Waarom iedere vrouw zou moeten stoppen met roken

En waarom zij het daarmee moeilijker hebben dan mannen. Dat roken slecht voor het hart is, weten we natuurlijk al lang. Maar wist u ook al dat het voor vrouwen nóg moeilijker is om van deze ongezonde verslaving af te komen dan voor mannen?

In de jaren vijftig was roken nog vooral een ‘mannenhobby’, maar mede dankzij de emancipatiegolf en de uitvinding van de light-sigaret (een slim marketingtrucje van de tabaksindustrie), kwamen daar in de loop der jaren steeds meer vrouwen bij. Hoewel het aantal vrouwen dat rookt jaarlijks flink afneemt (van 25 procent in 2007 naar 19 procent in 2017), zijn er nog steeds schrikbarend veel dames afhankelijk van nicotine. Ook in vergelijking met andere Europese landen zijn Nederlandse vrouwen stevige paffers. 1 op de 10 stopt zelfs niet eens tijdens de zwangerschap.

In ons land is roken nog steeds een van de belangrijkste oorzaken van vroegtijdige sterfte. Rokers leven gemiddeld 13 jaar korter. Hoewel de focus meestal op longkanker ligt, zijn hart- en vaatziekten net zo’n belangrijke gevolg van roken. De nicotine in sigaretten zorgt namelijk voor een verhoogde bloeddruk, koolmonoxide zorgt voor een verminderd zuurstofgehalte in het bloed en de kleine tabaksdeeltjes zorgen dat de vaatwand sneller beschadigd raakt. Daardoor stijgt de kans op onder andere een hartaanval.

Uit onderzoek blijkt dat de risico’s voor vrouwelijke rokers groter zijn dan voor mannelijke. Vrouwen blijken bijvoorbeeld de kankerverwekkende stoffen in sigaretten langzamer af te breken dan vrouwen, maar ze krijgen gemiddeld ook op een veel jongere leeftijd een hartaanval in vergelijking met mannelijke nicotine-afhankelijken.

Stoppen is altijd zinvol

Alle reden dus om de rooklucht voorgoed vaarwel te zeggen. Op welke leeftijd dan ook! Want hoe veel en hoe lang iemand ook heeft gerookt, stoppen is altijd zinvol. Binnen 2 uur na de laatste sigaret zijn de hartslag en bloeddruk al gedaald tot het normale niveau, waardoor de kans op een hart- en vaatziekten aanzienlijk afneemt. En na 15 jaar heeft u zelfs evenveel kans om een hartinfarct te krijgen als iemand die nog nooit een sigaret heeft aangeraakt.

Helaas zit er nóg een addertje onder het gras wat betreft de nadelige verschillen die vrouwen ondervinden ten opzichte van het andere geslacht: ze hebben namelijk meer moeite om te stoppen. En nee, dit komt niet omdat zij minder sterk in hun schoenen staan, maar puur omdat hun hersenen anders omgaan met nicotine. Hoe dit komt is nog niet precies bekend, maar het heeft te maken met de hoeveelheid nicotine-receptoren in de hersenen. Vrouwen bleken er daar minder van te hebben, ontdekten Amerikaanse onderzoekers. Oftewel: vergeleken met mannen zijn vrouwen minder vaak lichamelijk afhankelijk van de nicotine, maar spelen bij hen geestelijke factoren een grotere rol bij verslaving. De geur van rook bijvoorbeeld, of de gewoonte om een sigaret op te steken.

Dit betekent dus dat zij ook meer baat hebben bij een andere methode om te stoppen. Nicotinepleisters zijn bij hen minder succesvol, ze hebben meer aan psychische ondersteuning, gedragstherapie of ontspanningstechnieken. En daar ligt nog een extra uitdaging, ontdekten onderzoekers in Taiwan. Zij zagen dat mannen veel vaker slaagden in hun stoppoging, en dit had vooral te maken met het feit  dat vrouwen bang waren om dikker te worden. Bovendien kregen de dames minder mentale support van hun partners dan de heren.

Hormonen

Een van de belangrijkste redenen waarom vrouwen meer moeite hebben met stoppen, zijn de vrouwelijke hormonen. Het lijkt erop dat de afname van oestrogeen en progesteron in het lichaam ervoor zorgt dat de ontwenningsverschijnselen na het stoppen heftiger zijn en het verlangen naar een sigaret daardoor groter. Het goede nieuws is dat de hormoonschommelingen wel goed te peilen zijn. Tussen de eisprong en de menstruatie is volgens wetenschappers het beste moment om te stoppen en vlak er na de menstruatie het slechtste moment.

Ook in een andere levensfase benadelen hormoonschommelingen de vrouwelijke rokers. Zo komen vrouwen die roken gemiddeld 2 tot 3 jaar eerder in de overgang en hebben zij ook meer last van overgangsklachten. Ruim voor die tijd stoppen loont: vrouwen die dat deden, hadden de helft minder last van opvliegers.

Wilt u de uitdaging aangaan en stoppen met roken? Antirookgoeroe Allen Carr, die wereldwijd al miljoenen mensen van de nicotine afgekregen heeft, schreef een boek speciaal gericht op vrouwen: Stoppen met roken voor vrouwen – snel, voorgoed en zonder gewichtstoename.

voor meer artikelen klik hier

Tinderen met een hartprobleem

Veel singles zijn aan het daten. Maar als je als datende single iets aan je hart hebt, kom je soms voor dilemma’s te staan. Wanneer vertel ik het? En hoe? En als je een prille relatie hebt: hoe beïnvloedt het jullie samen? Twee hartpatiënten vertellen..

Ellen (26)

‘Mijn hartprobleem is een onderwerp dat ik graag uit de weg ga. Maar natuurlijk kom ik daar niet altijd onderuit. Ik ben single en aan het daten. Ik ben niet heel hard op zoek, maar ik kijk wel om me heen. Ik heb een hartritmestoornis, dus ik voel om de paar slagen een overslag. Ik heb er lang medicijnen voor geslikt waardoor het beter werd en sinds ik eind 2017 geopereerd ben is het veel minder geworden. Ik hoef me er niet echt zorgen over te maken, het is vooral belangrijk dat ik er extra alert op ben. Via Tinder en via via heb ik de afgelopen tijd meerdere mensen gezien. Die ging ik dit alles niet zomaar vertellen. Ik ben dan toch bang dat het iemand afschrikt. Of bang dat mensen denken dat ze extra voorzichtig met me moeten zijn, terwijl dat niet nodig is. Soms wel, maar dat kan ik zelf prima regelen. Rond de ingreep bijvoorbeeld had ik ook contact met iemand. Hem moest ik vertellen dat het nu niet kon, omdat ik nog aan het herstellen was.

Toen ik nog niet geopereerd was, had ik er meer last van. Ik had toen ook een relatie en was vaak moe. Sommige dingen kon ik niet goed, zoals dagelijkse activiteiten. Zelfs voor intiem zijn was ik soms te moe. Na de operatie is dat gelukkig veel minder geworden. Alleen na zware inspanning heb ik soms nog last van vermoeidheid of duizelingen. Daar pas ik dus mee op.

Overigens heb ik er niet alleen moeite mee bij relaties om het te vertellen. Ik heb ook wel eens dat nieuwe vrienden heel erg voorzichtig of afhoudend reageren. Dat vind ik vervelend. Ook al is het goed en meelevend bedoeld, ik ben meer dan mijn hartprobleem en wil niet dat daar de focus zo sterk op komt te liggen. Ik ben nu langer met iemand aan het daten en hij weet het inmiddels. Gelukkig reageerde hij heel nuchter. Hij schrok niet en hij was ook niet extra bezorgd. Hij zei: ok, dan is het zo. Een heel fijne reactie. De reactie waarop je hoopt.’

Peter (49)

‘Meestal vertel ik het als het zo ter sprake komt, bijvoorbeeld als vrouwen bij beginnende intimiteit het litteken op mijn borst zien of mijn pacemaker voelen zitten. Ik heb hartfalen en ben op mijn tweede al geopereerd. Dat litteken is duidelijk zichtbaar. Inmiddels heb ik een pacemaker en ICD. Ik kan zomaar een hartstilstand krijgen, dus dat apparaatje zit er om me daarvoor te behoeden. Als ik het vertel reageren de meeste dames/vrouwen goed. Op mijn leeftijd heeft iedereen wel een verhaal. En juist als je vertelt wat er speelt kan dat soms de aanleiding zijn voor diepere gesprekken. Gesprekken die ergens over gaan. Daar houd ik zelf ook het meeste van. Ik ben geen smalltalker. Zo heb ik in een periode waarin ik veel aan het daten was, een aantal mooie vriendschappen opgedaan. En weet ik dat iedereen wel zijn of  haar eigen geschiedenis  heeft.

De meeste mensen reageren dus fijn, maar dat is niet altijd zo. Ik heb gedatet met een vrouw die al snel zei dat ze geen zin had in dit soort ingewikkeldheden en onzekerheden. Het was iemand op wie ik erg verliefd was, dus dat heeft me veel pijn gedaan. Maanden heb ik er verdriet van gehad.

Inmiddels ben ik al ruim een jaar niet single meer. Ik heb een vriendin en we hebben het fijn samen. Ze weet van mijn hartprobleem, maar wil het er niet graag over hebben. Ze is een keer mee geweest naar een controle. Dat was heel fijn, maar het onderwerp komt zelden ter sprake . Ik vind dat niet zo erg eigenlijk. Ze weet dat het speelt en daar laten we het bij.’

Peter wilde alleen zijn voornaam gebruiken en Ellen heet eigenlijk anders. Namen zijn bij de auteur bekend.

voor meer artikelen klik hier

Roel Vanderstukken: Ik liet mijn litteken met reden aan het publiek zien

De Vlaamse acteur, zanger en presentator Roel Vanderstukken (41) is in Nederland vooral bekend om zijn rol in de vroegere tv-serie Flikken Gent. Vorig jaar herfst werd hij getroffen door een hartaanval. Een donderslag bij heldere hemel, zegt hij zelf.

Wat gebeurde er precies?

Ik had twee nachten last van maagpijn gehad, althans, dat dacht ik. Zondagnacht had ik een beetje pijn, maar die verdween snel. De volgende nacht was de pijn er weer, maar nu veel sterker en het ging niet over. Het straalde ook uit naar mijn arm. Toen ik de volgende ochtend mijn arts raadpleegde, zei die me niet ongerust te zijn: ‘Op uw leeftijd is daar geen reden toe’. Hij vond zo snel ook niets afwijkends. Hij nam wel bloed af en schreef wat voor voor mijn maag. Met de medicatie ging het een beetje beter. Ik ging zelfs naar mijn werk, naar opnames voor de Vlaamse soapserie Familie. Aan het einde van de dag voelde ik me alleen wel belabberd. Toen bleek dat de dokter en mijn vrouw me hadden proberen te bellen. Het was mis. Ik moest direct naar de cardioloog en het hospitaal, aan de hartbewaking. Mijn kransslagader zat aan twee kanten behoorlijk verstopt. Onderzoek wees uit dat ik een aantal jaren ervoor ook al een hartaanval had gehad. Er was littekenweefsel gevonden. Vanwege de minimale doorbloeding was een stent geen optie. Er moest een overbrugging (omleiding) komen.

Voor de zware operatie nam je afscheid van je vrouw en twee zoontjes.

Ja, omdat ik op de hartbewaking lag, was ik geen hoog dringend geval meer. Ik moest vijf dagen op de operatie wachten. Dat was genoeg tijd om me de ernst van de ingreep te realiseren. Je gaat zeven uur onder narcose en ze opereren een kloppend hart, dat is geen lachertje. Je loopt meer risico dan met een ander lichaamsdeel, het kán fout lopen. Maar ja, ze doen zeven van die operaties op een dag, het is ook een routineding.

Zit hartfalen in de familie?

Mijn grootvader had hartaanvallen, maar die was zwaar diabeet en ook astmalijder. We dachten dat het hartfalen met die andere aandoeningen te maken had, dat het meer een gevolg was daarvan, geen oorzaak. Maar het feit dat ik op jonge leeftijd, met veertig jaar, een hartaanval kreeg, wijst toch op genetische factoren. Mijn vader heeft daarom na het gebeuren met mij zichzelf laten controleren. Hij bleek exact hetzelfde te hebben als ik. Bij hem zat de boel voor 50-60% dicht. Anders dan ik had hij nooit gerookt. Hij had nog kunnen wachten met de operatie, maar dat heeft hij niet gedaan. Met 62 jaar is hij geopereerd in plaats van op zijn 75e. Herstel gaat op jongere leeftijd beter.

Hoe voel je je nu?

Ik voel me goed. Na drie maanden ging ik alweer aan het werk, want voor een acteur in een soapserie is zo lang thuiszitten heel wat. De dokter vond het ook oké. Ik bekijk het leven nu wel anders. Je bent je er voortdurend van bewust dat er iets boven je hoofd hangt. Dat gaat niet weg. Dat litteken op mijn borst herinnert me daar ook aan. Die spoken in je hoofd maken wel dat je effectief iets gaat doen. Nieuwe gewoontes aanmeten.

Wat doe je nu anders dan voorheen?

Kijk, je werkt snel weer veel te hard. Aan de ene kant wil je effectief meer tijd met je gezin doorbrengen, aan de andere kant moet je knokken om het als artiest te redden in dit kleine halve landje. Ik heb geen klagen hoor, alles loopt goed, maar er is druk. Dan steek je ook af en toe weer een sigaret op. Veel minder dan vroeger, maar toch. Minder werken moet ik echt inplannen en ook leren me daar niet schuldig over te voelen. Presentatieopdrachten heb ik helemaal laten vallen, muzikaal doe ik nog maar de helft van de optredens. Eerder ging ik twee weken op vakantie, nu vaker kortere periodes, vier keer per jaar vijf dagen, zodat de stress meer verlosmomentjes heeft. Minder alcohol drinken doe ik ook, al is niet gezegd dat alcohol een probleem is. Golfen deed ik al wel, zo’n twee à drie keer per week, dat is toch zo’n 16.000 stappen per keer. Daarbij jog en fiets ik, maar afhankelijk van de drukte wel meer of minder. Overal regelmaat in vinden is een gevecht, maar eentje dat ik ga winnen.

Heb je tips voor andere hartpatiënten?

Dat vind ik lastig. Ik ben niet de beste hartpatiënt. Toen ik pas geopereerd was, heb ik wel mijn litteken via Instagram aan het publiek laten zien. Met een reden. Ik wil mensen aansporen jaarlijks een keer naar de cardioloog te gaan. Voor bloedafname en testjes. Je bent er maximaal een half uurtje mee kwijt, maar je kunt er gezondheidsproblemen mee vermijden.

voor meer artikelen klik hier

Mijn mooiste reis

‘Reizen is anders geworden, maar niet minder leuk’

In deze rubriek vertellen mensen over de mooiste reis van hun leven. Dit keer het verhaal van Janet Bouwmeester (40), die de auto-immuunziekte lupus heeft én een enorme passie voor reizen. Een van haar meest memorabele vakanties, een rondreis door Canada en de Verenigde Staten in 2011, begon in het ziekenhuis…

‘Met mijn ziekte mag ik eigenlijk niet in de zon. Toch weerhoudt dat me niet om op vakantie te gaan, daarvoor vind ik reizen veel te leuk. Een van mijn favoriete bestemmingen is Andalusië, waar ik ooit een cursus Spaans volgde en dat sindsdien een plekje in mijn hart heeft veroverd. De zon schijnt er natuurlijk volop, maar ik zorg er gewoon voor dat ik zo veel mogelijk in de schaduw blijf. Soms zie ik er misschien wat raar ingepakt uit met mijn sjaaltjes, hoedjes en zonnebrillen, maar je moet een beetje creatief zijn. Het droge, warme klimaat is juist goed voor mijn ziekte, vochtige of heuvelachtige landen kan ik weer beter vermijden.

Door de jaren heen ben ik er best handig in geworden om te reizen met mijn auto-immuunziekte. Ik zorg bijvoorbeeld dat mijn reisschema zodanig is dat ik voldoende nachtrust krijg, vraag in het hotel of ik een vroege check-in en late check-out kan krijgen en doe overdag meestal nog een middagdutje. Momenteel gaat lopen prima, maar er zijn ook periodes waarin ik voornamelijk een rolstoel gebruik. Sinds ik mijn eigen rolstoel een keer kapot van de bagageband haalde, huur ik die meestal ter plaatse. Dat is vaak net zo makkelijk, en helemaal niet duur.

Benauwd

Helaas heeft mijn ziekte ook weleens een vakantie compleet geruïneerd. Zo heb ik in 2014 in Mallorca alleen maar in het ziekenhuis gelegen, omdat ik opeens een flinke opvlamming kreeg. Maar drie jaar eerder, toen ik met een vriendin naar de Verenigde Staten en Canada ging, was daar nog helemaal geen sprake van. Ik had juist een heel goed jaar gehad, voelde me zo goed dat ik zelfs geen rolstoel nodig had. Maar tijdens de vliegreis werd ik langzaam steeds benauwder en eenmaal in Toronto had ik zo veel pijn dat we ons echt flink zorgen maakten. In plaats van de stad te bekijken, zochten we na de eerste reisdag in Ottawa dus meteen een ziekenhuis op. De artsen waren bang dat ik een longembolie had, waar ik enorm van schrok. Ik zag mezelf al in mijn eentje in een Franstalig ziekenhuis liggen, want ik had gehoord dat je met een longembolie soms maandenlang niet mag vliegen. Gelukkig bleek het allemaal mee te vallen. Ze gaven me een spuit met prednison, waarna ik een dag later al zo opgeknapt was dat ik mijn reis weer kon hervatten. De rest van de trip heb ik nergens last van gehad, waardoor we – ondanks de moeizame start – toch een fantastische tijd hebben gehad.

Zowel in Canada als de Verenigde Staten vond ik de mensen ontzettend vriendelijk en behulpzaam, waardoor de sfeer goed was. We hadden onze rondreis van tevoren zelf samengesteld, met een huurauto reden we van stad naar stad. Niet alleen geeft een eigen auto een gevoel van vrijheid, het is ook prettig dat je altijd je eigen vervoer bij de hand hebt, als lopen te vermoeiend wordt. We genoten van Ottawa, Toronto, New York en Boston, maar gingen ook de natuur in. We hebben bijvoorbeeld de beroemde Niagara watervallen bezocht, waar we met een bootje naartoe voeren. Eigenlijk vond ik de watervallen zelf minder spectaculair dan ik had verwacht, maar we hebben veel gelachen om onze gekke felblauwe regencapes en de grote hoeveelheden water die we over ons heen kregen tijdens het tochtje.

Heksenstadje

Wat ik altijd leuk vind, is aan lokale bewoners vragen wat zij zouden aanraden om te doen. Zo kom je op plekken die je anders waarschijnlijk niet zou hebben bezocht, maar die toch de moeite waard zijn. In de buurt van Boston belandden we op die manier in het stadje Salem, waar in de 17e eeuw een aantal ‘heksen’ zijn opgehangen na oneerlijke processen in de rechtbank. Die geschiedenis en de mooie historische koopmanshuizen in het plaatsje, zorgden voor een heel interessant uitje.

Ik heb nog steeds hele mooie herinneringen aan deze reis, misschien juist omdat het de laatste keer is geweest dat ik de oceaan ben overgestoken. Dat ik toen in het vliegtuig zo ziek werd, en daarna in Mallorca opnieuw, heeft ervoor gezorgd dat ik tegenwoordig liever landen uitkies die op hooguit vier uur vliegen liggen. Zuid-Portugal vind ik prachtig, net als Italië en Spanje. Maar ik kies ook juist plekken die wat minder bekend zijn, zoals Montenegro. Reizen is anders geworden dan toen ik jong was, langzamer vooral. Vroeger vond ik het belangrijk om de grote toeristische trekpleisters te bezoeken en reisde ik daar gerust een paar uur voor om. Dat vind ik nu vaak te vermoeiend, maar ook niet meer echt nodig. Ik hoef niet per se naar Marseille of Nice, ik vermaak me net zo goed door in een klein dorpje op een terrasje naar mensen te kijken. Vroeger had ik me dat niet kunnen voorstellen, maar het is een verademing om te merken dat ik daar net zo van geniet.’

Janet schrijft over haar ziekte op: www.janetbouwmeester.nl.

voor meer artikelen klik hier

George werkte door tot kort voor de operatie

In de vorige uitgave heeft u al gelezen over George, die in afwachting was van zijn operatie. Hier het vervolg…

George Schijns uit Roermond heeft hart voor het garagebedrijf van hem en zijn beide broers. Dat bleek weer eens op 11 juni jl., de dag waarop hij werd opgenomen in het academisch ziekenhuis in Maastricht om een hartklepoperatie te ondergaan. Voordat hij afreisde naar Maastricht, ging George ’s ochtends vroeg nog naar zijn autobedrijf waar hij tot elf uur bleef werken om zich vervolgens ‘s middags te laten opnemen in het ziekenhuis.

George had last van een lekkende hartklep en dat al jarenlang. In 2007 had de huisarts al een ruis aan zijn hart gehoord, waar destijds geen aandacht aan werd geschonken. Niet zo lang geleden werd die ruis tijdens een controle opnieuw gehoord. Hij was naar de dokter gegaan omdat hij veel hoofdpijn en hartkloppingen had. Dit keer werd George wel doorgestuurd en op 12 juni moest hij onder het mes. Nou ja, dat ‘mes’ viel reuze mee, weet George inmiddels.

‘Op 11 juni ben ik opgenomen en de dag erna ben ik geopereerd’, vertelt de 46-jarige George. ‘De week daarvoor had ik een gesprek met de chirurg. Tussentijds, voor de opname en de operatie, ben ik gewoon gaan werken. Ik ben niet zo iemand die thuis zit te wachten. Dat schiet niet op.’

Alleen in de nacht van 11 op 12 juni had George het even moeilijk. Maar een ’s avonds verzonden appje van Jan en Marly van Overveld van Hartpatiënten Nederland, waarin zij hem sterkte wensten en zeiden te geloven in de goede afloop, monterde hem weer op.

‘De operatie is super gegaan. De chirurg maakte een paar sneetjes aan de zijkant van mijn borstkas. Toen ik wakker werd uit de narcose, had ik helemaal geen pijn. Iemand die een tand laat trekken, voelt meer pijn! Mijn vrouw zat bij me op de intensive care toen ik wakker werd. Ze was heel opgelucht.’ Ook anderen die bij George op bezoek kwamen zeiden: ‘Heb jij een hartoperatie gehad? Je ziet er veel beter uit dan eerder, je hebt veel meer kleur!’

‘Het infuus en de drain werden al snel weggehaald, ongelooflijk zo snel ging dat! Wel moest ik longoefeningen doen, omdat mijn rechterlong tijdens de operatie was ingeklapt. Met een pijpje moest ik in- en uitademen, zodat de long weer uitzette.’

Op donderdag werd George geopereerd en op maandagmiddag zat hij alweer thuis in zijn eigen tuin. ‘Ik had er niet van durven dromen dat het zo goed zou gaan’, toont George zijn blijdschap over de goede en nagenoeg pijnloze afloop. ‘Een paar dagen later op vrijdag, een week na de operatie, ben ik in de werkplaats gaan kijken. Om na twee weken vakantie te hebben gehad, weer te gaan werken. Weliswaar maar drie uurtjes per dag. Ik deed de administratie, maakte facturen en nam de telefoon op. Dat viel toch wel even tegen. Het is namelijk erg druk in onze garage, zeker in de vakantietijd. De telefoon blijft maar gaan. Ik was na een paar uurtjes blij weer tijd voor mezelf te hebben en weer wat rust te kunnen pakken.’

Om goed bij te komen van de operatie gingen George, zijn vrouw Flosje en zijn kinderen Fem (9) en Tijn (5) een weekje met de caravan naar Luxemburg. ‘Flosje heeft de afgelopen weken en maanden veel spanning gehad’, weet George. ‘Maar ondanks alle stress heeft ze zich sterk gehouden. Fem ging rond de operatie een week op kamp en kreeg er zodoende weinig van mee. Toen zij haar vader zaterdag bezocht in het ziekenhuis was ze blij. Ze zag immers geen slangen aan papa. “Zo slecht heb je het hier niet”, zei ze. Maar ook Tijn heeft het er op momenten nog wel eens over. De kinderen krijgen er toch iets van mee.’

‘Als je zo´n operatie nu vergelijkt met vroeger, wat een wereld van verschil. Mijn oom werd dertig jaar geleden ook aan zijn hartklep geopereerd. Dat was toen een openhartoperatie. Hij leeft nog steeds, is nu achter in de zeventig en speelt nog geregeld tennis. De operatie was vroeger pijnlijk en het risico op overlijden was veel groter. Ik hoorde dat van de tien personen die toentertijd geopereerd werden, er maar twee doorheen kwamen. De rest is vroeg daarna overleden. Ongelooflijk, wat ze vandaag de dag kunnen! In Maastricht opereren ze soms vier mensen op een dag!’

‘Ik heb me geen moment onveilig gevoeld na de operatie, maar tegelijkertijd blijft het spannend. Over twee weken heb ik een controle bij de cardioloog in Roermond. Ik voel me goed en ga ervan uit dat alles goed blijft gaan!’

George denkt even na en zegt: ‘Ik ben blij dat ik naar mijn lichaam heb geluisterd. Anders was ik misschien wel tien of vijftien jaar blijven doorlopen met die slechte hartklep. Wellicht was het dan niet zo goed afgelopen.’

voor meer artikelen klik hier

Doen! Die autorit uit uw dromen

Bent u gek van auto’s, maar ligt de auto uit uw dromen niet binnen bereik? Geen nood! Een rit met zo’n prachtkar kan meestal wél. Voeg daarbij een bezoek aan een passend automuseum, in Nederland of over de grens, en voilà, een topdagje uit.

Beetje James Bond

Sinds James Bond in een Aston Martin reed, watertanden vele autoliefhebbers bij dit merk. Zelf eens besturen? Dat is opmerkelijk eenvoudig te regelen, via meerdere bedrijven. Omdat zo’n rit doorgaans wel kort duurt, is een gang naar het Louwman Museum in Den Haag een goed vervolg. Daar staat een échte James Bond-auto, naast de Humber Pullman van Winston Churchill en de Cadillac van Elvis Presley. En dit is maar een fractie van het fraais in de collectie van de autoimporteursfamilie Louwman. Wilt u uiteindelijk toch eens kijken wat een Austin Martin zoal kost? Simpelweg eens koekeloeren bij een autodealer? Dat kan heel informeel bij Gallery Aaldering in Brummen. Het bedrijf heeft zelfs een Grand Café met zicht op de collectie én de uiterwaarden van de IJssel. Genieten met koffie, lunch of borrel. Informatie: www.louwmanmuseum.nl; www.gallery-aaldering.com/nl; voor autohuur bijv. www.buenavidaautoverhuur.nl.

Scheuren met een Ferrari

Liever scheuren op een autocircuit? Ook dat kan! In Zandvoort bijvoorbeeld, met een Ferrari of Lamborghini. De adrenaline blijft zeker nog lang nagieren. Op adem komen is goed mogelijk in het Carel Wüst Museum in Dordrecht. De privécollectie van de autodealersfamilie Wüst omvat onder meer ‘rustige’ klassieke auto’s als de Benz Patent Motorwagen en de Dion-Bouton, bekend van Kuifje in Afrika. Informatie: www.surprisefactory.nl/cadeau/ultieme-racedag-op-het-circuit/; www.autowust.nl.

Helemaal vintage

DAF, Kever en Eend. Auto’s waarmee ook het gewone volk vroeger reed, maar die inmiddels bijna een cultstatus hebben. Rijden met zo’n wagentje is ultrahip en op veel plekken doenbaar, al dan niet in combinatie met een tour- en luncharrangement. Een leuke introductie of afsluiter is het DAF Museum in Eindhoven, met de eerste werkplaats en ook bijzondere modellen zoals de koninklijke strandauto en de ‘rijdende regenjas’, die nooit in productie zijn genomen. Of neem De Wolfsburcht in Wijk en Waalburg, een modern kasteel vol luchtgekoelde Volkswagens. Het topstuk daar is een originele bril-Kever. Informatie: www.dafjerijden.nl; www.vintageroadtrips.nl; www.dafmuseum.nl; www.wolfsburcht.com (onder Museum).

Amerikaanse bakken

Bent u meer van de Amerikaanse oldtimers? Ook dan heeft u voldoende keuze. U kunt zelfs een Ford Mustang Cabrio voor meerdere dagen huren. Rijdt u liever niet zelf en heeft u geduld tot het voorjaar dan is een verzorgde tocht in een Studebaker of Packard langs de bloeiende bollenvelden een puik plan. Terwijl u gezellig rondtuft, vermengt de ouderwetse motorlucht zich met bloemengeur.

Een museum met verschillende automerken uit Amerika is het Automuseum Schagen. Ook héle ouwetjes, zoals de eerste in massa productie gemaakte auto, de T-Ford. Informatie: www.vintageroadtrips.nl; www.josietours.com; www.automuseumschagen.nl.

Posh in een limousine

Eigenlijk is de limousine tegenwoordig niet posh meer, maar ‘gewoon’. Nou ja, niet voor dagelijks gebruik, maar toch zeker voor feestelijke gelegenheden. Als u met meerdere personen op stap gaat, valt de prijs eigenlijk reuze mee. Natuurlijk is een chauffeur daarbij inbegrepen. Een arrangement, met champagne of ander lekkers aan boord, is ook mogelijk.

Informatie: www.dusalimo.nl.

Uitrukken met de brandweer

Als kind altijd al willen meerijden in een brandweerauto? Dat gaat niet zomaar, althans, onder normale omstandigheden, maar onmogelijk is het niet. Tegenwoordig is het vooral een kwestie van de open dagen van de brandweer in de gaten houden. Wilt u niet zo lang wachten? Via Brandweerauto Nu is een rit sneller te regelen. Vooral bedoeld voor feestjes van (klein)kinderen, maar net zo leuk voor u. Voortreffelijk is de combi met het Veiligheidsmuseum PIT in Almere, vol voertuigen die gebruikt werden door politie, brandweer, ambulance en andere veiligheidsdiensten. De betrokken overheidsinstanties maar ook vele particulieren deden ze cadeau. Informatie: www.brandweerauto.nu/meerijden-met-de-brandweer/; www.pitveiligheid.nl.

Liever elektrisch of OV

Misschien houdt u wel van auto’s, maar bent u zich toch ook bewust van de impact die hun CO2-uitstoot op het milieu heeft. Als u al eens aan een elektrische auto heeft gedacht dan kunt u de wagens van car2go in Amsterdam uitproberen. Door de hele stad staan ze ingeplugd en bezoekers die zich via de car2go-app hebben geregistreerd kunnen ze overal makkelijk reserveren, openen en gebruiken. Bovendien is het gratis (!) parkeren op de openbare parkeerplaatsen binnen het werkgebied van car2go.

Oók helemaal van het deelvervoer is het Nationaal Bus Museum (NBM) in Hoogezand. U komt er alles te weten over het stads-, streek- en toervervoer door de jaren heen. Informatie: www.car2go.com; www.nationaalbusmuseum.nl.

Over de grens

Nog niet uitgekeken op auto’s? Dan hebben de buren ook nog genoeg op voorraad. Niet verbazingwekkend doen de Duitsers het heel goed met het Mercedes Benz Museum in Stuttgart (www.mercedes-benz.com/en/mercedes-benz/classic/museum/), de nabijgelegen Mercedes Benz-fabriek in Sindelfingen en het Toyota Museum (www.toyota-collection.de/de/das-museum.php) in Keulen. De Belgen kennen Autoworld (www.autoworld.be) in Brussel. De echte diehards pakken het Schlumpf Museum (www.citedelautomobile.com/en) in Mulhouse (Elzas) er ook nog bij.

voor meer artikelen klik hier

De charme van het winterkamperen

Kamperen in de winter? Misschien krijgt u het al koud bij het idee alleen al. Toch kan het buitenleven juist in de donkere en koude maanden extra knus en romantisch zijn. En gelukkig zijn er steeds meer campings in Nederland het hele jaar door open.

Toegegeven: voor echte koukleumen is winter kamperen misschien niet geschikt. Als u de donkere maanden liever zo veel mogelijk doorbrengt onder een dekentje op de bank bij de kachel, klinkt een vakantie naar een tropisch eiland waarschijnlijk aanlokkelijker dan een tentje in de sneeuw. Maar voor echte natuurliefhebbers die intens kunnen genieten van bevroren dauwdruppels op het gras, ijsbloemen op de ramen en pikdonkere avonden, is het een niet te missen belevenis.

Steeds meer campings in Nederland bieden deze mogelijkheid aan, waaronder ook veel natuurcampings. Wie daar in de winter zijn tent of caravan opzet, waant zich bijna midden in de wildernis van Canada of Noorwegen. Van gewone kampeerplekken tot tipi’s, safaritenten of een charmante blokhut: er zijn genoeg mogelijkheden voor een sprookjesachtige ervaring in winterwonderland.

Voordelen

Er zitten flink veel voordelen aan kamperen in de wintermaanden. Sowieso al de prijs: omdat u niet afhankelijk bent van zomertarieven en hoogseizoenstoeslagen, is het stukken goedkoper dan in andere seizoenen. Daarbij is de kans op lawaaiige buren en overvolle campings een stuk kleiner, met een beetje geluk heeft u zelfs een heel veld ter beschikking. De één vindt dat misschien saai, de ander ziet het juist als heerlijk rustgevend. Als het zo stil is dat je een speld kunt horen vallen en je uren buiten kunt zijn zonder een mens tegen te komen, voel je je immers pas echt één met de natuur en kun je optimaal ontspannen. Bovendien heeft u een grotere kans op het spotten van wild als konijnen en herten, die zich op een verlaten camping sneller onbespied wanen. En het ‘wild’ dat u in de zomermaanden juist liever kwijt dan rijk bent, zoals muggen en wespen, is juist in geen velden of wegen te bekennen!

Natuurlijk vergt kamperen in de winter wel wat aanpassingsvermogen. De afgelopen jaren zakte het kwik zelfs in december soms niet onder de 15 graden, maar bij temperaturen onder nul is lekker buiten zitten lezen er waarschijnlijk niet bij. Winterkamperen vraagt om een actievere vakantieplanning: maak overdag een mooie lange wandeling, bezoek een stad of museum en kijk welke activiteiten er allemaal worden georganiseerd in de omgeving, zoals kerstmarkten of schaatsbanen. Sommige wintercampings hebben ook verwarmde gemeenschappelijke ruimtes, waar u overdag een boek kunt lezen of een spelletje doen. Ook de sanitaire voorzieningen zijn op wintercampings meestal verwarmd, waardoor u ook niet bibberend onder de douche hoeft te staan.

Kampvuur

In de winter zijn de nachten langer, waardoor u waarschijnlijk vanzelf het ritme van de natuur gaat aanhouden: opstaan wanneer de zon opkomt en in de warme slaapzak kruipen als het donker wordt. Al kan het juist ook heel romantisch zijn om ’s avonds samen in het pikkedonker van de stilte te genieten. Kijk van tevoren of het op de camping is toegestaan om een kampvuur te stoken of een vuurschaal te laten branden, dan kunt u het buiten vrij lang uithouden. Kijkend naar een kraakheldere sterrenhemel met een mok glühwein of warme chocolademelk erbij, is er waarschijnlijk geen vezel in uw lijf die liever thuis op de bank voor de televisie zou zitten!

Praktische tips

  • Zoek een plek in de zon en zorg dat de opening van uw tent of caravan uit de wind staat.
  • Bereid uw kampeeruitrusting tot in de puntjes voor. Laat bijvoorbeeld door de garage checken of uw caravan winterproof is en denk na over wat u allemaal meeneemt. Gasbranders kunnen het bij lage temperaturen bijvoorbeeld begeven, dus benzinebranders zijn praktischer.
  • Haringen in de grond slaan kan een hels karwei zijn als het vriest, maar met een boormachine is het zo gepiept. Sla ze niet helemaal in de grond, want dan krijgt u ze er later makkelijker weer uit.
  • Hoe verleidelijk het ook is om alles potdicht te houden: ventileer goed, anders wordt binnen alles nat van het condensvocht en dat kan ook weer aanvriezen. Zet de boel dus minstens twee keer per dag een kwartiertje open.
  • Zorg bij een tent voor goede isolatie op de grond, bijvoorbeeld door een aluminium matje over het grondzeil met eventueel een fleecedeken eronder. Fleece neemt namelijk geen vocht op. Isolatiematjes voor de ramen van de caravan houden de kou ook buiten.
  • U blijft ’s nachts het beste warm in een thermo-slaapzak met eventueel een fleecedeken eroverheen. Een warme kruik helpt om uw lichaam op temperatuur te krijgen. Draag thermo-ondergoed en slaap eventueel met een muts op, aangezien er veel warmte verloren gaat via het hoofd.
  • Overdag blijft u warm door zo veel mogelijk in beweging te blijven, veel calorierijk voedsel te eten (het lichaam warm houden vreet energie) en warme dranken te drinken.

voor meer artikelen klik hier

Axels verrassende wending

De 31-jarige Axel is werkzaam als elektricien wanneer hij besluit om zich om te scholen. Hij wilt zich ontwikkelen en mensen helpen. Zijn eerste gedachte: ‘Ik word ambulancechauffeur!’ Een idee dat hij heeft moeten laten varen, want hij belandde al lessend zelf als hartpatiënt in de ambulance. Nu omarmt hij langzaamaan zijn nieuwe leven als lerarenondersteuner. Zijn verhaal…

Het einde van het jaar is in zicht wanneer Axel tijdens een van zijn rijlessen buiten bewustzijn raakt. De twee lesinstructeurs gaan direct tot actie over en terwijl de een zijn ademhaling controleert, belt de ander het alarmnummer. Wanneer de toegesnelde ambulancebroeders Axel onderzoeken, constateren zij een vermoedelijke afwijking op zijn ECG. Het ECG wordt naar het ziekenhuis doorgestuurd. Een geluk bij een ongeluk, is dat de diagnose snel wordt gesteld: ‘De cardioloog vertelde dat ik aan het zogeheten Brugada-syndroom lijdt en dat in het nieuwe jaar een ICD wordt geplaatst.’

Kwetsbaarheid

Voor Axel volgt een ander begin van het jaar dan dat hij voor ogen had. Maar in plaats van bij de pakken neer te zitten, begint Axel na een re-integratietraject alsnog met zijn nieuwe baan in het voorjaar. Naast aan de slag te gaan als ambulancechauffeur, zou Axel in het nieuwe jaar gaan werken als lerarenondersteuner: ‘Ik sprak een collega bij het Rode Kruis waar ik vrijwilliger ben en zij zei: “Ik heb wat voor je!” Zij was helemaal enthousiast. Ik heb een dag meegelopen en eenmaal thuis dacht ik: “Dit wil ik!” Het is voor mij de ideale combinatie, omdat ik met techniek bezig ben en jongeren help.’

Inmiddels werkt Axel weer volledig en is hij weer aardig zichzelf, maar hij is zich des te meer bewust van de kwetsbaarheid van het leven: ‘Volgens de cardioloog is het bijzonder dat ik überhaupt ben bijgekomen en dat de ambulancebroeders de afwijking hebben gezien. Op het moment zelf had ik geen idee wat er gebeurde, dus liet ik het over mij heenkomen. Maar na een goed gesprek met de avondverpleegkundige die tevens een goede kennis van mij bleek te zijn, besefte ik ineens dat het anders had kunnen aflopen en het mijn toekomst, maar ook die van mijn gezin flink had kunnen beïnvloeden. Het moeilijkste vind ik het idee dat ik er niet meer had kunnen zijn en ik mijn gezin had moeten achterlaten.’

Hij vervolgt: ‘Ik vond het moeilijk om weg te gaan van huis. Steeds had ik het idee van: “Wat als het weer eens gebeurt?” Hierdoor ging ik hyperventileren waar ik ‘het gevoel van het wegraken’ in herkende. Ik werd angstig en bleef in een vicieuze cirkel hangen. Wanneer het leven plotseling anders loopt dan gepland, staat alles ineens stil. Je hoort andermans verhalen, maar als jijzelf de hoofdrol vertolkt, is dat erg spannend. Het angstige gevoel vond ik moeilijk en ik ervaar dit nog weleens, al gaat het steeds beter. Gelukkig heb ik hulp en steun van familie, vrienden en professionals. Dat maakt alles dragelijker.’

Bewustwording

En dat het beter gaat met de liefhebbende echtgenoot en zorgzame vader van twee, is merkbaar in het dagelijks leven: ’Het gaat de laatste tijd goed en ik heb geen klachten meer. Daarnaast hoef ik geen medicijnen te slikken en staan er geen behandelingen gepland. Hierdoor voel ik mij geen patiënt, maar iemand met het Brugada-syndroom.’

Axels ziekte is niet alleen van invloed op hemzelf, daar is hij zich maar al te goed van bewust: ‘Ik merk dat de gebeurtenis nu bij mijn vrouw wat losmaakt. Zij heeft de laatste maanden alleen voor het gezin gezorgd. Ik was er wel, maar ik was veel met mijzelf bezig, met het beter worden en met mijn nieuwe werk. Maar over een paar weken gaan wij op vakantie en ik kijk er naar uit om samen weer een gezin te zijn en hopelijk even alles te vergeten.’

Maar helemaal vergeten, doet Axel het niet: ‘De kans dat ik weer een hartritmestoornis krijg, schat de cardioloog op 5% per jaar, dus als het een beetje meezit heb ik daar voorlopig geen last van. Maar aangezien het Brugada-syndroom erfelijk is, hebben onze twee kinderen een DNA-onderzoek ondergaan. Hieruit is gebleken dat zij beiden helaas drager zijn. De aankomende jaren blijven zij onder controle om te volgen hoe het zich ontwikkelt. Het was te verwachten, maar het valt erg tegen wanneer het word bevestigd.’

Besef

Het afgelopen jaar is het besef wat er in het leven echt toedoet, bij Axel meer gegroeid. Daar is hij dankbaar voor: ‘De laatste maanden is er veel gebeurd en het duurt ook nog even voordat alles is verwerkt. Ik was in eerste instantie in mijn hoofd bezig met wat er was gebeurd en hoe het had kunnen aflopen. Ook raakte ik soms in paniek als ik van huis was. Thuis bij mijn vrouw voelde ik mij veilig maar daarbuiten niet. Uiteindelijk heb ik alles opzijgezet en ben eerst goed naar mijzelf en mijn gezin gaan kijken. Vroeger deed ik veel voor mijn hobby’s, soms ook als ik er geen zin in had of als het eigenlijk teveel was. Nu denk ik eerst goed na en zeg sneller ‘Nee’. Ik heb geleerd om mijn grenzen beter aan te geven, want mijn werk en hobby’s zijn niet het belangrijkste, maar mijn gezin is dat wel. Zij staan op de eerste plaats.’

voor meer artikelen klik hier

Adrenalineboost, of toch niet?

Ben jij een ‘daredevil’, altijd op zoek naar een adrenalineboost en mag het wat jou betreft uitdagender? Want jij wilt al hangend aan een parachute de heuvel afrennen, schommelen boven een ravijn en de diepte induiken. Maar ook ondersteboven hangen in een achtbaan? En houd jij daarnaast van explosieve sporten? Maar wat mag wel, en vooral wat niet, als hartpatiënt(e)? Young & Yearning zocht het uit zodat jij met een gerust hart aan jouw adrenalinekick komt.

Sportaddict

Hartpatiënt(e) en sporten: het blijft een dingetje, maar het hoeft niet! Stelregel? Sporten mag, maar binnen jouw mogelijkheden. Oftewel: het sporten moet aangepast zijn aan de belastbaarheid en inspanningsvermogen van jouw hart. In de praktijk betekent het over het algemeen dat hartpatiënten kunnen sporten, maar dat hoge piekbelastingen van het hart moeten worden vermeden.

Explosieve sporten waarbij sprinten de hoofdzaak is, zijn af te raden, maar ook bijvoorbeeld squashen. Immers, het zijn mogelijke triggers waardoor jouw hart op hol kan slaan.  Maar ook sporten waarbij de nadruk ligt op fysieke belasting en sporten die daardoor druk op en rondom het hart uitoefenen, zijn onverstandig. Gewichtheffen is een voorbeeld. Heb jij een pacemaker of ICD? Wees dan extra voorzichtig met fysieke belasting in verband met de mogelijkheid van een draadbreuk.

Maar waar gaat de voorkeur naar uit? Denk aan sporten waarbij een lichte en gelijkmatige belasting plaatsvindt en aan sporten die langdurig uit te oefenen zijn. Saai? Welnee! Juist hierdoor train jij jouw uithoudingsvermogen en wordt jouw lichaam sterker. Wandelen is een optie, fietsen eveneens en als jij op zoek bent naar meer uitdaging: ga zwemmen! Maar laat duiken achterwege.

Helaas! Duiken slaan wij over. Hart- en vaatziekten zijn over het algemeen een no-go wanneer het op duiken aankomt. Het cardiovasculair systeem moet goed functioneren. De uitzondering daarop? Een screening en een goedkeuring van de cardioloog. Bij duiken is het van levensbelang om als duiker zware spieractiviteit op diepte te kunnen verrichten en bovendien te kunnen volhouden. Een verhoogd risico om het bewustzijn te verliezen of verminderende inspanningsmogelijkheden te hebben als hartpatiënt(e), werken daaraan niet mee.

Slik jij ook medicijnen? Bespreek met jouw cardioloog of en in hoeverre jouw medicijnen van invloed zijn op inspanningen. Er zijn medicijnen waarbij de mogelijke bijwerkingen verergeren als jij je inspant, maar ook die jou juist beperken om inspanningen te leveren waardoor klachten kunnen ontstaan.

Attractionseeker

Vind jij sporten leuk, maar spaar jij liever jouw geringe energie voor het ‘echte’ werk en ben jij een echte attractionseeker? Paragliden, ziplinen en bungeejumpen zijn ware attracties, vooral in het buitenland te midden van oneindige vergezichten en kleurrijke regenwouden. Bordjes bij attracties waarbij gewezen wordt op de risico’s voor hartpatiënten zijn een veel voorkomende verschijning. Maar vallen deze activiteiten onder het welbekende ‘vragen om problemen’ en is er per se direct gevaar voor hartpatiënten?

Attractieparken en exploitanten van attracties, waarschuwen uit voorzorg wanneer er twijfel is aan de fysieke gesteldheid met betrekking tot medische aandoeningen, om zichzelf in te dekken voor mogelijke gezondheidsrisico’s. Let wel: de waarschuwing is niet voor niets uitgegeven, dus check de achterliggende reden voor de waarschuwing van tevoren.

Tevens vormen sommige attracties een extra gevaar voor pacemaker- en ICD-dragers: door schokken is de fysieke belasting zodanig dat hierbij, net zoals bij contactsporten, extra voorzichtigheid is geboden. Daarnaast zijn de geteste attracties met betrekking tot pacemaker en ICD-dragers, alleen op technische verstoringen getest. Ook al is hiervan de uitslag negatief, als hartpatiënt(e) kan jij alsnog klachten ondervinden vanwege een andere oorzaak. Overleg altijd eerst met jouw cardioloog!

Maar ongeacht de waarschuwingen ben jij hierin, net zoals bij het sporten, vrij om te doen en laten wat jij wilt. Het feit dat jij eindverantwoordelijk bent om jouw eigen grenzen aan te geven, houdt niet in dat jij jezelf aan onnodige risico’s moet blootstellen. Weet jij dat mede door jouw hartaandoening, jouw adrenaline overmatig stijgt én een negatieve uitwerking heeft op jouw hart? Watch your step en doe niets wat jouw hart en lichaam niet toelaten.

Wat is adrenaline?

Adrenaline is een hormoon welke wordt aangemaakt in het lichaam en vrijkomt bij afwijkende situaties waarbij jij stress ervaart, ook wel bekend als ’vecht- en vluchtreacties’. Nuttig? Jazeker! Hierdoor verhoogt jouw weerstand en de kans tot overleven. Spanning doet het adrenalineniveau in het lichaam stijgen en versnelt allerlei processen in het lichaam zoals de hartslag en de bloeddruk. Uiteindelijk uit adrenaline zich onder andere in een versnelde hartslag en ademhaling, maar ook in het hebben van zweethanden en vergrote pupillen.

voor meer artikelen klik hier

‘Mijn banger hart is nu een trots hart’

Met het hart op de tong en de nodige Rotterdamse humor schreef Marja van Gelderen alle angsten, onzekerheden en frustraties over haar hartritmestoornissen van zich af. Eigenlijk alleen bedoeld voor zichzelf, ter verwerking, maar nu ligt Banger Hart toch echt in de winkels.

Toen Marja in 2011 te maken kreeg met hartritmestoornissen, hoopte ze nog dat dit slechts van tijdelijke aard was. Helaas bleken haar klachten zo ernstig dat ze nu zelfs volledig pacemakerafhankelijk is. Toch is ze niet iemand die bij de pakken neerzit. Ze werkt nog steeds – als zorgverlener in een revalidatiekliniek – en steelt met haar positiviteit en humor alle harten om haar heen. Al was die houding tegelijkertijd ook haar valkuil.

‘Ik dacht: stel je niet aan, gewoon doorgaan’, vertelt ze. ‘De ene dag werd ik met de ambulance naar het ziekenhuis vervoerd, de volgende dag ging ik gewoon weer aan het werk. Met een stukje humor kon ik goed verbergen hoe rot ik me voelde. Mijn collega’s, vrienden, man en dochter wilde ik daar liever niet mee lastig vallen. Dat brak me op een gegeven moment op. Ik was mijn blije zelf niet meer, maar voelde me bang, eenzaam en onzeker.’

Via de afdeling cardiologie in het Erasmus Medisch Centrum werd ze uiteindelijk doorverwezen naar een psycholoog, die haar aanraadde om al haar emoties op papier te zetten. Het was niet Marja’s intentie om daar ooit een boek van te maken, en juist daardoor durfde ze goudeerlijk te zijn. Maar toen verschillende mensen haar erop wezen dat haar verhaal ook andere hartpatiënten zou kunnen helpen, besloot ze toch op zoek te gaan naar een uitgever. Via een crowdfundingsactie lukte het haar om de benodigde 10.000 euro binnen te halen voor de publicatie. ‘Collega’s, vrienden, familie, maar ook mensen uit het ziekenhuis: iedereen wilde een bijdrage leveren’, vertelt Marja.

Nietig en waardeloos

Juist omdat ze zelf ook in de zorg werkt, is Marja extra kritisch over de manier waarop er met haar werd omgegaan in het ziekenhuis. ‘Mijn vaste cardioloog is een hele lieve en empathische man, net als de meeste andere mensen op de afdeling. Maar ik heb ook een paar vervelende ervaringen gehad, en daar wilde ik óók over schrijven.

Ze vertelt over de arts die haar pacemaker op de verkeerde plek plaatste, en vervolgens weigerde zijn fout toe te geven. ‘Dat laatste vond ik zó vals, dat ik als een viswijf tegen hem tekeer ben gegaan. Iedereen kan fouten maken, maar doe niet alsof ik debiel ben. Uiteindelijk heb ik hem aangeklaagd, en met succes.’

Een andere arts deed zijn werk wél naar behoren, maar zonder ook maar een greintje menselijkheid. ‘Nadat hij met een chagrijnige smoel mijn katheter had verwijderd, liet hij me zonder ook maar een woord te zeggen in mijn blote kont achter’, weet Marja nog. ‘Ik voelde me zó nietig en waardeloos, dat ik een enorme huilbui kreeg. Toen de man later zijn excuses kwam aanbieden, vertelde ik hem dat hij op deze manier mensen beschadigde. Dat had hij nog nooit eerder gehoord, zei hij. En dat is nu juist het probleem. Want de meeste mensen durven hun mond niet open te trekken, en dan verandert er dus ook nooit iets. Ik hoop dat artsen en zorgverleners die mijn boek lezen, zich eens goed achter de oren krabben. Mijn vaste cardioloog zei dat hij door mijn boek had ervaren wat patiënten meemaken, en dat hij daar veel van had geleerd. Cardiologen zijn vaak gefocust op het ritme. Als dat ritme zich herstelt, dan heeft de kwestie voor hen afgedaan. Maar voor patiënten is dit soms een beetje te kort door de bocht.’

Stoer wijf

Hoewel haar boek pas sinds mei in de winkels ligt, heeft Marja al veel positieve reacties gehad. ‘Mensen vinden het herkenbaar. Niet alleen hartpatiënten, maar ook mensen met een andere ernstige ziekte. Als ik schrijf over wat er allemaal door je heen gaat als je wordt afgevoerd in een ambulance, lezen veel mensen hun eigen ervaringen daarmee terug.’

Ook in het ziekenhuis is haar boek goed ontvangen, ondanks de kritische noten. ‘Ze noemen me een stoer wijf, of zeggen dat ze mij de meest positieve patiënt vinden die ze ooit hebben gezien. Normaal moet je eerst doodgaan om te weten hoe ze over je denken’, zegt Marja lachend. ‘En het bleef niet alleen bij woorden, er wordt ook écht nagedacht over verbeteringen. Omdat ik schreef hoe eng het is om volledig bij bewustzijn te zijn als je een behandeling aan je hart ondergaat, zijn ze nu bijvoorbeeld aan het onderzoeken of patiënten op zo’n moment een roesje kunnen krijgen. Dat maakt mijn banger hart, nu een trots hart.’

voor meer artikelen klik hier