Irma Vrolijks: Leren accepteren dankzij spiritualiteit
Irma Vrolijks is een spirituele therapeut in opleiding, maar daarnaast ook hartpatiënt. Haar interesse in het spirituele heeft de 43-jarige uit Bergeijk geholpen om vrede te krijgen met het feit dat zij al jarenlang een hartpatiënt is: ‘Ik heb leren accepteren om van mijzelf en mijn lichaam te houden zoals ik ben en zoals het is.’
De interesse in spiritualiteit heeft Irma al langere tijd. Na een cursus Reiki (een methode waarin energie wordt overgebracht op anderen) is zij daaropvolgend een studie ’Spirituele Therapie’ gaan volgen. In 2014 hoopt de vrolijke Irma af te studeren: ‘Tijdens zo’n studie kom je jezelf behoorlijk tegen. Je werkt aan jezelf, kijkt in de spiegel en leert mede daardoor jezelf enorm goed kennen.’
(Zelf)acceptatie
Volgens Irma is (zelf)acceptatie voor hartpatiënten het belangrijkste: ‘De kunst is om het lichaam dat je hebt gekregen en het lichaam dat je nu hebt zodanig te accepteren dat je overeenstemming bereikt in je hoofd. Je gedachten en gevoel spelen hierbij ook een belangrijke rol. Hierin wil ik ook anderen (gaan) begeleiden als coach.’
Irma heeft een lange weg afgelegd om in het reine met zichzelf te komen: ‘De (zelf)acceptatie ging bij mij ook niet vanzelf. In het verleden heb ik daar veel moeite mee gehad. Mijn hoofd en lichaam waren, bij wijze van spreken, geregeld met elkaar in gevecht. Ik wilde van alles en in gedachten kon dat prima, maar de werkelijkheid bleek anders, want mijn lichaam werkte niet altijd mee. Dat is zeer frustrerend.’
Zij vervolgt: ‘Ik ben nu van mening dat ik ziek ter wereld ben gekomen, omdat ik een bepaalde taak heb meegekregen. Mijn aangeboren hartafwijking heb ik overleefd, want ik kon het aan deze ziekte te dragen en omdat ik hier op aarde nog iets moest volbrengen. Alles heeft een doel, zo ook mijn hartaandoening. Eén daarvan is dat ik nu in staat ben om geestelijk te groeien.’
Drie in één
De Bergeijkse is geboren met meerdere hartafwijkingen. Als Irma net een paar dagen oud is, constateren cardiologen dat zij een vernauwing aan haar aorta heeft, een gedeelde hartkamer en een iets lekkende hartklep: ‘Na vier dagen merkte de verloskundige dat ik niet in orde was. Ik at niet en huilde constant. Uiteindelijk zijn mijn ouders met mij naar een lokaal ziekenhuis gegaan waar ik aan mijn lot ben overgelaten. Gelukkig kwam er een plaats vrij in het toenmalige Dijkzicht ziekenhuis in Rotterdam. Men ging daar gelijk over tot actie.’
Na in een zuurstoftent te hebben gelegen, werd uiteindelijk besloten om na een aantal maanden de kleine Irma naar huis te sturen: ‘De artsen wilden wachten met een operatie, omdat het een riskante ingreep was en al helemaal voor die tijd. Op mijn vijfde ben ik na jarenlange controles eindelijk aan mijn aandoeningen geopereerd. Aangezien er ook vocht achter mijn longen zat, moesten de artsen via mijn ribben, links over mijn rug de operatie uitvoeren.’
Irma’s vernauwing aan de aorta werd verholpen. Haar hartklep vervingen de chirurgen niet vanwege het feit dat het lekken minimaal bleek te zijn. Aan de gedeelde hartkamer was niets te doen aangezien die in het hart zit. Helaas kwam de vernauwing aan de aorta later terug: ‘Door een nieuwe manier van wonden hechten, die toentertijd als proef is getest, is er later een nieuwe vernauwing aan mijn aorta ontstaan, bestaande uit littekenweefsel. Een ander gevolg hiervan is een te hoge bloeddruk waarvoor ik medicijnen slik. ‘
Beseffen en begrijpen
Het besef dat Irma hartpatiënt is, komt bij haar pas op de lagere school: ‘Ik was sneller moe en kon niet altijd met gym meedoen. Toen besefte ik dat ik ‘anders’ was dan mijn leeftijdsgenoten. Op het voortgezet onderwijs deed ik vrijwel alles wat anderen ook deden, velen wisten niet eens dat ik hartpatiënt was. In mijn pubertijd had ik moeite met het grote litteken dat aan de linkerkant van mijn lichaam van onder mijn linkerborst helemaal doorloopt tot boven aan mijn rug.’
Tegenwoordig maakt Irma zich daar niet meer druk om: ‘Als je ouder wordt, zijn dat soort dingen veel minder belangrijk. Ik heb nooit dingen of belevenissen laten schieten omdat ik hartpatiënt ben. Het constant aanpassen aan het hartpatiënt zijn, is voor mij niet weggelegd. Dat zou betekenen dat ik mijn hele leven op mijn tenen moet gaan lopen en dan had ik onder andere alle leuke ritjes in pretparken moeten missen!’
Het vrij late besef komt volgens Irma ook vanwege het feit dat haar ouders haar nooit als een zieke hebben behandeld: ‘Tijdens mijn jeugd hebben mijn ouders mij niet anders behandeld. Als ik vervelend was kreeg ik net zo goed een standje. Vanzelfsprekend hebben zij vooral in de beginperiode een zware tijd doorgemaakt. Mijn ouders moesten elke dag honderd kilometer op en neer om even naar mij achter een glazen wand te mogen kijken. Tegenwoordig zijn er veel goede voorzieningen op dat gebied. Het is niet niets als je iedere dag afscheid moet nemen van je kind en niet weet of je haar de volgende dag nog terugziet.’
Toen de tijd rijp was voor kinderen heeft Irma voor alle zekerheid navraag gedaan bij haar cardioloog. Zij wilde de kans op een aangeboren hartafwijking in kaart brengen. Alles bleek in orde en inmiddels is zij de trotse moeder van twee zonen van negentien en zestien jaar oud: ‘Tijdens hun opvoeding hebben zij niet veel meegekregen van hun moeder als hartpatiënt. Ik probeerde mijn rust te nemen als zij ook sliepen of naar school waren.’
Verwerken en doorgaan
Ondanks haar positieve instelling is ook Irma door de jaren heen een aantal typische dingen tegengekomen. ‘Mensen zien vaak aan de buitenkant niet dat je hartpatiënt bent, vervolgens ontstaat er onbegrip en denken sommigen dat je je aanstelt als je een keer niet lekker bent. Daarnaast vind ik dat je bijvoorbeeld tijdens een sollicitatie niet direct moet vertellen dat je een hartaandoening hebt. Bij velen gaan bij het woord ‘hartpatiënt’ onterecht allerlei alarmbellen rinkelen.’
Maar de spirituele Irma laat zich niet kennen: ‘Ik sta erg positief in het leven en doe van alles. Twee keer per week sport ik. Dertien jaar geleden ben ik zeventien kilo afgevallen en dat houd ik graag zo. Vorig jaar heb ik een gedichtenbundel uitgebracht en opgedragen aan mijn zoons. De titel is ‘Munay’ en betekent ‘Ik houd van jou’ en ‘Wees diegene die je echt bent’. Op dit moment ben ik met drie anderen bezig een vrijwilligersorganisatie op te zetten die organisaties en vrijwilligers bij elkaar brengt.’
Irma is van mening dat kracht en positiviteit in ieder mens zitten, maar je moet er wel voor gaan: ‘Je bent waardevol om wie je bent zoals je bent en niet om wat je wel of niet kunt. Ik geniet van elke dag.’ Haar levensmotto is kristalhelder: ‘Geniet van iedere dag die je hebt, ook al ben je ‘anders’ dan anderen. Iedereen is anders en jij bent ‘jij’.’