Het vak van de pacemakerlaborant: minder techniek, méér diagnostiek

Patiënten met een pacemaker of ICD zijn Paul Huskens (56) en Suzan Lentink (39) niet vreemd. Zij zien deze mensen in hun beroep als pacemakerlaboranten in het Laurentius Ziekenhuis Roermond op dagelijkse basis en kunnen dan ook honderduit over hun vak vertellen.  

Zowel Paul als Suzan doen pacemaker- en ICD-controles, in een team samen met Nadia Amhaouch. Paul werkt daarnaast ook nog als CCU-verpleegkundige. In het Laurentius Ziekenhuis zorgt het team voor alle pacemakerpatiënten of patiënten met een interne looprecorder. Daarnaast controleren ze ICD-patiënten. Deze patiënten staan onder behandeling in een ander ziekenhuis, maar komen bij klachten voor een controle naar het Laurentius Ziekenhuis. De drie hebben dan ook alle kennis in huis om zo’n pacemaker- of ICD-controle te kunnen uitvoeren.

“Als wij mensen op controle krijgen, vermelden we alle bijzonderheden die we tegenkomen in een verslag voor de cardioloog”, vertelt Paul. “Dit betreft van alles: hoeveel procent er is gepacet, of we minder kunnen pacen en of er ritmestoornissen zijn geweest.” Suzan: “Wij kijken bijvoorbeeld naar de aanwezigheid van ritmeproblemen, en de dokter kijkt op zijn beurt naar andere zaken waar rekening mee gehouden moet worden. Wij zijn eigenlijk een soort tussenschakel. Uiteindelijk is de cardioloog eindverantwoordelijk, maar wij dragen wel bij aan de juiste diagnostiek en doen eventueel aanpassingen in de instellingen, zodat een patiënt zich beter kan gaan voelen. Dat maakt het vak uitdagend.”

Meer diagnostiek

Van oudsher wordt hun beroep eigenlijk vooral als technisch vak gezien. Dat komt doordat het vroeger echt het stukje pacen was en nu komt er veel meer bij kijken, zegt Paul. “Eerst moest alles heel ouderwets en klassiek gemeten worden. Nu gaat dat vrijwel allemaal automatisch. De producten zijn zo mooi en goed geworden, dat we er meer diagnostiek voor terug hebben gekregen. Is het bijvoorbeeld logisch dat we gaan pacen? Heb je ritmestoornissen? En moet je bij boezemfibrilleren antistolling krijgen?” Suzan vult aan: “In de volksmond zijn we nog steeds vaak pacemakertechnicus, maar het is nu meer het totaalplaatje. We halen er veel meer uit dan alleen dat technische stukje.”

Ontwikkelingen

Die verschuiving heeft mede plaatsgevonden door de vele ontwikkelingen op dit vlak. Vroeger konden pacemakerpatiënten bijvoorbeeld niet in een MRI-scan, maar met de huidige pacemakers is dat wél mogelijk. Paul zegt: “Het wordt eigenlijk steeds mooier voor de pacemakerpatiënt. De pacemaker is heel slim en kan bij bepaalde ritmestoornissen uit zichzelf in een andere modus gaan werken, zodat het comfortabeler is voor de patiënt. We zeggen altijd tegen mensen: we hopen dat u vergeet dat u dat ding heeft. In de praktijk zien we dat ook. Dertig jaar terug kwam je met een pacemaker vier keer per jaar op controle, nu is dat nog maar één keer. Ook is de levensduur van de pacemaker van ongeveer zeven naar veertien jaar gegaan.”

Vragen

Paul, Suzan en Nadia krijgen veelal te maken met patiënten van boven de zeventig jaar, uitzonderingen daargelaten. De klachten van hun patiënten zijn veelzijdig. Als je bijvoorbeeld puur naar de ICD-groep kijkt, dan zijn dat vooral mensen die gevallen zijn of een wegraking of shock hebben gehad. Paul: “Dit zijn vaak de gevallen die vanuit de huisartsenpost op de Eerste Hart Hulp terechtkomen. Wij worden er dan vanuit onze functie bij gevraagd, om de ICD bijvoorbeeld te controleren op ritmeproblemen.” De vragen die patiënten bij een polibezoek stellen, zijn vooral praktisch, vertelt Suzan. “Na een implementatie van een pacemaker krijg ik vaak de vraag of ze daarna weer alles kunnen doen. In het begin krijgen deze patiënten namelijk restricties en dan willen ze graag weten wanneer ze hier vanaf zijn. Zeker de wat jongere mensen stellen vragen. Zij zoeken meer op en komen dus ook vaker met specifiekere vragen over apparatuur en waar ze rekening mee moeten houden.”

Corona

Hoewel corona voor velen veel heeft veranderd, valt dat op de afdeling van Paul en Suzan mee. Uiteraard hadden zij wel te maken met minder volle wachtkamers en meer telefonische consulten, maar verder ging alles gewoon door. Paul: “Binnen ons compacte ziekenhuis is alles erg laagdrempelig. Als mensen dan niet kunnen of mogen komen, weten ze dat ze kunnen bellen als er iets is en dat het dan ook snel is geregeld. Wat ook fijn is, is dat je pacemakers op home monitoring kunt zetten voor patiënten die je extra ondersteuning wilt geven. Voor de ICD-patiënten is het nog makkelijker, want zij zitten allemaal op home monitoring. Dat maakt controle op afstand handiger.”

Band opbouwen

Wat het team zo mooi vindt aan het vak is dat ze, doordat ze veelal dezelfde mensen zien, echt een band opbouwen met hun patiënten. Suzan: “We helpen de patiënten er op sommige momenten echt doorheen. Dat fijne contact is ook wel de charme van ons compacte ziekenhuis. Daarnaast vind ik het altijd mooi dat er iemand binnenkomt met klachten en je dan samen toewerkt naar vooruitgang. Dat lukt niet altijd, maar is wel het doel.” Paul vult aan: “Het is soms net alsof ik Sherlock Holmes ben. Je vindt iets bij een patiënt en daar moet je dan iets mee. Er zit ook altijd wel iemand bij waarvan je denkt: wat hebben we nu toch gevonden? Iemand waarvan je niet had gedacht dat hij dát zou hebben. Natuurlijk is het wel een kwestie van vertrouwen opbouwen met de patiënten. Mensen vinden het toch fijn dat we weten wie ze zijn, dat we ze kennen. Dat vind ik mooi.”

Waarom brengt HPNL dit onder de aandacht?

Wij helpen leden door ze de weg te wijzen in de complexe wereld van het hart en ze zo breed mogelijk van nuttige informatie te voorzien. Uiteindelijk willen namelijk alle patiënten hetzelfde: de beste zorg! Wij helpen u daarbij. Onafhankelijk en objectief.

Ruben (14) reanimeerde zijn vader

Ruben van Geelen (14) is dertien jaar oud wanneer zijn vader Ron van Geelen (61) een hartstilstand krijgt. Een cursus die hij op de basisschool volgde, bleek plotseling veel nuttiger dan hij ooit had verwacht. Hij aarzelde geen moment en startte met reanimeren.

 “We zaten naast elkaar op de bank toen mijn vaders hoofd ineens naar achter viel”, vertelt Ruben over het moment dat hij nooit zal vergeten. Hij en zijn vader waren even daarvoor nog druk in de weer met de treinbaan die ze op zolder hebben staan. Ze besloten naar beneden te gaan toen Rubens oom en tante op bezoek kwamen. Achteraf weet vader Ron nog dat hij ‘een warm gevoel’ kreeg toen hij naar beneden liep. Het leek niks om zich zorgen om te maken, maar toen hij zijn koffie pakte, werd hij ineens duizelig. “Ik hoop dat dit zo over gaat, dacht ik nog, kanónnen wat een naar gevoel.”

Het moet enkele momenten later zijn geweest dat zijn hoofd naar achter viel, en de koffie op de grond. Even dacht Ruben nog dat zijn vader een grapje maakte. “Mama, kijk eens naar papa”, zei hij twijfelend, waarna zijn moeder in actie kwam. “Ze sloeg een paar keer in mijn vaders gezicht, in de hoop dat hij bij zou komen, maar dat gebeurde niet. Daarna voelde ze dat hij geen polsslag meer had.” Hoewel Ruben naar eigen zeggen ‘even in paniek’ was, aarzelde hij geen moment en startte hij met reanimeren. Hij vertelt er rustig over en moet lachen als hem de eigenschap ‘nuchter’ toebedeeld wordt. “Ik hoor wel vaker dat ik nuchter ben, ja. Maar ik denk er gewoon niet zoveel over na. Ik deed het gewoon.”

Reanimatiecursus

Er waren drie volwassenen aanwezig, maar de toen dertienjarige nam het voortouw. In groep 8 had hij geleerd hoe het reanimeren in zijn werk ging. Wanneer Ruben over de meerdaagse cursus praat, klinkt het alsof hij er destijds niet zo van onder de indruk was. “Neuh, het was school”, antwoordt hij, bij wijze van uitleg. “Het was wel gezellig met vrienden en grappig om op zo’n pop te oefenen.” Aan het eind van de lessen moest de klas een toets maken en demonstreren wat ze geleerd hadden. “Ik denk dat dat geholpen heeft bij het onthouden.”

Na een paar minuten nam een burgerhulpverlener het reanimeren over en is Ruben met zijn tante naar buiten gegaan. Nadat ook de ambulance arriveerde, leek het voor Ruben en zijn familie nog erg lang te duren. De AED werd vier keer gebruikt, waarna ‘eindelijk’ iemand riep dat er weer weer een hartslag was. “Dat was een van de meest blije momenten in mijn leven. Echt een opluchting”, vertelt Ruben. Ron kan zich van de hele gebeurtenis alleen flarden herinneren. Wat hij wel nog goed weet is de eerste keer dat hij zijn zoon in het ziekenhuis zag, nadat hij had gehoord van de heldendaad. “Ik voelde ongekende blijdschap bij het weerzien. ‘Jongen, kom eens hier’, zei ik, waarna ik hem een dikke knuffel gaf. Ik hou van al mijn kinderen evenveel, maar we delen wel iets heel bijzonders nu.”

Held

Niet alleen door zijn vader, maar ook door zijn moeder, broertje, zussen – van wie er één in de zorg werkt – en artsen werd Ruben als held ontvangen. “Daar was ik wel trots op, maar het voelde ook gek”, zegt Ruben bescheiden. “Ik deed ook maar wat.” Daar denken veel mensen anders over. Hij kreeg zelfs een ‘loffelijk getuigschrift’ van Stichting Carnegie Heldenfonds. En dat allemaal door die cursus in groep 8. “Zonder die cursus dacht ik waarschijnlijk dat ik zo vaak moest drukken als ik kon, of zo. Elke seconde telt bij een reanimatie, dus dan is het wel belangrijk dat je het meteen goed doet.” Vader en zoon pleiten er dan ook voor om een reanimatiecursus te verplichten op scholen. Ruben: “Je denkt misschien: dat gaat mij nooit gebeuren, maar zo dacht ik ook. En het is niet zo’n nachtmerrie om te doen, hoor. Het is ook niet leuk of interessant, maar ook niet stom.” Het was wel ‘best heftig’ om mee te maken, geeft hij toe. “Maar ik doe dit veel liever dan dat ik mijn vader zie sterven.”

Ron kreeg een ICD en mocht na tien dagen het ziekenhuis uit. Na negen weken revalidatie die daarop volgden, voelt hij zich nu goed. “Ik slik al jaren medicatie voor mijn hoge bloeddruk en er is ook weleens een te lage pompfunctie geconstateerd. De dokter zegt echter dat deze hartstilstand daar niks mee te maken had. Het was stomme pech. Ik heb er buiten wat vergeetachtigheid niks aan overgehouden. En die vergeetachtigheid komt ook weleens van pas!” Het is duidelijk dat Ron zijn humor niet is kwijtgeraakt en hij nog vol van het leven geniet. “Ik hou me aan mijn medicatie en ben wat gezonder en bewuster gaan leven, maar verder gaat het leven gewoon door.” Ron vertelt dat zijn eerste vrouw op haar 39e aan borstkanker overleed. “Pas als je zoiets meemaakt, weet je echt hoe definitief de dood is. Het klinkt heel logisch, maar het verschil met er zijn en er níet meer zijn, is zo groot. Dat ik er anders niet meer was geweest, blijft een raar idee. Het is mooi dat ik de treinbaan van mijn leven nog wat langer kan maken.”

Tekst: Verena Verhoeven

Dit artikel verscheen in het HPNL magazine. Interesse? Vraag hier het HPNLmagazine aan.

Webinar: koolhydraatarm eten incl. kookworkshop ketonasi!

Op dinsdag 24 augustus om 17.00 uur organiseren wij een leuk en leerzaam webinar over koolhydraatarm koken en eten. Healthy chef Iris Heuer van GreenTwist gaat hierover in gesprek met Donna van Hartpatiënten Nederland. Ook bestaat de mogelijkheid om vragen te stellen hierover. Vragen kunnen van tevoren worden gemaild naar roermond@hartpatienten.nl of tijdens het webinar gesteld worden in de live chat.

Vervolgens gaat Iris samen met u koken, deze keer staat er ketonasi op het menu! Een week van tevoren ontvangt u een boodschappenlijstje voor het recept zodat u alle benodigde ingrediënten in huis heeft.

Het webinar vindt plaats op dinsdag 24 augustus om 17.00 uur.

Dit jaar organiseren we diverse interessante webinars waarbij gevarieerde onderwerpen centraal staan. Vriend(inn)en, abonnees en supporters van HPNL kunnen hieraan deelnemen. Lees hier meer informatie over de mogelijkheden. Ter introductie kunt u dit webinar geheel gratis volgen.

Schrijf u nu in voor dit webinar en wees er snel bij; er zijn maar een beperkt aantal plaatsen vrij!

LET OP: VOL = VOL en inschrijven = noodzakelijk!

Hopelijk tot 24 augustus!

Schrijf u hier in voor het webinar

Team HPNL & GreenTwist

Gezonde leefstijl ‘medicijn’ tegen hartritmestoornissen?

Een slechte conditie, kortademigheid en een snel en onregelmatig kloppend hart. Dit zijn veel voorkomende klachten bij hartritmestoornissen, in het bijzonder boezemfibrilleren. Dat een ongezonde leefstijl één van de belangrijkste oorzaken is voor boezemfibrilleren, is niet nieuw. Maar door vóór, tijdens en na de behandeling gericht in te zetten op deze gezonde leefstijl wil het Catharina Ziekenhuis onderzoeken of de kwaliteit van leven voor patiënten met boezemfibrilleren verbetert en complexe behandelingen zoals een ablatie kunnen worden voorkomen of worden uitgesteld. Cardioloog prof. dr. Lukas Dekker kijkt samen met de TU/e naar de invloed van een gezonde leefstijl op de behandeling en het herstel van deze vorm van hartritmestoornissen.

Dankzij de 3 miljoen subsidie van ZonMw aan het Catharina Hart- en Vaatcentrum is het behandelend team uitgebreid met een verpleegkundig specialist. De cardioloog onderzoekt de patiënt, stelt de diagnose en kijkt naar mogelijke oorzaken van het boezemfibrilleren. Als een ongezonde leefstijl daar één van is, bezoekt de patiënt in een vroeg stadium al de verpleegkundig specialist. “Veranderen van leefstijl klinkt heel groot. Daarom stellen we met de patiënt realistische doelen, want het is niet eenvoudig om meer te gaan bewegen als je last hebt van hartritmestoornissen”, aldus Dekker, “maar ik geloof dat een gezondere leefstijl enerzijds de kwaliteit van leven verbetert en anderzijds de kans op een blijvend succes na een zwaardere ingreep, zoals ablatie, vergroot.”

Kans op herhaling

Een gezonde leefstijl kan volgens Dekker niet alleen voorkomen dat boezemfibrilleren ontstaat, ook als je je leven pas na de diagnose betert, wordt de kans op herhaling van die klachten minder groot. “Er is een patiëntengroep waarbij ondanks meerdere ingrepen, zogenoemde ablaties, de hartritmestoornissen niet afnemen. Voor de patiënt enorm frustrerend, want de kwaliteit van leven is echt niet optimaal als je leven wordt beheerst door hartkloppingen en kortademigheid. Door ons meer te richten op een gezonde leefstijl kunnen we ook deze patiënten toch succesvol verder helpen. Ik ben ervan overtuigd dat we als specialisten verder moeten kijken dan alleen de behandeling op zich”, benadrukt Dekker.

Subsidie

Het Catharina Ziekenhuis heeft twee subsidies van 3 miljoen euro van ZonMW gekregen voor complexe zorg rondom darmkanker en hart- en vaatziekten. Het hart- en vaatcentrum wil met de 3 miljoen euro subsidie het centrum zijn rol als koploper bij de ontwikkeling en implementatie van medische innovaties verder versterken. De subsidie wordt ingezet om onderzoek te doen naar technologische innovaties en beslissingsondersteuning op basis van kunstmatige intelligentie. Met name op het gebied van preventie, verbeterde uitkomsten en kostenbeheersing bij 3 veelvoorkomende hartaandoeningen: verstopte kransslagaderen, vernauwde hartklep en boezemfibrilleren.

Bron: www.catharinaziekenhuis.nl

De invloed van hormonen op het vrouwenhart

Hart- en vaatziekten: ondanks de verbeteringen in de laatste 50 jaar nog steeds een van de grootste doodsoorzaken. Toch is het nog steeds een erg onderbelicht onderwerp en is de manier waarop het zich presenteert bij vrouwen, mede door de vrouwelijke hormonen, héél anders dan bij mannen.

Tegenwoordig wordt via allerlei kanalen verteld waarop je moet letten als het aankomt op je hart. Heel typisch is de pijn op de borst met uitstraling naar de linkerarm of kaak. Dit kan namelijk betekenen dat er een doorbloedingsprobleem van het hart bestaat en mogelijk zelfs een hartinfarct bij het te lang aanhouden van klachten. Deze klachten komen vaker op deze manier bij mannen voor, maar een vrouw hoeft dat helemaal niet zo te voelen, vertelt cardioloog dr. David Haitsma van Hartkliniek Oisterwijk. “Een vrouw kan bij problemen aan het hart hele andere klachten krijgen, zoals last van haar rug of pijn tussen de schouderbladen. Ook vermoeidheid en misselijkheid zijn symptomen. Het probleem is dat je bij dit soort klachten niet meteen denkt aan het hart. Er is veel over bekend, maar ook nog heel veel niet. Dat maakt het lastig.”

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Beschamend

Zoals u misschien weet, woont mijn schoonfamilie in Albanië. Velen denken dat het land bij de Europese Unie hoort, maar niets is minder waar. Albanië staat buiten onze EU. Dus ook buiten alle onderhandelingen en verdelingen van de coronavaccins die bij ons inmiddels volop verkrijgbaar en beschikbaar zijn.

Maar behalve de beschikbaarheid van de vaccins, is de gezondheidszorg in Albanië totaal niet te vergelijken met die van ons. Mijn schoonmoeder werd in december jl. getroffen door het coronavirus en tot mijn grote verbazing was er geen ziekenhuisbed beschikbaar voor haar. Voor de ziekenhuizen vormden auto’s met naar zuurstof snakkende coronapatiënten lange files. Hier kon je niet rekenen op een overheid die onder andere bedden, zuurstof en genoeg zorgpersoneel regelden. Patiënten waren aan het noodlot overgeleverd.

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Cursus EHBO

Nog even en mijn man hoeft niet meer uit te leggen wat een ICD is. Steeds vaker zijn er bekende namen die een interne defibrillator krijgen. Na voetballer Daley Blind heeft nu ook de Deense voetballer Christian Eriksen een ICD.

Heel de wereld, of in ieder geval heel Europa, zag hoe hij tijdens de EK-wedstrijd tegen Finland in elkaar zakte. Hij kreeg een hartstilstand. Het stadion hield zijn adem in, net als de mensen thuis die de wedstrijd live volgden. Door snelle reanimatie werd het leven van Eriksen gered. Toen hij bij kennis was, verliet hij op een brancard het stadion.

“Wat doet zoiets nou met jou?”, vroeg ik later aan mijn man. “Ik heb er niet zoveel mee. Het is heftig, maar het raakt me niet. Een hartstilstand is anders dan wat ik heb gekregen. Dat is nog veel erger. En ik ken hem helemaal niet. Misschien was het ook anders geweest als ik live had zitten kijken.”

Een totaal andere reactie dan die van mij. Ik ging natuurlijk googelen. Zocht naar filmpjes en ik bleef maar kijken hoe het gebeurde. Voor mijn man hoefde dat niet zo. “Ik geloof het wel. Jij bent altijd zo nieuwsgierig.”

Na het incident steeg het aantal aanmeldingen voor een EHBO-cursus enorm. Ook zag het Rode Kruis dat de uitlegvideo’s over reanimeren op YouTube veel meer werden bekeken dan normaal.

Moet het behalen van een EHBO-diploma niet gewoon verplicht worden? Zodat iedereen kan reanimeren? Laat bijvoorbeeld bedrijven het voortouw nemen, dan heeft iedere werknemer een EHBO-diploma op zak. Mijn man is gered door de alertheid van zijn toenmalige collega’s. Hij wuifde zijn misselijkheid en pijn zelf weg. We hebben geen idee wat er was gebeurd als de ambulance niet was gekomen. We weten alleen dat hij op dat moment een hartaanval had.

Ook ik roep al jaren dat ik een cursus wil volgen, maar het is er nog steeds niet van gekomen. Stom eigenlijk. Is het juist voor een partner van een hartpatiënt niet handig om die kennis in huis te hebben? Ik denk het wel. Als je een aanvullende verzekering hebt, is er ook nog een kans dat het wordt vergoed. Weet je wat? Ik ga meteen googelen. En me inschrijven voor een cursus EHBO. Echt waar.

Cilla Schot

Thuis bewegen? Lekker dansen rond de strijktafel

De coronamaatregelen versoepelen in grote vaart, maar toch kan of durft nog niet iedereen de deur uit. Thuis stilzitten is alleen niet best voor de gezondheid. Hartpatiënten Nederland verzamelde tips & tricks om binnenshuis meer in beweging te komen. Ook zonder Duco en Olga van Nederland in Beweging of dure apparaten is dat prima mogelijk.

Klussen

Maak van de nood een deugd door huishoudelijke activiteiten tot sport te verheffen. Al tijden van plan om die ene kast uit te mesten of de logeerkamer op te knappen, maar kwam het er niet van? Moet stofzuigen eigenlijk vaker met die kat in huis? Kunnen de ramen wel een zeemsessie gebruiken? Ga dan nu met die klussen aan de gang! U kunt de karweitjes opleuken door tussendoor naar een audioboek of podcast te luisteren.

----

Als lid van Hartpatiënten Nederland heeft u onbeperkte toegang tot alle Premium-artikelen op hartpatienten.nl. Het enige wat u hiervoor hoeft te doen is inloggen op uw profiel. Het zijn artikelen waar we trots op zijn en die we graag met u als trouwe lezer delen.

Terugroepactie aantal bloeddrukmedicijnen losartan, valsartan en irbesartan

In een aantal medicijnen tegen hoge bloeddruk en hartfalen zit een onzuiverheid. Het gaat om medicijnen met losartan, valsartan of irbesartan. De fabrikanten van deze medicijnen roepen de partijen terug die niet voldoen. Dit gebeurt in overleg met de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) en het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG). Het merendeel van de geteste medicijnen voldoet wel aan de limiet en hoeft niet teruggeroepen te worden. Er is geen direct risico voor patiënten.

Wat is er aan de hand?

Sartanen zijn medicijnen die tegen hoge bloeddruk en hartfalen worden gebruikt. Ze zijn alleen op recept verkrijgbaar. In deze medicijnen is een azide onzuiverheid gevonden, die ook wel AZBT wordt genoemd. Deze onzuiverheid is hoger dan is toegestaan voor medicijnen. De afgelopen maanden hebben alle fabrikanten hun sartanen getest op AZBT. De partijen die boven de limiet zijn, worden nu uit voorzorg van de markt gehaald omdat ze niet voldoen aan de kwaliteitseisen.

Apothekers informeren patiënten

De nummers van de medicijnen waar teveel van de onzuiverheid in zit, zijn bekend bij de apothekers. Zij helpen de patiënten hun medicijnen om te ruilen voor een gelijkwaardig medicijn. Patiënten die sartanen van andere partijen of merken gebruiken, kunnen hier gewoon mee doorgaan. Bij deze medicijnen is geen AZBT boven de toegestane limiet gevonden.

Inmiddels zijn alle fabrikanten van losartan, valsartan en irbesartan hun productieproces aan het aanpassen. Ook testen ze de nieuwe medicijnen voordat ze op de markt komen op de aanwezigheid van AZBT. Producten met een te hoog gehalte mogen niet meer op de markt komen.

Wat betekent dit voor patiënten?

Patiënten die losartan, valsartan of irbesartan gebruiken die niet voldoen, kunnen hun medicijnen  zonder kosten omruilen bij hun apotheek. Apothekers nemen hierover contact op met gebruikers. Gebruikers kunnen ook zelf controleren of ze een medicijn in huis hebben dat moet worden omgeruild. Zij kunnen het nummer op de medicijnverpakking controleren uit deze lijst.

Patiënten die twijfelen of hun sartaan op de lijst staat worden geadviseerd om contact op te nemen met hun apotheek. Als het middel op de lijst staat, geeft de apotheek een vervangend medicijn. Patiënten die op vakantie zijn, kunnen hun medicijnen na hun vakantie omruilen bij de apotheek. Er is nu geen direct risico, deze terugroepactie is vooral uit voorzorg; medicijnen moeten veilig zijn en voldoen aan de veiligheidseisen die zijn gesteld.

Advies

Gebruikt u deze medicijnen en heeft u vragen? Neem dan contact op met uw apotheek of behandelend arts. Advies is om niet zelf te stoppen met de medicijnen. De voordelen van de medicijnen wegen zwaarder dan de nadelen van de onzuiverheid.

Voor vragen waarmee patiënten niet terecht kunnen bij hun apotheek of behandelend arts kunnen patiënten contact opnemen met het Landelijk Meldpunt Zorg.

Wat is het risico?

AZBT ontstaat tijdens de productie van de werkzame stof van het betrokken medicijnen. Uit laboratoriumtesten is gebleken dat deze stof mogelijk kankerverwekkend is. Patiënten die sartanen hebben gebruikt met AZBT boven de limiet, lopen geen direct risico.

De limiet voor deze onzuiverheid is streng.  Als 100.000 patiënten hun hele leven lang de maximale dosering van een medicijn gebruiken, waar dagelijks de maximaal toegestane hoeveelheid van de onzuiverheid in zit, dan krijgt van deze 100.000 mensen mogelijk 1 persoon extra een vorm van kanker.

Het risico als gevolg van deze extra overschrijding van de limiet in de gevonden partijen, is heel klein. Maar omdat de onzuiverheid boven de limiet is en geneesmiddelen zo veilig mogelijk moeten zijn, worden de genoemde medicijnen teruggeroepen. De betrokken beroepsgroepen en patiëntenverenigingen zijn hierover geïnformeerd.

Om welke geneesmiddelen gaat het?

Het gaat om een aantal partijen van medicijnen met de werkzame stof losartan, valsartan of irbesartan. Een aantal andere partijen worden uit voorzorg teruggeroepen. Daarvan zijn de testgegevens nog niet bekend. De batchnummers staan in dit overzicht van de IGJ.

Documenten

Vragen en antwoorden over de terugroepactie van sartanen
In een aantal medicijnen tegen hoge bloeddruk en hartfalen zit een onzuiverheid. Het gaat om medicijnen met losartan, valsartan.

Hoort bij

Bron: CBG

Sportschool

 

Hoera, de sportscholen zijn weer open! Hoewel ik in coronatijd heb getracht in beweging te blijven met wandelen, fietsen en skeeleren, heeft mijn lijf toch wat aan fitheid en spierkracht ingeboet. Twee á drie keer per week sportschool bleek aanzienlijk effectiever dan zo-nu-en-dan-wat-oefeningen-op-een-matje. Helaas heeft de sportschool in mijn straat de lockdowns niet overleefd, dus moesten mijn vriend en ik op zoek naar een nieuwe.

Een jongen van een jaar of 18 geeft ons een rondleiding door het gebouw. Ze draaien meestal rustige muziek, vertelt hij, en ze hebben zelfs een ruimte waar het helemaal stil is. “Er komen hier namelijk nog wel meer ouderen”. Oef. En als ik informeer naar de groepsles body attack, zegt hij: “Oh maar dat is wel héél intensief, hoor!”. Een illusie armer (vallen mijn steeds talrijker wordende grijze haren dan toch zó op?) staan we even later weer buiten. Dit wordt ‘m niet.

Ik merk dat ik het lastig vind om weer een maandelijkse financiële verplichting aan te gaan, met de kans dat er een vierde, vijfde of tiende golf komt en alles weer op slot gaat. Mocht dit gebeuren, dan hoop ik dat de sportscholen dit keer ontzien worden. Niet eens voor mezelf – ik prijs mezelf gelukkig dat ik gezond ben en ook gewoon iets fanatieker thuis met de gewichten aan de slag kan gaan. Maar ik hoor om me heen diverse verhalen van mensen die op allerlei manieren afhankelijk waren van de sportschool.

Zoals de vriendin met een zenuwaandoening, die een duidelijke terugval van haar klachten ervoer doordat ze haar vaste fitnessapparaten miste. Sporten bij de fysiotherapeut kon nog wel, maar dan op eigen kosten… Of wat te denken van de mensen die net zo lekker bezig waren om hun leefstijl te verbeteren en die de kilo’s er weer aan zagen vliegen in coronatijd?

En last but not least de eenzame ouderen en andere mensen voor wie de sportschool een plek voor sociale contacten is. Wat er ook in de toekomst met corona gebeurt: ik hoop dat het nooit meer zo ver komt dat er keuzes worden gemaakt om snoepwinkels en slijterijen open te houden en sportscholen gesloten. Nog liever zou ik zien dat sportabonnementen vergoed worden vanuit het basispakket. Moet je kijken hoe snel onze collectieve weerstand omhoog zou schieten!

Marion van Es