Motiveer je zelf

Wil je afvallen, je bloeddruk verbeteren of je cholesterol op het juiste peil brengen? Dan heb je waarschijnlijk een doelstelling, bijvoorbeeld dat je 10 kilo lichter wil zijn, of je legt jezelf beperkingen op, bijvoorbeeld dat je geen chocolade meer mag eten.
Het nadeel van deze doelstellingen is dat ze eigenlijk geen doel zijn. Een cijfer op de weegschaal is maar een cijfer, het gaat erom hoe je je dan voelt of wat je dan kan. En een doel formuleren als iets dat ‘niet meer mag’ levert je alleen maar een slecht gevoel op.

Bedenk liever een doel waarvan je energie krijgt en dat je écht motiveert.

De beste motiverende doelen zijn doelen die positief zijn en waarvan de weg ernaar toe ook al plezier en voldoening geeft. Bijvoorbeeld: ik wil volgend jaar een wandelvakantie doen en als training probeer ik elk weekend een nieuwe wandeling uit. Of: ik wil afvallen en daarom kook ik elke week een nieuw slank recept. Of: ik wil stress verminderen en daarvoor ga ik dagelijks mediteren. Of: ik wil mijn bloeddruk verlagen en daarvoor ga ik bij elke lunch een lekkere salade eten.
Positieve doelen zorgen ervoor dat je voldoening haalt uit het proces van de verandering. Dat je nieuwe dingen leert, jezelf uitdaagt én verrast en dat je steeds meer geniet van de gezonde dingen die je doet. Dat zijn de doelen die er echt toe doen!
Deze tip is afkomstig uit het boek: ‘Hart- en vaatziekten? Maak jezelf beter’ van Karine Hoenderdos en Hanno Pijl.

Voor meer artikelen klik hier

Tekort aan medicijnen verdubbeld

Dit jaar verdubbelt het tekort aan medicijnen ruimschoots. Minister Bruno Bruins van Medische Zorg waarschuwt hiervoor vandaag in artikelen in meerdere kranten.
Bruins heeft het met die toenemende tekorten wel zo’n beetje gehad. Hij wil met andere Europese landen dan maar zelf grondstoffen voor medicijnen gaan maken. Op die manier hoeven wij niet langer de dupe te zijn van de haperende productie in India en China.
Daarnaast wil Bruins dat farmaceuten in ons land grote voorraden aanleggen als buffer als ijzeren voorraad.
Tot augustus dit jaar steeg het tekort aan medicijnen fors: van 1065 in dezelfde periode vorig jaar naar 2044 nu.
Als straks de Brexit doorgaat kunnen de problemen volgens Bruyns nog toenemen. Dat komt omdat al het verkeer uit Engeland aan de grens gecontroleerd moet worden, hetgeen leidt tot lange files met vrachtwagens. Bruins wil dat vrachtwagens met medicijnen dan voorrang krijgen en mogen voorkruipen.

Voor meer artikelen klik hier

Je kunt iets betekenen, dat is beter dan machteloos toekijken

Jaarlijks vinden er ongeveer 7000 tot 8000 reanimaties plaats buiten het ziekenhuis. Dat is uiteraard ingrijpend voor de slachtoffers en hun naasten, maar ook de hulpverleners die de reanimatie uitvoeren gaat het meestal niet in de koude kleren zitten. In de komende edities van HartbrugMagazine laten we deze laatste groep aan het woord. Dit keer het verhaal van Leonie Scholte, die als burgerhulpverlener aangesloten is bij HartslagNU.

‘Ieder mens reageert verschillend op een noodgeval: pas als het je overkomt, weet je of je iemand bent die vlucht, verstijft of handelt. Inmiddels weet ik van mezelf dat ik tot de laatste categorie behoor. Toen ik 12 was, zag ik buiten een oudere man lopen die heel grauw oogde. Ik vertrouwde het niet en vroeg of hij even binnen wilde komen. Toevallig was ik op dat moment net even alleen thuis. Terwijl ik in de woonkamer 112 belde, kreeg de man een hartstilstand. Meteen ben ik begonnen met reanimeren, puur op basis van wat ik in televisieseries had gezien en aanwijzingen van de meldkamer. Blijkbaar was dat voldoende, want de meneer heeft het gered.

Die ervaring heeft ertoe geleid dat ik mijn EHBO-diploma heb gehaald en me ieder jaar laat bijscholen. Aangezien ik in het onderwijs werk – ik geef momenteel les op een praktijkschool – leek me dat ook wel handig. Ik woon in de Achterhoek, waar de dekkingsgraad van ambulances laag is. Het dichtstbijzijnde ziekenhuis is 25 minuten rijden, dus het is in geval van een reanimatie bijna onmogelijk om snel ter plaatse te zijn. Toen ik daarom in 2017 hoorde van het burgernetwerk, heb ik me meteen aangemeld.

Taken verdelen

Sinds die tijd ben ik acht keer opgeroepen, waarvan ik vijf keer ook daadwerkelijk heb kunnen gaan. De ene keer krijg je de melding dat je een AED moet halen, de andere keer is het een oproep voor een reanimatie. Alle beschikbare burgerhulpverleners worden gealarmeerd in een straal van 750 meter hemelsbreed. De ene keer krijg je de melding om eerst een AED op te halen, de andere keer is het een oproep om direct naar het reanimatieadres te gaan en te starten met de reanimatie. Ik hoor vaak dat mensen zich niet durven inschrijven omdat ze bang zijn dat ze dan alles alleen moeten doen, maar die kans is relatief klein. Meestal zijn er al snel meerdere mensen en kun je de taken onderling verdelen. Voor iedereen is wel wat te doen: niet alleen het reanimeren zelf, maar bijvoorbeeld ook het ontvangen van de ambulance, het opvangen van de familie of het tegenhouden van het verkeer. Iedere schakel is even belangrijk, je bent echt met z’n allen iemands leven aan het redden.

Ik heb een speciale ringtone ingesteld voor de noodmeldingen. Als die afgaat, weten mijn man en kinderen van 7, 10 en 12 precies wat ze moeten doen en kan ik meteen vertrekken. Ook op mijn werk hebben ze er begrip voor dat ik kan worden opgeroepen. En dat vind ik ook niet meer dan logisch: een mensenleven gaat toch altijd voor?

Nachtmerrie

De laatste keer dat ik een oproep kreeg, stond ik net met mijn autosleutels in de hand om naar mijn werk te gaan.

Daardoor was ik al binnen een paar minuten ter plaatse. Samen met een andere vrijwilliger ben ik de trap opgerend, waar we in de slaapkamer een vrouw aantroffen die haar eigen man aan het reanimeren was, naast het bed. Daar was nauwelijks ruimte, wat de situatie extra lastig maakte. Normaal ben ik iemand die graag de leiding neemt, maar in dit geval was ik opgelucht dat er al snel een paar sterke mannen binnenkwamen, die de man konden verplaatsen en de reanimatie van me overnamen. Ik heb me toen ontfermd over zijn echtgenote, die natuurlijk ook in een nachtmerrie terechtgekomen was.

Het duurde denk ik wel een kwartier voor de ambulance er was, wat voor je gevoel een eeuwigheid is. De tijd lijkt in zo’n noodsituatie veel trager te gaan. Bij andere oproepen kon ik vaak al na een minuut of tien weer weg, hier ben ik bijna anderhalf uur bezig geweest. Dit kwam ook omdat meneer niet met de ambulance is meegegaan. Voor mij was dit de eerste keer dat ik meemaakte dat het slecht afliep, wat natuurlijk best een impact heeft. Natuurlijk ben je daar op voorbereid, maar ik zou liegen als ik zei dat het me niets doet. Toch voelt het als een schrale troost dat je je in deze situatie iets voor iemand hebt kunnen betekenen. De ambulance horen in je straat en alleen maar machteloos kunnen toekijken, is naar mijn mening nog veel erger.

Kaartje

Ik heb een paar dagen later nog een condoleancekaartje in de brievenbus gedaan, om te laten weten dat de mevrouw me altijd mocht bellen als ze daar behoefte aan heeft. Ik kan me goed voorstellen dat ze nu andere dingen aan haar hoofd heeft, maar stel dat ze over een paar jaar alsnog vragen krijgt, heeft ze in ieder geval gegevens van de mensen die er bij waren. Zelf kan ik er gelukkig ook goed over praten met mijn man en collega’s, maar in dit geval heb ik het ook gebruikt in mijn les. Na de melding ben ik namelijk alsnog naar mijn werk gegaan, waar ik mijn leerlingen heb verteld waarom ik later was. Voor mij een stukje verwerking, maar voor hen een leerzame kennismaking met het burgernetwerk. Ik hoop dat het halen van je EHBO-diploma ooit standaard wordt op scholen en dat meer mensen zich registreren als hulpverlener. Zelf zie ik het als mijn plicht: als iets heel normaals dat er bij hoort in het leven om je medemens te helpen.’

Tekst: Marion van Es

Voor meer artikelen klik hier

Kabinet investeert in toekomstbestendige zorg

Als we de plannen van ons kabinet mogen geloven komt er komend jaar 88 miljard euro beschikbaar voor de zorg. Dat is ruim 3 miljard meer dan in het jaar ervoor. 

Onderstaand leest u de plannen zoals die gisteren werden gepresenteerd.

Het kabinet investeert in de zorg voor jeugd en ouderen in verpleeghuizen. Ook voor de beschikbaarheid van geneesmiddelen en om het werken in de zorg aantrekkelijk te maken wordt extra geld uitgetrokken. Het kabinet realiseert zich daarbij dat ook na deze kabinetsperiode de zorgvraag zal blijven stijgen terwijl de arbeidsmarkt krapper wordt. Daarom wordt samen met zorgverzekeraars, gemeenten, zorgverleners en patiënten nagedacht over de toekomstige zorgvraag, de samenhang in regio’s en de wijze waarop ons zorgstelsel die vraag moet gaan opvangen. Het kabinet komt voor de zomer van 2020 met voorstellen om de zorg in de toekomst betaalbaar en organiseerbaar te houden.

Extra geld voor zorg

In vergelijking met de begroting van Prinsjesdag 2018 is er ruim 3 miljard euro meer beschikbaar voor zorg dan in het jaar ervoor. In totaal gaat het in 2020 om 88 miljard.[1] Er is 1,9 miljard voor de stijging van de lonen en prijzen, waarvan ruim 500 miljoen naar de ziekenhuizen gaat. Daarnaast is er 300 miljoen euro extra beschikbaar in 2020 voor investeringen in de jeugdzorg en 500 miljoen meer voor de kwaliteit van zorg voor ouderen in verpleeghuizen. Bovenop de eerder beschikbaar gestelde 370 miljoen voor het aantrekken en opleiden van personeel komt 50 miljoen euro extra die ook wordt ingezet voor het behoud van de zorgprofessionals.

Betaalbare zorg

De stijgende uitgaven zorgen voor een mogelijk hogere premie. Voor 2020 raamt het kabinet een zorgpremie van € 118,50 per maand. Dit betekent een groei van ongeveer 3 euro per maand. Uiterlijk in november 2019 wordt de premie vastgesteld door de zorgverzekeraars. Om de kosten beperkt te houden heeft het kabinet afgesproken om ook in 2020 het eigen risico op 385 euro te houden. Om te komen tot een evenwichtig koopkrachtbeeld heeft het kabinet besloten tot een extra verhoging van de zorgtoeslag. Die stijgt daardoor met 67 euro voor alleenstaanden en 95 euro voor meerpersoonshuishoudens. Dat is meer dan de stijging van de premie. Per 2020 geldt het Wmo-abonnementstarief van 19 euro per maand voor meer Wmo-voorzieningen, zoals een maaltijdservice of boodschappendienst.

Zorgkosten beheersbaar houden in de toekomst

De hoofdlijnenakkoorden die eerder zijn afgesloten met diverse partijen moeten een belangrijke bijdrage leveren om ervoor te zorgen dat de kosten van onze zorg beheersbaar blijven. Om de zorgkosten in toom te houden, blijft het kabinet ook onderhandelen over de prijs van dure geneesmiddelen en aandringen op meer openheid over de opbouw van medicijnprijzen door (inter)nationale farmaceuten. Vanaf 2020 worden ook de maximumprijzen van geneesmiddelen lager vastgesteld.

Preventie

Met extra aandacht voor preventie kan niet alleen de gezondheid van mensen worden verbeterd, maar kunnen ook zorgkosten worden voorkomen. Daarom is in het Nationaal Preventieakkoord afgesproken dat de accijnzen op tabak omhoog gaan in 2020 en sigaretten niet meer zichtbaar zijn in supermarkten. Ook worden alle schoolterreinen, kinderboerderijen en kinderopvanglocaties rookvrij.

De zorg in de toekomst

De zorg in Nederland staat op een hoog niveau en dat wil het kabinet behouden. Door onder meer de vergrijzing zal de vraag naar zorg in de toekomst toenemen, terwijl het aantal beschikbare mantelzorgers afneemt. Met deze toenemende zorgvraag zijn er ook meer mensen nodig die gaan werken in de zorg. Naast het huidige arbeidsmarktbeleid zal er meer nodig zijn om dit vraagstuk op te lossen, anders wordt er een te groot beroep gedaan op de krappe arbeidsmarkt. Daarom zullen we de zorg anders moeten organiseren in de toekomst. Het kunnen blijven organiseren van die zorg is daarmee één van de belangrijkste uitdagingen voor de komende jaren. Het kabinet komt daarom voor de zomer van 2020 met voorstellen voor een toekomstbestendige zorg.

Viering 75 jaar vrijheid

In 2019 en 2020 herdenken en vieren wij dat Nederland 75 jaar geleden werd bevrijd. In 2020 is het 75 jaar geleden dat de Tweede Wereldoorlog tot een einde kwam na de capitulatie van Japan op 15 augustus 1945. Het kabinet stelt voor deze viering 15 miljoen euro extra ter beschikking voor het organiseren van een aantal (internationale) activiteiten.
[1] De 88 miljard zijn alle uitgaven waarvoor de bewindspersonen van VWS verantwoordelijk voor zijn. Het betreft hier de zorguitgaven die vallen onder de Zvw en de Wlz, uitgaven die worden gedaan via de begroting en de, vanaf 2019, overgehevelde uitgaven voor Wmo en Jeugdzorg. De zorgtoeslag wordt niet meegenomen.
Bron: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Voor meer artikelen klik hier

Het gif dat suiker heet

Je wordt er moe van, lusteloos en chagrijnig. Dat krijg je van te veel suiker eten. Onderzoek van de universiteit van Michigan bracht aan het licht dat suiker belangrijke stoffen in je hersenen uitput. Volgens het Algemeen Dagblad gaat het om stofjes als N-acetylaspartaat en kynurenine,  stoffen die te maken hebben met een gezond brein. 
Het is niet zo lastig om teveel suiker binnen te krijgen. De voedingsindustrie plempert zowat overal suiker in. En wel omdat mensen suiker lekker vinden en de voorkeur geven aan gerechten waarin suiker zit.
We hadden het net over  N-acetylaspartaat en kynurenine. Welnu. Als je daarvan te weinig in je hersenen hebt, en dat over langere tijd, neig je tot depressie, en ben je ongezonder dan mensen die suiker zoveel mogelijk uit de weg gaan, aldus de onderzoekers, die hun research publiceerden in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Communications.
Suiker maakt dat dat het niveau van N-acetylaspartaat en kynurenine eerst scherp omhoog gaat, en dan een vrije val maakt. Ook op 18 andere stofjes heeft suiker dat negatieve effect. Ons lichaam wapent zich tegen de overmaat aan suiker door flink wat insuline aan te maken. Dat zorgt ervoor dat de hoge piek vervolgens omslaat in een diepe dip. Deze zogenoemde metabolieten beïnvloeden onze slaap, ons geheugen en onze voedselinname negatief.
Volgens arts William Cortvriendt is het beter helemaal geen suiker te eten. In plaats daarvan zou je volgens hem gezonde vetten en veel groente kunnen eten, waarmee je ook nog eens goed afvalt. En maak je eten zelf klaar, neem daar de tijd voor; vermijd – als het even kan – kant en klaar of voorgekookt voedsel. Daar zit vaak veel suiker in (en andere kwalijke toevoegingen).

Voor meer artikelen klik hier

‘Supercoole’ methode houdt donororganen langer goed buiten het lichaam

Menselijke donorlevers kunnen buiten het lichaam drie keer langer goed blijven dank zij een nieuwe methode om ze tot onder het vriespunt te koelen. Nu moet een lever binnen 9 uur na uitname getransplanteerd worden. Dat wordt meer dan een dag.
Deze ontwikkeling vergroot de kans dat een gezonde lever kan worden gebruikt bij een patiënt. Bijkomend voordeel is dat het uitnameteam en de chirurgen die het orgaan moeten plaatsen, minder onder tijdsdruk staan.
De koelmethode is ontwikkeld door onderzoekers in het Massachusetts General Hospital in de VS onder leiding van Reinier de Vries. Hij werkt in de VS voor zijn promotieonderzoek bij de afdeling Experimentele Chirurgie van Amsterdam UMC. “We zijn er voor het eerst in geslaagd mensenlevers te koelen tot onder het vriespunt en weer succesvol op te warmen, en hiermee de houdbaarheid te verdriedubbelen”, zegt De Vries. Hij en zijn collega’s publiceerden er 9 september over in Nature Biotechnology.
Bij een orgaandonatie moet het orgaan van het ene ziekenhuis naar een ander. De donor bevindt zich immers bijna altijd op een andere plek dan de ontvanger. Omdat organen buiten het lichaam beperkt houdbaar zijn, worden ze gekoeld met smeltend ijs en bewaard op vier graden. De kou remt biologische processen zodat het orgaan uren kan overleven buiten het lichaam. Door de temperatuur verder te verlagen, verlengt de overlevingsduur van het donororgaan. Echter, onder het vriespunt bevries het water in de organen, waardoor onherstelbare schade ontstaan.

Superkoeling

Bij de nieuwe techniek gaat het erom het orgaan af te koelen tot onder het vriespunt zonder dat het water bevriest. Dit heet superkoeling. Wie een bakje met water in de diepvries zet en dat voorzichtig laat afkoelen, ziet dat de vloeistof niet bevriest. Echter, zodra je het koelen verstoort, bevriest het water in een oogwenk.
“Met organen is dit ook mogelijk, maar de kans op ijsvorming is ook dan groot”, zegt De Vries. “Wat we hebben gedaan is de levers te behandelen met een speciale vloeistof waarmee we ze als het ware spoelen. De spoelvloeistof voorkomt dat zich ijs vormt in het orgaan en beschermt de cellen tegen de kou. Voordat we het orgaan kunnen gaan transplanteren, spoelen we die vloeistof er weer uit. Zo kunnen we het orgaan tot vier graden onder nul koelen.”

Houdbaarheid verder verlengen

Deze techniek was al beschreven voor kleine organen zoals de lever uit een rat. Deskundigen gingen ervanuit dat het bij grote organen, zoals die van mensen, niet zou lukken. ‘Superkoelen wordt steeds moeilijker bij toenemende volumes, maar dat hebben we nu onder de knie’, zegt De Vries. “Met de nieuwe techniek kunnen organen naar praktisch elke uithoek van de gehele Europese Unie worden vervoerd.”
Dat de levers ongeschonden 27 uur buiten het lichaam bleven, betekent nog niet dat de techniek meteen gebruikt kan worden in de kliniek. “Er is meer onderzoek nodig om risico’s uit te sluiten. Ook kijken wij met ons team of de temperatuur nog verder verlaagd kan worden. Dit zou de houdbaarheid mogelijk verder kunnen verlengen.”
Bron: AMC

Voor meer artikelen klik hier

Reanimeren krijgt nieuwe boost in Limburg

Wie in Limburg een reanimatiecursus wil volgen, wordt nóg beter bediend. De Stichting Reanimatie Limburg en VeTraNed in Roermond hebben namelijk de handen in elkaar geslagen. Samen gaan ze reanimatiecursussen verzorgen op een laagdrempelige manier voor zowel particulieren als bedrijven in Limburg. Met als doel: iedereen moet kunnen reanimeren!

Krachten bundelen

De Stichting Reanimatie Limburg heeft de afgelopen decennia vele honderden cursisten succesvol opgeleid. Dat gebeurde door ervaren en bevlogen instructeurs. Reanimatie Limburg was een initiatief van Hartpatiënten Nederland. Om ook in de toekomst reanimatiecursussen te garanderen zochten Hartpatiënten Nederland en Reanimatie Limburg naar een sterke partner, met wie de krachten gebundeld kunnen worden. En deze partner is gevonden in het bedrijf VeTraNed in Roermond.

Kwaliteit staat voorop

Kwaliteit van de cursussen staat bij beide partijen voorop. VeTraNed heeft voldoende in huis om naast de uitvoering van de cursussen ook de cursusadministratie op professionele wijze te beheren. De Stichting Reanimatie Limburg  garandeert cursisten dat de deelnamekosten laag zullen blijven. VeTraNed wil namelijk net als de Stichting Reanimatie Limburg zoveel mogelijk mensen leren reanimeren. “Wij zien dit als onze maatschappelijke verantwoordelijkheid”, aldus Richard Dohmen, directeur van VeTraNed.

Beter materiaal, meer keuze

Door de samenwerking is het cursusmateriaal voortaan van nog betere kwaliteit. Cursisten kunnen er bovendien op rekenen dat ze tijdig worden gewaarschuwd wanneer hun certificering verloopt. Als extra service krijg je als cursist meer keuzemogelijkheden dan tot nog toe bij het bepalen wanneer en waar je een cursus wilt volgen. Dat geldt ook voor de herhalingslessen. Dus als je een keer niet kunt, geen probleem. Er zijn mogelijkheden genoeg om een geschikt tijdstip en een geschikte plaats te kiezen.

Voor meer artikelen klik hier

Hara Hachi bu

Op het Japanse eiland Okinawa bereiken de meeste mensen een heel hoge leeftijd. Er komen zelfs heel veel honderdjarigen voor.
Wetenschappers vinden dit natuurlijk heel interessant, zij doen veel onderzoek naar de leefgewoontes van de mensen op Okinawa. Die blijken heel gezond te leven: ze bewegen veel, eten heel groenten, hebben vaak een eigen moestuin, zijn tot op hoge leeftijd actief in werk, vrijwilligerswerk of in de tuin en hebben veel vrienden en een goed sociaal netwerk.
De wetenschappers vonden ook nog een interessante Japanse uitdrukking, die op Okinawa veel wordt gebruikt. Hara hachi bu. En dat betekent: ‘Eet tot je 80 procent vol zit’. Overeet je niet, eet rustig en prop je maag niet vol. Een uitstekend advies, want dat voorkomt dat je overgewicht krijgt én caloriebeperking is een succesfactor voor een lang leven.
Deze tip is afkomstig uit het boek: ‘Hart- en vaatziekten? Maak jezelf beter’ van Karine Hoenderdos en Hanno Pijl

Voor meer artikelen klik hier

SOS-checklist

In Case of Emergency

Weiger jij om een alarmpenning te dragen vanwege het suffe imago? Nergens voor nodig. Tegenwoordig zijn er alarmpenningen in alle soorten en maten. Van armbandjes tot kettingen; het is er allemaal. Een alarmpenning verlicht het reilen en zeilen enigszins, want in geval van nood staat hierop alle belangrijke informatie. Note to yourself: licht minstens één persoon uit jouw gezelschap in over jouw hartaandoening. And last but not least… noteer noodnummers in jouw telefoon onder een internationaal bekende term zoals de afkorting ICE (In Case of Emergency).

EHBO-post

Gaat het toch niet? Schroom niet om de plaatselijke EHBO-post te bezoeken. Een check, check, dubbel check kan geen kwaad.

 

Medicijnen

Hartpatiënt(e) of niet; ga verantwoordelijk om met alcohol. Maar wanneer jij (hart)medicatie slikt, is het verstandig na te gaan of en in hoeverre een alcoholische versnapering is toegestaan. Twijfel je? Ga niet zelf op onderzoek uit, maar vraag het na bij de apotheker of jouw cardioloog. Speelt medicatie geen rol bij jouw hartaandoening? Alcohol kan alsnog extra risico’s met zich meebrengen in combinatie met andere omstandigheden. Ook hier geldt; bespreek alle vragen met jouw cardioloog.

Pacemaker/ICD

Heb jij een pacemaker of ICD? Voorkom -indien mogelijk-onnodige problemen en vermijd metaaldetectoren, maar ook overige, mogelijke magnetische velden zoals geluidsboxen, bijvoorbeeld tijdens een avondje uit. Moet je gefouilleerd worden? Houd jouw identificatiepas bij de
hand. En geniet, maar beperk extreme armbewegingen welke een draadbreak kunnen veroorzaken. Immers, niemand zit te wachten op een overbodige draadbreuk.

Voor meer artikelen klik hier

Randstad net zo smerig als vijf tot tien sigaretten per dag paffen

Wonen bij Schiphol is net zo slecht als roken. Smerige lucht veroorzaakt jaarlijks de dood van 10.000 tot 15.000 Nederlanders. De risico’s zijn vooral groot rond Amsterdam, Schiphol en in Rotterdam, schrijft RTL Nieuws op basis van nieuw onderzoek van het RIVM. Hoogleraar preventieve geneeskunde aan de Universiteit Maastricht Onno van Schayck stelt dat de risico’s in de randstad drie keer zo hoog zijn als in Drenthe, Groningen of de Waddeneilanden. Wie in de Randstad woont, loopt meer risico’s op hart- en vaatziekten of longaandoeningen.
Aan de luchtvervuiling sterven vijftien keer zoveel mensen als aan ongelukken in het verkeer, aldus de hoogleraar. “De Randstad is één van de meest vervuilde gebieden van Europa. En toch wonen er enorm veel mensen boven op elkaar”, zegt Van Schayck op RTL Nieuws.
“Ik zou wonen in Amsterdam zeker niet aanraden”, zei de hoogleraar tegen RTL Nieuws. Amsterdam is een fantastische stad, maar zeker niet gezond. Net als andere sterk vervuilde plekken. Je rookt op de meest vervuilde plekken ongemerkt elke dag vijf tot tien sigaretten.”
Kijk hier voor meer informatie

Voor meer artikelen klik hier