Ter ere van ons 50-jarig jubileum is er een mooie, indrukwekkende documentaire gemaakt over onze prachtige reizen. Een uniek concept in de reiswereld. Bij geen enkele andere reisorganisatie worden vergelijkbare reizen als de onze aangeboden. Hierin zijn wij uniek.
HartbrugReizen voorziet in een grote behoefte die niet bekend is bij het grote publiek. En dat houden wij ook zo. Op die manier konden talloze reizigers van vakanties genieten waar ze eerder slechts van konden dromen. Wij verlosten ze uit een bepaald soort isolement.
Wij zijn trots op al die reizigers die samen met ons grenzen konden verleggen. En ongelooflijk trots zijn wij op deze film, die dankzij alle hoofdrolspelers prachtig is geworden: reizigers die onaangekondigd gevraagd werd waarom ze voor HartbrugReizen kozen. Maar ook werd ze gevraagd of ze tevreden waren. Dit alles speelde zich af tijdens een reis naar Slovenië. Het zijn indrukwekkende beelden en verhalen.
Vakantieplannen of niet: het is meer dan de moeite waard deze film te bekijken. Ga naar www.hartpatienten.nl/reizen
Voor meer artikelen over o.a hartbrugreizen klik hier
Vanwaar deze titel en de foto van deze markante dame? Omdat ik op deze plek een bijzondere dame in het zonnetje wil zetten. Een lieve vrouw die gedurende 43 jaar dag en nacht klaarstond voor alle hartpatiënten in Nederland: mijn moeder, Truus van Overveld-Peijs.
Vele lezers kennen haar of hebben van of over haar gehoord. Zeker in de roerige jaren van onze vereniging. In de jaren van de luchtbruggen vonden velen de weg naar huize van Overveld. Het was een komen en gaan van hartpatiënten die in doodsnood verkeerden. Ik herinner mij dat nog goed. Ik was toen een jaar of zeventien. Ze liepen de deur plat. Niet tijdens kantoortijden hoor! Want daar hadden mijn ouders nooit van gehoord. Het ging zeven dagen in de week door, van ‘s ochtends vroeg tot ’s avonds laat. Niets was hen te veel om mensen te helpen. Zij stonden iedereen met raad en daad bij, altijd. En allen werden als welkome gasten ontvangen. Zo kregen ze gelijk een lekkere kop koffie en smulden vaak van een heerlijk stukje, verse Limburgse vlaai. Trakteren op verse vlaai behoort tot de dag van vandaag nog altijd tot onze tradities, bijvoorbeeld bij aanvang van onze reizen.
Mijn moeders leven werd getekend door veel verdriet en ziekte. Als jong meisje maakte ze de oorlog van dichtbij mee. Ook verloor ze in die jaren een oudere broer. Niet door de oorlog, maar door ziekte: longtuberculose. Dit overlijden, samen met de oorlog, tekende haar hele jeugd en wellicht ook haar verdere leven. In 1944 werd ze als elfjarig meisje samen met haar ouders en andere Roermondenaren in veewagens geëvacueerd naar Friesland. Na terugkomst in Roermond was de binnenstad grotendeels platgebombardeerd. Het moet vreselijk geweest zijn.
Ook verloor ze op jonge leeftijd haar moeder, terwijl ze haar vader tot zijn dood verzorgde. Opa woonde ‘bij ons in’. Daarnaast droeg ze ook zorg over mijn vader, haar echtgenoot. Hij werd op 36-jarige leeftijd al getroffen door hartproblemen. Het werd van kwaad tot erger. Mijn moeder sleepte dat als zware ballast mee. In 1987, mijn moeder was toen pas 53 jaar, overleed mijn vader. Niet aan het hart, maar aan prostaatkanker. Dientengevolge moest hij een mensonwaardige lijdensweg ondergaan waarbij mijn moeder hem tot het einde toe vol toewijzing en liefde bijstond en verzorgde.
Zij, mijn moeder, bleef voor de rest van haar leven alleen en leefde in alle eenvoud en beleefde tot de laatste dag heel veel plezier aan haar klein- en achterkleinkinderen. Maar ze bleef ook betrokken bij Hartpatiënten Nederland. Niet publiekelijk, maar op de achtergrond. Ik noemde haar vaak ‘erevoorzitter’. Sinds de dood van mijn vader bezocht ik haar elke dag en er ging geen dag voorbij of we hadden het over alles rondom de stichting en het hart. Vaak gaf ze mij, gevraagd en ongevraagd, advies. Maar ze stond ook regelmatig patiënten te woord. Vooral in de jaren nadat mijn vader overleden was en ik gevraagd werd om het voorzittersstokje over te nemen.
Steeds vaker realiseer ik mij dat Hartpatiënten Nederland ontzettend veel aan mijn moeder te danken heeft. Misschien zelfs wel dat ik de kar van deze prachtige stichting al bijna 35 jaar belangeloos trek, want wellicht komt het door de dagelijkse conversaties die ik met haar had over alles rondom hartpatiënten in Nederland. Conversaties die ik tegenwoordig met mijn dochters Yvonne en Marly en, op de achtergrond, met Mersiha heb. Ook zij zijn, samen met de andere collega’s Anneliese, Aysegül, Bert en Donna met hart en ziel betrokken bij de mooiste club van Nederland.
Ondanks dat het de laatste jaren steeds slechter met mijn moeder ging, bleef ze belangstellend: zo vroeg ze nog elke dag naar het wel en wee van de stichting. En ze volgde het hartnieuws; er hoefde maar iets op tv te zijn, of ze tipte mij.
Column door: Jan van Overveld
Voor meer columns van o.a Jan van Overveld klik hier
Sinds ons land in een intelligente lockdown ging, zijn het aantal patiënten met een hartinfarcten enorm afgenomen, tot wel vijftig procent. Niet alleen in Nederland, maar wereldwijd is dit effect merkbaar. Over de oorzaak tasten cardiologen nog in het duister. Ook professor Martin Schalij, hoogleraar cardiologie en afdelingshoofd in het LUMC te Leiden, houdt zich ermee bezig.
Martin Schalij
Binnen de medische wereld wordt druk gespeculeerd over de opmerkelijke afname. Een voor de hand liggende reden is dat mensen uit angst voor het virus minder snel naar het ziekenhuis durven komen, maar daar gelooft dr. Schalij niet in. ‘Dat zou misschien opgaan bij milde klachten, maar bij een acuut hartinfarct blijf je echt niet thuis. Bovendien zouden we dan nu, zo’n drie maanden later, mensen moeten zien die te lang hebben gewacht. Het aantal mensen dat overlijdt aan een hartinfarct zou dan gestegen moeten zijn, net als het aantal mensen met schade als gevolg van een niet opgemerkt infarct. Ook die zien we nauwelijks.’
Hij acht het geloofwaardiger dat de afname te maken heeft met de veranderingen in de maatschappij als gevolg van het virus: doordat er nauwelijks vliegtuigen vliegen en minder verkeer op de weg is, is de lucht vele malen schoner geworden. Ook zouden mensen door de extra vrije tijd of het thuiswerken misschien minder stress kunnen ervaren. Momenteel wordt er op verschillende plekken in de wereld onderzoek gedaan naar oorzaken en verbanden.
‘Sinds een paar weken neemt het aantal infarcten weer toe’, zegt Schalij. ‘Mischien omdat het weer drukker wordt op de weg, of omdat de stress toeneemt? We weten het gewoon niet, maar het is wel interessant om te onderzoeken. Stel nu dat het aantal hartinfarcten écht minder is geworden doordat we met z’n allen een stapje terugdoen. Dan moeten we onszelf toch wel achter de oren gaan krabben wat we met z’n allen aan het doen zijn. Dus niet zomaar teruggaan naar de oude situatie als de crisis voorbij is, maar kijken hoe we ook in de toekomst een stapje terug kunnen blijven doen. Uiteraard zonder dat de economie daaraan ten onder gaat, want dat mensen en bedrijven massaal failliet gaan is óók heel ernstig.’
The box
En er zijn meer opzichten waarin Schalij hoopt dat we iets leren van de coronacrisis. Enkele jaren geleden begon hij al met een studie naar de effecten van e-consulten en thuismeetapparatuur: de zogeten ‘boxes’. Zo’n duizend patiënten die een hartaanval hadden gehad, kregen een doos mee naar huis met daarin een bloeddrukmeter, hartritmemeter, stappenteller en weegschaal. De patiënt houdt zelf de gegevens bij en stuurt de resultaten met behulp van de smartphone rechtstreeks door naar het elektronisch patiëntendossier. Op het moment dat de coronacrisis uitbrak, kwam deze uitvinding goed van pas. De box werd versneld ingevoerd en er kwam zelfs een speciale covid box voor coronapatiënten, aangevuld met een zuurstofmeter. Op deze manier kon de druk op het ziekenhuis flink worden afgenomen, zonder dat het ten koste ging van de gezondheid van de patiënt.
‘Toen de crisis uitbrak, hadden we net de resultaten binnen van het onderzoek onder patiënten die een box hadden gekregen’, vertelt Schalij. ‘Qua gezondheid was er geen verschil met de groep zonder box, en de patiënt zelf blijkt tevreden. Het scheelt mensen veel tijd, omdat ze minder vaak naar het ziekenhuis hoeven te komen. Maar misschien nog wel belangrijker: mensen vinden het prettig om zelf verantwoordelijkheid te hebben voor hun gezondheid.’
Videobellen
Volgens de professor is het slechts een kleine groep die huiverig is om zelf digitaal aan de slag te gaan. ‘We hebben een team van drie dames die helpen bij de technische ondersteuning. En als iemand het echt niet wil, hoeft het niet en houden we het gewoon bij de oude situatie. Maar het is een misvatting dat dit met leeftijd te maken heeft, we merken juist dat veel ouderen heel handig zijn met internet en smartphones. Tijdens de coronacrisis hebben ook veel ouderen bijvoorbeeld leren videobellen met de kinderen en kleinkinderen.’ Het is zeker niet de bedoeling dat digitale middelen het rechtstreekste contact met de arts gaan vervangen, benadrukt de professor. ‘Vooralsnog worden twee van de gebruikelijke vier consulten vervangen door e-consulten – een spreekuur via videobellen. Maar het voordeel is dat als de patiënt regelmatig gegevens invoert, we ook tussentijds in de gaten kunnen houden of er bijzonderheden zijn. Het contact met de arts blijft dus, het wordt alleen efficiënter.’
Zo kan er dus ook in bepaalde gevallen sneller worden ingegrepen, bijvoorbeeld bij patiënten met hartritmestoornissen, pacemakers of ICD’s. Wijken de gegevens af, dan ziet de arts dit direct. Daarnaast is het de bedoeling dat de patiënt zelf grip krijgt op zijn gezondheid, legt Schalij uit. ‘Vroeger vertelde de arts welke medicatie je moest nemen en deed diegene dat. Tegenwoordig kunnen we uitleggen wat de patiënt zelf kan doen, bijvoorbeeld minder zout nemen om de bloeddruk omlaag te krijgen, of meer bewegen als we aan de stappenteller zien dat dit beter kan. Patiënten zijn over het algemeen heel slim en als je ze de hulpmiddelen geeft, kunnen ze ook heel veel zónder ons.’
Gezondheid in plaats van zorg
Dat mensen minder vaak naar het ziekenhuis komen, is niet alleen belangrijk in tijden van corona. ‘Mede door de vergrijzing neemt het aantal patiënten dramatisch toe’, legt Schalij uit. ‘De capaciteit van het ziekenhuis wordt niet zomaar groter, dus als we niets doen, loopt het systeem vast. Als we meer dingen thuis kunnen doen, is er in het ziekenhuis meer ruimte voor nieuwe patiënten. Maar preventie is nog veel belangrijker. Ik vind het persoonlijk heel leuk om een dotterbehandeling uit te voeren, maar ik heb natuurlijk liever dat zo’n ingreep niet nodig is. We moeten als medici dus meer toewerken naar het bevorderen van gezondheid, in plaats van naar het leveren van zorg.’
De coronacrisis heeft die inzichten volgens hem versneld. ‘Voorheen wilden patiënten het liefst gewoon naar het ziekenhuis komen, nu zeggen ze sneller: dat hoeft van mij niet zo. En ook artsen die eerst geen voorstander waren van the box, zien nu de voordelen. We wilden al heel lang de zorg anders inrichten, maar nu kan het heel snel gaan. In het LUMC zijn inmiddels 31 verschillende boxes in ontwikkeling, voor allerlei vakgebieden. We willen die blijven gebruiken. Niet uit noodzaak, maar ook als de ziekenhuizen weer volledig open zijn.’
Oud-hockeyinternational Marcel Balkestein (39) ging na het plotse overlijden van zijn broer Jean-Paul door de medische molen. Met dezelfde erfelijke hartafwijking als zijn broer mocht hij toch doorgaan met topsport. Vijf jaar later moest hij wel stoppen, vanwege andere hartklachten, maar zijn werk draait nog steeds om sport.
Marcel Balkenstein
Wat is er sinds 2012 precies gebeurd? In 2012 kwam mijn oudere broer tijdens het joggen plots te overlijden aan een verdikte hartspier. Vlak daarna zou ik met het Nederlandse hockeyteam naar de Olympische Spelen in Londen gaan. Onderzoek wees meteen uit dat ik dezelfde genetische afwijking had. Mijn moeder was de drager ervan, zonder ziekteverschijnselen. Toch mocht ik naar Londen. Natuurlijk werd ik nadien wel scherper in de gaten gehouden. In 2017 werd een vergrote hartkamer geconstateerd. Die hield geen verband met de verdikte hartspier, maar het was raadzaam om te stoppen met topsport. Dat deed ik, maar ik voelde me bij het aftrainen al snel niet goed. Alsof er constant adrenaline door mijn lijf raasde. Vele testen en een CT-scan later bleek een vernauwing in de voorste kransslagader te zitten. Zo’n ernstige vernauwing op zo’n belangrijke plek wordt ook wel de ‘widowmaker’ genoemd. Er werd een stent geplaatst.
En toen?
Een revalidatietraject was voor mij als sporter overbodig. Ik leefde snel gewoon door als voorheen. Alleen had ik gedacht dat ik me na het plaatsen van de stent veel beter zou voelen. Na het verhelpen van zo’n grote vernauwing, dan moest de conditie met stent toch meteen verbeterd zijn? Het hart kreeg nu toch meer bloed en zuurstof? Dat viel tegen. Daarover heb ik zelfs nog gemaild met de betrokken cardiologen. ‘Zit die stent er eigenlijk wel?’, grapte ik, ‘ik ben niet vooruit te branden.’ Ik was fit hoor, voor en na de operatie. Maar ik was in dezelfde periode ook van zeven keer in de week trainen naar twee keer in de week trainen gegaan. Ook door het medicijngebruik klopte het wel dat de conditie anders voelde. Het werd met de stent simpelweg minder snel beter dan ik had verwacht.
Veranderde je nog iets aan je leefgewoonten? Nee, eigenlijk niet. Eten is nooit mijn sterkste kant geweest, ook tijdens de topsport niet. Het kan beter en veelzijdiger, maar over het algemeen leef ik gezond. Ik beweeg voldoende, ik rook en drink niet. De kans op nieuw hartfalen wil ik zo klein mogelijk maken. De stressfactor in de topsport heeft wel bijgedragen aan mijn hartklachten, denk ik. Selectieprocedures leveren enorm veel spanning op. In de periode voor de selectie van het Nederlandse elftal voor de Olympische Spelen in Londen was ik er elke minuut van de dag mee bezig. Zulke stress speelt nu niet meer. Ik verbind bedrijven aan sport in Brabant. Verder heb ik mijn eigen hockeyschool.
Kijk je nu anders tegen het leven aan? Ik voel me erg dankbaar voor het leven. Die dankbaarheid gaat ook uit naar de artsen op mijn pad. Ze namen cruciale beslissingen. Dankzij cardioloog Arthur Wilde van het AMC ben ik toch naar de Olympische Spelen gegaan, terwijl anderen het vanwege mijn broers dood afraadden. Wilde heeft echt zijn nek voor me uitgestoken. Zijn drukke agenda maakte hij vrij om mijn casus met de beste artsen ter wereld te bespreken. Zonder die actie had mijn leven er echt anders uitgezien, zonder zilveren medaille. Met cardioloog Rutger Haest in Geldrop gebeurde iets vergelijkbaars. Door hem werd de vernauwing in de kransslagader ontdekt. Eerdere testresultaten waren negatief geweest, maar hij had toch besloten tot een CT-scan. Het merendeel van de artsen had dat niet gedaan, er leek immers niets aan de hand? Maar Haest kende mij persoonlijk en ook mijn broers casus. Als sporter ken je je lijf goed en Haest heeft naar mij geluisterd. Dat was mooi. Door alle gebeurtenissen doe ik nu beter mijn best te genieten van het leven, me niet te druk te maken. Het is belangrijk om te kijken of de dingen die je doet ertoe doen, je met mensen omgaat die ertoe doen. Met vrienden naar de kroeg of een cabaretier gaan is achteraf gezien een betere keuze dan het bijwonen van de Champions League omdat je toevallig BN’er bent.
Heb je tips voor andere hartpatiënten? Ik kan niet inschatten hoe een ander zich voelt. Ik heb geen hartinfarct gehad en ook geen schade aan het hart. Toch zeg ik: wees dankbaar dat je er nog bent. Natuurlijk was je liever geen hartpatiënt, maar nu het wel zo is, is het beter om stil te staan bij wat die diagnose je heeft gebracht. Je staat bewuster in het leven.
Op 17 februari dit jaar kreeg Sandra’s (56) man Gert-Jan (66) een hartstilstand. Op zijn verjaardag. Sandra moest die dag haar eigen man reanimeren. Hij overleefde het, maar Sandra krijgt dat beeld van haar levenloze man maar niet van haar netvlies.
Gert-Jan en zijn kleinzoon
Sandra ging die bewuste dag al eerder naar bed, terwijl Gert-Jan de hond nog even uitliet. Niet veel later schoof hij bij haar in bed. Ze vroeg hem of het goed ging. Hij antwoordde dat het niet lekker ging. ‘Gert vertelde dat hij een druk op zijn borst voelde. Hij kon het niet goed duiden, maar voelde zich raar. We zijn op dat moment naar beneden gegaan om even wat te drinken.’ Eenmaal beneden ging het niet beter. Zijn bloeddruk was niet extreem hoog, maar toch zei Gert-Jan dat hij zich echt niet goed voelde en dat ze hulp moest inschakelen. ‘Ik belde meteen de dokter. Hij vertrouwde het niet, dus werd er een ambulance gestuurd. De ambulancebroeders sloten een kastje bij Gert aan en zagen het al snel: hij had een hartinfarct.’
Van de wereld
Vlug ging Sandra naar boven om even wat anders aan te trekken voor ze mee moesten met de ambulance. Op dat moment zakte Gert-Jan ineens van zijn stoel. ‘Hij ging onderuit en was plotseling helemaal van de wereld. De ambulancebroeders vroegen me of ik kon reanimeren, zodat de ene broeder bij het hoofd van Gert kon blijven staan en de andere de AED kon klaarmaken. Dat kan ik, want ik heb zestien jaar BHV-ervaring. Maar ik dacht: ‘Waarom moet ik dit bij mijn eigen man doen?’ Toch ben ik direct begonnen. Ik had geen idee of ik het goed deed; ik ben gewoon gaan pompen. Ondertussen bleef ik maar roepen dat hij bij me moest blijven. Ik was wanhopig. Uiteindelijk kwam zijn lichaam overeind van de keukenvloer en was hij weer bij ons.
Door een hel
Sandra kon op dat moment alleen nog maar uitbrengen dat haar man dood was geweest. De adrenaline gierde door haar lijf en haar hart zat in haar keel. Haar hele lichaam deed pijn: van de schrik, het huilen en de kracht die ze had gestopt in het reanimeren van haar eigen man. ‘Gert begon weer praatjes te krijgen, maar ik ging echt door een hel. Ik was zó bang dat hij het niet zou overleven. Ook die rit naar het ziekenhuis was voor mij heel beangstigend. Midden in de nacht kwamen we daar aan. Het ziekenhuis was donker en verlaten, en het voelde alsof ik met mijn kinderen zat te wachten in een rouwkamer.’ Een tijd later mocht ze naar Gert-Jan, die inmiddels was geopereerd en drie stents had gekregen. ’Zelf had Gert het gevoel dat hij even geslapen had; hij had niks meegekregen van de ernst van de situatie. Ik daarentegen heb dat afschuwelijke beeld van dat hij dood was. Het bleken maar twee minuten geweest te zijn, maar naar mijn idee duurde het een eeuwigheid.’
Alarmfase Hoewel Sandra goed begrijpt dat alle aandacht op dat moment naar Gert-Jan ging, vindt ze dat er na zo’n gebeurtenis ook meer aandacht mag zijn voor de partner. ‘De ambulancebroeders hebben tegen me gezegd dat het heel waardevol was dat ik kon reanimeren, maar niemand heeft vervolgens gevraagd hoe het mij ging, of hulp aangeboden. Terwijl ik nog altijd heel bang ben om hem te verliezen. Het voelt alsof ik constant in de alarmfase zit. Als ik nu naast hem in de tuin lig, check ik telkens of hij nog ademt. Als we een lange wandeling maken, vraag ik me af of hij niet te veel doet. Als hij slaapt, check ik een paar keer per nacht of ik echt nog iets hoor of voel. Het heeft een enorme impact op je als je ernaast hebt gestaan, laat staan op mensen die ook nog eens zonder ambulancebroeders hebben moeten reanimeren.’
Gefocust op herstel
Met Gert-Jan gaat het momenteel gelukkig goed. ‘Gert zegt zich beter dan ooit te voelen, ondanks dat zijn herstel vanwege corona nu een soort doe-het-zelf revalidatie is geworden. Hij valt nu ook nog eens binnen een risicogroep. Gert is in ieder geval erg gefocust op zijn herstel en heeft gelukkig geen last van bijvoorbeeld geheugenverlies of concentratieproblemen. Hij fietst elke dag en traint zijn borstkas. Uiteraard slikt hij ook medicijnen. Dat is best confronterend, omdat dat waarschijnlijk de rest van zijn leven zo zal zijn. Hoe dan ook doet hij weer van alles, zoals muziek maken. Dat is in ieder geval heel positief.’
Hulp
Sandra zelf heeft inmiddels hulp gezocht. ‘medelijden is niet wat ik wil, maar wel mijn verhaal bij iemand kwijt kunnen. Ik ga niet liegen: ik vind het gewoon best wel zwaar, Ik wil sterk en positief zijn, maar eigenlijk hangt er voor mij sinds 17 februari één grote zwarte wolk over alles heen. Zeker deze periode is lastig. Wie mag er langskomen en wat kan wel en niet? En kan ik weer werken of is dat dan een risico voor Gert? We proberen te doen wat verstandig is, en dat is in mijn geval nu ook hulp zoeken. Met deze gebeurtenis om leren gaan. Een tip voor anderen is in ieder geval: leer reanimeren of verdiep je erin, en neem vermoeidheidsklachten serieus.’
Alle reizen van Hartpatiënten Nederland zijn door de coronacrisis voorlopig van de baan, maar dat betekent niet dat er niet keihard wordt gewerkt aan nieuwe reizen in het najaar. Alle mogelijkheden worden bekeken, waarbij de veiligheid van de reizigers uiteraard vooropstaat.
Juist in dit jubileumjaar had de stichting graag willen uitpakken, maar dat mocht de eerste helft van 2020 helaas niet zo zijn. Toch wordt er actief gewerkt aan het organiseren van nieuwe reizen, vertelt Marly van Overveld, die je zou kunnen beschouwen als het ‘visitekaartje’ van HartbrugReizen. Bij het organiseren van de nieuwe reizen, die ongetwijfeld iets anders in elkaar steken dan de reizen vóór de coronacrisis, wordt veel waarde gehecht aan de mening van de reizigers zelf. ‘Onlangs hebben we ideeën bij de reizigers neergelegd, en ze daarnaast gevraagd om mee te denken over de invulling ervan. Dat vinden we belangrijk. We willen iedereen betrekken bij de plannen die we maken en peilen in hoeverre er behoefte is aan reizen in ons eigen land. We denken namelijk dat het voorlopig nog niet verantwoord is om naar het buitenland te gaan.’
Hotels bezoeken
Inmiddels is uit de vele reacties al gebleken dat reizigers zeker openstaan voor een reis in eigen land. We kennen tenslotte Europa, maar hoe goed kennen we ons eigen land eigenlijk? ‘We hebben al heel wat bruikbare suggesties gehad en er is duidelijk geworden dat mensen zeker geïnteresseerd zijn in tripjes in Nederland. Ook ons eigen land heeft veel moois te bieden.’ De komende weken worden dan ook allerlei hotels bezocht om te kijken hoe daar wordt omgegaan met de maatregelen. ’We vinden het nu erg belangrijk om met eigen ogen te zien of de regels overal worden nagestreefd. Dan pas weten we zeker dat het een voor ons gezelschap geschikt hotel is. We willen er tenslotte toch meerdere dagen verblijven; een dagtrip is te kort om de omgeving goed te verkennen.’
Kleinere groepen
Aan de reizen zelf probeert de stichting zo min mogelijk te veranderen. De variatie aan reizen blijft hierdoor behouden, ondanks dat dat natuurlijk nog steeds afhankelijk is van wat er in de huidige periode allemaal mogelijk is. ‘We moeten nu rekening houden met de anderhalve meter afstand, dus de reizen zullen er daardoor toch iets anders uitzien. Dat betekent bijvoorbeeld dat we met kleinere groepen moeten reizen en dat mensen in sommige gevallen ergens met eigen vervoer naartoe zullen moeten komen. Busvervoer mag weer, maar dan wel met mondkapjes en met een beperkt aantal personen. Dat maakt het lastig. Daarnaast is met de hele groep eten zoals we dat normaal doen, ook even geen optie. Net als dat we beperkter zijn in een rondleiding met een gids. Toch blijven we kijken naar de opties en volgen we alle ontwikkelingen op de voet.’
Missen
Wat motiveert bij het uitzoeken van alle mogelijkheden, zijn de lieve reacties die de stichting door de maanden heen heeft mogen ontvangen. Zo zegt vaste reizigster Anja van Everdingen de reisjes te missen, en Ine Dauven-van Kruchten hoopt dat de reizen in het najaar wél door kunnen gaan. Ook Fer Husson en Janet v.d. Vaart hopen dat alle nieuwe reizen doorgaan en beseffen dat het een teleurstelling geweest moet zijn voor de stichting. Ria Steur zegt regelmatig aan alle mensen te denken die de reizen ontwikkelen en begeleiden, terwijl Joke Kortekaas-Herfkens nog vaak terugdenkt aan de fijne en verzorgde reizen die ze al met HartbrugReizen heeft gemaakt. Trouwe reizigster Erna Verdurmen liet weten dat de reizen haar erg geholpen hebben. Ze geniet er altijd met volle teugen van en elke reis beschouwt ze als een feest. ‘We merken dat de reizigers ons echt missen en zich enorm hadden verheugd op de reizen’, vertelt Marly. ‘Zeker de reizigers die niet eens, maar meerdere keren per jaar met ons meegaan. Er valt een hoop voor ze weg. Toch was het voor ons in ieder geval erg fijn om deze maanden regelmatig contact met onze reizigers te hebben. Want het gemis is geheel wederzijds, ook ik mis al deze lieve mensen!’
Gezondheid voorop
Waar mensen in ieder geval op kunnen vertrouwen, is veiligheid. De reizen die in het najaar georganiseerd worden, zijn honderd procent veilig. ‘Mensen zijn toch nog bang, en dat is ook begrijpelijk. Maar we zijn verantwoordelijk; mensen kunnen erop vertrouwen dat de reizen veilig zijn.’ Dat geldt uiteraard ook voor de hartbrugreizen die het eerste half jaar niet door konden gaan, maar hopelijk in de toekomst kunnen worden ingehaald. ‘We hebben een hoop mensen moeten teleurstellen en waren voornemens om enkele reizen in te halen in het najaar. Helaas is dit naar onze mening nog niet verantwoord op dit moment. Hierbij staat gezondheid voorop, altijd. We kijken niet naar wat volgens de regels mag, maar naar wat verantwoord is. We gaan alleen naar het buitenland als het écht veilig is. Hopelijk kunnen we al die mooie reizen volgend jaar inhalen!’
Contact houden met andere reizigers? Word dan lid van de groep ‘HartbrugReizen Maatjes’ op Facebook en haal samen herinneringen op.
Voor meer artikelen over o.a hartbrugreizen klik hier
Ze heeft samen met haar zus Janine al twee mediterraan getinte kookboeken geschreven, en in augustus komt het derde uit. Cardioloog Annemieke Jansen is een groot voorstander van het mediterrane eetpatroon, dat bekendstaat om zijn preventieve werking op het gebied van hart en bloedvaten.
Het gezonde mediterrane eetpatroon kent diverse componenten die ervoor zorgen dat we de juiste voedings- en bouwstoffen tot ons nemen. Het gezonde karakter van de mediterrane keuken is door tientallen onderzoeken wetenschappelijk onderbouwd, en houdt concreet in: veel volkoren producten, vis, groente, olijfolie, vers fruit, peulvruchten, noten en matige hoeveelheden zuivel. Producten als verse groente, noten, olijfolie en kruiden zorgen ervoor dat lichaamscellen langer behouden blijven. Volgens de wetenschap en dus ook de twee zussen is het mediterrane eetpatroon dé manier om langer te leven.
Impact hart- en vaatziekten
Eén onderdeel van deze leefstijl is het eten van meer vis en minder vlees. Kan er dan worden aangenomen dat dierlijke eiwitten slechter zijn dan plantaardige? Dat is een moeilijke vraag, zo zegt Annemieke. ‘Wat we weten, is dat het goed voor je hart is om dierlijke eiwitten regelmatig te vervangen door plantaardige eiwitten. Dat verlengt je leven en verbetert de kwaliteit ervan. Plantaardig eten in het algemeen verlaagt het risico op hart- en vaatziekten; dat is wetenschappelijk aangetoond. Wat ook vaststaat, is dat vlees impact heeft op hart- en vaatziekten. Maar of dierlijk dan per se slechter is dan plantaardig? Dat is niet bewezen.’
Herkomst en kwaliteit
Wat volgens Annemieke wél met zekerheid kan worden gezegd, is dat dierlijke producten slechter zijn als ze zijn bewerkt. ‘Neem bijvoorbeeld ham, bacon of worstjes: allemaal producten die veel uit zout en transvetten bestaan. Deze toevoegingen zorgen ervoor dat ze langer houdbaar zijn, maar ze doen ons lichaam geen goed. Daarnaast is aangetoond dat je, als je veel rood vlees eet, een verhoogde kans hebt op darmkanker.’ Minder vlees eten is volgens de cardioloog dan ook beter. En als je het wel eet? Kijk dan naar waar het vandaan komt en wat de kwaliteit van het product is. ‘Herkomst is zeker van belang. Kijk bijvoorbeeld naar hoe het dier heeft geleefd. Als een dier zijn hele leven plantaardig heeft gegeten, bevat z’n vlees waarschijnlijk meer onverzadigde vetten. Dit zijn de goede vetten voor ons lichaam. Vlees van zo’n dier heeft dan ook niet per definitie een slechte invloed op ons cholesterol en heeft geen directe relatie met hart- en vaatziekten.’
Vegetarisch vlees
Als je overstapt op plantaardig, heeft dat volgens Annemieke duidelijk een positief effect op cholesterol en ziekten. Echter wil dat niet zeggen dat alle vervangende vleesproducten automatisch goed zijn: ook daarbij moet je letten op de hoeveelheid zout en vetten die erin verwerkt zijn. ‘Omdat ook deze producten langer houdbaar moeten zijn, worden ze soms volgestopt met bijvoorbeeld zout. Vegetarisch vlees is dus niet altijd beter. Het is tegenwoordig eigenlijk bijna hogere wiskunde: je moet alles op de etiketten nakijken. Dat is niet makkelijk. Transvetten, oftewel slechte vetten, zijn in zulke producten maar moeilijk te herkennen. Maar wat je kunt onthouden: een product dat als mager verkocht wordt, bevat vaak meer toegevoegde suiker en zout voor de smaak.’
Omega 3
Wat vlees betreft is het volgens Annemieke goed om maximaal 500 gram per week aan te houden en één of twee keer in de week vis of vegetarisch te eten. Aan te raden is om, op een dag mét vlees, te gaan voor wit vlees in de vorm van gevogelte. Natuurlijk is een gerecht met vis ook zeker een optie. ‘Vis heb je nodig voor omega 3, wat je vooral in de echt vette vis vindt, zoals zalm, tonijn, haring, makreel en sardientjes. Deze onverzadigde vetzuren zijn goed voor ons lichaam. Je kunt hier dan ook vrij veel van eten.’ Echter zit in schaaldieren relatief veel cholesterol. Hoe dit zich uit, is per lichaam verschillend. ‘Dat ergens veel cholesterol in zit, wil niet zeggen dat het zich meteen negatief vertaalt in je eigen cholesterol. Dit hangt af van je metabolisme en van wat je daarnaast eet.’
Suiker
Natuurlijk heeft niet alleen vlees invloed op hart- en vaatziekten, maar bijvoorbeeld ook suiker. Minder suiker tot je nemen verlaagt de kans op hart- en vaatziekten met maar liefst 30 tot 35 procent, vertelt Annemieke. ‘Het eten van veel suiker is een constante aanval op je aderen, dus voor mensen met hart- en vaatziekten zeker geen goed idee. Ik denk dat het belangrijk is om je een aantal keer per dag te realiseren wat je eet, de manier waarop je eet en wat je met het voedsel doet. Zo heeft de manier waarop je een product bereidt een groot effect op hoe gezond een product is. Iets kapot koken of op hoge temperaturen frituren, zorgt ervoor dat je minder voedingsstoffen overhoudt.’
Vezels essentieel
Wat Annemieke daarnaast wil benadrukken, is dat je bij de mediterrane leefstijl niet de hele dag ‘nee’ hoeft te zeggen. ‘Met een dieet geef je aan dat je bepaalde dingen niet mag. Dat geldt niet voor deze leefstijl; je moet je hierbij vooral realiseren dat bepaalde producten niet goed voor je zijn. Verder mag je een heleboel. Er zijn genoeg lekkere en gezonde producten. Ook is het van groot belang om te leren hoe je groente en ander gezonds lekker kunt bereiden. Het is keihard aangetoond dat hoe meer je je aan de mediterrane leefstijl houdt, hoe langer je leeft. Beperk suiker, eet twee stuks vers fruit per dag, gebruik veel olijfolie, eet dagelijks een handje ongebrande en ongezouten nootjes en eet geregeld verse vis. En niet te vergeten: zorg dat je voldoende vezels binnenkrijgt. Die zijn hoogst essentieel voor hart en bloedvaten.’
Anemieke en haar zus Janine
Meer weten? Annemieke bracht onlangs een boek uit met antwoorden op allerlei vraagstukken: Hart voor je lijf. Leefstijladviezen van een cardioloog.
Iedere patiënt met (pre)diabetes, overgewicht of een (risico op)hart- en vaatziekte heeft recht op optimale zorg door de juiste professionals. De vraag is echter wie de juiste professional is? Is dat een huisarts, een POH, een coach, of, nog beter, een ervaringsdeskundige? De Gecombineerde Leefstijl Interventie oftewel de GLI is een groepsinterventie waar onder begeleiding van een leefstijl coach een kleine groep mensen (10 tot 15 deelnemers) actief samen komt met als doel samen de leefstijl te verbeteren. In die groep zitten dus minimaal 10 ervaringsdeskundigen.
Mijn eerste ervaring als huisarts met een groepsprogramma begon reeds 10 jaar geleden. Na een screening was mijn praktijk opeens gezegend met 80 nieuwe patiënten met botontkalking (osteoporose). We besloten economisch te werk te gaan en in groepen van 10 de nieuwe patiënten van uitleg en advies te voorzien. We hebben toen mogen ervaren wat de echte magie van een groep is. Niet mijn ‘kundige’ aanwezigheid, niet de vertrouwde persoon van de zuster. Nee, na 5 minuten werd het gesprek overgenomen door Mien en werd Ans haarfijn uitgelegd dat haar botten echt wel heel bros waren en dat medicatie of botversterkende oefeningen nodig waren
Verschillende studies laten zien dat met name de oudere, chronisch zieke patiënt, het goed doet in een leefstijl georiënteerd groepsprogramma. Het succes van een groepssessie ligt enerzijds in het feit dat er een multidisciplinaire aanpak is van gezondheid en welbevinden. Coaching op fysieke activiteit, voeding, emotionele gezondheid en slaap kwaliteit, indien samen aangeboden, nemen deelnemers mee in geleidelijke, doch blijvende leefstijlveranderingen. Het leren van anderen blijkt echter de ware magie. In de veilige omgeving kan men goede en slechte momenten samen delen, elkaar ondersteunen en aanmoedigen. Dit geeft onder de teamleden een gevoel van saamhorigheid. Men geeft elkaar het vertrouwen om daadwerkelijk de mogelijkheid in huis hebben om eigen gedrag te veranderen. Deelnemers rapporteren een beter gevoel van welbevinden, een toegenomen kennis, kunde en vertrouwen in de eigen mogelijkheden om een actief en gezond leven te leiden.
Een Amerikaanse studie, Finse studie, en Chinese studie lieten zelfs na tien tot twintig jaar nog zien dat goede groepsprogramma’s ook na lange tijd effect hebben en de kans op het krijgen van diabetes of hart- en vaatziekten kan verminderen (succescijfers variëren tussen de 27 procent en 43 procent).
Het doel van veel leefstijlinterventies is duurzame gewichtsvermindering. Een gewichtsvermindering van 5 tot 10% geeft al een aanzienlijke gezondheidswinst. Echter het blijkt moeilijk dit doel te behalen, en dan te behouden. Een recente studie van de Tilburg University laat zien dat gewichtsafname bij patiënten met overgewicht beperkt is na een één op één behandeling bij een diëtist: driekwart van de patiënten met overgewicht behaalt niet de aanbevolen gewichtsafname van 5% (of meer) van hun startgewicht. Uit dit onderzoek blijkt dat veel patiënten vroegtijdig stoppen met de behandeling bij een diëtist. Het hebben van overgewicht is voor veel mensen een gevoelige kwestie. Veel patiënten ervaren schuld en schaamte na een consult, maar ook een gevoel van falen. Dit negatieve gevoel is geheel weg als je ziet dat anderen tegen dezelfde zaken aanlopen. Cliché maar waar: samen ben je sterk.
Een programma zoals COOL (coaching op leefstijl) dat recent wordt aangeboden binnen de eerstelijns, focust op voeding, bewegen, slaap, stress, sociale context en gedrag. De GLI wordt nu meer dan een jaar vergoed door de zorgverzekeraar in Nederland. Er zijn echter nog steeds hobbels. De leefstijlcoach moet bijvoorbeeld haar best doen om gezien te worden door de lokale huisarts en zorg-community. De manier van zorg verlenen vergt een cultuuromslag. We zijn als huisarts erg gewend om te denken in persoonlijke consulten. We klagen vaak dat we de kar alleen moeten trekken, maar tegelijkertijd vinden we het moeilijk om de touwtjes uit handen te geven. Toch worden onze patiënten dagelijks geconfronteerd met uitdagingen die een gezonde leefstijl ondermijnen. Overal liggen de verleidingen van suikerrijke snacks op de loer, zelfs in de winkels en in de bioscoop. In een 24-uurs maatschappij slapen we gemiddeld een uur minder dan in de jaren zeventig en zijn er steeds meer mensen die last hebben van chronische stress. We zijn ons te weinig bewust van de impact die slaapgebrek heeft op onze gezondheid. Zo kijken we verbaasd op als we horen dat zelfs door het ene uur slaap dat we inleveren bij het verzetten van de winterklok, er 24% meer mensen op de SEH komen met een hartinfarct. Slaaptekort activeert je stress- en vluchtzenuwstelsel en verhoogt je kans op o.a. hoge bloeddruk, diabetes, hartinfarcten en overgewicht.
We hebben het nodig om goed gedrag over te nemen van anderen die ons voorgegaan zijn. Beklim je een berg aan de hand van een gids die alle kaarten heeft, maar zelf nog nooit geklommen heeft? Of beklim je de berg aan de hand van een ervaringsdeskundige, die alle hobbels, kloven en afgronden kent, en die zelf met succes zijn of haar diabetes type 2 heeft doorbroken en terug is op een gezond gewicht? We hebben anderen nodig die ons niet alleen vertellen hoe het moet maar, hebben laten zien dat het kan. Ervaringsdeskundigen dus. En dit is wat de GLI ons biedt. Er is uitvoerig bewijs dat een leefstijlinterventies de potentie heeft om ziekten in remissie te brengen en medicatie (deels) overbodig te maken. Laten we onze leefstijl dus aanpakken want het werkt! En laten we dit met hulp doen van er ervaring van anderen die ons voorgegaan zijn, samen zijn we sterk, samen in een groep.
Jacqui van Kemenade, huisarts en kaderarts Diabetes, Auteur; Leefstijl op Recept (verschenen oktober 2019)
Voor meer artikelen over o.a aandoeningen en studie klik hier
Geestelijke gezondheid: we weten allemaal hoe belangrijk dat voor ons is. Bij mentaal gezond blijven wordt vaak gedacht aan mogelijkheden als wandelen en sporten, maar er is meer. We vroegen drie deskundigen om tips.
Voor Cathelijne Wildervanck, auteur van onder andere ‘De Gelukspiramide en ADHD, hoe haal je het uit je hoofd?’, staat het als een paal boven water dat we er juist in tijden als deze voor moeten blijven zorgen dat ons brein genoeg geluksstoffen aanmaakt. Vooral voor mensen die binnen een risicogroep vallen en waarvoor de wereld kleiner is geworden, is het belangrijk om gelukkig te blijven.
Kijk naar wat je wél kunt
Een van de belangrijkste dingen die je kunt doen om deze geluksstoffen aan te maken, is focussen op wat je wél kunt in plaats van op dat wat je niet kunt, vertelt Cathelijne. ‘Waar word ik blij van en wat geeft me energie? Waar kom ik psychologisch van in beweging? Vraag het jezelf. Als je hier dagelijks op focust, al zijn het maar kleine dingen, til je je geluksbeleving naar een hoger niveau. Soms is het moeilijk om je niet te richten op de beperkingen; zeker in de huidige tijd, waarin we veel vrijheid hebben ingeleverd. Maar als je constant focust op beperkingen, geeft dat een machteloos gevoel en een vergrote kans op een depressie. Het gevoel van machteloosheid zet je in je achteruit. Daarom heeft het een enorme impact op je als je focust op de dingen die je wél kunt. Ik vergelijk het altijd met een barbecue: als je deze aandoet, gebeurt er met de kooltjes aan de rand nog niets. Toch laat het vuurtje in het midden langzaam alle andere kooltjes gloeien.’
Contact
Contact met anderen is essentieel voor de mens. Oxytocine (knuffelhormoon) en serotonine (gelukshormoon) worden aangemaakt door contact met mensen. Dat was de laatste tijd niet bepaald gemakkelijk, maar volgens Cathelijne is iets nog altijd beter dan niets. ‘Je hebt dat contact met mensen gewoon nodig; of dat nu fysiek is of via een beeldscherm. Bellen is nog altijd beter dan geen contact hebben. Helemaal geen contact hebben met mensen is bijna dodelijk. Als je dat contact regelmatig hebt, geeft dat elke dag een vonkje in je leven en een gevoel van geluk.’
Genieten
Genieten van je omgeving, bijvoorbeeld van kleinkinderen of samen met je partner, draagt tevens bij aan een goede mentale gezondheid. ‘Als je bijvoorbeeld met z’n tweeën thuiszit, maak het dan gezellig met elkaar. Heb het écht leuk met je partner. Ik ben dat deze tijd zelf alleen maar meer gaan inzien. In mijn geval bracht het mij en mijn partner weer even terug naar het begin van de relatie. Zie het als een kans om dat vuurtje samen terug te krijgen. Ga oude tijden herleven en doe leuke dingen.’
Brein trainen
Aan gedachten die je veel hebt, raakt je brein verslaafd. Zo wordt een constant chagrijnige instelling bijvoorbeeld onthouden. ‘Wat je water geeft, groeit. Het is dus niet alleen je karakter. Maar ben je vaak niet te genieten, kan dat wel je karakter wórden. Dat betekent dat je dit dus ook kunt veranderen. Als je besluit dat je vrolijker wilt zijn, zul je die spier moeten gaan trainen.’ Hetzelfde geldt voor angst. ‘Als je de hele tijd tegen jezelf zegt dat je angst hebt voor wat er gebeurt of staat te gebeuren, gaan je cellen daarnaar luisteren. Het is een interactie tussen lichaam en geest. Je zou, in de huidige periode, ook kunnen denken: er is een virus, maar ik ben blij en veilig in mijn huis. Ga ontdekken welke momenten en op welke plekken je je wél veilig voelt. Stressen heeft geen zin. Hoe meer stress je hebt, hoe meer je je immuunsysteem ondermijnt en je mentale gezondheid schaadt.’
Beweging
Ook Ivanka van de Wardt, een van de oprichters en coach bij Stichting Creatief Herstel, heeft zo haar tips voor een goede mentale gezondheid. Haar stichting helpt vrouwen met het herstellen van een depressie of burn-out na therapie. Hoewel dit relatief bekend is, blijft beweging volgens haar belangrijk. ‘Wandelen is nog steeds heel goed voor iemands mentale staat. Mensen zien vaak meteen een wandeltocht van een uur voor zich, maar probeer eens klein te beginnen en tegen jezelf te zeggen dat je vijf minuten naar buiten gaat. Die vijf worden er dan toch vaak tien of vijftien. De aanzet er naartoe is meestal het moeilijkst. Leg de lat daarom niet te hoog. Je hoeft niet meteen een marathon te lopen, maar ga gewoon eens kort naar buiten en kijk wat het met je doet.’
Ivanka van de Wardt
Dankbaarheid
Ook dankbaar zijn is goed, vertelt Ivanka. ‘Richt je elke dag even op dankbaarheid. Zo heb ik een app met de vrouwen die ik help, waarin we elke dag even iets noemen waar we dankbaar voor zijn. Al is het maar een douche of de zon. Als iemand niet lekker in z’n vel zit, zijn je hersenen zo geprogrammeerd dat je negatief gaat denken en alleen dat nog maar ziet. Probeer het positief te bekijken. Hoe vaker je dat gaat doen, hoe meer je het ziet.’ Sla je namelijk regelmatig de negatieve weg in, dan wordt dat kleine paadje op een gegeven moment een snelweg. ‘Het is heel moeilijk voor iemand die bijvoorbeeld depressief is, maar als je er elke dag bij stilstaat, gaat het steeds iets makkelijker.’
Kwetsbaarheid
Je kwetsbaar opstellen naar je omgeving is volgens Ivanka tevens een punt van aandacht, ondanks dat dit niet per se de makkelijkste is. ‘Een mens raakt snel geïsoleerd als het minder goed gaat. Als je je dan kwetsbaar opstelt naar je omgeving, hulp zoekt of eens eerlijk zegt dat het niet zo goed gaat, begrijpen anderen je beter. Deel hoe het met je gaat en laat ze er daardoor voor je zijn en zich met je verbinden. Je kwetsbaar durven opstellen is een belangrijke stap in mentale gezondheid. Je omgeving is vaak ook veel welwillender dan je denkt. Mensen hebben regelmatig de neiging om het in te vullen voor een ander, maar dat is lang niet altijd terecht.’
Creativiteit
Daarnaast is creatief aan de slag gaan ook een manier om de mentale gezondheid te bevorderen. ‘Als je somber of moe bent, zit je vaak erg in je hoofd. Dan ga je piekeren of malen. Door creatief bezig te zijn, haal je de focus uit je hoofd en terug in je lichaam. Dat geeft energie. Daarnaast activeert het een ander deel van je hersenen, namelijk het deel van de positieve ervaringen. Als je creatief bent en het lukt, dan geeft dat zelfvertrouwen, en boost het je mentale gezondheid.’ Dat werkt verder door dan je misschien zou denken. ‘Uiteindelijk ga je, als je dat deel van je hersenen activeert, op meerdere vlakken dingen durven. Met de handen werken werkt echt ontspannend; in tegenstelling tot de telefoon of serie kijken, waarbij je veel prikkels verzamelt. Ga iets creatiefs doen dat je leuk vindt of je leuk lijkt, en bouw het op. Als je nooit achter de naaimachine hebt gezeten, moet je niet meteen een hele jurk willen maken. Maar misschien deed je iets als kind regelmatig en vond je dat toen heel leuk? Ga daar eens mee aan de slag.’
Ademhaling
Volgens GGZ-verpleegkundige en sociotherapeut Suzanne Broeke-Nieuwenhout is vooral ademhaling erg onderbelicht. ‘Als je goed ademt, heb je het juiste zuurstofniveau in je hersenen. Dat zorgt er bijvoorbeeld voor dat je minder snel in paniek raakt. Als je in paniek bent, ga je gek ademen en zijn er processen gaande in je lichaam die niet helpen. Voel je angst? Richt je dan op je ademhaling. We zijn vaak geneigd veel spieren aan te spannen waar we ons niet eens bewust van zijn, of we halen op een verkeerde manier adem en krijgen daardoor ineens hyperventilatieachtige klachten zonder dat we het door hebben. Let er eens op. Mocht je een stap verder willen, dan kun je mediteren proberen. En kun je niet zo goed mediteren, dan kun je muziek met hertz frequentie luisteren. Muziek met bepaalde frequenties kunnen je kalmeren.’
EFT
Een minder bekende, maar toch interessante optie in het rijtje: EFT. ‘EFT kun je zien als acupressuur, waarbij je op bepaalde punten op bijvoorbeeld je handen drukt. Stel dat je erg in je emotie zit of heel boos bent, dan kun je door middel van het drukken op deze punten rustig worden. Uiteindelijk kan dat je van je boosheid afhelpen, en dat is een hele interessante gewaarwording. Dit geldt overigens voor alle negatieve emoties. Stel je geeft jezelf het cijfer acht op schaal van boosheid, dan kun je dat met EFT zeker terugbrengen naar vier. Je kunt hier steeds beter in worden en op een gegeven moment zelfs teruggaan naar nul. Verdiep je hier eens in, bijvoorbeeld door middel van een video.’
Focus verleggen
Als laatste: ga eens iets doen dat je niet kan, raadt Suzanne aan. ‘Als ik erg in mijn hoofd zit en me niet goed voel, ga ik iets doen dat ik niet kan; in mijn geval voetballen. Dan moet je uit je hoofd en je focussen op iets anders. Of ga eens tandenpoetsen met je andere hand of een ingewikkeld gerecht koken. Dan komt er ruimte voor iets nieuws. Je focus verleggen kun je ook doen door middel van meditatie. Voel even hoe je zit of hoe je kleding aanvoelt. Hoe voel ik me? Heb ik ergens spanning? Mensen realiseren zich soms niet hoe sterk hun eigen mindset is en wat je daarin kunt betekenen. En: hoe belangrijk het is om eraan te werken. Soms hebben mensen zichzelf iets aangeleerd in het leven, maar werkt dat later niet meer. Kijk wat voor jou werkt: de manier die voor een ander werkt, hoeft niet voor jou te werken.
Angst bij het idee een arts te moeten bezoeken: veel mensen hebben daar last van, en door de coronacrisis is deze drempelvrees alleen nog maar groter geworden. Bovendien heeft een aanzienlijk deel van de reguliere (cardiologische) zorg stilgelegen door Covid-19. Gelukkig is het lang niet altijd noodzakelijk om voor routinecontroles of voorspelbare klachten naar een huisarts of specialist te gaan. Zelfmetingen kunnen een artsbezoek deels ondervangen en zorgen ervoor dat hartpatiënten meer regie kunnen voeren over hun eigen gezondheid. In dit artikel meer over de mogelijkheden.
Al jarenlang pleiten wij bij Hartpatiënten Nederland voor meer zorg op afstand. E-mail- en videoconsults kunnen wat ons betreft veel soelaas bieden aan patiënten van wie de zorgvraag op dat moment wél belangrijk is, maar niet zo urgent dat hij of zij per se een huisarts of specialist hoeft te zien. Vaak duurt het dagen of soms zelfs weken voordat een patiënt fysiek terecht kan, terwijl ervaring leert dat een consult op afstand vaak op kortere termijn ingepland kan worden. Aan deze oproep werd tot nu toe, mede door verzekeringsdrempels, nog maar mondjesmaat gehoor gegeven. Dankzij de coronacrisis is het urgentiebesef van deze vorm van zorg, als geluk bij een ongeluk, gegroeid. Mooi nieuws, wat ons betreft, want dit alles is in het belang van de patiënt.
In het verlengde daarvan ligt de toenemende aandacht voor zelfmetingen, oftewel thuismonitoring. In de afgelopen jaren is het aantal apps, gadgets en devices waarmee hartpatiënten zelfmetingen kunnen uitvoeren van bijvoorbeeld hun bloeddruk, hartslag en gewicht gegroeid. Steeds meer ziekenhuizen en klinieken omarmen innovaties en stellen patiënten in staat om te experimenteren met thuismonitoring. Zodoende houden patiënten meer regie over hun eigen leefstijl en gezondheid, en hoeven ze als gevolg daarvan minder op fysiek consult te komen.
Aanpassingen leefstijl
Hoe dat kan? Omdat een gezonde leefstijl van sterke invloed kan zijn op het leven van hartpatiënten, kunnen zij dankzij thuismonitoring grip op hun gezondheidsontwikkeling krijgen en hier ook tijdig op anticiperen. Door bijvoorbeeld regelmatig hun bloeddruk, suikerwaarden en de buikomvang op te meten met speciale thuismonitoring-apparatuur, en vervolgens de waarden te vergelijken met die van de vorige meting, kunnen ze eenvoudig en snel zien of er (grote) afwijkingen zijn. Patiënten kunnen hun waarden vervolgens noteren in een app, waarna ze geautomatiseerd worden verzonden naar hun eigen huisarts of cardioloog. Omdat deze direct inzicht heeft in de gezondheidsontwikkeling van de patiënt, kan er op tijd aan de bel getrokken worden en indien nodig een (online) consult worden ingepland. In een consult kunnen vervolgens behandelplannen worden besproken, of de specialist kan de patiënt advies geven over leefstijl- of medicatie-aanpassingen, die de waarden weer op gezonder niveau zouden moeten brengen. Mocht de arts het na dit consult alsnog nodig achten om bijvoorbeeld een hartfilmpje te laten maken, dan is een fysieke afspraak alsnog zo gemaakt. Een win-win-situatie voor zowel arts als patiënt, want met deze manier van zorgen wordt veel tijd bespaard en houdt de patiënt veel meer regie over de eigen gezondheid.
Gezond eten en bewegen
Voor een hartpatiënt kunnen een gezond en gebalanceerd eetpatroon, voldoende beweging en een rookvrij leven namelijk van grote invloed zijn op het verloop van het ziektebeeld. ‘Grip op je gezondheid’: het is niet voor niets een belangrijk thema van Hartpatiënten Nederland. Wij benadrukken al jarenlang het belang van gezonde leefstijl en zijn ervan overtuigd dat zelfmetingen hier een positief effect op hebben. Ook voor hartpatiënten die diabetes hebben – een gecombineerd ziektebeeld dat vaak voorkomt – zijn er grote voordelen. Door zelfmonitoring kan een patiënt zeer nauwkeurig bijhouden wat de effecten zijn van bepaalde voeding, beweging of andere activiteiten op de suiker- en bloedwaarden. Wanneer deze even niet onder controle zijn, kan dit dan ook direct geconstateerd worden, waarna insuline kan worden ingespoten of een aanpassing kan worden gedaan in het voedingspatroon. Voeding kan hierin veel doen. Zoveel zelfs, dat er al ontzettend veel gevallen bekend zijn van patiënten die, door hun leefstijl aan te passen, hun medicatie-inname sterk omlaag hebben gebracht, of zelfs helemaal konden stoppen.
Veel mogelijkheden
En zo zijn er nog meer mogelijkheden voor het afnemen van zelftests of het gebruiken van zelfmetingsapparatuur. Zo kun je ook zelf je nierwaarden meten; belangrijk voor patiënten van wie de nierwaarden na een hartinfarct achteruit is gegaan; en ook cholesterolwaarden kunnen met zelfmetingen geregistreerd worden. Met een simpele druppel bloed op een meetstrip, kan de cholesterolwaarde in het bloed worden aangetoond en doorgestuurd worden naar een laboratorium.
De aanschaf van zelfmetingsapparatuur is even een investering, maar wel een investering die zich op de lange termijn terugbetaalt. Wij adviseren wel dat u zich eerst goed inleest, voor u overgaat tot aanschaf van apparatuur. Het aanbod is groot en het is belangrijk dat u apparatuur gebruikt die bij u past.
Bij (het risico op) hart- en vaatziekten is het van belang cholesterol, glucose en bloeddruk regelmatig te meten. Dat kan heel goed thuis.
Door daarnaast actief aan de leefstijl te werken en het juiste te koken en te eten, kunnen risico’s op hart- en vaatziekten aanzienlijk worden verkleind. Ook kunnen patiënten meer grip op hun gezondheid krijgen, maar ook op het gebruik van medicijnen. Vaak kan die verminderd worden of zelfs achterwege blijven.
Hartpatiënten Nederland staat patiënten met raad en daad bij voor goede zorg. Vandaar dat wij een samenwerking zijn aangegaan met Diabetescentrale.nl. Hierdoor kunnen onze donateurs hier diverse producten en pakketten tegen een aantrekkelijke prijs bestellen, met donateurskorting. Veel door Diabetescentrale.nl geleverde artikelen komen in aanmerking voor vergoeding door zorgverzekeraars. Advies: overleg dit alvorens te bestellen.