Vorige week praatte huisarts Hans van der Linde ons bij over stoppen met het slikken van statines. Volgens de huisarts uit Capelle aan de IJssel is het nut van statines te verwaarlozen, terwijl er wel veel vervelende bijwerkingen zijn. In een bijgevoegde tabel staan de wetenschappelijke cijfers. In dit artikel leggen we uit hoe je deze tabel moet lezen. Taaie kost, maar voor wie wil begrijpen waarom statines zo onder vuur liggen, toch wel interessant.
Wetenschappelijk onderzoek
In de tabel kun je namelijk de resultaten lezen van de grootste meerjarige onderzoeken. Links staan de resultaten van de onderzoeken gedurende al die jaren, rechts de resultaten uitgesplitst over één jaar (gemiddeld). Verder is er een onderscheid gemaakt tussen overlijden ongeacht de oorzaak, en overlijden als gevolg van hart- en vaatziekten.
Getallen waar een min voor staat laten zien hoe veel het risico is verminderd; getallen met een plus hoeveel het risico juist is toegenomen.
Conclusie: 1 : 476 = te verwaarlozen
De afname van het overlijden aan hart- en vaatziekten bedroeg gemiddeld 0,21% ofwel 0,0021. Dat betekent dat 476 mensen statines moeten slikken om ervoor te zorgen dat bij één van hen hart- en vaatziekten worden voorkomen. Al die anderen slikken de statines dus zonder resultaat, maar zij hebben wel de bijwerkingen.
Hart- en vaatpatiënten
De onderzoeken gaan over secundaire preventie. Dat wil zeggen over mensen die al manifeste hart- en vaatziekten hebben. Primaire preventie gaat over kerngezonde mensen, maar daar gaat dit onderzoek dus niet over.
Resultaten en conclusies
Hoe moet je die tabel lezen? Daarvoor even een korte uitleg over enkele termen. Wij hebben ons dat ook laten uitleggen, hoor. We zijn daarvoor te rade gegaan bij Hans van der Linde, en bij een andere deskundige op dit gebied, Dick Bijl, voormalig huisarts en voormalig hoofdredacteur van het Geneesmiddelen Bulletin. Hij is momenteel president van de International Society of Drug Bulletins.
De tabel: uitleg in het kort door Dick Bijl
“In de tabel staan de belangrijkste grote onderzoeken waarin overlijden als uitkomstmaat is onderzocht”, legt Dick Bijl uit. “Die onderzoeken duurden meerdere jaren. Dus de winst die een interventie met een statine heeft opgeleverd is weergegeven voor de gehele onderzoeksduur en daarnaast ook per afzonderlijk jaar van het onderzoek (is gedeeld door het aantal jaren dat een onderzoek duurde). Ook is het onderscheid gemaakt tussen overlijden ongeacht de oorzaak en specifiek overlijden door hart- en vaatziekten.”
“Negatieve getallen duiden op een afname van het risico en positieve op een toename van het risico.”
“De afname van het overlijden aan hart- en vaatziekten bedroeg gemiddeld 0,21% ofwel 0,0021. Het NNT is 1/ARR – 1/0,0021 = 476. Dat betekent dat je per jaar 476 personen met risicofactoren moet behandelen om bij één persoon het overlijden aan hart- en vaatziekten te voorkomen.”
“In mijn optiek is dat dus een zinloze interventie”, vat Dick Bijl samen.
De tabel: uitleg over terminologie door Hans van der Linde
Om de cijfers in de tabel te begrijpen, hoef je alleen maar te weten wat de volgende begrippen inhouden en dat is heel gemakkelijk, legt Van der Linde uit.
* Absolute Risico Reductie (ARR)
* Relatieve Risico Reductie (RRR)
* Number Needed to Treat (NNT) (treat=behandelen)
* Number Needed to Harm (NNH) (harm=schade berokkenen)
Als voorbeeld geeft Van der Linde een uitleg aan de hand van een getallenvoorbeeld met een medicijn dat gedurende één jaar wordt gegeven:
NNT
“Zonder medicijn zullen 2 van de 100 patiënten een hartinfarct krijgen. Met medicijn krijgt maar 1 van die 100 patiënten een infarct. We moeten dus 100 patiënten behandelen om 1 hartinfarct minder te krijgen. Het aantal patiënten dat je moet behandelen om 1 hartinfarct uit te sluiten, noem je NNT. Bij een NNT van 100 slikken dus 99 patiënten het geneesmiddel voor niets. Zij ondervinden er wel de bijwerkingen van. Een NNT van 100 is zo hoog dat het geneesmiddel niet gegeven zal worden.”
ARR
“De absolute risico reductie is het percentage patiënten dat baat zal hebben bij gebruik van X. Dat is dus in het voorbeeld 1 op de 100, dus 1%. In formulevorm: ARR = 100/NNT %”
RRR
“De relatieve risicoreductie is het percentage minder hartinfarcten. Dat is in dit rekenvoorbeeld dus 50%, geen 2 hartinfarcten maar 1. Geneesmiddelenfabrikanten zeggen dus dat het aantal hartinfarcten met 50% daalt, maar zeggen er niet bij dat 99 van de 100 patiënten er geen baat bij hebben.”
NNH
“De NNH is het aantal patiënten dat je moet behandelen om een schadelijke bijwerking te krijgen. Bij statines krijgt meer dan 10 procent van de patiënten een bijwerking. De number needed to harm is dan dus 10 of nog minder.”
Statines geven gemiddeld een ARR van slechts 0,21 % en een NNT van 476. “Een lachwekkend resultaat als het niet zo treurig was dat farmamarketing ons zo misleid heeft dat 1.4 miljoen Nederlanders deze per saldo schadelijke medicijnen slikken”, aldus Van der Linde.
Ons advies
Wij geven als belangenorganisatie van hartpatiënten geen advies over wel of niet stoppen met statines. Dat laten we aan de deskundigen over. Mocht u naar aanleiding van wat de deskundigen schrijven willen stoppen met statines, doe dat dan niet zonder voorafgaand advies van huisarts of cardioloog.
Voor meer artikelen klik hier