‘Opgeven is geen optie’

Stel: u staat op het punt een contract te ondertekenen bij een nieuwe werkgever en u gaat ‘out’. De boosdoener? Uw hart. Een onalledaags scenario dat bij de 39-jarige Niek Oostendorp vers in zijn geheugen staat gegrift.

De herfst is in volle gang wanneer Niek klaar is voor een volgende stap in zijn carrière. Een nieuwe kans doet zich voor en hij ziet zijn toekomst zonnig in. Wanneer hij op de bewuste dag bij zijn toekomstige werkgever aan tafel zit om het contract door te nemen en te ondertekenen, voelt hij zich plotseling niet lekker: ‘Ik ging ineens out.’ Nieks schijnbare zonnige herfst, doet onverwachts grauw aan. Maar hij zet alles op alles om het grijze wolkenveld snel te verdrijven.

Medische molen

Niek mag zich gelukkig prijzen dat het bedrijf in kwestie niet afwacht en direct de hulpdiensten inschakelt. Wanneer hij met de ambulance in het ziekenhuis aankomt, blijkt dat hij van geluk mag spreken. Een zogeheten ‘Aortadissectie, type A’, oftewel een scheur in de binnenwand van de aorta, wordt geconstateerd. Een aandoening waarbij de sterftekans groot is, tenzij direct wordt ingegrepen door middel van een spoedoperatie waarbij onder andere de gescheurde aorta (gedeeltelijk) wordt vervangen. Zonder ingrijpen is de kans groot dat het bloedvat volledig scheurt met een fatale bloeding tot gevolg.

Een tienurige operatie volgt. De operatie verloopt weliswaar succesvol, maar Niek -nog steeds buiten bewustzijn-, is zich van geen kwaad bewust. Het is wachten totdat hij ontwaakt. Na een paar dagen komt hij weer bij kennis: ‘Ik heb niets meegekregen van de gebeurtenissen en toen ontwaakte ik in een ziekenhuis. Ik was helemaal in shock. Ik wist niet wat er was voorgevallen en had allerlei vragen zoals: ‘‘Hoe ben ik hier terecht gekomen?” en “Waarom?”.’

Eenmaal bijgepraat en enigszins bijgekomen van de schrik, volgt een lange weg van acceptatie: ‘Mijn revalidatie is nog steeds in volle gang, maar in de tussentijd wil ik niet stilzitten. De lichamelijke impact is groot, maar de geestelijke impact is eveneens groot, al dan niet groter. Het is kortweg heftig. Maar ik probeer het te accepteren en leer ondertussen zo goed en kwaad als het gaat, met mijn hartaandoening te leven.’

Limburgs Mooiste

En leven doet Niek. Onder andere door zijn ervaringen, besluit de gezinsman gezonder te gaan leven. Tijdens zijn revalidatie pakt hij het sporten op. Voetballen en mountainbiken doet hij graag en een balletje trappen of een rondje fietsen gaat hij niet uit de weg: ‘Tijdens het sporten draag ik een hartslagmeter. Bepaalde inspanningen vallen me zwaar en zodra ik over mijn grens heen ga, moet ik daarvan bijkomen.’

Maar het feit dat hij sporten moet bekopen met dagenlang herstel, weerhoudt hem er niet van om zich in te zetten voor het goede doel: ‘Ik zie graag meer erkenning en begrip voor de jongere hartpatiënten. Om hartpatiënten in het algemeen, maar met name de jongere hartpatiënten, onder de aandacht te brengen, heb ik besloten om hetgeen wat ik graag doe, mountainbiken, in te zetten voor Hartpatiënten Nederland. In mei heb ik op mijn mountainbike meegedaan met het fietsevenement Limburgs Mooiste. Ik moest 75 kilometer afleggen en iedereen die wilde, kon mij sponsoren. En daarmee namens mij, Hartpatiënten Nederland, een hart onder de riem te steken.’

Door zijn deelname gaf Niek een gezicht aan Hartpatiënten Nederland en ging hij de strijd aan met zichzelf: ‘Hartpatiënten Nederland zet zich belangeloos in voor alle hartpatiënten. Zij behartigen de belangen van hartpatiënten op een onafhankelijke en objectieve manier en verdienen elke donatie. Inmiddels ben ik ook een hartpatiënt. Persoonlijk was het een manier om weer vertrouwen in mijn lichaam en geest te krijgen, vooral tijdens mijn revalidatieproces. Mijn vriendin wees mij erop, dat met alles wat ik heb meegemaakt, het heel bijzonder is om Limburgs Mooiste te kunnen mountainbiken. Voor mij is zij een grote steun in dit gehele proces.’

Nieuw doel

Na zijn succesvolle deelname, is Niek aan het bijkomen van alle indrukken en is zijn volgende doel persoonlijk: ‘Ondanks mijn last-minute actie, ben ik te spreken over de donaties die ik binnen één week heb weten op te halen. Ik ben nu aan het bijkomen en weer aan het opknappen. In de tussentijd ga ik door met mijn revalidatie en blijf ik vechten, genieten van en met mijn gezin geeft mij kracht. Mijn uiteindelijke doel is om zowel lichamelijk als geestelijk te herstellen en met volle moed het leven tegemoet te treden. Én als de tijd rijp is, hoop ik mijn energie in een leuke, nieuwe baan te steken.’

Voor meer artikelen klik hier

Jouw hart en hitte

Kan het jou niet warm genoeg zijn en sta jij in de startblokken om van de zomerse temperaturen te genieten? Ho, stop! Al eens stilgestaan wat hitte met jouw hart doet? Young & Yearning vertelt, want ook hier geldt: geniet, maar met mate.

The magic number

37 °C: het nummer waarbij het menselijk lichaam het meest optimaal functioneert. Het goed functioneren van het hart en de bloedsomloop is noodzakelijk om te voorkomen dat het lichaam oververhit raakt. Wanneer temperatuurschommelingen plaatsvinden, brengt het regelcentrum in de hersenen
– de hypothalamus – de gemiddelde lichaamstemperatuur weer in balans. Te warm? Het lichaam zorgt voor afkoeling door zweten en een sterkere doorbloeding van de huid. Maar grote hitte bemoeilijkt de warmteafvoer, vooral in combinatie met een chronische ziekte en medicijngebruik.

The heat loss

Nog even over de warmteafvoer… zweten gaat niet vanzelf! Om te kunnen zweten is het belangrijk om voldoende vocht in te nemen. Dus drink voldoende water en blijf drinken, want door zweten verlaat het vocht het lichaam. En als je toch bezig bent, gun jouw kloppende motor een break en zoek de verkoeling op: hoe warmer, des te harder het hart moet werken. Hoe dan? Om een sterkere doorbloeding van de huid op gang te brengen, verwijden de bloedvaten. Hierdoor kan het hart meer bloed rondpompen, maar levert het eveneens meer inspanning. Uiteindelijk geeft het bloed via de huid de warmte af.

Watch your medicines

Onder het mom van check, check, dubbelcheck: loop tijdens een hittegolf jouw medicijnen na, bijvoorbeeld met de apotheker. Het kan nodig zijn om de dosering tijdelijk aan te passen. Een gedeelte van de medicijnen die hart- en vaatpatiënten slikken kunnen bij hitte de water- en zouthuishouding in het lichaam verstoren waardoor de temperatuurregulatie van slag raakt. Daarnaast kan hitte de effectiviteit van medicijnen beïnvloeden wanneer deze bij een hoge temperatuur worden bewaard: de actieve stof in het medicijn vervalt. Het gevolg? Een over- of onderdosering wat zich onder andere uit in uitdroging, onvoldoende zweten en flauwvallen.

Bewaaradvies

Berg medicijnen op in een droge kast waar het niet te warm wordt (maximaal 25 °C) en mijd de badkamer vanwege de vochtigheid. On the road again? Zorg dat jouw medicijnen zo kort mogelijk blootgesteld zijn aan hitte: bewaar ze niet in een broekzak en laat ze niet liggen in een auto. Heb jij medicijnen die in de koelkast moeten worden bewaard? Schaf een koeltas aan. En lees altijd de bijsluiter erop na!

Tips & Tricks

Hoe blijft mijn hart (en ik) koel? Met deze tips & tricks kan jij zorgeloos genieten van het warme weer!

  • Blijf uit de felle zon! Maar wil jij alsnog naar buiten? Mijd de warmste uren van de dag en kies voor de ochtend of avond.
  • Vergeet jezelf niet (herhaaldelijk!) in te smeren, maar ook het hoofd te bedekken en luchtige, lichtgekleurde kleding te dragen. Natuurlijke stoffen zoals katoen en linnen zijn luchtdoorlatend en lichte kleuren, zoals wit, stoten hitte af.
  • Vermijd inspannende activiteiten en met name tijdens de middaguren. Zelfs een simpele wandeling kan een zware belasting voor het hart en het lichaam zijn tijdens hoge temperaturen. Doe vooral rustig aan. Waarom niet een siësta inplannen?
  • Wees voorzichtig met plotselinge temperatuurverschillen en pas op met een plotselinge overgang van een warme naar een koude omgeving en andersom.
  • Houd het huis koel: houd deuren, ramen en zonwering gesloten vanaf zonsopgang en gooi na zonsondergang alles open.
  • Ventileer ‘s avonds en ‘s nachts.
  • Geen airco, maar wel een ventilator? Zet een bak met ijsklontjes onder de ventilator, et voilà!
  • Wist jij dat elektrische apparaten warmte afgeven? Dus zet ze uit!
  • Zoek binnenshuis verkoeling op door het nemen van een lauwwarme (geen ijskoude!) douche of een voetbad.
  • Verfris regelmatig gezicht, hals en polsen.
  • Drink voldoende, maar pas op met alcoholische dranken en dranken met cafeïne en suiker. Zij hebben namelijk een vochtafdrijvend effect. Op pad? Neem altijd een flesje water mee.
  • Drink water, water en nog eens water… maar liever iets anders? Drink zelfgemaakt fruitwater of ijskoude kruidenijsthee! Melk en bouillon doen het ook goed! Note: Heb jij een vochtbeperking in verband met hartfalen? Overleg met de specialist.
  • Groenten en fruit zijn altijd belangrijk, maar tijdens de warme dagen nog belangrijker! Wist jij dat zij onder andere veel water bevatten? Daarnaast is het een bron van vitamines en zouten. Dus ga aan het groente- en fruitsnacken!
  • Waar of onwaar: Stimuleren bepaalde voedingsmiddelen de zweetklieren? Waar! En daarom is het bij hitte verstandig om pikante pepers te laten staan. Zij zorgen er namelijk voor dat jouw hartslag omhoog gaat en de lichaamstemperatuur oploopt. En vervolgens begint het verhaal over temperatuurschommelingen, het regelcentrum in de hersenen en de gemiddelde lichaamstemperatuur weer van voor af aan…

Voor meer artikelen klik hier

 

Het verhaal van Henk ‘Ik wil overwinnen en weer genieten van het leven.’

Waar een wil is, is een weg: een uitspraak die de 62-jarige Henk op het lijf is geschreven. Kortgeleden moest hij onder het mes vanwege zijn hartproblematiek en ondanks de onverwachte tegenslagen staat hij nu alweer met beide benen op de grond en in de sportschool. Zijn verhaal…

Een hardwerkende, ijverige boekhouder, maar vooral een liefhebbende gezinsman en fanatieke sporter: dat is Henk in een notendop. Wanneer de geboren Utrechter niet aan het sporten is, houdt hij zich bezig met zijn vogels of het maken van familiefilms. Maar na een bypassoperatie om vernauwingen in de (krans)slagaders van zijn hart op te heffen, is Henk niet meer drie keer per week in de sportschool te vinden, want tegen alle verwachtingen in, valt zijn herstel tegen: ‘Ik ben de operatie nuchter ingegaan, maar daarvan is vrijwel niets meer over.’

Kop op en doorgaan

Henks nuchterheid is een deel van zijn persoonlijkheid en uit zich in het dagelijks leven, want ‘Kop op en doorgaan!’ is een rode draad in zijn leven. Niet verwonderlijk dat hij zijn klachten in eerste instantie wegwuifde: ‘Ik kreeg last van krampen ter hoogte van mijn borst, maar ik ben gewoon doorgegaan met werken en sporten. Toen tijdens het fietsen de krampen uitstraalden naar mijn schouders en armen, ben ik naar de huisarts gegaan. Maar de huisarts dacht dat ik last had van maagzuur in plaats van mijn hart.’

Uiteindelijk gaat Henk alsnog naar het ziekenhuis voor onderzoek en aanvankelijk komt daar niets uit. Hij herpakt zich en gaat door, maar al gauw zetten de krampen zich om in pijn, zelfs bij de geringste inspanning. Een tweede ziekenhuisbezoek blijft niet uit: ‘Uit de nieuwe onderzoeken bleken meerdere slagaders te zijn dichtgeslibd. Mijn klachten waren gegrond! Na deze mededeling heb ik in de auto gehuild, maar daarna was ik er nuchter onder. Bang voor of ongerust over de operatie was ik niet. Sterker nog, ik ben vrij relaxed naar het ziekenhuis gegaan en dacht: ze gaan mijn borst even openmaken en daarna heb ik pijn, maar het wordt alleen maar beter.’

Maar beter wordt het niet, integendeel. De normaal gesproken nuchtere Henk herstelt fysiek niet zoals verwacht en krijgt daarbovenop een mentale klap: ‘Ik vond het een zware operatie en de mentale gevolgen waren groot. De fysieke achteruitgang was voor mij heftig, vooral in het begin, maar ik werd plotseling ook somber. Mijn somberheid uitte zich in huilbuien. Daarnaast reageerde ik slecht op mijn medicatie en kreeg ik te maken met een hoge hartslag. Inmiddels ben ik geswitcht van medicatie en daarbij slik ik medicijnen tegen de hoge hartslag. Het gaat nu beter: de somberheid en huilbuilen zijn er nog steeds, maar minder.’

Beseffen en realiseren

De impact is groot voor Henk, maar het heeft hem aan het denken gezet waardoor hij nu het leven des te meer waardeert: ‘Mede doordat ik emotioneler ben geworden, ben ik veel meer gaan nadenken. Voor het eerst in mijn leven denk ik na over de dood en dat het leven in wezen kort is. Hierdoor ben ik gaan beseffen dat ik nog meer dan voorheen moet genieten en minder gehaast het leven moet leven. Of nog beter gezegd: het moet niet, maar ik wil. En dat houdt in dat ik stappen moet zetten die ik lastig vind. Voor mij is één zo’n stap bijvoorbeeld om vaker ‘nee’ tegen anderen te zeggen en voor mijzelf te kiezen.’

Voor zichzelf kiezen houdt eveneens in dat Henk minder streng is voor zichzelf en zijn lichaam en geest de tijd gunt: ‘Het gaat allesbehalve hoe ik had gedacht dat het zou gaan, maar het is zoals het is. In het begin vocht ik ertegen, maar nu verzet ik mij niet meer en neem het zoals het komt. Klaarblijkelijk heb ik meer tijd nodig om te herstellen dan vooraf ingeschat was en het is zeker niet altijd even makkelijk, maar ik moet er doorheen. De moeheid, het verminderde vermogen tot concentreren en het geheugenverlies neem ik voor lief. Evenals de stress die ik overduidelijk in mijn lichaam bemerk. Hierdoor heb ik moeten leren om goed te plannen, maar ik ga door en focus mij op wat ik wel kan.’

En dat doet hij zeer zeker: ‘Ik ben langzaamaan weer begonnen met werken. Eigenlijk moet ik zeggen, ik ben het werk weer aan het opbouwen. Het sporten is niet wat het geweest is, maar ik fiets inmiddels weer en doe kracht-oefeningen. Al met al gaat mijn herstel niet zonder slag of stoot, maar ik wil en zal door de zure appel heen bijten, want ik wil overwinnen en (weer) genieten van het leven!’

Voor meer artikelen klik hier

Columnbundel Jan Chin: Uit het hart geschreven!

Jan Chin is voor de lezers van HartbrugMagazine geen onbekende. Al vele jaren verzorgt Jan een column in ons blad. Daarin probeert hij de lezer duidelijk te maken dat we meer zijn dan alleen een lichaam. En dat om gezond te zijn, ook onze geest gezond moet functioneren. Hartpatiënten Nederland brengt nu een verzameling uit van de columns van Jan Chin. Alle reden dus voor een gesprek met hem.

Je was vroeger cardioloog, en zeer geliefd bij je patiënten. Wat heb je daar vooral geleerd?

Patiënten willen serieus genomen worden. Ze komen met een klacht bij de dokter en verwachten dan terecht, dat er goed naar ze geluisterd wordt. Wat je als dokter op dat moment ook aan je hoofd hebt, je dient je dan toch volledig te focussen op de patiënt. Een mens is meer dan zijn lichaam en dus veel meer dan het te onderzoeken orgaan, in mijn geval destijds dus het hart. De hele mens is belangrijk om de klacht, waarmee de patiënt komt, te beoordelen.  

In 2009 stopte je met je werk als cardioloog. Wat was daarvan de reden?

Er ging teveel tijd zitten in vergaderen, administratie en protocollen uitwerken. Dat ging ten koste van de tijd die je hebt voor de patiënt. Daarbij komt dat een individuele benadering van die unieke patiënt, die voor je zit, nauwelijks nog mogelijk is.

Je begon een praktijk als acupuncturist. Waarom juist acupunctuur?

Dit had te maken met mijn interesse voor het Daoïsme en andere oosterse filosofieën. Vanwege het feit dat ik van Chinese afkomst ben, én arts, én het feit dat de Chinese geneeskunst zich al duizenden jaren bewezen heeft en altijd naar het unieke individu in samenspel met zijn omgeving kijkt, maakte het voor mij bijna vanzelfsprekend om acupunctuur te gaan bestuderen.

Tegenwoordig lijkt alles om medicijnen te draaien. Wat vind je daarvan?

Ik ben geen tegenstander van medicijnen, mits op individuele basis en met zuivere intenties voorgeschreven. Ik heb wel grote vraagtekens bij het klakkeloos protocollair voorschrijven van medicijnen. De geneesmiddelen industrie zit mijns inziens in een enorme spagaat. Artsen en patiënten willen goede nieuwe medicijnen zien, terwijl anderzijds de aandeelhouders winst willen zien. Hierdoor worden medicijnen sterk gepromoot, terwijl het algemeen welbevinden van de mens weinig aandacht krijgt.

Wat zou je lezers willen adviseren: niet meer naar de dokter gaan, liever naar jou? Of zijn er grijstinten? Kun je dit antwoord toelichten?

Ik zou patiënten zeker niet adviseren om de westerse geneeskunde de rug toe te keren. Zowel de reguliere zorg als de acupunctuur hebben hun sterke kanten, die we beide kunnen benutten. Zelf spreek ik liever van complementaire geneeskunst. De reguliere zorg is vooral goed in de acute zorg als het nodig is om levens te redden en verbetert zich nog steeds verder op dat gebied. Kijk maar naar de ontwikkelingen binnen de cardiologie in de laatste decennia. De preventieve zorg binnen de reguliere zorg vind ik echter minder sterk, omdat deze vaak niet holistisch is en de onderzoeken naar preventieve maatregelen vaak bekostigd worden door de geneesmiddelenindustrie. Zelf denk ik dat ‘goed in je vel zitten’ de beste preventieve maatregel is die er bestaat. Dat is iets waarbij de combinatie acupunctuur en gesprekjes over levenskunst van waarde kunnen zijn. Verder zit de kracht van de acupunctuur vooral ook in de behandeling van chronische klachten, ook omdat er geen dure medicijnen nodig zijn en patiënten vaak liever geen chronische medicatie gebruiken. Maar ook bij de chronische klachten vind ik het wel belangrijk dat ernstige ziekten regulier zijn uitgesloten, voordat ik aan acupunctuur begin.

Wat wil je met je columns in het HartbrugMagazine bereiken?

Wat ik de mensen vooral wil duidelijk maken met mijn columns is dat we vaak moeite doen om het leven naar onze hand te zetten, maar dat dat een vergeefse strijd is. Eigenlijk komt het er op neer dat we alleen gelukkig kunnen zijn als we het leven volledig accepteren zoals het is. Met andere woorden, we kunnen het leven niet veranderen, maar wel hoe wij er zelf in staan. Mijn streven is om dit inzicht aan zoveel mogelijk mensen mee te geven.

Voor meer artikelen klik hier

Zelfstandig leven en alleen reizen

Ik kies ervoor om te leven!’

Mary de Reus (64) heeft een waslijst aan gezondheidsaandoeningen op haar naam staan. Haar hart is niet buiten beschouwing gebleven. Inmiddels heeft zij meerdere ingrepen ondergaan. Maar dat weerhoudt haar er niet van om te reizen. Sterker nog: alleen. Mary’s verhaal…

Als kind kreeg Mary, een geboren Rotterdamse, het stempel ‘lui’ opgeplakt. Een stempel waartegen zij zich tot haar zestigste levensjaar verzette. Het duurde tot ver in haar volwassen leven, voordat zij eindelijk erkenning kreeg. Mary bleek niet lui, maar ziek: ‘Als kind en ook later in mijn leven stuitte ik vaak op onbegrip vanuit mijn omgeving. Volgens hen stelde ik mij aan, maar ik kon simpelweg lichamelijk niet meekomen.’ Nu houdt ze haar eigen tempo aan in het leven en bij de pakken neerzitten is nog steeds niets voor haar.

Levenslust

Waar precies Mary’s levenslust vandaan komt, blijft in het midden. Wel heeft het te maken met haar moeilijke verleden. Hierdoor is zij vastbesloten om nu volop te leven: ‘Ik was altijd moe, kortademig en had pijn op de borst. Dit uitte zich in benauwdheid. Mede hierdoor stelde mijn uithoudingsvermogen niet veel voor. Op een gegeven moment heeft mijn huisarts mij doorgestuurd naar specialisten in het ziekenhuis voor een grondig onderzoek. Een vervangende huisarts wilde dat ik ook gezien zou worden door een cardioloog. Het balletje is toen gaan rollen.‘ Mary blijkt naast hartpatiënt ook longpatiënt te zijn en aan diabetes te lijden. Daarnaast werkt haar schildklier niet naar behoren en tonen haar darmen en nieren gebreken.

Maar Mary’s moeizame jaren kenmerken zich niet alleen door de strijd die zij heeft moeten voeren om zich te ontdoen van haar ongewenste stempel: ‘Het ligt nu achter mij, maar jarenlang ben ik chronisch depressief geweest en vijftien jaar van mijn leven heb ik doorgebracht in een psychiatrisch ziekenhuis. Inmiddels woon ik zelfstandig en is mijn medicatie afgebouwd waarvoor ik dankbaar ben. Ik ervaar weer emoties en kan nu een ‘echte’ oma zijn voor mijn inmiddels zes kleinkinderen! Ik blijf heel positief.’

Hoe Mary nu in het leven staat, is mede de reden waarom zij openlijk uitkomt voor wat ze heeft meegemaakt en ze er nu zo openhartig over kan praten. ‘Het kan iedereen overkomen. In plaats van erover te zwijgen en het een beladen onderwerp te maken, kies ik ervoor om erover te praten en het bespreekbaar te maken. Dat zou toch vanzelfsprekend moeten zijn? Vooral omdat het niet iets is om je voor te schamen.’

Reislust

Haar liefde voor reizen heeft zij al zolang ze zich kan heugen. ‘Ik ging elk jaar op vakantie. Toen mijn kinderen nog thuis woonden -ik heb er vier- ging ik samen met hen op vakantie. Toen de kinderen uit huis gingen, bleef ik gaan. Weliswaar alleen, want ik ben gescheiden, maar het alleen reizen beviel mij goed en ik ben het blijven doen. Zelfs toen mijn hart opspeelde en allerlei andere aandoeningen aan het licht kwamen.’

Volgens Mary hoeft een chronisch zieke niet aan huis gekluisterd te zijn en is een vakantie binnen handbereik, mits er een goede voorbereiding wordt getroffen. ‘Ik bereid mij altijd goed voor op elke vakantie. Van te voren zoek ik uit waar de dichtstbijzijnde spoedeisende hulp is, maar ook waar huisartsen en apotheken zijn. Verder zorg ik voor een actueel medicatieoverzicht en een lijst van al mijn specialisten en hun telefoonnummers. Tevens draag ik een persoonsalarm. Mijn persoonsalarm werkt in Nederland en zelfs in Europa.’

Toen haar meest recente geplande vakantie naar het Hopi-reservaat van de gelijknamige Indianen in de Verenigde Staten in het water viel, was Mary verdrietig. ‘Vanwege een operatie is mijn vakantie in duigen gevallen. Ik heb gehuild, want ik keek er enorm naar uit en had mijzelf goed voorbereid. Ik had zelfs een wijkverpleegkundige geregeld! Als ik weer voldoende hersteld ben, wil ik de reis alsnog proberen te maken.’

Leven

Wanneer Mary niet een reis aan het voorbereiden is of aan het reizen is, wandelt ze of doet zij aan bejaardengym om haar conditie op peil te houden. Het feit dat zij een rollator nodig heeft tijdens het lopen, weerhoudt haar er niet van. ‘Waarom wel? Het komt op hetzelfde neer als met het reizen. Ik kan het, maar met enige aanpassingen. In plaats van thuis achter de geraniums te zitten, kies ik ervoor om mijn mogelijkheden te benutten en te leven. En daarom onderneem ik met een gerust hart diverse activiteiten en ga ik met een nog geruster hart op vakantie!’

Voor meer artikelen klik hier

Taoïstische Tai Chi

Een bewegingsvorm, maar niet zomaar één: Taoïstische Tai Chi. Het schijnt wonderen te doen voor zowel het lichamelijke als mentale welzijn. Het doel? Lichaam en geest terugbrengen naar de oorspronkelijke staat, want volgens de leer zijn zij met elkaar verbonden. En vanwege de rustige en vloeiende bewegingen, kan iedereen het beoefenen: zelfs hartpatiënten.

Taoïstische Tai Chi is een variant op de eeuwenoude Chinese zelfverdedigingskunst dan wel bewegingsvorm, Tai Chi, ontwikkeld door een Taoïstische monnik in China. Op het klassieke Tai Chi bestaan diverse variaties. Maar ondanks de verschillen, hebben zij allen een gemeenschappelijke factor: het verbeteren van de algehele gesteldheid.

108

De hedendaagse Taoïstische Tai Chi, ook bekend als bewegingsmeditatie of interne bewegingskunst, is gestript van vecht- en verdedigingselementen en levert volgens de beoefenaars een waslijst aan gezondheidsvoordelen op. Fysiek traint u het hele lichaam en zorgt het voor balans, flexibiliteit en mobiliteit. Hierdoor bent u stabieler en krijgt u een betere houding. Mentaal werkt het stressverminderend en is het stemmingsverbeterend: het hart wordt ‘getemd’ en rust wordt ontwikkeld.

Taoïstische Tai Chi bestaat in een notendop uit een set van 108 bewegingen. Kenmerkend hieraan zijn de rustige strek- en draaibewegingen waarbij de ledematen constant in beweging zijn en het draaien van het middel in combinatie met de ruggengraat. De verschillende houdingen gaan vloeiend in elkaar over. Alle 108 bewegingen hebben een naam. Deze namen, waarvan sommige zinnen zijn, doen haast poëtisch aan. Van ‘Witte ooievaar spreidt vleugels’, tot ‘Zijdelings vliegen’ en ‘Stap vooruit naar de zeven sterren’.

Volgens de Taoïstische Tai Chi werken de bewegingen bevorderend voor pezen, spieren en gewrichten, maar ook voor de organen en het bindweefsel. Door de bewegingen worden ze gestimuleerd, getraind en gemasseerd. Maar met Taoïstische Tai Chi traint u niet alleen uw lichaam. De mentale training bestaat uit het oefenen van en met eigenschappen als geduld, opmerkzaamheid en hulpvaardigheid. Een van de kernwaarden van Taoïstische Tai Chi, is dan ook ‘ogen zien, handen doen’.

Allemansvriend

Als beginner is het zaak om de set van 108 bewegingen te leren. Iedereen doet dit op zijn of haar eigen tempo, maar over het algemeen worden voor het doornemen van alle bewegingen enkele maanden uitgetrokken. Eenmaal onder de knie, behoort het volgen van verdiepende workshops tot de mogelijkheden. Hierbij wordt extra aandacht besteed aan het perfectioneren van de afzonderlijke resultaten.

Bij Taoïstische Tai Chi gaat het niet -zoals bij de meeste sporten het geval is- om prestatiedruk waarbij alles harder en sneller moet. Integendeel: de bewegingen staan centraal. Maar het uiteindelijke doel, het bevorderen van het algehele welzijn, wordt hierdoor eveneens bereikt. Daardoor is Tai Chi een allemansvriend en kan iedereen, ongeacht leeftijd en conditie, het beoefenen. Daarnaast kan Taoïstische Tai Chi een leven lang worden beoefenend, men is nooit uitgeleerd.

Al op leeftijd? Des te meer reden om aan het Taoïstische Tai Chi-en te gaan. Tijdens het ouder worden, krimpen we. Naar het schijnt wordt door Taoïstische Tai Chi dit proces afgezwakt, omdat door al het strekken, het kraakbeen tussen de wervels minder inzakt. Het maakt u daarnaast soepeler, doordat u, uw hele lichaam beweegt. En volgens sommige Chinezen schuilt daarin het geheim van een langer leven: het soepel houden van de onderrug.

Drie weetjes

  • Tai Chi is de verkorte naam van Tai Chi Chuan
  • Chi betekent vrij vertaald energie
  • Tai Chi bestaat uit verschillende stijlen welke op hun beurt weer zijn onderverdeeld in substijlen naar aanleiding van de leraren. Elke stijl kent eigen vormen die worden overdragen van leraar op leerling.

Geïnspireerd?

Tot de wereldwijde non-profitorganisatie ‘International Taoist Tai Chi Society’ behoort tevens de ‘Taoïstische Tai Chi Vereniging Nederland’. Op hun website (www.taoisttaichi.nl) staat een overzicht van het lesaanbod door Nederland. Zoek hier een introductieles uit en maak kennis met de Taoïstische Tai Chi. Volgens de vereniging hebben alle programma’s het ontwikkelen van hart, geest en lichaam tot doel. De oprichter van de organisatie is de wijlen Master Moy Lin Shin, een Taoïstische monnik die zelf met chronische gezondheidsproblemen kampte en hier vanuit begon te trainen. Hij wijdde zijn leven aan zijn organisatie. Naar zijn stijl onderwijst de vereniging in Nederland.

‘Met Tai Chi maak je jezelf helemaal los van de buitenwereld en concentreer je je alleen nog op jezelf. Het geeft een mens wat hij het meeste mist: tijd voor zichzelf.’ – Nathalie Dudognon, Tai Chi docente

Bron: Plus Online

‘Het ontwikkelen van hart, geest en lichaam.’ – Taoïstische Tai Chi Vereniging Nederland

Voor meer artikelen klik hier

Mijn mooiste reis

‘In Madeira voelde ik me bevrijd’

In deze rubriek vertellen hartpatiënten over de mooiste reis van hun leven. Dit keer het verhaal Peter van Maurik uit Den Helder, auteur van het boek Weg van mijn hart. Sinds hij in 2015 op het nippertje een donorhart kreeg, kan hij weer genieten van het leven. De eerste reis na de transplantatie was een vakantie naar het prachtige eiland Madeira.

‘Als oud-marineofficier heb ik veel buitenlandse reizen gemaakt in mijn leven. Op een van die reizen, in 1987, voeren we met ons schip langs Madeira. Carla en ik waren toen net een jaar getrouwd, dus ik miste mijn eerste huwelijksdag. Ik nam me daar voor om ooit nog eens terug te gaan met mijn vrouw, maar daar is het nooit meer van gekomen. Eerst kwamen de kinderen, daarna werd ik ziek. Een deel van mijn hart werkte niet meer, waarna ik uiteindelijk 19 jaar op de wachtlijst voor een nieuw hart heb gestaan. Toen ik het verlossende telefoontje kreeg dat er een donor gevonden was, had ik nog maar twee weken te leven. Ik ben mijn donor dus nog elke dag dankbaar.

In de tijd dat ik ziek was, gingen mijn vrouw en ik ook regelmatig op vakantie. Toch was dat nooit zonder zorgen. Alle voorbereidingen staan in het teken van vragen als ‘waar is het dichtstbijzijnde ziekenhuis?’, ‘wat kun je doen op een dag?’ en ‘kan het überhaupt wel doorgaan?’. Na de transplantatie kregen we onze vrijheid terug. Niet alleen ik, maar ook mijn echtgenote. Als mantelzorger had zij immers ook nooit vakantie. Sterker nog: op vakantie had ze het vaak nóg zwaarder dan thuis.

Klaprozen

Het eerste jaar na de transplantatie moest ik in Nederland blijven, daarna moest ik nog een tijd revalideren. En toen kon ik eindelijk mijn belofte inlossen om mijn vrouw Madeira te laten zien. We zijn er ruim een week geweest, waarin we vooral van de natuur hebben genoten. Het eiland is van een onvoorstelbare schoonheid, met prachtige tegenstellingen in kleuren: groene bergen tussen velden vol rode klaprozen. We maakten wandelingen langs de levada’s: kleine stroompjes die de inwoners gebruiken om hun akkers en wijngaarden te bevloeien. Die brachten ons naar geweldige uitzichtpunten. Ik weet nog goed hoe we op een klein balkonnetje op 600 meter hoogte stonden, terwijl we uitkeken over de bergen en de zee. Overal zag je bloemen en vogels, onder ons vloog een arend. Ik voelde me alsof ik me middenin een roman van Tolkien bevond. Later rustten we uit in een klein restaurantje, waar we over de helling naar beneden keken en de berggeitjes zagen lopen. Mijn donorhart had me meer bewust gemaakt van de waarde van het leven, waardoor al dat moois me nóg meer opviel.

Ik voelde me die vakantie letterlijk bevrijd. Natuurlijk moest ik nog voorzichtig zijn met mijn gezondheid en kon ik nog niet alles. Maar alleen al het feit dat ik weer wandelingen kon maken, was zó bijzonder. Ook voor mijn vrouw voelde het als een bevrijding om mij weer de berg op te zien lopen. Op een gegeven moment vroeg ze me zelfs of ik niet wat langzamer kon lopen, want ze hield me niet bij. Dat was al jarenlang niet voorgekomen.

Walvissen

We hebben prachtige tuinen bezocht, de lokale geschiedenis en cultuur opgesnoven, marktjes afgestruind… Uitkijkend over zee, kon je met een beetje geluk dolfijnen spotten. Als je goed keek, zag je soms zelfs de fontein van water die walvissen uitblazen. Dat had ik in mijn marinetijd vaak genoeg gezien op zee, maar nu kon ik het ook mijn vrouw aanwijzen.

Uiteraard hebben we het wel rustig aan gedaan. Je kon er namelijk ook wildere dingen doen, zoals met een klein sleetje van de berg afglijden. Dat lieten we maar aan ons voorbij gaan. Met een donorhart spring je tenslotte wel wat zuiniger om. Ook eten bij stalletjes op straat deden we niet, want ik was nog gevoelig voor infecties. Een voedselvergiftiging kon ik echt niet gebruiken. Gelukkig voelde ik me helemaal niet angstig. Wat ik voor vertrek nog best spannend vond, kon ik op Madeira helemaal loslaten. Dat dit weer kon, was voor ons het ultieme vakantiegevoel.

Gouden medaille

Het is sindsdien niet alleen bij Madeira gebleven. Zo ben ik met mijn zwager langs beroemde slagvelden in Europa gereisd, ook een grote wens. Als oud-officier was het voor mij sowieso al bijzonder om plaatsen te bezoeken waar militairen zijn gesneuveld, maar mijn nieuwe hart maakte het extra emotioneel. Bij het graf van een onbekende soldaat in het Belgische Ieper, dacht ik aan mijn onbekende donor.

Een derde hoogtepunt was Malaga, waar ik vorig jaar deelnam aan de World Transplant Games: de Olympische Spelen voor getransplanteerden. Ik nam vier zwemmedailles mee naar huis, waaronder een gouden. Wéér een punt van mijn bucketlist afgestreept! De lijst staat vol met nog veel meer mooie reisplannen. Zo willen we nog naar Indonesië, op een cruise over de Middellandse Zee en hoop ik Carla ooit nog eens het Noorderlicht te mogen laten zien. Dat ik weer vakanties kan vieren, is het bewijs dat mijn wereld weer groter is geworden. Dat voelt als een enorme overwinning.

Voor meer artikelen klik hier

Leef langer door goed je tanden te poetsen!

Veel mensen weten niet dat ze serieuze problemen met hart en vaten kunnen krijgen als ze hun tanden slecht poetsen en een bezoek aan de tandarts zoveel mogelijk uitstellen. Hoe dat precies zit, legt tandarts Heleen Janssen uit. Ze ziet al bijna twintig jaar gebitten van mensen voorbij komen. En soms zijn deze in deplorabele staat. Heleen is tandarts bij Tandartspraktijk Maas en Waal in Ewijk, een dorpspraktijk met extra affiniteit met het behandelen van angstige patiënten en kinderen. In de praktijk is een speciaal opgeleide assistente werkzaam, die mensen begeleidt met tandvleesproblemen. In samenspraak met de tandarts kunnen patiënten soms zelfs doorverwezen worden via hun huisarts naar de specialist omdat de conditie van het tandvlees doet vermoeden dat er ook gezondheidsproblemen zijn. Want slecht onderhouden tanden kunnen ernstige atherosclerose (slagaderverkalking) veroorzaken, legt ze uit. We stelden haar enkele vragen.

Hoe kan te weinig poetsen zorgen voor een verhoogde kans op hartziekte?

In de mond zijn heel veel bacteriën aanwezig. Wanneer er te weinig gepoetst wordt, blijft er tandplak achter en raakt het tandvlees ontstoken. Ontstoken tandvlees is meer doorbloed, en dat zorgt er voor dat deze bacteriën (en de bijproducten die ze maken, zogenaamde toxines) in de bloedbaan terecht kunnen komen. Gevolg is dat de bacteriën zich elders in het lichaam kunnen nestelen (bijvoorbeeld op de hartkleppen) en daar weer voor problemen kunnen zorgen. Ook zorgen de toxines voor ontstekingen elders.

Hoe is men hier achter gekomen?

Duitse onderzoekers hielden in 2006 een groot patiënt-controleonderzoek. Daarin vergeleken ze 263 patiënten die een hartinfarct hadden gehad met een controlegroep van 526 mensen die geen hartinfarct hadden gehad, maar die in mindere mate ook cardiovasculaire risicofactoren hadden zoals hypertensie (hoge bloeddruk). Mensen die een hartinfarct hadden gehad bleken significant meer gebitsproblemen te hebben. Daarbij kan gedacht worden aan diepe pockets en missende of loszittende tanden. Bij mensen die geen hartinfarct hadden gehad, kwam dit vele malen minder voor.

Wat is tandplak precies en hoe is het te herkennen?

Tandplak bestaat eigenlijk gewoon uit voedselresten die op de tanden achterblijven na het eten. Tandplak kun je zien als een dun wit-gelig laagje, dat zich met name bij de tandvleesrand ophoopt. Als dit lange tijd blijft zitten wordt het tandsteen.

En die kan gaan ontsteken?

Ja. Je hebt twee soorten ontstekingen. De lichte gingivitis, waarbij nog geen schade aan het tandvlees is aangericht. Deze is omkeerbaar. Daarnaast heb je de zware tandvleesontsteking, parodontitis. Dan is er schade aan het tandvlees, soms zelfs in het bot. In de diepere ruimtes tussen tand en tandvlees, in de zogenaamde pockets, tieren de bacteriën welig in een zuurstofarme omgeving en zorgen voor schade in de bloedbanen. In dat geval moet je zeker vier keer per jaar naar de tandarts om de dieper gelegen ruimtes van tandsteen te ontdoen. Hier is professionele reiniging dringend nodig!

Zijn tandplak en tandvleesontstekingen te voorkomen?

Ja, door goed te poetsen, minimaal twee keer per dag gedurende twee minuten per keer en door elke dag de ruimtes tussen de tanden en kiezen te reinigen met bij voorkeur ragers (kleine borsteltjes, te koop in verschillende maten). Hiermee kun je zeker tandplak en tandvleesontsteking voorkomen. Je verwijdert dan dagelijks alle tandplak met de (grootste hoeveelheid) schadelijke bacteriën, zodat deze niet de kans krijgen om het tandvlees te laten ontsteken.

Zijn tandplak en tandvleesontstekingen erfelijk?

Tandplak is niet erfelijk. Met poetsen en tussen de tanden reinigen is deze tandplak eenvoudig te voorkomen. Soms is er wel een erfelijke aanleg voor het krijgen van ernstige tandvleesontsteking. Dat betekent dat bij de ene patiënt meer schadelijke (paro)bacteriën aanwezig zijn dan bij een ander. Hierdoor is de kans op tandvleesontsteking groter. Maar dat betekent niet dat als je vader of moeder al vroeg een kunstgebit had omdat hij/zij altijd tandvleesontsteking had, jij dan ook vroeg een kunstgebit krijgt. Je kunt dit in grote mate zelf beïnvloeden.

Welke mensen lopen extra risico?

Onze mond is de spiegel van onze gezondheid. Ziektes kunnen daarom hun weerslag hebben in de mond. Je hoort vaak terug dat mensen niet weten dat hun tandproblemen kunnen wijzen op andere lichamelijke problemen. Zo is er een verhoogd risico voor hartpatiënten, diabetici, en mensen met hoge bloeddruk. Ik heb al meerdere malen iemand ter controle op suikerziekte naar de huisarts gestuurd omdat ik aan het gebit zag dat de tanden achteruit gingen.

Hoe komt het dat zo weinig mensen weten dat slecht poetsen voor vaatproblemen kan zorgen?

Inderdaad, het is vaak onbekend bij mensen. Er mag wat mij betreft meer voorlichting komen. Je moet niet alleen aan het aanzien van je gebit denken, of aan het goed kunnen kauwen. Een slecht onderhouden gebit is een serieus probleem. Daar zijn veel mensen zich niet van bewust!

Voor meer artikelen klik hier

De gevaren van telefoonstraling

De telefoon, en met name de mobiele telefoon, is niet meer weg te denken uit ons alledaagse leven. Waar enkele jaren geleden het idee om altijd bereikbaar te zijn voor velen onvoorstelbaar was, weten wij nu haast niet beter. Zelfs in de slaapkamer. De mogelijke effecten van straling en met name telefoonstraling, blijven de gemoederen bezighouden. Maar wat is het en in hoeverre is het schadelijk?

Onderzoeken

Er zijn tal van onderzoeken die de schadelijke effecten van telefoonstraling onderbouwen. Volgens de onderzoekers heeft het desastreuze gevolgen voor de gezondheid. Met name de slaapkamer is een no-go area voor de mobiele telefoon. Toen de Wereldgezondheidsorganisatie (World Health Organization, WHO) mobiele telefoonstraling als mogelijk kankerverwekkend categoriseerde, gingen alle alarmbellen af. Maar de hoeveelheid straling die nodig is om kankerverwekkend te zijn, blijft in het midden. De tegenstanders en hun tegenonderzoeken nuanceren de beweringen: ondanks de vele verontrustende onderzoeken, zijn er talrijke geruststellende onderzoeken waarin de schadelijkheid van telefoonstraling (deels) wordt ontkracht.

Straling

Aangezien de mobiele telefoon ‘jong’ is, zijn er nog geen langetermijneffecten bekend over de telefoonstraling. Maar straling is per definitie niet schadelijk. De kwaadaardigheid hangt van het soort straling af. Elektromagnetische straling, afkomstig van mobiele telefoons, is niet hetzelfde als radioactieve straling: ioniserende straling waardoor mogelijk lichaamscellen, weefsel, worden beschadigd. De elektromagnetische straling van mobiele telefoons valt onder de categorie radiogolven, ook bekend als radiofrequente straling (RF): dezelfde straling waardoor het luisteren naar de radio mogelijk is.

Advies

De Gezondheidsraad, een adviesorgaan voor de overheid, zegt in hun laatste advies dat er geen bewezen verband is tussen langdurig en veelvuldig gebruik van een mobiele telefoon en een verhoogd risico op hersentumoren. Tegelijkertijd oordeelt de commissie dat een verband niet valt uit te sluiten. Kortom: tot dusver is er geen overduidelijk bewijs voor gezondheidsschade door mobiele telefoons. Het zekere voor het onzekere nemen? Indien mogelijk, houd de mobiele telefoon van uzelf vandaan. En ban de mobiele telefoon uit de slaapkamer, want de negatieve invloeden van een mobiele telefoon op de nachtrust zijn wel bewezen. Al heeft eerdergenoemde niets te maken met de elektromagnetische straling. Pacemaker- of ICD-drager? Uw mobiele telefoon hoort op tenminste vijftien centimeter afstand te zijn.

Slapen doet u zo

HartbrugReizen blijft in de slaapkamer hangen, want inmiddels weten wij dat een mobiele telefoon een negatieve invloed heeft op uw nachtrust, terwijl een goede nachtrust van belang is. Tijdens het slapen laden lichaam en geest zich op en dat heeft een positieve invloed op het hart. Maar wat zijn mogelijke, andere factoren aangaande slaapproblemen? Daarom hierbij, wetenswaardigheden over en voor een goede nachtrust.

  • Ga offline (hoe toepasselijk)! Het kunstlicht van een mobiele telefoon verstoort uw biologische slaapritme, omdat het de aanmaak van het hormoon melatonine tegengaat. Ook wel bekend als het slaaphormoon.
  • Uit een onderzoek van het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) en WUR (Wageningen University & Research) blijkt dat mensen die kort en slecht slapen een verhoogd risico op hart- en vaatziekten hebben. Slaapt u kort, maar staat u fris en uitgerust op? Dan heeft u geen verhoogd risico op hart- en vaatziekten.
  • Een gezonde leefstijl gecombineerd met goed slapen verlaagt het risico op hart- en vaatziekten tot 65 procent en het overlijdensrisico door hart- en vaataandoeningen is zelfs 83 procent lager.
  • De diepe slaap is zeer belangrijk voor ons cardiovasculaire systeem (hart); de bloeddruk daalt en komt tot rust, de hartslag zakt en de stresshormonen stabiliseren.
  • Volgens onderzoek is de ideale slaapkamertemperatuur om bij in slaap te vallen +/- 18 °C.
  • Temperatuur op orde? Nu nog het licht. Verduister uw slaapkamer, want een donkere slaapkamer werkt bevorderend voor de slaaprust. Wees precies: iedere lichtbron, zelfs de kleine wekkerlamp, is een stoorzender voor de slaapcyclus.
  • Neem enkele uren voor het slapen gaan, geen slaapverstorende middelen tot u zoals cafeïne. Kamillethee daarentegen kunt u gerust drinken. Letterlijk: dankzij de ontspannende werking wordt u rustig.
  • Ontspannen voor het slapen is belangrijk! Laat (emotioneel) inspannende dingen achterwege zoals het maken van een to-do lijstje.
  • Volgens sommige wetenschappers is de ideale slaaphouding op uw rug. Deze houding is het meest natuurlijk. Daarnaast is dit het minst belastbaar voor de wervels. Bijkomend voordeel? Minder rimpels.
  • Wanneer slapen echt niet meer gaat, kunnen slaappillen worden voorgeschreven. Maar pas hiermee op. Slaappillen zijn erg verslavend en eenmaal weer zonder de slaappillen, is de kans op een (nog) verstoorder slaapritme aanwezig.

4-7-8 ademhalingstechniek

Dokter Andrew Weil bedacht een oefening waarmee u beter in slaap kunt vallen. De zogeheten 4-7-8 ademhalingstechniek ontspant het hart, de geest en het centrale zenuwstelsel. Hierdoor valt u uiteindelijk in slaap. Hoe? De verkorte versie:

  1. Plaats het puntje van uw tong op uw gehemelte tegen de achterkant van uw voortanden
  2. Adem vier tellen door uw neus in
  3. Houdt u adem zeven tellen vast
  4. Adem acht tellen door uw mond uit
  5. Herhaal net zolang totdat… zZzZ

Voor meer artikelen klik hier

Zomertijd versus Wintertijd

De zomertijd. De wintertijd. Er is veel over te zeggen en nog meer om te doen. Maar wat is het en wat doet het? HartbrugReizen informeert u.

De Amerikaanse geleerde Benjamin Franklin, benoemde als eerste het fenomeen ‘zomertijd’. Althans, volgens degenen die refereren naar het door hem geschreven satirische artikel ‘An economical project for diminishing the cost of light’ uit Journal de Paris van 1784. Maar de Brit William Willet komt begin 1900 met een daadwerkelijk plan. Het duurt echter tot de Eerste Wereldoorlog voordat de zomertijd in 1916 voor het eerst wordt ingezet. Om te besparen op de dure oorlog, voert Duitsland de zomertijd in. De bezette gebieden moesten er ook aan geloven. Het neutrale Nederland volgt vrijwillig een dag later het Duitse voorbeeld. Maar met het einde van de Eerste Wereldoorlog, schaffen velen de eerder ingevoerde zomertijd af. Nederland niet.

Achterliggende gedachte

Wederom is er een oorlog nodig om het verzetten van de klok onder de aandacht te brengen. Net zoals bij de Eerste Wereldoorlog, komt met het einde van de Tweede Wereldoorlog alweer een einde aan het wijzergedraai. Nederland gaat nu overstag en besluit alsnog de zomertijd af te schaffen. Ruim dertig jaar later, in 1977, wordt de zomer- en wintertijd opnieuw ingevoerd. Ditmaal ligt de oorzaak bij de oliecrisis van 1973, men wil langer gebruik maken van het natuurlijke zonlicht om zo op energie te besparen.

In de Europese Unie, en daarmee ook in Nederland, gaat in het voorjaar in maart, de zomertijd van start. Door de klok een uur vooruit te zetten, zijn de nachten korter en de dagen langer. De wintertijd gaat in het najaar in. Wanneer de herfst in volle gang is, in oktober, draaien wij de wijzers van de klok een uur terug. Hierdoor zijn de nachten langer en de dagen korter.

Terugkerende discussie

Het lijkt een traditie, de jaarlijkse terugkerende discussie rondom de zomer- en wintertijd in Europa. Het gedraai aan de wijzers van de klok houdt de wetenschap (en politiek) al jarenlang bezig. Het Europees Parlement wil ervan af. Maar de Europese Lidstaten moeten zich hierover uitspreken. Onderzoeken waaruit blijkt dat het verzetten van de klok ernstige nadelen met zich meebrengt in plaats van voordelen, schieten als paddenstoelen uit de grond. Onder andere vanwege het stijgende gebruik van de airconditioning, is volgens wetenschappers van de tegenonderzoeken het eigenlijke doel van de ingevoerde zomertijd uit 1977 -een besparing op het energieverbruik- achterhaald.

De tegenargumenten liegen er niet om: uw biologische klok raakt van slag waardoor u slaaptekort oploopt. Het gevolg? Een verslechterde concentratie en een verminderd prestatievermogen. Daarnaast neemt de kans op hartproblemen toe. Maar de voorstanders van de zomertijd laten zich niet zomaar omver lopen. Zij zijn voor het blijven handhaven van de zomer- en wintertijd, omdat dankzij de zomertijd het energieverbruik wel degelijk wordt verlaagd (volgt u het nog?). Verder zou het extra uur licht in de avond tot minder verkeersdoden leiden en een daling van de criminaliteit teweegbrengen.

Tips & weetjes

Totdat de regeringsleiders anders beslissen, moeten wij het doen met de zomer- en wintertijd. Wist u dat…

  • De hedendaagse ‘wintertijd’, is de van oorsprong afgesproken tijd.
  • In Nederland werd vroeger de tijd bepaald door de stand van de zon. Hierdoor verschilde de tijd per plaats.
  • De vraag naar één dezelfde tijd werd steeds groter naarmate de spoorwegen zich ontwikkelden. Een wettelijke eenheidstijd was hierop het antwoord. Deze werd in 1909 ingevoerd.
  • De zomer- en wintertijd wordt niet wereldwijd toegepast.
  • Wereldwijd passen ruim zeventig landen de zomertijd en wintertijd toe.
  • Kinderen en ouderen lijden het meest onder het verzetten van de klok. Bij deze groepen duurt het langer voordat hun biologische klok zich aanpast.

Ervaart u ongemakken? De volgende tips versoepelen de overgang en helpen u onder meer met het slapen.

  • Bereid u voor op het vooruit- of terugzetten van de wijzers door een week van te voren actie te ondernemen. Ga -afhankelijk van de zomertijd of wintertijd- gedurende zeven dagen eerder of juist later naar bed. Zomertijd in aantocht? Ga eerder naar bed. Wintertijd voor de deur? Ga later naar bed.
  • Is de zomertijd ingegaan en heeft u last van het vroege ochtendlicht? Kies voor verduisterende (rol)gordijnen.
  • Laat dutjes overdag achterwege. Zij bemoeilijken het inslapen.
  • Ga overdag naar buiten. Vooral in de wintermaanden, is het belangrijk om voldoende daglicht tot u te nemen.
  • Relax voor het slapen gaan en laat inspannende activiteiten achterwege.
  • Leef volgens de nieuwe klok. Oftewel houdt u aan de nieuwe structuur en eet op regelmatige tijden.

Voor meer artikelen klik hier