kunt meestal zelf ook al veel doen, door gezonder te gaan leven en eten (zie kader). Is uw bloeddruk veel te hoog en helpen leefstijlmaatregelen niet voldoende, dan zal de huisarts medicijnen voorschrijven.

 

Bekende medicijnen tegen een hoge bloeddruk zijn plaspillen, bètablokkers, ACE-remmers, angiotensine-II-blokkers en calciumblokkers. Sommige van die medicijnen, bijvoorbeeld bètablokkers en calciumblokkers, kunnen vervelende bijwerkingen veroorzaken. Heeft u hier te veel last van, ga dan altijd naar de huisarts. Minder nooit uw medicijnen op eigen houtje.

 

 

Zo verkleint u de risico’s

  • Stop met roken! Dit is een van de belangrijkste maatregelen, want roken is zeer schadelijk voor hart- en bloedvaten.
  • Heeft u overgewicht? Zorg er dan voor dat u afvalt. Zelfs een paar kilo maakt al verschil. Lukt u dit niet zelf, vraag dan uw huisarts of een diëtist om advies.
  • Beweeg regelmatig: minstens vijf keer per week een halfuur.
  • Eet gezond en gevarieerd: voldoende groente en fruit, aardappels en graanproducten en niet te veel producten met verzadigd vet.
  • Drink niet te veel alcohol: beperk dit tot hooguit 1 à 2 glazen per dag en liefst niet dagelijks.
  • Zorg ervoor dat u niet te veel stress heeft. Krijgt u uw stress niet onder controle, dan kan uw huisarts u mogelijk adviseren of doorverwijzen naar een psycholoog.
  • Matig met zout. Gebruik liever verse kruiden als basilicum, bieslook of rozemarijn of specerijen als knoflook, peper, cayennepeper, kerrie en nootmuskaat.
  • Let op met kant-en-klare producten: die bevatten vaak ongemerkt veel te veel zout. Bestudeer de etiketten goed.
  • Eet niet te veel drop, want dit bevat de stof glycyrrhizine en dat kan bloeddrukverhogend werken. Datzelfde geldt voor zoethoutthee.