Vrijstellingsbewijs coronapas

Kijk hier de reportage terug, waarin wij ons sterk maken voor het verkrijgen van een vrijwaringsbewijs voor de coronapas voor mensen die om medische redenen niet gevaccineerd kunnen worden.

Deze groep, de zogenaamde non-responders (+/- 700.000 mensen), wordt ten onrechte buitengesloten van een groot gedeelte van onze sociale samenleving.

Onze voorzitter Jan van Overveld werd hierover geïnterviewd door EenVandaag.

Vrijstellingsbewijs coronapas

EenVandaag besteedt vanavond (NPO1 om 18.15 uur) aandacht aan de eis van Hartpatiënten Nederland om mensen die om medische redenen niet gevaccineerd kunnen worden, een vrijstellingsbewijs voor de coronapas te geven. Deze groep, de zogenaamde non-responders (+/- 700.000 mensen), wordt ten onrechte buitengesloten van een groot gedeelte van onze sociale samenleving.

Een godgeklaagd schandaal, vindt Hartpatiënten Nederland, die hiervoor aandacht vraagt bij politiek en overheid. Hartpatiënten Nederland eist dat er op hele korte termijn een vrijstellingsbewijs voor de coronapas komt voor de groep mensen die op medisch advies niet gevaccineerd mogen worden.

Via de Nationale Hartmonitor houdt Hartpatiënten Nederland een poll. De Hartmonitor is pas enkele dagen online, maar al meer dan 3.000 mensen brachten hun stem reeds uit. Twee op de drie vindt dat de groep non-responders niet uitgesloten mag worden van allerlei sociale en maatschappelijke activiteiten. Nu kunnen ze bijvoorbeeld geen restaurant, theater of bioscoop meer bezoeken: zonder QR-code mogen ze immers niet naar binnen.

EenVandaag interviewt vandaag een gedupeerd gezin met een gehandicapt kind dat niet gevaccineerd mag worden. Verder komen epidemioloog Dick Bijl en Jan van Overveld, voorzitter van Hartpatiënten Nederland, aan het woord. Kijken dus!

Daarnaast roepen wij iedereen op om mee te doen aan de poll op de website www.hartpatienten.nl

Het is namelijk zo dat niet alleen hartpatiënten de dupe zijn van deze maatschappelijke uitsluiting. Ook patiënten met bijvoorbeeld kanker, longziekten, diabetes, allergieën etc., worden uitgesloten. Echt onaanvaardbaar! Doe mee met onze Nationale Hartmonitor en vul de poll in.

Kijken dus: EenVandaag, NPO1 om 18.15 uur!

Geroosterde Pompoen Courgettesoep

Dit heerlijke herfst recept kun je in het groot maken en is perfect in te vriezen. Eet je koolhydraatarm? Kies dan voor oranje pompoen en laat de ui weg.

Benodigdheden:
  • Staafmixer
Ingrediënten:
  • 1 liter water
  • liter kokosmelk
  • 4 bouillonblokjes zonder gist / 4-5 el bouillonpoeder
  • 1 medium flespompoen
  • 2 courgettes
  • 2 el milde olijfolie
  • 4 tenen knoflook
  • 2 uien
  • 2 tl venkelzaad
  • 2 el korianderpoeder
  • 2 el gemberpoeder of 2 cm verse gember
  • rode peper (naar smaak)
  • 2 tl vloeibare zoetstof (GreenSweet, honing of gembersiroop) 
  • 2 el (appel)azijn
  • 2 tl keltisch zeezout
Instructies:
  1. Verwarm de oven voor op 180 graden
  2. Snij de pompoen en de courgette in grove stukken, van flespompoen kun je de schil ook gebruiken
  3. Plet de knoflook en haal het vel eraf, snijd de ui in kwarten
  4. Voeg de pompoen, courgette, knoflook en ui toe aan een bakblik en voeg venkelzaad en olijfolie toe
  5. Bak in de oven voor 20-25 minuten
  6. Zet het water en de kokosmelk op het vuur, met de bouilonblokjes, korianderpoeder, gemberpoeder en rode peper, en breng aan de kook
  7. Voeg de geroosterde pompoen en courgette toe aan de soep, kook een paar minuten door.
  8. Pureer de soep glad met de staafmixer, proef, en breng op smaak met zoetstof, (appel)azijn en zout

Bron: www.greentwist.nl

Steunhart of harttransplantatie als hart tekort schiet?

Patiënten met zeer ernstig hartfalen kunnen, als andere behandelingen onvoldoende helpen, gebaat zijn bij een harttransplantatie of mechanical circulatory support (MCS) met een zogenaamd steunhart. Dit steunhart ondersteunt de linker hartkamer die zuurstofrijk bloed door de aorta naar de weefsels pompt. Cardioloog Susanne Felix van het Catharina Ziekenhuis promoveert vandaag op haar proefschrift waarin ze heeft gekeken naar overleving en kwaliteit van leven van patiënten met een steunhart.

Er is een tekort aan donorharten en niet iedereen komt in aanmerking voor een harttransplantatie. Het steunhart is daarom een mooi alternatief voor patiënten met zeer ernstig hartfalen. “Een belangrijk verschil tussen een donorhart en een steunhart is dat een donorhart het eigen hart vervangt en een steunhart het eigen hart ondersteunt, althans de linker hartkamer. Om te kunnen overleven en de kwaliteit van leven te verbeteren als het hart zelf te kort schiet, kunnen deze behandelingen worden toegepast bij daarvoor geselecteerde patiënten”, legt promovendus cardioloog Susanne Felix van het Catharina Ziekenhuis uit.

Overlevingscijfers en complicaties
In 2006 werd in het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMC Utrecht) het eerste steunhart geïmplanteerd. Sindsdien is er veel ervaring opgedaan met de complexe begeleiding van deze patiënten. “In mijn proefschrift met als titel ‘Outcome of long-term mechanical circulatory support’ heb ik gekeken naar verschillende uitkomsten bij patiënten die een steunhart hebben gekregen. Zo heb ik bijvoorbeeld onderzocht hoe de vijfjaarsoverleving is en hoe vaak er op de langere termijn complicaties zoals bijvoorbeeld bloedingen optreden. Door data te analyseren hebben we zelfs een tool ontwikkeld waarmee we deze bloedingen bij patiënten met een steunhart kunnen voorspellen”, aldus Felix. Ook de kwaliteit van leven verbetert aanzienlijk. “We hebben gezien dat zeker in het eerste jaar na de implantatie van het steunhart, patiënten een grote verbetering laten zien in hun functionele capaciteit, de conditie verbetert.”

Cardioloog Susanne Felix promoveert vandaag aan het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMC Utrecht). Haar promotoren zijn prof. dr. Willem Suyker en prof. dr. Folkert Asselbergs van het UMC Utrecht.

Bron: www.catharinaziekenhuis.nl

Kunnen data voorspellen wie na een infarct hartritmestoornissen ontwikkelt?

Welke hartpatiënten ontwikkelen in de jaren na hun infarct hartritmestoornissen? Op deze vraag proberen onderzoekers van het Catharina Hart- en Vaatcentrum een antwoord te vinden met behulp van artificiële intelligentie (AI) ofwel kunstmatige intelligentie. Er is nog veel onduidelijkheid over ventriculaire tachycardieën (VT’s), die levensbedreigend kunnen zijn.

In het COMBAT-VT-project wordt aan de hand van big data en kunstmatige intelligentie een patiënt specifiek model ontwikkeld. Dit model moet de cardioloog helpen om te bepalen hoeveel kans een patiënt heeft op de ontwikkeling van hartritmestoornissen en welke behandeling, zoals een implanteerbare defibrillator (ICD) of katheter-ablatie, het beste aansluit. Big data gaat een belangrijke rol spelen in de medische wereld. Het COMBAT-VT project zet de eerste stappen in deze nieuwe manier van onderzoek doen in het Catharina Ziekenhuis.

Geen specifieke dataset

Uniek aan het project is dat er geen specifieke dataset wordt samengesteld. Er wordt per patiënt gekeken naar beschikbare data waarmee modellen kunnen worden ontwikkeld. Denk aan radiologische beelden, ECG’s en metingen en gegevens uit het patiëntdossier. Het vinden van nieuwe combinaties van factoren moet  onderzoekers uiteindelijk een beter beeld van de patiënt geven, waardoor per patiënt de beste behandeling geadviseerd kan worden.

De onderzoekers vinden het van groot belang dat de AI-algoritmes uitlegbaar werken en dus kunnen aangeven waarom een patiënt een verhoogde kans heeft op deze potentieel levensbedreigende ritmestoornissen. Dit is essentieel voor het vertrouwen van patiënt en arts in het model.

Nieuwe eisen aan privacy

Omdat het COMBAT-VT project zo omvangrijk is, is begonnen met een pilot waar de onderzoekers antwoorden proberen te vinden op een aantal belangrijke vragen. Om te beginnen, hoe komen we op een juiste manier aan zoveel data? Dit stelt namelijk nieuwe eisen in het kader van privacy en de regelgeving.

Data donorschap

Zulke grote aantallen patiënten betekent in de ogen van de onderzoekers dan ook dat er een nieuwe manier van patiënt-inclusie moet komen. Het includeren van de eerste 50 patiënten in deze pilot kost ondertussen al meer dan 100 dagen. Daarom maken de onderzoekers zich sterk voor een ‘data donorschap’. Dat houdt in dat patiënten aan het begin van hun behandeling om toestemming wordt gevraagd om al hun data gedurende het hele proces te delen.

De huidige data-infrastructuur van ziekenhuizen is niet ingericht op dit soort zeer modern onderzoek, waarbij grote aantallen data opgespoord, geordend en voor onderzoek bewaard worden. We hebben inmiddels al veel geleerd hoe we dit zo goed mogelijk kunnen doen. Deze nieuwe inzichten gaan ons helpen om in de toekomst big data onderzoek sneller te kunnen uitvoeren.

Het onderzoek staat onder leiding van cardioloog prof. dr. Lukas Dekker van het Catharina Ziekenhuis en onderzoeker prof. dr. Frans van de Vosse van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e). Het Catharina hart- en vaatcentrum is het grootste hartcentrum van Nederland en tevens gespecialiseerd in de behandeling van hartritmestoornissen.

Het COMBAT-VT project valt onder de paraplu van het Eindhoven MedTech Innovation Center (e/MTIC), een groot regionaal samenwerkingsverband op het gebied van medische technologie tussen TU/e, Philips en het Catharina Ziekenhuis, Maxima Medisch Centrum en Kempenhaeghe. Een cruciale samenwerking voor dit onderzoek waardoor input vanuit de zorg gecombineerd wordt met technologische ontwikkelingen.

Rol van de QME’er

Als trainee van de post-master opleiding Qualified Medical Engineer (QME) speelt Melissa Niemantsverdriet een cruciale rol in het ontwikkelen van de klinische workflow voor het COMBAT-VT project. Als een spin in het web verbindt ze de juiste mensen en elementen aan elkaar met als doel uiteindelijk de patiëntdata te verzamelen, te structureren, analyseren en verwerken voor de modellen.

Dit is essentieel voor een grote data-studie als deze. QME’ers worden in de breedte van het ziekenhuis opgeleid, van informatica tot patiënt monitoring, maar ook management en wet- en regelgeving komen aan bod. Er is tijdens de opleiding ook veel aandacht voor het gestructureerd aanpakken van projecten. Deze basis, samen met een passie voor nieuwe medische innovaties, is waarom de QME’er goed past bij een vooruitstrevend project als het COMBAT-VT project.

Meer informatie is te vinden op combatvt.nl.

Bron: www.catharinaziekenhuis.nl

Veel ouderen ten onrechte uitgesloten van deelname aan de maatschappij

Veel ouderen worden als gevolg van de coronamaatregelen ten onrechte uitgesloten van deelname aan allerlei activiteiten in de samenleving, zoals bezoek aan restaurant of theater. Gewoon omdat ze er niet in slagen een QR-code te laten zien. Dat kan allerlei oorzaken hebben. We denken om te beginnen aan al die ouderen die om medische redenen niet gevaccineerd mogen worden. Deze ouderen krijgen geen QR-code. En wel omdat ze niet gevaccineerd zijn. Wij vinden dat deze mensen moeten worden vrijgesteld van zo’n paspoort.

Om die reden zal Hartpatiënten Nederland een verzoek richten aan het ministerie van Volksgezondheid, om deze mensen vrij te stellen. Vanuit de Nationale Hartmonitor onderzochten we de mening van onze achterban hierover. Uit een gepubliceerde poll op onze website, Facebook en Instagram blijkt dat van de 1.500 deelnemers tweederde vindt dat mensen die om medische redenen niet gevaccineerd mogen worden, moeten worden vrijgesteld van de verplichting een vaccinatiecode bij zich te hebben. Nog niet gestemd? Ga naar onze website en de stelling verschijnt direct in uw scherm.

Puinhoop op ministerie

Er is nog meer aan de hand. Veel ouderen hebben niets met een smartphone. Ze weten niet hoe daarmee om te gaan. Voor deze ouderen heeft het ministerie een papieren QR-code in de aanbieding. Alleen komt daar niet veel van terecht. Vanaf a.s. zaterdag moet iedereen die deelneemt aan het maatschappelijke leven zo’n QR-code laten zien, via telefoon of op papier. Maar probeer maar eens zo’n papieren QR-code te krijgen! Het is een puinhoop bij het ministerie. En er zijn enorme wachttijden als je probeert te bellen.

Net zoals ouderenorganisatie ANBO trekt ook Hartpatiënten Nederland aan de bel. Het ministerie slaagt er niet in mensen die geen smartphone hebben, tijdig een papieren QR-code te geven. Veel mensen beklagen zich bij ons, dat het niet lukt om met hun Burgerservicenummer en postcode een QR-code op papier thuisgestuurd te krijgen.

Dat komt onder meer omdat er een probleem was met het corona informatienummer van het ministerie (0800-1351). Los daarvan: te vaak krijgen mensen een bandje te horen waarop ze allerlei nummers moeten intoetsen. Dat is gewoon teveel gevraagd voor veel mensen. Wij willen dat mensen persoonlijk geholpen worden, door iemand die hen via de telefoon persoonlijk te woord staat en begeleidt.

Wij willen dat het ministerie snel een oplossing verzint, want nu kunnen veel ouderen zonder het benodigde papiertje botweg niet samen met hun kinderen of kleinkinderen een restaurant binnen lopen, of met hen een theatervoorstelling bezoeken, om maar eens iets te noemen. Wij vinden het onacceptabel dat deze mensen zodoende buitengesloten en -weer- in een isolement terecht komen. Dat moet stoppen!

Webinar: voedingsvetten, cholesterol en voeding

Op dinsdag 28 september om 20.00 uur organiseren we een webinar. Hartpatiënten Nederland gaat in gesprek met sportarts Hans van Kuijk en healthy chef Iris Heuervan GreenTwist Cooking, waarbij er dieper wordt ingegaan op de relatie tussen cholesterol en voeding.

Hierbij gaat het vooral om de impact die voeding en leefstijl kunnen hebben op de gezondheid van mensen met een hartaandoening.

Hans beschikt over ontzettend veel relevante theoretische kennis, terwijl Iris de praktische kant van dit onderwerp belicht: welke stappen zet je als je dit voor jezelf wil doen? Ook geven ze concrete handvatten om zelf aan te slag te kunnen gaan met voeding en leefstijl.

Daarnaast bestaat de mogelijkheid om vragen te stellen. Deze kunnen van tevoren worden gemaild (roermond@hartpatienten.nl), maar kunnen ook live worden gesteld middels de chatfunctie.

LET OP: VOL = VOL en inschrijven = noodzakelijk!

Schrijf u hier in voor het webinar.

Start landelijke studie naar hartschade na corona

Hoe vaak komt hartschade voor na COVID-19 en wat zijn de gevolgen daarvan? En wat kunnen we doen om hartschade te voorkomen? Deze vragen staan centraal bij de landelijke studie DEFENCE. Binnen het onderzoek worden verschillende onderzoeken naar volwassenen, sporters en kinderen met elkaar gecombineerd. Het onderzoek is gefinancierd door ZonMw en loopt twee jaar. Het UMC Utrecht en Dutch CardioVascular Alliance (DCVA) leiden het onderzoek in samenwerking met nationale en internationale partners.

“Op dit moment is het nog grotendeels onbekend hoe vaak hartschade voorkomt na COVID-19 en wat de korte en lange termijn gevolgen zijn als er  hartschade ontstaat”, zegt onderzoeksleider Folkert Asselbergs, hoogleraar cardiologie UMC Utrecht en pijlervoorzitter Data Infrastructuur (DCVA). “Dat de omvang van dit probleem niet goed bekend is, komt doordat onderzoek waarmee hartschade kan worden opgespoord alleen wordt ingezet als hiertoe aanleiding is of in hoog-risico patiënten die bijvoorbeeld zijn opgenomen op de Intensive Care.” Chahinda Ghossein, cardioloog in opleiding Maastricht UMC: “Het afgelopen jaar hebben we in Maastricht UMC+ op de post COVID-poli regelmatig hartschade gevonden bij COVID-19 patiënten die op de IC hebben gelegen. Echter is nog niet duidelijk of dit ook geldt voor COVID-19 patiënten die minder ernstig ziek zijn geweest.” Het doel van DEFENCE is om inzicht te krijgen in het voorkomen van hartschade, ook als hartklachten nog niet aanwezig zijn, en de gevolgen op de korte en lange termijn in kaart te brengen.

Volwassen, sporters en kinderen

Verschillende lopende onderzoeken naar volwassenen, sporters en kinderen bij elkaar gebracht en zo goed mogelijk op elkaar afgestemd. “Het gaat bijvoorbeeld om volwassenen die thuis zijn hersteld van de corona infectie en volwassenen die in het ziekenhuis zijn opgenomen vanwege COVID-19”, vertelt Marijke Linschoten, arts-onderzoeker cardiologie UMC Utrecht. “Maar ook gezonde topsporters die een corona infectie hebben doorgemaakt en kinderen die in het ziekenhuis zijn opgenomen vanwege Multisystem Inflammatory Syndrome (MIS-C), een zeer zeldzame ontstekingsziekte na een corona infectie. Door de onderzoeken te combineren krijgen we meer inzicht in hoe hartschade door corona zich uit, of het kan herstellen en of het ontstaan verband houdt met de ernst van de infectie.”

Aanvullend hartonderzoek en vragenlijsten

De patiënten die deelnemen aan het onderzoek ondergaan verschillende onderzoeken om hartschade op te kunnen sporen, zoals bloedonderzoek en een echo en MRI-scan van het hart. ”Met een MRI-scan kan tot in detail gekeken worden naar het hart. Zo kunnen we bijvoorbeeld vaststellen of er vocht of andere tekenen van een ontsteking of littekens in de hartspier zijn” vertelt Harald Jørstad, sportcardioloog in het Amsterdam UMC. “In samenwerking met het NOC*NSF hebben we al in meer dan 100 topsporters hartschade door corona onderzocht, en mede door deze bevindingen gaan we dit onderzoek nu ook uitbreiden naar een bredere groep. Zo gaan we specifiek bij patiënten die COVID-19 hebben doorgemaakt en toevallig in het verleden om een andere reden al eens een MRI-scan van het hart hebben gehad, een vervolgscan van het hart maken. Daardoor kunnen met grotere zekerheid vaststellen of de eventuele hartafwijkingen een direct gevolg zijn van de infectie.” Ook krijgen patiënten digitaal vragenlijsten toegestuurd om te ontrafelen of bepaalde klachten, zoals hartkloppingen en pijn op de borst in de periode na corona, verband houden met hartschade. Andere klachten in het kader van long-COVID worden ook gemeten, want mogelijk kunnen die het zicht op de hartschade belemmeren.

Gevolgen van hartschade op de lange termijn

Om inzicht te krijgen in de gevolgen van hartschade op de lange termijn worden de gegevens verzameld binnen dit onderzoek gekoppeld aan andere databronnen. “Zo zien we hoe vaak patiënten in de jaren na COVID-19 te hebben doorgemaakt in het ziekenhuis worden opgenomen met ritmestoornissen of hartfalen. Is dit bijvoorbeeld anders dan na de griep?” stelt Marijke Linschoten.

Over de studie DEFENCE

Het voorkomen van hartschade en de gevolgen hiervan is vastgesteld als een van de top 10 kennishiaten in de huidige COVID-19 pandemie door de Federatie Medisch Specialisten (FMS) en opgenomen in de multidisciplinaire kennisagenda. Het 2-jarig project is onderdeel van het COVID-19 programma van ZonMw en wordt geleid door Folkert Asselbergs, hoogleraar cardiologie UMC Utrecht en pijlervoorzitter Data Infrastructuur (DCVA) en Marijke Linschoten, arts-onderzoeker cardiologie UMC Utrecht. Het projectteam bestaat uit onderzoekers van het Amsterdam UMC, Maastricht UMC+, EuroQol Research Foundation, Werkgroep Cardiologische centra Nederland (WCN), Martini Ziekenhuis en Harteraad. De lopende onderzoeken die binnen DEFENCE worden gecombineerd zijn: COVID@Heart, COMMIT, CAPACITY-COVID registry, CAPACITY 2, COPP en POPCORN.

Dit onderzoek is naast ZonMw mede mogelijk gemaakt door de inspanningen van de Werkgroep Cardiologische centra Nederland (WCN), Netherlands Heart Institute (NLHI), Nederlandse Hart Registratie (NHR), Hartstichting, Nederlandse Vereniging voor Cardiologie (NVVC), Harteraad en de EuroQol Research Foundation, bijeengebracht door de Dutch CardioVascular Alliance (DCVA), een krachtenbundeling van in totaal negentien onderzoeks- en zorgorganisaties. De organisaties binnen de DCVA werken nauw samen en brengen geld bij elkaar om oplossingen voor hart- en vaatziekten te versnellen.

Bron: www.umcutrecht.nl

Ondersteun Wereld Reanimatie Dag!

Op 16 oktober vindt de Wereld reanimatie Dag plaats, op zijn Engels gedoopt tot World Restart A Heart Day. Het idee achter deze dag is dat iedereen op de wereld een leven kan redden.

16 oktober staat wereldwijd in het teken van reanimatie. Op die dag draait het om het belang van reanimatie door omstanders bij een circulatiestilstand. De eerste 6 minuten zijn namelijk cruciaal. Omstanders zijn vaak eerder aanwezig dan de ambulancedienst. In deze kostbare minuten kunnen deze omstanders helpen. Vooral omdat 70 procent van de hartstilstanden in huis plaatsvindt. Hierdoor is het van onschatbare waarde om te leren reanimeren en zodoende levens te kunnen redden.

Elk jaar op 16 oktober wordt er wereldwijd aandacht besteed aan World Restart A Heart Day. Instellingen en bedrijven in heel Nederland organiseren op deze dag activiteiten, zoals reanimatiedemo’s door de ambulancedienst en workshops om zelf te leren reanimeren en de AED te gebruiken. Een AED is een Automatische Externe Defibrillator, een apparaat dat een stroomstoot kan geven in een poging het hart weer op gang te brengen.

Door het coronavirus kunnen er dit jaar opnieuw geen evenementen in het land worden georganiseerd. Daarom heeft de Europese Reanimatie Raad het initiatief genomen om – vooral via social media – een lans te breken voor reanimatie door omstanders. Wij sluiten ons daar graag bij aan. Deel op jouw social media dat je het belangrijk vindt dat iedereen leert om te reanimeren. Dat kan met #WorldRestartAHeart of #MySongCanSaveLives en tag @worldrestartaheartnl.

We roeiden vijfduizend kilometer voor het vrouwenhart

“Wat een para-anker is?” Marieke grinnikt. Het interview begint al goed. Gelukkig legt ze wel vaker zeedingen uit aan mensen die nooit varen. “Het is een anker met een parachute dat je op zee gebruikt als er geen bodem is en je niet weggezet wilt worden. Tijdens een storm bijvoorbeeld. We hebben het één keer moeten gebruiken, tegen Kerstmis. Ik was niet bang. Het heeft ook geen zin om boos te zijn. De wind gaat er niet mee liggen. Je moet de situatie simpelweg accepteren.”

Verstijfde hartspier

Marieke is een ervaren roeister. Opgegroeid in Noord-Beveland was ze van jongs af aan vertrouwd met de zee. Aan de ene kant van het eiland de Oosterschelde, aan de andere kant het Veerse meer. Op dat meer, en ander water roeide ze vele wedstrijden. Alleen nog nooit een oceaan. “Ik ben pas vorig jaar juni bij toeval aangehaakt. Ik zag een oproep op de Facebookpagina van Vrouw Aan Boord (VAB), een community van varende vrouwen. Er was een vrouw uitgevallen in de ploeg van de ‘Queen of Hearts’. Ze zouden de Talisker Whisky – Atlantic Challenge van Europa naar Midden-Amerika gaan doen, een traject van 5000 kilometer. Ik reageerde enthousiast, maakte kennis met Iris, Melissa en Renate en het klikte meteen. Roeien voor meer onderzoek naar het vrouwenhart, sprak me ook aan. Twee tantes van mijn man hadden hartfalen. De eerste is eraan overleden, de tweede, de jongste, kreeg tien jaar terug een hartaanval en uiteindelijk twaalf stents in haar hart geplaatst. Via via had Iris gehoord over professor Hester de Ruijter, die in het UMC in Utrecht onderzoek doet naar het vrouwenhart. Die was meteen enthousiast geweest over de sponsoractie.” De Ruijter doet met name onderzoek naar diastolisch hartfalen, een verstijfde hartspier. Daaraan overlijden meer vrouwen dan mannen. Waarom dat verschil er is, weet men nog niet.

Astronautenvoer

“12 december 2020 vertrokken we uit La Gomera, op de Canarische Eilanden. Het was elke dag twaalf uur roeien en slapen. Er zaten steeds twee vrouwen aan de riemen, de andere twee rusten dan. Ik roeide met Melissa van twaalf tot twee, vier tot zes en acht tot tien uur. We zijn bijna nooit van dit vaste schema afgeweken. In het begin van de tocht hebben we wel wat gespuugd. Met medicatie ging het gelukkig snel over.”
“We roeiden voor het vrouwenhart in het algemeen, maar moesten nu eerst goed voor onszelf zorgen. Je lijf is een machine en heeft brandstof nodig. We hadden vooral gevriesdroogd astronautenvoer mee. Daar gooi je dan kokend water bij. Zeewater ontziltten we met een speciale hogedrukpomp met filter. Alle troep haal je er dan uit, maar ook de mineralen. Dus voegden we weer voedingsstoffen in poedervorm toe.”
“Gelukkig deden zich geen grote calamiteiten voor aan boord. Kijk, als je moe bent, dan word je onhandiger. Dat hadden we allemaal, van de jongste van 34 tot de oudste van 53. Dat is logisch. Zo kreeg ik één keer mijn vinger tussen de karabijn en de kikker door iemand anders toedoen. De schade bleef beperkt. Bij de anderen gingen de handen soms moeizaam open en dicht. Als je twaalf uur per dag aan de riemen zit, is dat niet vreemd. De hitte vond ik wel vervelend. We moesten onszelf zo’n twee tot drie keer per dag insmeren. Maar dan zie je dolfijnen en walvissen voorbijkomen en is alles weer goed.”

Winnaars

“Hoe we de navigatie regelden? Onze oceaanroeiboot was van een kaartplotter voorzien. Daarmee kun je zien waar je op zee bent en hoe snel je gaat. Met de plotter zet je waypoints, punten die je wilt halen. De plotter is verbonden met de stuurautomaat op de helmstok zodat je koers houdt. We hadden natuurlijk ook GPS.”
“Uiteindelijk bereikten we 24 januari de finish op het eiland Antigua in de Caraïbische Zee. Dat was fantastisch. We waren de winnaars van het vrouwenklassement en de eerste Nederlandse vrouwen die dit hadden bereikt. We voelden ons wel wat landziek, wiebelig met lopen, maar waren allemaal kerngezond.”
“Vanwege ons goede doel was het fijn dat we veel publiciteit kregen. Uiteindelijk konden we een cheque van € 26.000 overhandigen aan Hester de Ruijter, voor haar onderzoek naar het vrouwenhart. We zijn zó trots op dit resultaat.”

Tekst: Mariëtte van Beek
Beeld: Marieke le Duc – Bouwense

Dit artikel verscheen in het HPNL magazine. Interesse? Vraag hier het HPNLmagazine aan.