Hartchirurgen Catharina Ziekenhuis gaan Traumacentrum versterken

Eindhoven/Tilburg, 16 januari 2024 | Traumacentrum Brabant, onderdeel van het ETZ (Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis), speelt als een van de elf Nederlandse traumacentra een cruciale rol in de opvang en behandeling van ernstig gewonde patiënten. Om te zorgen voor adequate zorg bij acuut ernstig letsel aan het hart of de grote bloedvaten in de borstkas, heeft Traumacentrum Brabant samenwerkingsafspraken gemaakt met de vakgroep cardiothoracale chirurgie van het Catharina Ziekenhuis Eindhoven.

De hartchirurgen van het Catharina Ziekenhuis staan de traumachirurgen van het ETZ voortaan bij als een patiënt bijvoorbeeld een messteek of schotwond in de hartstreek heeft. “Gelukkig komt dit zogenoemde scherp thoraxletsel zelden voor,” zegt ETZ-traumachirurg Stefan van Zutphen, “maar het is geruststellend te weten dat we nu bij dergelijk letsel heel gemakkelijk een beroep kunnen doen op onze collega’s in Eindhoven, die dagelijks in het hartgebied opereren. Door de samenwerking is direct – de klok rond – contact mogelijk, zodat de hartchirurgen – indien nodig – acuut naar Tilburg komen om bijstand te kunnen verlenen.”

Niet alleen op de operatiekamers

De hartchirurgen van het Catharina Ziekenhuis, bekend om hun kennis en ervaring op het gebied van hart- en longchirurgie, worden niet alleen op de operatiekamers van het ETZ ingezet. Maar ze kunnen ook actief zijn op de Spoedeisende Hulp, Intensive Care en verpleegafdelingen. Om de patiënten zo goed mogelijk te behandelen, worden zij laagdrempelig benaderd in geval van hartletsel. Bij de aankondiging van een traumaslachtoffer met dergelijk letsel worden de hartchirurgen steeds geïnformeerd en geraadpleegd.

De inzet van de hartchirurgen wordt toegevoegd aan het bestaande ETZ-protocol voor traumazorg. Bij grootschalige rampen of calamiteiten in de provincie schaalt Traumacentrum Brabant op, waarbij ook de mogelijke inzet van de hartchirurgen wordt afgestemd via de crisisstructuur. Om een soepele samenwerking te garanderen, krijgen de hartchirurgen van het CZE een introductie in het ETZ en ontvangen zij toegang tot relevante afdelingen en het elektronisch patiëntendossier van het ETZ.

Teamwork

“Goede traumazorg is teamwork. Van zorgprofessionals en ziekenhuizen die daar een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor hebben”, zegt Nardo van der Meer, voorzitter van de raad van bestuur van het Catharina Ziekenhuis. “We zijn verheugd dat we vanuit het Hartcentrum een concrete bijdrage kunnen leveren. De aanwezigheid van onze cardiothoracaal chirurgen in Tilburg is van groot belang om Traumacentrum Brabant op level 1 te houden. Zo blijft het gegarandeerd dat we 24-7 optimaal zorg kunnen bieden aan alle traumapatiënten in onze provincie.”
“Deze samenwerking brengt de zorg voor traumapatiënten naar een nóg hoger niveau”, vertelt Niels Verberkmoes, cardiothoracaal chirurg van het Catharina Ziekenhuis. “Met de combinatie van traumachirurg en hartchirurg snijdt het mes aan twee kanten. En kan Traumacentrum Brabant dus nóg betere zorg bieden.”

Bron: Catharinaziekenhuis

Profiteren van een rolstoel?

In de herfstvakantie gingen we weer vliegen. Elke keer kijk ik uit naar de vakantie, maar vergeet ik dat de reis naar de bestemming voor mijn man een opgave is. We hadden een rolstoel geregeld voor het lange wachten in rijen, maar toch zag ik hem moe worden. We keken allebei uit naar het moment dat we met zijn drieën in het vliegtuig zouden zitten. Drie uur rust.

Want dit keer gingen we naar Portugal. We hadden expres niet voor een verre bestemming gekozen. Lekker een korte vlucht. Maar na drie kwartier vlogen we weer terug. Technisch mankement. We moesten overstappen op een ander vliegtuig. Onze zoon was dolblij dat hij nu niet twee, maar drie keer ging vliegen. Tsja, zo kan je er ook naar kijken. Na 1,5 uur gingen we opnieuw de lucht in.

Op het vliegveld van Faro stond geen rolstoel klaar, maar mijn man was tijdens de vlucht behoorlijk bijgetrokken. Hij liep zelfs in best snelle pas naar de bagageband. “Zo, die man van jou voelt zich opeens weer beter hè”, sneerde een man lachend maar gemeend. Commentaar. Natuurlijk. “Ja, klopt. Als hartpatiënt heb je goede en slechte momenten. Zeker qua energie. Lang staan is niet fijn bijvoorbeeld. Wil je anders even het litteken van zijn ICD zien?” De man verontschuldigde zich. “Ik dacht dat jullie profiteerden van de rolstoel.” Ik weet nog steeds niet waar hij op doelde, maar ik was wel blij dat ik een antwoord klaar had.

We zijn inmiddels wel wat gewend. We worden ook weleens aangesproken als we de auto op een invalideparkeerplaats neerzetten. Sommigen kunnen dan kattig uit de hoek komen. Als we de kaart laten zien, lijkt het alsof ze ons niet geloven. Wij hadden die kaart liever ook niet gehad hoor.

Net als de rolstoel. Ik vraag me nog steeds af hoe wij ‘profiteren’. Waarom zouden we ons anders voordoen? Waarom zouden gezonde mensen met een kind misbruik willen maken van een rolstoel? Waarom maakt een jonge gezonde vent überhaupt zo’n opmerking? Kon mijn man maar lang in de rij staan, zonder rolstoel. Want dat zou betekenen dat hij weer gewoon gezond was.

Cilla Schot

Opzoek naar lotgenotencontact? Check ons forum of onze besloten FB-groep.

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

Streep door plannen Kuipers kinderhartchirurgie

Het plan van oud-minister Ernst Kuipers van Volksgezondheid om operaties van aangeboren hartafwijkingen bij kinderen te concentreren in Rotterdam en Groningen is althans voorlopig van de baan. Dat heeft de rechtbank in Utrecht donderdag beslist.

Utrecht, Groningen, Leiden en Rotterdam, daar liggen nu de kinderhartcentra. Kuipers wilde die concentreren in Rotterdam en Groningen. De andere twee zouden de operaties kwijt te raken.

Kuipers vindt het beter de operaties te concentreren, zodat elk centrum zo’n zestig operaties per jaar kunnen uitvoeren bij pasgeboren baby’s. Hoe meer operaties, hoe meer vaardigheid de chirurgen hebben, was de redenering. Volgens de ziekenhuizen in Amsterdam, Leiden en Utrecht slaat dat aantal van zestig nergens op. Het ministerie van Volksgezondheid heeft volgens deze ziekenhuizen niet aangetoond waarom er maar twee ziekenhuizen mogen overblijven.

De rechtbank stelt Amsterdam, Leiden en Utrecht in het gelijk omdat Kuipers niet goed heeft onderzocht waarom nog maar twee ziekenhuizen de ingrepen mogen uitvoeren. Broddelwerk dus.

Leiden, Utrecht en Amsterdam vinden het verdwijnen van de kinderhartchirurgie slecht voor de zorg die zij aan hartpatiëntjes geven. Medewerkers zouden het dan voor gezien houden en behandelteams uit elkaar vallen. Ook toezichthouder de Nederlandse Zorgautoriteit had daarvoor gewaarschuwd. De Zorgautoriteit stelde voor om eerst verzachtende maatregelen te nemen, en pas daarna tot concentratie over te gaan. Maar Kuipers wilde niet wachten en in plaats daarvan ging hij ertoe over om gelijk de boel bij elkaar gooien. De rechter vindt die beslissing van Kuipers niet oké. Hij had moeten nadenken over de consequenties van zijn besluit.

Misschien zag Kuipers het aankomen, want hij stapte woensdag van de ene dag op de andere op als minister. Een stap die tot verbazing en zelfs boosheid leidde. Welke werknemer kan van de ene dag op de andere besluiten om de boel erbij neer te gooien en dan toch gewoon een riante wachtgeldvergoeding behouden? En is zo’n flitsvertrek een minister wel waardig? Geen handelwijze die het vertrouwen in de politiek goed doet.

Fit blijven is makkelijker dan u denkt

Zitten is het nieuwe roken. Toen deze slogan een paar jaar geleden de wereld in geslingerd werd, bracht de boodschap ervan behoorlijk wat teweeg. De één vond hem goed en de ander vond hem te ver gaan, maar de kern van waarheid drong in ieder geval door tot menig Nederlander: wie niet beweegt, schaadt de eigen gezondheid.

Nederlanders zitten graag, blijkt uit onderzoek. Maar liefst 9 uur en 6 minuten brengt de Nederlander gemiddeld op een dag zittend door, tonen cijfers van het RIVM aan. Dat is behoorlijk wat, zeker als je erbij bedenkt dat diezelfde gemiddelde Nederlander ook nog eens gemiddeld 8 uur in zijn of haar bed doorbrengt. Te veel en te lang achter elkaar zitten kan negatieve gevolgen hebben op de spierkracht en botten en het kan het risico op hart- en vaatziekten en diabetes vergroten. Het devies luidt dus: opstaan, meer in beweging komen, vaker proberen om staand te werken, te lezen of televisie te kijken en gesprekken wellicht waar mogelijk eens een keertje wandelend voeren.

Richtlijnen

Volgens de Beweegrichtlijnen van de Gezondheidsraad zouden volwassenen en ouderen minstens 2,5 uur per dag intensief moeten bewegen en drie keer per week spier- en botversterkende activiteiten moeten ondernemen. Intensief bewegen kan bijvoorbeeld door op de crosstrainer of roeimachine te stappen in de sportschool, een potje te tennissen of te joggen. Wie het iets gematigder wil aanpakken, kan een flink eind in stevig tempo wandelen of een eind gaan zwemmen. Naast die 2,5 uur per week is het, zeker voor mensen met een zittend beroep, belangrijk om de zituren regelmatig even te onderbreken. Zet bijvoorbeeld iedere twee uur een wekker en spreek met jezelf af dat je bij iedere wekker even gaat staan, een rondje om het huis gaat lopen of zelfs voor een half uurtje staand blijft werken. Hoe minder zituren, hoe beter.

Goed voor het hart

Voldoende bewegen kan de kans op hart- en vaatziekten 20 tot 30% verlagen, stelt de Hartstichting. Wanneer we in beweging komen, daalt namelijk de bloeddruk. Dat effect houdt zelfs aan tot enkele uren na de inspanning. Aangezien een hoge bloeddruk een belangrijke aanstichter is van bijvoorbeeld hartinfarcten, zijn de voordelen op dat vlak dus evident. Wanneer je echt gaat sporten, zorg je ervoor dat je spieren zich continu moeten samentrekken. Om dat te doen, hebben de spieren voedingsstoffen en zuurstof nodig. Die worden vanuit het hart door de bloedvaten naar de spieren gepompt. Het hart moet dus flink aan de bak. Dat zorgt ervoor dat de algehele hart-longconditie beter wordt naarmate je meer sport. Een bijkomend voordeel is dat het risico op het dichtslibben van de aderen verkleint wanneer je de bloedcirculatie regelmatig stimuleert. Sporten zou dus voor iedere hartpatiënt idealiter een vast onderdeel zijn van de weekroutine.

Rustig aan

Dat betekent niet dat u direct zeven dagen per week in de sportschool hoeft te gaan staan. Sterker nog, het is juist raadzaam om niet te hard van stapel te lopen. ontstaat weer het risico dat je de hartspier overbelast. Zoals personal trainer en lifestylecoach Radmilo Soda eerder al eens in dit magazine zei: “Stap voor stap opbouwen en voldoende tussentijds rust nemen is essentieel.” Fit blijven is laagdrempeliger dan vaak gedacht wordt en kan op vele manieren. Zo kunt u iedere avond na het eten bijvoorbeeld even een wandelingetje maken, u kunt regelmatig ‘voor de lol’ de trap op en af lopen, of u koopt een kleine dumbbell en pakt die er iedere ochtend even bij voor wat krachtoefeningen: 10 minuten per dag kan al genoeg zijn.

Volhouden

Consistentie is natuurlijk het belangrijkste als u fit wilt blijven. Drie weken lang drie keer per week in de sportschool staan is natuurlijk geweldig, maar de effecten worden weer teniet gedaan als u daarna een ‘pauze’ inlast van een jaar. Daarom is het aan te raden een beweegritme op te bouwen dat bij u past. Als uw nekharen al recht overeind gaat staan bij alleen al de gedachte aan een roeimachine, zal het lastig zijn om een frequent sportschoolbezoek daadwerkelijk vol te houden. Kies dan liever voor een paar wandelingen of fietstochtjes per week. Of misschien heeft u een zwembad bij u in de buurt waar u iedere week een paar baantjes kunt trekken. Zelfs functionele klussen, zoals regelmatig tuinieren, de auto wassen of het hele huis grondig schoonmaken, dragen al bij aan uw conditie en tellen als bewegen. Iedere minuut dat u niet zit telt; daar kunt u dus best creatief in zijn.

Tekst: Yara Hooglugt
Beeld: HPNL

Opzoek naar lotgenotencontact? Check ons forum of onze besloten FB-groep.

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

Vrede

Lieve lezers, misschien is dit wel een goed moment om eens stil te staan bij de ware betekenis van vrede. En dan niet vanwege de naderende Kerstdagen, maar vanwege de wereld om ons heen. Er lijkt momenteel zoveel haat in de wereld te zijn. Sluimerende oorlogen laaien weer op, maar ook in ons land lijken bomaanslagen en moorden steeds normaler te worden.

Overal ter wereld houden knappe koppen zich bezig met de wereldvrede, maar helaas met weinig resultaat.

Misschien wordt het weleens tijd dat we het heft zelf in handen nemen.

Mahatma Gandhi, die samen met Martin Luther King en later ook Nelson Mandela, tot de grootste voorvechters van geweldloosheid hoorde, zei eens: ‘Wees de verandering die je in de wereld wilt zien’. Met andere woorden, de uiteindelijk oplossing voor een vreedzame wereld ligt bij onszelf, of beter gezegd: ‘ons Zelf’.

Nu zullen jullie zeggen dat dat een onmogelijke opgave is voor elk van ons. Het is de bovengenoemde grootheden en ook de Dalai Lama zelfs niet gelukt, dus wat moeten wij, gewone mensen, dan bereiken?

Nou, daar zit inderdaad het probleem, maar ook de oplossing.

Ten eerste zijn wij, in onze huidige staat, inderdaad mensen, maar we zijn niet ‘gewoon’ in de negatieve betekenis van het woord.

Zoals zo vaak gezegd, wij denken individuen te zijn en ons ego profileert zich door ons groter of kleiner te maken dan de ander(en). Hierdoor ontstaat polarisatie. We horen bij het ene of het andere kamp. De kampen zijn gebaseerd op ras, geloof of rijkdom, of zelfs een sportclub. Mensen die niet bij ons kamp behoren, zijn de tegenstanders en misschien zelfs gevaarlijk. Hierdoor kan haat ontstaan met alle kwalijke gevolgen, maar ook angst voor wat ons aangedaan kan worden.

Als dit te bedreigend wordt, kunnen (neutrale) mensen ingeschakeld worden, die hierin gaan bemiddelen. Een bemiddelaar, ook wel mediator genoemd, erkent de tegenstellingen en zal proberen een oplossing te vinden, waarvoor beide partijen water bij de wijn moeten doen. De partijen worden dus bevestigd in hun anders zijn.

Ware vrede is echter ons ware wezen! Wij zijn het al. De enigen die ons kunnen helpen het weer te ontdekken, zijn de mensen die dit al weten.

‘Wees de verandering die je in de wereld wilt zien’, betekent dat wij die vrede, die we al zijn, moeten uitstralen. We hoeven het alleen maar te zijn. Zodra we het te vuur en te zwaard willen bereiken, zijn we zelf weer aan het polariseren. We worden tegenstanders van de mensen die anders denken. Kortom: ons ego neemt het weer over.

Als we ons er steeds weer van bewust zijn, dat die ander geen ander is, maar dat hij of zij één is met ons, dan zouden we toch gek zijn om die ‘ander’ iets aan te doen? Dat is zelfdestructie.

Zouden we hiermee op korte termijn de hele wereld kunnen veranderen? Nee, natuurlijk niet, want de wereld is het gevolg van de pseudo-afgescheidenheid van een zeer grote groep mensen.

Maar, als wij in onze eigen kleine wereld vreedzaam kunnen Zijn, dus zijn wie we werkelijk zijn, dan zullen de mensen in onze omgeving herinnerd worden aan wie zij werkelijk zijn.

Heb ook mededogen met degenen die nog in angst leven, omdat ze nog niet weten wie ze zijn.

Denk aan je Zelf!

Hartegroet,

Jan Chin

Opzoek naar lotgenotencontact? Check ons forum of onze besloten FB-groep.

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

“Een ongeluk zit in een klein hoekje, het geluk zit in de rest”

Een ‘ongeluk’ (vier aangeboren hartafwijkingen) zit in een klein hoekje, het geluk (de ontwikkelingen in de medische wetenschap en de onvoorwaardelijke liefde van dierbaren) zit in de rest. Dat vertelt hartpatiënt Dyon de Vreede die ondanks tal van tegenslagen vol goede moed blijft en vertrouwen koestert in de schoonheid van het leven. Elke dag opnieuw.

“Ik was vier jaar, toen mijn vader Ton en moeder Nettie zich zorgen begonnen te maken”, laat Dyon weten. “Het verschil tussen mij en mijn zusje viel steeds meer op. Mijn tweejarige zusje Nicole was erg actief en energiek, waar ik snel moe was. Bij fysieke inspanningen zoals gym op school en buiten spelen leek mijn gezonde roze tint zelfs plaats te maken voor een blauwe schijn en kortademigheid. In Nijmegen vielen de puzzelstukjes in elkaar: Tetralogie van Fallot. Een relatief onbekende hartaandoening, waar de medische wereld op dat moment nog maar weinig ervaring mee had.”

Operatie

“Toen ik zeven jaar was, kregen mijn ouders een onmogelijke keuze voorgelegd. Zonder operatie zou ik mijn tienerjaren niet halen. Maar de riskante operatie had een overlevingskans van slechts 50 procent. Ze kozen voor het laatste.”

“In Nijmegen werd ik geopereerd. Een lange revalidatieperiode werd afgesloten met een vakantie op de Canarische Eilanden. In plaats van op een stoeprand naar spelende leeftijdsgenoten te kijken, mocht ikzelf weer kind zijn. Mijn zusje en ik speelden tikkertje.

We renden steeds harder over het strand, niets hield ons tegen. Voor het eerst in mijn leven haalde ik mijn zusje in. Huilend van geluk vielen we elkaar in de armen. Er ging een wereld voor me open.”

In 1995 trouwde Dyon met zijn grote liefde Claudie. “Toen merkte ik goed welke praktische problemen het label ‘hartpatiënt’ met zich meebrengt. Mijn status als overlever van een zeldzame hartafwijking wordt ‘bekroond’ met extra verzekeringen, premies en problemen bij het afsluiten van een hypotheek.”

Geluk

Het leven leek hem goed gezind. Hij nam samen met zijn zus het eetcafé van zijn ouders aan de Markt in Maastricht over. In 2002 wordt zijn zoontje Sydney geboren. “In datzelfde jaar wordt het prille geluk op een vroege maandagochtend hevig verstoord. Op weg naar mijn zaak kreeg ik een hartstilstand. Gezien het vroege tijdstip en gelaatsuitdrukking (half verlamd door zuurstofgebrek naar de hersenen) denken de ambulancebroeders in eerste instantie dat ze met een dronken feestvierder te maken hebben. Wanneer ik met mijn nog bruikbare linkerhand mijn shirt optil en mijn litteken laat zien, gaan de alarmbellen rinkelen. Met loeiende sirenes word ik naar het MUMC+ gebracht. Het bleek dat er van mijn 25 jaar geleden gerepareerde hartklep door slijtage bijna niets meer over was. Ook de andere hartklep vertoonde lekkage. Op de dag dat ik onder het mes ging, passeerde de akte van onze nieuwe woning. Het symboliseert hoe verweven vreugde en verdriet kunnen zijn.”

Sinds de daaropvolgende operatie in Nijmegen liep Dyon met een donorklep en ICD voor de levensbedreigende hartritmestoornissen. Hij kon wel minder vaak voor de zaak werken, genoot meer van zijn gezin.

Kalk

Vijf jaar later blijkt dat zijn lichaam teveel kalk aanmaakt. De donorklep functioneert niet meer naar behoren, wat resulteert in ritmestoornissen, kortademigheid en vasthouden van vocht. Voor een derde maal wordt hij geopereerd. De donorklep en de naastgelegen andere klep werden vervangen door twee metalen kleppen en de draadjes van de ICD werden geïsoleerd om géén contact te kunnen maken met de nieuwe kleppen. “Ook hier kwam ik goed doorheen, maar moest wel stoppen met mijn horeca passie om het mensen naar de zin te maken in het familiebedrijf en intensief sporten. Stress en langdurige inspanning zijn vanaf nu uit den boze!”

Hoop, vertrouwen en liefde voor het leven

“Mijn eigen toekomst is niet te voorspellen. Vooralsnog leef ik redelijk stabiel met mijn medicatie en mijn ICD/pacemaker. Wel heeft vrij recent mijn ICD een alarmsignaal afgegeven, blijkt de belangrijkste lead draad aan slijtage onderhevig en buigen momenteel de specialisten in Maastricht en de chirurg die mij de laatste twee keer geopereerd heeft in Rotterdam zich over deze kwestie of er alternatieven zijn voor een vierde open hartoperatie.”

“Op het moment dat er ooit iets niet te vervangen of te repareren valt, is een donorhart ook nog een optie. Maar dat is de ultieme optie, die de artsen zo lang mogelijk proberen tegen te houden. Zo leef ik samen met alle dierbaren om mij heen momenteel met een enorm vraagteken boven ons hoofd, maar de hoop, het vertrouwen in de medische wetenschap, de kunde van de specialisten, en de onvoorwaardelijke liefde voor het leven en mijn dierbaren zullen mij altijd het beste en leukste uit het leven doen halen.”

“Zo wil ik graag afsluiten met waar ik mee begon: Een ongeluk zit in een klein hoekje, het geluk zit in de rest. Vergeet nooit: Beleef intens en heb lief, word niet geleefd maar geliefd, wees betekenisvol en leef elke nieuwe dag zo dat je herinnerd zult worden met tranen van geluk!”

Tekst: Henri Haenen
Beeld: Dyon de Vreede

Opzoek naar lotgenotencontact? Check ons forum of onze besloten FB-groep.

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

Buffet voor kinderen met voedselallergie

‘Eten zonder erover na te denken. Niet bang hoeven te zijn dat je misschien een allergische reactie krijgt.’ Dat is wat ziekenhuis VieCuri graag wil bieden aan kinderen met een voedselallergie. Daarom organiseert het Kinderallergiecentrum op zaterdagmiddag 20 januari de 1e editie van het allergeenvrije buffet. Voorafgaand aan het buffet zijn er workshops voor ouders en activiteiten voor kinderen. Aanmelden kan via www.viecuri.nl/kinderallergiecentrum.

Dit buffet wordt gemaakt door de eigen koks van VieCuri. Het is speciaal ontwikkeld voor kinderen met voedselallergie en is vrij van allergenen.

 Workshops voor ouders met praktische tips

Voorafgaand aan het buffet zijn er workshops voor ouders en activiteiten voor kinderen. Wanneer je kind een voedselallergie heeft, krijg je te maken met een aantal leefstijlaanpassingen. ‘Waar let je op in de supermarkt? Hoe zorg je ervoor dat de omgeving zoals kinderopvang en school geïnformeerd zijn? Hoe ga je om met feestjes, het schoolkamp of de middelbare school?’ Veel ouders en kinderen ervaren angst voor het krijgen van een allergische reactie of het zetten van de adrenalinepen. ‘Hoe zorg je voor een goede balans tussen goed controleren en opletten, zonder daarbij overmatig beschermend te zijn?’ Tijdens de workshops krijgen de ouders praktische tips en is er de mogelijkheid om hierover in gesprek te gaan. Daarnaast geeft de kinderarts uitleg over wat er precies gebeurt bij een allergische reactie en hoe de noodmedicatie dit proces tot stilstand kan brengen.

Pakken wat je wilt

Irene Herpertz is kinderdiëtist bij VieCuri en gespecialiseerd in voedselallergie: “Het is zó fijn om deze kinderen een keer te laten ervaren dat ze bij een buffet gewoon kunnen pakken wat ze willen. Dat ze geen angst hebben of ze iets wel of niet mogen eten. Ik gun de kinderen en hun ouders deze vrijheid, die voor de meeste andere mensen heel normaal is. De impact die het heeft op je leven als je je kind met een ernstige allergische reactie ziet, is moeilijk voor te stellen. Daarom is dit een unieke kans voor kinderen en ouders om hierover met elkaar in gesprek te gaan onder het genot van een lekker en veilig hapje eten.”

Het VieCuri Kinderallergiecentrum

Het buffet wordt georganiseerd voor kinderen met voedselallergie samen met hun ouder(s) en broertje(s)/zusje(s). Het duurt van 15.00-19.00u. Er zijn geen kosten aan verbonden. Dit buffet wordt aangeboden door het Kinderallergiecentrum en is mede mogelijk gemaakt door een donatie van VieAmi. Aanmelden kan via www.viecuri.nl/kinderallergiecentrum.

Meer gesprek over onnodig medicijngebruik nodig

Bijna 40% van de patiënten is ontevreden met de medicijnen die ze gebruiken. Zo blijkt uit onderzoek dat het Instituut Verantwoord Medicijngebruik (IVM) uitvoerde in het Medicijnpanel. Hoewel de helft van hen iets zou willen veranderen aan de medicijnen, bespreekt slechts 30% dat met een (huis)arts of apotheker.

Top 5 van middelen om mee te stoppen

De meest genoemde geneesmiddelen waar patiënten mee zouden willen stoppen zijn bloeddrukverlagers, cholesterolverlagers, antidepressiva en maagzuurremmers. Dit zijn ook de meest gebruikte geneesmiddelgroepen in Nederland. In 2023 gebruikte 14% van de geneesmiddelgebruikers vijf of meer medicijnen en 2% meer dan tien medicijnen chronisch. “Voor een deel is dat een logisch gevolg van de ziektes die mensen hebben. Een voorbeeld hiervan is de behandeling van een hartinfarct. Deze bestaat standaard vaak uit vijf verschillende medicijnen. Door deze medicijnen neemt de kans op een nieuw hartinfarct af,” zegt apotheker Anke Lambooij van het IVM. “Wel kunnen in de loop van de tijd de omstandigheden voor een patiënt veranderen. Ook reageert het lichaam anders op medicijnen met het ouder worden. Het zou goed zijn om de medicatie dan bij te stellen. Dat gebeurt nu al bij medicatiebeoordelingen door apothekers en artsen.”

Onbesproken

De meest genoemde redenen om te willen stoppen met medicijnen zijn bijwerkingen (36%) en het gevoel te veel medicijnen te moeten gebruiken. Twijfel aan effectiviteit en praktische problemen bij het gebruik worden ook genoemd. Veel patiënten (70%) beginnen echter geen gesprek met hun arts of apotheker over hun wens om te stoppen met medicijnen. Vaak denken zij dat stoppen toch niet mogelijk is. Maar ook het niet weten dat een gesprek mogelijk is, of het gevoel dat de zorgverlener geen tijd heeft, spelen een rol. Eén op de drie deelnemers zou graag een medicatiebeoordeling willen, om te kijken met welke medicijnen ze zouden kunnen stoppen. Anderen zouden graag een éénmalig advies van hun (huis-)arts (32%) of apotheker (9%) willen krijgen.

Hoe nu verder?

Naast de medicatiebeoordeling roept het IVM op tot een periodieke check voor alle gebruikers van medicijnen, het Alle Pillen Kloppen-gesprek (APK). In dit gesprek kunnen (huis)arts, apotheker en patiënt bepalen of een medicijn nog nodig is en de dosering nog klopt. Het onderzoek in het Medicijnpanel laat zien dat patiënten niet altijd zelf het gesprek aangaan over hun wensen ten aanzien van het medicijngebruik. Het IVM ziet dan ook een belangrijke rol weggelegd voor (huis)artsen en apothekers samen om het thema te bespreken. Ook zouden patiënten vanaf het begin van het medicijngebruik al voorlichting moeten krijgen over evaluatiemomenten tijdens het medicijngebruik.

Over het IVM

Het IVM is de neutrale kennis- en implementatieorganisatie die landelijk de kwaliteit, veiligheid en betaalbaarheid van het geneesmiddelengebruik verbetert. Het IVM doet dat door beleid en wetenschap te vertalen naar praktische handvatten voor iedereen die in de dagelijkse praktijk met medicijnen te maken heeft. Onder meer het landelijk meldpunt voor medicatie-incidenten (VMI) en de IVM-academie waar inmiddels meer dan 200.000 cursisten staan ingeschreven, maken deel uit van het IVM. Verder ondersteunt het IVM het FTO in Nederland, geeft informatie over nieuwe geneesmiddelen(groepen), verricht toegepast onderzoek, voert audits uit en geeft adviezen over medicatieveiligheid in de langdurige zorg. Ook verzorgt het IVM de landelijke campagnes over geneesmiddelen en verkeer.

Meer info: https://www.medicijngebruik.nl/

Tragedie treft varkenshoederij Kuusj

Varkenshouderij Kuusj is getroffen door een tragedie. Bij een grote brand zijn tientallen varkens omgekomen. Iedere kuusj (varken) had een naam! Zo dierbaar waren de varkens voor onze sympathieke vrienden van de varkenshouderij, waar we nog maar enkele maanden geleden waren om er te leren over natuurvriendelijk houden van varkens.

De varkens scharrelen normaal buiten rond, maar waren vanwege de vorst in een warme stal gezet. Een vonk zette binnen de kortste keren de stal in vuur en vlam. Van de veertig varkens heeft maar één varken het gered.

De stal staat in Teuven, net over de Belgische grens. Zodra varkenshoeder Amy Heuts zag dat er brand ontstond, belde ze 112. Maar de Belgische brandweer had lang nodig om ter plaatse te komen. Tegen de tijd dat de brandslangen werden uitgerold, was het te laat.

Nachtmerrie

“Maandagavond. Onze grootste nachtmerrie werd werkelijkheid”, schrijft Kuusj op facebook. “Onze stal in Teuven is afgebrand. Er mocht niets meer baten. Eén kuusj heeft het overleefd…. Onze lieve beer. Wij hebben geen woorden en zijn kapot. Gebroken. Een pijn die we nog nooit eerder voelden… Onze winkel zal deze week gesloten zijn. Onze online slagerij heeft een storing… we houden u spoedig op de hoogte.”

Zoveel verdriet spreekt uit deze woorden van Amy en haar partner Joshua van Wersch. “Er zaten zo’n 40 dieren in de stal”, vertelt Amy voor de regionale omroep L1. “Biggetjes, zeugen, drachtige zeugen. Ik kende alle varkens, sommige hadden zelfs een naam. Het lukte om zes dieren uit het inferno te redden, maar vijf waren te zwaar gewond. Een dierenarts heeft ze laten inslapen.”

Ideaal

De beer die overleefde heeft zware brandwonden. Ze hebben naar eigen zeggen nog maar vijf varkens over in hun boerderij in het Zuid-Limburgse dorpje Mechelen. Buiten dat zijn Amy en Joshua alles kwijt. Hun levenswerk, dat ze met zoveel moeite en inzet hadden opgebouwd, ging nagenoeg geheel in vlammen op. Het is hun ideaal om varkens te houden zoals de natuur dat wil. Diervriendelijk, kleinschalig, met veel ruimte en vrijheid. De varkens scharrelen buiten rond, het vlees werd op de boerderij zelf verkocht.

Dierenwelzijn

In het kader van gezonde voeding, heeft Hartpatiënten Nederland ruim een jaar geleden Kuusj in de schijnwerpers gezet. Bij Kuusj draait alles om het welzijn van de Kuusj, oftewel varkens op z’n Limburgs. Eigenaren en koppel Amy en Joshua willen dat Kuusj leven in natuurlijke vrijheid. Naast het feit dat ze zo’n gelukkig leven leiden ontstaat er vlees van zeer hoge kwaliteit. Inmiddels hebben ze de mogelijkheid om alles van ‘zaadje tot karbonaatje’ in eigen beheer te doen. Ze verwerken hun vlees in de eigen slagerij.

Naast het hoeden van hun varkens en de verwerking van het vlees, begeleiden Amy en Joshua jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt en doen ze samen met hen alle dagelijkse werkzaamheden. We wensen beide eigenaren toe dat ze snel de kracht vinden om het bedrijf weer op te bouwen en voort te zetten.

 

Wereldprimeur met nieuwe ICD

Het St. Antonius Ziekenhuis in Utrecht en Nieuwegein had onlangs de wereldprimeur: daar werd voor het eerst de nieuwste, meest innovatieve ICD geplaatst bij een patiënt. Deze nieuwe ICD wordt achter het borstbeen geplaatst. Doordat de elektrodedraden niet meer door de bloedbaan hoeven, is er veel minder risico op complicaties.

De ICD: ooit in 1985 geïntroduceerd als een enorm, maar levensreddend apparaat dat onder de huid in de buikwand werd geplaatst en werd gekoppeld aan matjes die schokken aan het hart afgaven. Inmiddels, tientallen jaren en een paar ICD-versies verder, staat de medische wereld aan de voet van een nieuw tijdperk. Voor het eerst werd in het St. Antonius Ziekenhuis op 7 september namelijk ’s werelds meest innovatieve ICD geïmplanteerd bij een patiënt. Cardioloog Lucas Boersma was nauw betrokken bij de plaatsing van de ICD en bij het jarenlange internationale onderzoek dat daaraan voorafging. Hij spreekt van een enorme vooruitgang dankzij deze innovatie. “De klassieke transveneuze ICD, die al dertig jaar lang het gangbare model is, heeft meestal een volledige pacemakerfunctie en dient schoktherapie toe via elektroden in het hart, net als een pacemaker”, vertelt Boersma. “Maar zo’n elektrodedraad in het hart brengt risico’s met zich mee. Bloedvaten moeten aangeprikt worden, waardoor een bloeding of klaplong kan ontstaan. En wanneer de draad eenmaal in de bloedbaan zit, kan dat ook complicaties met zich meebrengen. De draad kan door slijtage en beweging in het hart stukgaan of er kan een infectie optreden doordat bacteriën zich eraan hechten.”

S-ICD

Dat klinkt als kommer en kwel, maar Boersma benadrukt dat dit een logisch en onlosmakelijk onderdeel is van deze vorm van therapie. “Je wilt toch mensen het leven redden, en dat is nu eenmaal belastend voor patiënten.” Toch was het volgens veel cardiologen wereldwijd tijd voor een oplossing. Die kwam vijftien jaar geleden al (deels), door de komst van de S-ICD: een ICD waarvan de draad niet in de bloedbaan wordt geplaatst, maar onder de huid naast het borstbeen. “Maar het grote verschil met de transveneuze ICD, is dat de S-ICD alleen een schokfunctie heeft bij een hartstilstand en geen pacemakerfunctie bij ritmestoornissen.” De bloedbaan-gerelateerde risico’s ontbreken dus, maar lang niet alle hartpatiënten komen voor dit type ICD in aanmerking. “Veel patiënten hebben óók die pacemakerfunctie nodig, dus voor hen was de klassieke ICD de enige optie”, aldus Boersma.

Nieuwe techniek

Tot nu dus. Want nu is daar de Aurora EV-ICD, waarbij EV staat voor extravasculair. Na tien jaar lang studie en verschillende ontwikkelingsfasen is dit gloednieuwe type ICD sinds kort klinisch toepasbaar. De defibrillatie-elektrode wordt achter het borstbeen op het hart geplaatst en er lopen geen elektrodedraden door een ader. “Deze ICD komt dus niet in de bloedbaan, maar heeft wél het vermogen om het hart te stimuleren en met een serie elektrische prikkels ritmestoornissen te stoppen, waardoor een schok vaak kan worden voorkomen. Hij vult dus het gat tussen de S-ICD en de transveneuze ICD. Met dit apparaat hebben we functies teruggekregen die we eerder verloren waren toen we elektrodedraden uit het hart haalden.” Boersma maakt wel een kanttekening: deze ICD heeft nog niet de capaciteit voor continue elektrische stimulatie, dus hij heeft geen chronische pacemakerfunctie. “Dat kost zo veel stroom dat dit type ICD dan binnen een paar maanden leeg zou zijn. Voor mensen die echt een pacemakerfunctie nodig hebben, is dus de klassieke ICD nog steeds de beste optie.”

Maatwerk

Het is net als met vervoersmiddelen, vertelt Boersma: auto’s, vrachtwagens en bussen hebben ieder hun eigen toepassingsgebied. Hetzelfde geldt voor de drie verschillende ICD’s. “Deze nieuwe ICD is bijvoorbeeld heel aantrekkelijk voor mensen bij wie al op jonge leeftijd een hartaandoening is vastgesteld. Omdat zij nog een heel groot deel van hun leven een ICD zullen dragen, is het des te belangrijker dat je uit de bloedbaan blijft. Ook voor patiënten met ziektebeelden, die ritmestoornissen krijgen die kunnen worden gestopt met prikkels, maar verder geen volledige pacemaker nodig hebben, is de extravasculaire ICD een goede optie. Maar heb je bijvoorbeeld weinig ruimte of littekenweefsel onder het borstbeen, dan kom je weer niet in aanmerking. Artsen bekijken per patiënt wat de voor- en nadelen zijn en bespreken samen met de patiënt wat de best passende optie is.”

Opzoek naar lotgenotencontact? Check ons forum of onze besloten FB-groep.

Dit artikel verscheen eerder in het HPNLmagazine.

Tekst: Yara Hooglugt
Beeld: Lucas